1. NIEUWSBRIEF LOONBELASTING /
SOCIALE VERZEKERINGEN
Maart 2013
Hierbij treft u aan de nieuwsbrief met actualiteiten op het gebied van loonbelasting en sociale
verzekeringen. In deze nieuwsbrief de volgende onderwerpen:
1. Nader uitstel voor werkkostenregeling?
2. Crisisheffing mogelijk strijdig met EU-recht / bezwaar
3. Actualiteiten 30%-regeling
1. Nader uitstel werkkostenregeling
In Het Financieel Dagblad viel onlangs te lezen dat de werkkostenregeling (WKR) waarschijnlijk
met één of twee jaar wordt uitgesteld. Zo hebben bronnen op het ministerie van Financiën aan de
redactie van de krant bevestigd.
Ondanks de belofte van administratieve lastenverlichting, zijn werkgevers tot nu toe niet erg en-
thousiast over de WKR. Ongeveer 80% van de bedrijven hanteerde bijvoorbeeld vorig jaar nog
de oude (overgangs)regeling. De algemene indruk is dat de WKR in principe wel simpeler is op
hoofdlijnen, maar dat de overgang in het geheel geen eenvoudig verhaal is. Vooralsnog levert de
WKR juist te weinig verlichting van de administratieve lasten op. De nieuwe regeling is nog
steeds te ingewikkeld, vereist een grondige voorbereiding en dreigt voor sommige sectoren zoals
de detailhandel, horeca en zorg slechter uit te pakken dan het oude regime. Werkgevers hebben
voorts te weinig tijd gehad om zich goed voor te bereiden.
De Staatssecretaris van Financiën zou nu dus bereid zijn om de verplichte invoering van de WKR
verder uit te stellen voor de duur van één tot twee jaar. Behalve dat werkgevers meer tijd hebben
om zich voor te bereiden, zal de tijd door de Staatssecretaris worden gebruikt om bepaalde knel-
punten in de WKR aan te pakken.
Wij onderschrijven de perceptie van werkgevers dat de overgang naar de WKR een administra-
tieve last met zich meebrengt die bovendien tijd en geld vergt. Na een inventarisatie zal geanaly-
seerd moeten worden wat de WKR betekent voor de werkgever. Voorts zal de financiële admini-
stratie moeten worden aangepast en mogelijk ook de aanwezige arbeidsvoorwaarden.
De vraag is wat we nu opschieten met het uitstel. Waar op dit moment een bepaalde ‘sense of
urgency’ zich (eindelijk) aan het nestelen was bij werkgevers, zal deze bij nader uitstel (zeker bij
een uitstel tot 1januari 2016) weer snel verdwijnen. Naar onze mening zullen werkgevers mas-
saal de implementatie van de WKR uitstellen en wij betwijfelen of (bijv.) eind 2014 meer werkge-
vers dan op dit moment het geval is de WKR wel zullen toepassen.
info@crop.nl www.crop.nl
2. Naar onze mening blijft het zinvol om te inventariseren wat de WKR voor de onderneming bete-
kent. Mogelijk is de WKR voordelig en loont het om toch al over te stappen. Deze WKR-scan
kunnen wij voor u verzorgen.
2. Crisisheffing mogelijk strijdig met EU-recht / bezwaar
Werkgevers zijn verplicht een extra heffing te betalen van 16%, indien en voor zover het fiscaal
loon van een werknemer over 2012 boven de 150.000 euro uitkwam. Deze crisisheffing moet in
de aangifte loonbelasting over maart 2013 worden aangegeven.
Uit een uitspraak van Hof Arnhem van 12 februari valt echter af te leiden dat de crisisheffing mo-
gelijk in strijd is met het Europees recht. In haar uitspraak oordeelt de rechter met betrekking tot
de heffing bij bovenmatige ontslagvergoedingen dat het Europees recht terugwerkende kracht
verbiedt, als daar geen of onvoldoende rechtvaardiging voor bestaat. Voor de crisisheffing geldt
dat deze in april 2012 werd aangekondigd bij het Lente-akkoord. Mogelijk is de crisisheffing daar-
om in strijd met het Europees recht aangezien ook de crisisheffing een dergelijke materieel te-
rugwerkende kracht heeft naar een tijdstip van vóór de datum van inwerkingtreding met betrek-
king tot beloningen die zijn genoten in de periode tot aan de aankondiging bij het Lente-akkoord
(met namen tantièmes of bonussen over 2011).
Wij adviseren om bij de aangifte loonheffingen over maart tevens bezwaar te maken tegen af te
dragen crisisheffing. Een model gemotiveerd bezwaarschrift is verkrijgbaar via de kennisgroep LB
of uw contactpersoon bij CROP.
