SlideShare une entreprise Scribd logo
1  sur  18
Télécharger pour lire hors ligne
Bevolking en ruimte
Hoofdstuk 1
Bevolking en ruimte in Nederland
Bevolkingsgroei
u 1. Natuurlijke bevolkingsgroei:
→ Saldo van geboortecijfer min sterftecijfer
2. Sociale bevolkingsgroei:
→ Saldo van immigratie min emigratie
Demografische cijfers kunnen op twee manieren weergegeven worden:
1. Absolute cijfers: het aantal geboorten in één jaar.
In een land zijn in één jaar 181.500 kinderen geboren.
2. Relatieve cijfers: aantal geboorten per 1000 inwoners.
11‰ betekent: er worden 11 kinderen geboren per 1000 inwoners.
Bevolking en Ruimte
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
Bevolkingsgroei
u 1. Natuurlijke bevolkingsgroei:
→ Saldo van geboortecijfer min sterftecijfer.
2. Sociale bevolkingsgroei:
→ Saldo van immigratie min emigratie.
Demografische cijfers kunnen op twee manieren
weergegeven worden:
1. Absolute cijfers: het aantal geboorten in één jaar.
In een land zijn in één jaar 181.500 kinderen geboren
2. Relatieve cijfers: aantal geboorten per 1000 inwoners.
11‰ betekent: er worden 11 kinderen geboren
per 1000 inwoners.
Bevolkingsgroei
u 1. Natuurlijke bevolkingsgroei:
→ Saldo van geboortecijfer min sterftecijfer
2. Sociale bevolkingsgroei:
→ Saldo van immigratie min emigratie
Demografische cijfers kunnen op twee manieren weergegeven worden:
1. Absolute cijfers: het aantal geboorten in één jaar.
In een land zijn in één jaar 181.500 kinderen geboren.
2. Relatieve cijfers: aantal geboorten per 1000 inwoners.
11‰ betekent: er worden 11 kinderen geboren per 1000 inwoners.
Bevolking en Ruimte
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
Van jong naar oud
u Vergrijzing door verschillende oorzaken:
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
● Na WO II een echte geboortegolf.
Babyboom is nu bejaard.
● Na 1965 afname van het geboortecijfer.
Hierdoor minder jongeren
→ ontgroening.
● Mensen leven langer.
Gestegen levensverwachting.
De bevolkingspiramide
u Leeftijdsdiagram of bevolkingspiramide
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
Opmerkelijk aan deze bevolkingspiramide:
a. De bevolkingsomvang is toegenomen van
1950 tot 2010.
b. Het aandeel ouderen is sterk
toegenomen.
c. Het aandeel jongeren is sterk
afgenomen.
d. De babyboom is duidelijk herkenbaar
(zowel in de diagram van 1950 als in de
diagram van 2010).
Migratie
u Voor 1965: Nederland een emigratie-
land.
u Na 1965: Nederland een immigratie-
land.
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
Vier groepen naar Nederland:
● Gastarbeiders
● Inwoners van de Nederlandse
koloniën
● Vluchtelingen
● Seizoensmigranten
1.2 Bevolkingsgroei, nu en later
Toekomst
u Voorspellen van de bevolkingsgroei.
Kijken naar:
u Sociale bevolkingsgroei:
vestigingsoverschot
u Natuurlijke bevolkingsgroei:
sterfteoverschot.
1.2 Bevolkingsgroei, nu en later
Regionale verschillen
u Grote verschillen in bevolkingsgroei
Gebieden met krimp (blauw)
Gebieden zonder groei of krimp (geel)
Gebieden met groei (oranje of rood)
In krimpgebieden voornamelijk vertrek
van jongeren (van het platteland
naar stad voor werk of studie).
Gevolg vergrijzing.
1.2 Bevolkingsgroei, nu en later
Regionale verschillen
u Bij bevolkingskrimp → moeilijk om voorzieningen open te
houden.
Het aantal klanten wordt minder.
Hierdoor haalt de voorziening/of winkel de drempelwaarde
niet.
Of de zaak/voorziening gaat failliet of ze moet klanten uit een
groter verzorgingsgebied aan zich binden (concurrentie met
andere voorzieningen).
Klant heeft (door welvaart en mobiliteit) een steeds grotere
reikwijdte.
1.2 Bevolkingsgroei, nu en later
Herinrichting
u Waar minder mensen wonen, zijn minder woningen nodig.
Door vergrijzing is er vraag naar andere woningen.
● Voorbeeld in Delfzijl:
Afgebroken: kleine, goedkope, oude huurwoningen met
een grote tuin.
Gebouwd: moderne, grote koopwoningen met kleine tuin.
Verder een park en de voorzieningen in een nieuw
winkelcentrum.
1.3 De verstedelijking van Nederland
● Door twee factoren:
1. gestegen welvaart
2. toename van de mobiliteit
● Niet alleen suburbanisatie van mensen, ook van industrie.
Industrie gaat van de binnenstad naar de rand van stad.
Naar de stad en de stad uit
u Na 1870 begon de industrialisatie:
mensen trokken naar de stad; verstedelijking of urbanisatie.
u Na 1960 begon de suburbanisatie.
1.3 De verstedelijking van Nederland
De gevolgen
u Suburbanisatie had grote
gevolgen:
● 1. agglomeraties
2. stedelijke gebieden of
stedelijke zones
● Grote steden lopen leeg.
1.3 De verstedelijking van Nederland
Terug naar de stad
u Re-urbanisatie
Vanaf 1980 nam het inwoneraantal van de grote steden
weer toe.
– Binnensteden werden aantrekkelijker gemaakt.
– Verlaten fabrieksterreinen en oude haventerreinen
werden aantrekkelijke woonwijken.
– De industrie heeft plaatsgemaakt voor de dienstensector
(vele kantoorpanden in de binnenstad), werkgelegenheid
voor hoger opgeleiden.
1.3 De verstedelijking van Nederland
Het landelijk gebied
u Ook veel verandering ruimtegebruik van het
landelijk gebied:
● verstedelijking van het platteland door de suburbanisatie;
● door schaalvergroting veel minder, maar wel grotere
boerenbedrijven op het platteland;
● meer ruimte en aandacht voor natuur en recreatie.
1.4 De Randstad
Ontstaan en groei
u Steden zijn vanaf ongeveer 1300 ontstaan.
Kenmerken:
u historische stadkern (binnenstad) met veel monumenten;
u smalle bochtige straatjes met een hoge bebouwings-
dichtheid.
● Concentrische groei vanaf de industrialisatie (na 1870).
● Stedelijk zones door stedelijke groei en latere suburbanisatie.
● Randstad heeft een meerkernen-groeimodel.
■ Elke stad heeft zijn eigen specialisatie.
1.4 De Randstad
Woonkwaliteit
u Randstad:
6,5 miljoen inwoners,
aantal stijgt nog steeds.
● Nieuwe woonwijken
aan de rand van de steden,
v.b. Leidse Rijn: 80.000 inwoners.
● Leefbaarheid afhankelijk van:
● veiligheid;
● onderhoud;
● voorzieningen.
1.1 Bevolkingsgroei in Nederland
Voorzieningen
u Randstad heeft topvoorzieningen.
Door de grote reikwijdte is heel Nederland het verzorgings-
gebied, v.b. musicaltheaters.
Bereikbaarheid en infrastructuur
u Veel mobiliteit, bijv. forensisme.
Door congestie (files) neemt de bereikbaarheid af.
● Verbeteren van de bereikbaarheid door:
verbeteren en uitbreiding van infrastructuur
(wegen en spoor).
1.5 Bronnen: Strijd om de ruimte
Ruimtelijke ordening
u Inrichten van de ruimte noem
je: ruimtelijke ordening.
● In het bestemmingsplan
van de gemeente staan de
plannen vastgelegd omtrent:
● wonen - recreatie
● werken - natuur
● verkeer - ander grondgebruik
Dit geldt ook voor Schiphol en de Haarlemmermeer
1.5 Bronnen: Strijd om de ruimte
Economisch
u Schiphol is de banenmotor van Nederland.
Daarom alle ruimte voor de ontwikkeling van Schiphol met
alle bijbehorende infrastructuur
Milieu
u Veel geluidsoverlast, veel ruimte gebruik voor de luchthaven
Sociaal
u Woningbouw: grote moeilijkheden bij het vinden van
geschikte locatie, tevens weinig ruimte voor recreatie
Politiek moet de juiste afwegingen maken.