3. Actualiteiten 30%-regeling
Bij de voorwaarden voor de huidige 30%-regeling bij inkomende werknemers is vooral kritiek op
de eis dat de werknemer afkomstig moet zijn van een woonplaats op ten minste 150 kilometer
van de Nederlandse grens.
Voor toepassing van de 30%-regeling geldt vanaf 2012 de voorwaarde dat de werknemer in de
periode van 24 maanden voorafgaand aan de tewerkstelling in Nederland ten minste tweederde
van de tijd op minimaal 150 kilometer van de Nederlandse grens woonden. Dit 150 kilometer-
criterium was bedoeld om misbruik te voorkomen maar blijkt in de praktijk onredelijk uit te pakken
voor bepaalde situaties.
Versoepeling voor terugkerende expats
Allereerst heeft het afstandcriterium invloed op situaties waarin een werknemer onder de 30%-
regeling in Nederland verbleef, kortstondig weer in het buitenland verblijf en daarna de 30%-
regeling weer wil voortzetten. De belastingdienst interpreteerde de voorwaarde zo dat ook als de
werknemer in de voorgaande periode van 24 maanden minstens 8 maanden in Nederland had
gewoond niet meer in aanmerking kwam voor de 30% regeling.
info@crop.nl www.crop.nl
3. De Staatssecretaris heeft aangegeven dat de regeling niet zo streng is bedoeld en heeft de rege-
ling aangepast met terugwerkende kracht tot 1 januari 2012. Er is nu bepaald dat de 150 kilome-
tergrens niet van toepassing is als de werknemer bij aanvang van een eerdere tewerkstelling in
Nederland voldeed aan de 150 kilometergrens én niet meer dan 8 jaar vóór de nieuwe tewerk-
stelling in Nederland is begonnen.
150 kilometergrens mogelijk strijdig met EU-recht
Daarnaast wordt betwijfeld of de 150 kilometergrens geen ongerechtvaardigde ongelijkheid met
zich meebrengt en strijdig is met EU-recht. Zo kan verdedigd worden dat de Duitse werknemer
woonachtig op 145 kilometer van de Nederlandse grens, werkt in Den Haag en mede daarom
feitelijk ook tijdelijk naar Nederland verhuist, minstens een gelijk recht heeft op de 30%-regeling
als de werknemer die woont op 151 kilometer van de Nederlandse grens, werkt in Arnhem en
dagelijks heen en weer reist.
In een procedure voor de rechtbank Breda oordeelde de rechter dat de Nederlandse wetgever
een zogenoemde objectieve rechtvaardigingsgrond had voor een eventuele inbreuk op het Euro-
pese recht. Korte tijd later besliste de rechtbank in Haarlem echter precies het tegenovergestel-
de. In een vergelijkbare zaak bepaalde deze rechter dat de 150-kilometergrens een inbreuk vormt
op het vrije verkeer van werknemers binnen de Europese Unie. De afstandsbeperking leidt tot
willekeur en zijn er onvoldoende rechtvaardigings-gronden om het verschil te rechtvaardigen.
Twee uitspraken en twee verschillende besluiten over dezelfde vraag. De zaak ligt nu via sprong-
cassatie bij de Hoge Raad. De Hoge Raad zal dus uitsluitsel geven over de houdbaarheid van de
150-kilometergrens.
150 kilometergrens bij tussentijdse beoordeling
Voor 30%-beschikkingen die zijn afgegeven vóór 1 januari 2012 (met een looptijd van maximaal
10 jaar) geldt dat de fiscus na 5 jaar kan onderzoeken of nog sprake is van een schaarse speci-
fieke deskundigheid. In dergelijke gevallen gelden de nieuwe voorwaarden, dus de salarisnorm
en de kilometergrens. Let dus op, als de fiscus voor deze ‘oude’ 30%-beschikkingen de tussen-
tijdse beoordeling doet, en de werknemer voldoet niet aan de 150 kilometergrens, is het gevolg
dat de 30%-regeling vanaf dat moment niet meer van toepassing is.
Mocht u naar aanleiding van deze nieuwsbrief nog vragen hebben, of andere vragen op het ge-
bied van loonbelasting en sociale verzekeringen dan kunt u uiteraard contact opnemen met een
van de leden van de kennisgroep LB/SV.
Kantoor Arnhem (Bart Agerbeek)
Kantoor Ede (Duncan van Koesveld)
Kantoor Hoofddorp (Cindy Wijers)
Kantoor Leusden (Peter Pennings)
info@crop.nl www.crop.nl