Contenu connexe

Similaire à Bevolking en ruimte h1 de geo

VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940
VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940
VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940Wilko Mieras
 
GlH4 Amerikaanse steden klas5
GlH4 Amerikaanse steden klas5GlH4 Amerikaanse steden klas5
GlH4 Amerikaanse steden klas5Harold Brockbernd
 
H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7
H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7
H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7MStegeman
 
Krimplezing 31-08-2012
Krimplezing 31-08-2012Krimplezing 31-08-2012
Krimplezing 31-08-2012Wim Dries
 
VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte'
VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte' VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte'
VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte' Els Brouwers
 
Presentatie vng november 2011
Presentatie vng november  2011Presentatie vng november  2011
Presentatie vng november 2011Stipo
 
presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012
presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012
presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012hwelters
 
Zoom op Koekelberg
Zoom op KoekelbergZoom op Koekelberg
Zoom op KoekelbergDirk Lagast
 
Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012
Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012
Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012dhr. Gwen Vergouwen
 
Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014
Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014
Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014VIVO vzw
 
H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3
H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3
H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3MStegeman
 
Wat is er aan de hand...?
Wat is er aan de hand...?Wat is er aan de hand...?
Wat is er aan de hand...?hwelters
 
Holland in de 15e en 16e eeuw 3
Holland in de 15e en 16e eeuw 3Holland in de 15e en 16e eeuw 3
Holland in de 15e en 16e eeuw 3HTA
 
Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)
Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)
Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)jeroenbryon
 

Similaire à Bevolking en ruimte h1 de geo (20)

VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940
VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940
VWO 5 scriptie- ruimtelijke ontwikkelingen in Zutphen 1874-1940
 
GlH4 Amerikaanse steden klas5
GlH4 Amerikaanse steden klas5GlH4 Amerikaanse steden klas5
GlH4 Amerikaanse steden klas5
 
2 v geo - h2
2 v   geo - h22 v   geo - h2
2 v geo - h2
 
H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7
H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7
H4 Steden nederland 2 kgt par 6+7
 
Krimplezing 31-08-2012
Krimplezing 31-08-2012Krimplezing 31-08-2012
Krimplezing 31-08-2012
 
VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte'
VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte' VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte'
VRP Werelddag van de Stedenbouw | Rudy Uytenhaak | 'Steden vol ruimte'
 
Presentatie vng november 2011
Presentatie vng november  2011Presentatie vng november  2011
Presentatie vng november 2011
 
presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012
presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012
presentatie Zuid limburg in (on)balans 07-01-2012
 
Brussel, stad van de toekomst
Brussel, stad van de toekomstBrussel, stad van de toekomst
Brussel, stad van de toekomst
 
Zoom op Koekelberg
Zoom op KoekelbergZoom op Koekelberg
Zoom op Koekelberg
 
Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012
Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012
Inleiding vademecum dynamische levenswijze 6 t 2012
 
Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014
Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014
Studiedag CSZ - Superdiversiteit in zorg en welzijn 23/05/2014
 
sessie 39 ppt superdiversiteit
sessie 39 ppt superdiversiteitsessie 39 ppt superdiversiteit
sessie 39 ppt superdiversiteit
 
H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3
H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3
H4 Steden wereld 2 kgt par 2+3
 
Betekenis stadslandbouw
Betekenis stadslandbouwBetekenis stadslandbouw
Betekenis stadslandbouw
 
Wat is er aan de hand...?
Wat is er aan de hand...?Wat is er aan de hand...?
Wat is er aan de hand...?
 
Eric Corijn - Lerende steden als basis voor wereldburgerschap
Eric Corijn - Lerende steden als basis voor wereldburgerschapEric Corijn - Lerende steden als basis voor wereldburgerschap
Eric Corijn - Lerende steden als basis voor wereldburgerschap
 
Holland in de 15e en 16e eeuw 3
Holland in de 15e en 16e eeuw 3Holland in de 15e en 16e eeuw 3
Holland in de 15e en 16e eeuw 3
 
GlH1&2klas5
GlH1&2klas5GlH1&2klas5
GlH1&2klas5
 
Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)
Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)
Macro-trends in toerisme (Toerisme Vlaanderen)
 

Plus de Boris Berlijn (20)

De stad h4
De stad h4De stad h4
De stad h4
 
Köppen 4 h
Köppen 4 hKöppen 4 h
Köppen 4 h
 
Klimaat 4 h
Klimaat 4 hKlimaat 4 h
Klimaat 4 h
 
Wereldbeeld 01
Wereldbeeld 01Wereldbeeld 01
Wereldbeeld 01
 
Duurzaamheid klas 3
Duurzaamheid klas 3Duurzaamheid klas 3
Duurzaamheid klas 3
 
Duurzaamheid 2 m
Duurzaamheid 2 mDuurzaamheid 2 m
Duurzaamheid 2 m
 
Globalisering
GlobaliseringGlobalisering
Globalisering
 
Stellingen nl cultuur
Stellingen nl cultuurStellingen nl cultuur
Stellingen nl cultuur
 
Broeikaseffect
BroeikaseffectBroeikaseffect
Broeikaseffect
 
Water
WaterWater
Water
 
Nederlandse klimaat
Nederlandse klimaatNederlandse klimaat
Nederlandse klimaat
 
Nl landschap 3H
Nl landschap 3HNl landschap 3H
Nl landschap 3H
 
Collaboracionglobal
CollaboracionglobalCollaboracionglobal
Collaboracionglobal
 
Ed2ed emea webinar smart amp
Ed2ed emea webinar smart ampEd2ed emea webinar smart amp
Ed2ed emea webinar smart amp
 
Weer en Klimaat Spanje/Nederland
Weer en Klimaat Spanje/NederlandWeer en Klimaat Spanje/Nederland
Weer en Klimaat Spanje/Nederland
 
India quiz
India quizIndia quiz
India quiz
 
Arm en rijk
Arm en rijkArm en rijk
Arm en rijk
 
Rusland 3 m
Rusland 3 mRusland 3 m
Rusland 3 m
 
WvdM2015ashramcollege
WvdM2015ashramcollegeWvdM2015ashramcollege
WvdM2015ashramcollege
 
Plaatsbepaling
PlaatsbepalingPlaatsbepaling
Plaatsbepaling
 

Bevolking en ruimte h1 de geo

  • 1. Bevolking en ruimte Hoofdstuk 1 Bevolking en ruimte in Nederland
  • 2. Bevolkingsgroei u 1. Natuurlijke bevolkingsgroei: → Saldo van geboortecijfer min sterftecijfer 2. Sociale bevolkingsgroei: → Saldo van immigratie min emigratie Demografische cijfers kunnen op twee manieren weergegeven worden: 1. Absolute cijfers: het aantal geboorten in één jaar. In een land zijn in één jaar 181.500 kinderen geboren. 2. Relatieve cijfers: aantal geboorten per 1000 inwoners. 11‰ betekent: er worden 11 kinderen geboren per 1000 inwoners. Bevolking en Ruimte 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland Bevolkingsgroei u 1. Natuurlijke bevolkingsgroei: → Saldo van geboortecijfer min sterftecijfer. 2. Sociale bevolkingsgroei: → Saldo van immigratie min emigratie. Demografische cijfers kunnen op twee manieren weergegeven worden: 1. Absolute cijfers: het aantal geboorten in één jaar. In een land zijn in één jaar 181.500 kinderen geboren 2. Relatieve cijfers: aantal geboorten per 1000 inwoners. 11‰ betekent: er worden 11 kinderen geboren per 1000 inwoners.
  • 3. Bevolkingsgroei u 1. Natuurlijke bevolkingsgroei: → Saldo van geboortecijfer min sterftecijfer 2. Sociale bevolkingsgroei: → Saldo van immigratie min emigratie Demografische cijfers kunnen op twee manieren weergegeven worden: 1. Absolute cijfers: het aantal geboorten in één jaar. In een land zijn in één jaar 181.500 kinderen geboren. 2. Relatieve cijfers: aantal geboorten per 1000 inwoners. 11‰ betekent: er worden 11 kinderen geboren per 1000 inwoners. Bevolking en Ruimte 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland Van jong naar oud u Vergrijzing door verschillende oorzaken: 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland ● Na WO II een echte geboortegolf. Babyboom is nu bejaard. ● Na 1965 afname van het geboortecijfer. Hierdoor minder jongeren → ontgroening. ● Mensen leven langer. Gestegen levensverwachting.
  • 4. De bevolkingspiramide u Leeftijdsdiagram of bevolkingspiramide 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland Opmerkelijk aan deze bevolkingspiramide: a. De bevolkingsomvang is toegenomen van 1950 tot 2010. b. Het aandeel ouderen is sterk toegenomen. c. Het aandeel jongeren is sterk afgenomen. d. De babyboom is duidelijk herkenbaar (zowel in de diagram van 1950 als in de diagram van 2010).
  • 5. Migratie u Voor 1965: Nederland een emigratie- land. u Na 1965: Nederland een immigratie- land. 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland Vier groepen naar Nederland: ● Gastarbeiders ● Inwoners van de Nederlandse koloniën ● Vluchtelingen ● Seizoensmigranten
  • 6. 1.2 Bevolkingsgroei, nu en later Toekomst u Voorspellen van de bevolkingsgroei. Kijken naar: u Sociale bevolkingsgroei: vestigingsoverschot u Natuurlijke bevolkingsgroei: sterfteoverschot.
  • 7. 1.2 Bevolkingsgroei, nu en later Regionale verschillen u Grote verschillen in bevolkingsgroei Gebieden met krimp (blauw) Gebieden zonder groei of krimp (geel) Gebieden met groei (oranje of rood) In krimpgebieden voornamelijk vertrek van jongeren (van het platteland naar stad voor werk of studie). Gevolg vergrijzing.
  • 8. 1.2 Bevolkingsgroei, nu en later Regionale verschillen u Bij bevolkingskrimp → moeilijk om voorzieningen open te houden. Het aantal klanten wordt minder. Hierdoor haalt de voorziening/of winkel de drempelwaarde niet. Of de zaak/voorziening gaat failliet of ze moet klanten uit een groter verzorgingsgebied aan zich binden (concurrentie met andere voorzieningen). Klant heeft (door welvaart en mobiliteit) een steeds grotere reikwijdte.
  • 9. 1.2 Bevolkingsgroei, nu en later Herinrichting u Waar minder mensen wonen, zijn minder woningen nodig. Door vergrijzing is er vraag naar andere woningen. ● Voorbeeld in Delfzijl: Afgebroken: kleine, goedkope, oude huurwoningen met een grote tuin. Gebouwd: moderne, grote koopwoningen met kleine tuin. Verder een park en de voorzieningen in een nieuw winkelcentrum.
  • 10. 1.3 De verstedelijking van Nederland ● Door twee factoren: 1. gestegen welvaart 2. toename van de mobiliteit ● Niet alleen suburbanisatie van mensen, ook van industrie. Industrie gaat van de binnenstad naar de rand van stad. Naar de stad en de stad uit u Na 1870 begon de industrialisatie: mensen trokken naar de stad; verstedelijking of urbanisatie. u Na 1960 begon de suburbanisatie.
  • 11. 1.3 De verstedelijking van Nederland De gevolgen u Suburbanisatie had grote gevolgen: ● 1. agglomeraties 2. stedelijke gebieden of stedelijke zones ● Grote steden lopen leeg.
  • 12. 1.3 De verstedelijking van Nederland Terug naar de stad u Re-urbanisatie Vanaf 1980 nam het inwoneraantal van de grote steden weer toe. – Binnensteden werden aantrekkelijker gemaakt. – Verlaten fabrieksterreinen en oude haventerreinen werden aantrekkelijke woonwijken. – De industrie heeft plaatsgemaakt voor de dienstensector (vele kantoorpanden in de binnenstad), werkgelegenheid voor hoger opgeleiden.
  • 13. 1.3 De verstedelijking van Nederland Het landelijk gebied u Ook veel verandering ruimtegebruik van het landelijk gebied: ● verstedelijking van het platteland door de suburbanisatie; ● door schaalvergroting veel minder, maar wel grotere boerenbedrijven op het platteland; ● meer ruimte en aandacht voor natuur en recreatie.
  • 14. 1.4 De Randstad Ontstaan en groei u Steden zijn vanaf ongeveer 1300 ontstaan. Kenmerken: u historische stadkern (binnenstad) met veel monumenten; u smalle bochtige straatjes met een hoge bebouwings- dichtheid. ● Concentrische groei vanaf de industrialisatie (na 1870). ● Stedelijk zones door stedelijke groei en latere suburbanisatie. ● Randstad heeft een meerkernen-groeimodel. ■ Elke stad heeft zijn eigen specialisatie.
  • 15. 1.4 De Randstad Woonkwaliteit u Randstad: 6,5 miljoen inwoners, aantal stijgt nog steeds. ● Nieuwe woonwijken aan de rand van de steden, v.b. Leidse Rijn: 80.000 inwoners. ● Leefbaarheid afhankelijk van: ● veiligheid; ● onderhoud; ● voorzieningen.
  • 16. 1.1 Bevolkingsgroei in Nederland Voorzieningen u Randstad heeft topvoorzieningen. Door de grote reikwijdte is heel Nederland het verzorgings- gebied, v.b. musicaltheaters. Bereikbaarheid en infrastructuur u Veel mobiliteit, bijv. forensisme. Door congestie (files) neemt de bereikbaarheid af. ● Verbeteren van de bereikbaarheid door: verbeteren en uitbreiding van infrastructuur (wegen en spoor).
  • 17. 1.5 Bronnen: Strijd om de ruimte Ruimtelijke ordening u Inrichten van de ruimte noem je: ruimtelijke ordening. ● In het bestemmingsplan van de gemeente staan de plannen vastgelegd omtrent: ● wonen - recreatie ● werken - natuur ● verkeer - ander grondgebruik Dit geldt ook voor Schiphol en de Haarlemmermeer
  • 18. 1.5 Bronnen: Strijd om de ruimte Economisch u Schiphol is de banenmotor van Nederland. Daarom alle ruimte voor de ontwikkeling van Schiphol met alle bijbehorende infrastructuur Milieu u Veel geluidsoverlast, veel ruimte gebruik voor de luchthaven Sociaal u Woningbouw: grote moeilijkheden bij het vinden van geschikte locatie, tevens weinig ruimte voor recreatie Politiek moet de juiste afwegingen maken.