SlideShare une entreprise Scribd logo
1  sur  24
Télécharger pour lire hors ligne
SPORTPSYCHOLOGIE




Auteur: Linde van Erp
Studie: Advanced Business Creation
Periode: E-fase - 30/03/2012
Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
Auteur: Linde van Erp
Studentnummer: 2025463
Klas: E1A1
Studie: Advanced Business Creation
School: Avans Hogeschool, ‘s-Hertogenbosch
Periode: E-fase, semester 2
Datum: 30/03/12
Projectbegeleider: Paul Lelkes




                                             1
INHOUD



INLEIDING .....................................................................................................................................3
DEEL 1: SPORTPSYCHOLOGIE, HET BEGRIP EN HAAR AFKOMST .........................................................5
   1.     Wat is de definitie van (sport)psychologie? ..........................................................................5
   2.     Wat is de definitie van innovatiemanagement? ....................................................................5
   3.     Wat is de geschiedenis van sportpsychologie? ......................................................................6
   4.     Waarom is sportpsychologie innovatie (relevantie)? .............................................................7
   Conclusie ...................................................................................................................................7
DEEL 2: MENTALE ASPECTEN ..........................................................................................................9
   5.     Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties?..................9
   6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende
   theorieën?............................................................................................................................... 11
   Conclusie ................................................................................................................................. 15
DEEL 3: VAN INNOVATIE NAAR MANAGEMENT.............................................................................. 16
   7.     Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged? ....................................... 16
   8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in
   sport?...................................................................................................................................... 18
   Conclusie ................................................................................................................................. 19
CONCLUSIE.................................................................................................................................. 21



                                                                                                                                                         Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
................................................................................................................................................... 22
REFERENTIES ............................................................................................................................... 23




                                                                                                                                                         2
INLEIDING
SPORT, ONE OF THE ONLY THINGS IN THE NEWS LEFT THAT’S FOCUSSING ON ACCOMPLISHMENTS
                          INSTEAD OF FAILURES (Warren, 1968)

Aanleiding
Naar aanleiding van de Science School op Advanced Business Creation schrijf ik een paper. Deze
paper zal een specifiek onderwerp relateren aan innovatie management. Mijn keuze is hier gevallen
voor het onderwerp sportpsychologie. Waarom? Sportpsychologie ís innovatie. Sport is een markt
met wereldwijde impact. Een markt waar beweging, gezondheid, innovatie, creativiteit en
technologie samen gaan met passie en emotie. Waar fysieke en mentale inspanning samensmelten
en zich uiten in kracht. Dat beide factoren, zowel fysieke als mentaal, noodzakelijk zijn bij sporttalent
is inmiddels door de meeste kenners wel bevestigd. Maar toch is de toepassing van de mentale
aspecten, sportpsychologie, in de sportwereld nog redelijk nieuw en dus innovatief.

Relevantie
Dat het onderwerp sportpsychologie makkelijk gelinkt kan worden aan het thema
innovatiemanagement kan snel uitgelegd worden met het feit dat sportpsychologie al een innovatie
op zich is. De toepassing hiervan beschouw ik hier dan ook als innovatie management. (in hoofdstuk
4 leg ik de relevantie nogmaals uit aan de hand van verschillende definities en de achtergrond van
sportpsychologie)

Doelstelling
De onderwerpen waar ik me in deze paper in ga verdiepen zijn inmiddels duidelijk, mijn doel echter
nog niet. De doelstelling die ik bij het schrijven van de paper nastreef is als volgt: Informatie vergaren
en tot me nemen van het onderwerp sportpsychologie als innovatie in de sportwereld en mijn
probleemstelling middels verschillende theorieën beantwoorden. Mijn eigen mening is hier een
conclusie van de benoemde theorieën in de paper.




                                                                                                             Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
Probleemstelling/hoofdvraag
Hoe wordt sportpsychologie als innovatie gemanaged in de topsportwereld en heeft dit
toekomstperspectief?

De probleemstelling zal beantwoorden middels literatuurstudie (methode van onderzoek). De
volgende deelvragen zullen in de paper aan bod komen en een bijdrage leveren bij het
beantwoorden van de hoofdvraag:

    1.   Wat is de definitie van (sport)psychologie?
    2.   Wat is de definitie van innovatiemanagement
    3.   Wat is de geschiedenis van sportpsychologie?
    4.   Waarom is sportpsychologie innovatie?
    5.   Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties?
    6.   Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende theorieën?
    7.   Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged?
    8.   Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in
         sport?




                                                                                                             3
Opbouw paper/leeswijzer
De paper is in drie delen gesplitst. Ieder deel beantwoord overzichtelijk een aantal deelvragen om
uiteindelijk tot een conclusie te komen. Deel een ‘Sportpsychologie, het begrip en haar afkomst’ kijkt
naar de deelvragen een, twee, drie en vier. Het ligt de definities en de afkomst van sportpsychologie
toe. De relevantie wordt duidelijk uitgelegd, wat het lezen van de paper voor iemand die niet
deskundig is in het vakgebied makkelijker maakt. Vervolgens beantwoord deel twee ‘Mentale
aspecten’ de vragen vijf en zes. Dit deel is een van de belangrijkste delen in de paper omdat het, het
belang uitlegt van sportpsychologie in topsport. Het gaat in op welke mentale aspecten een rol
spelen voor topsporters bij het vermogen tot presteren en maakt de innovatie sportpsychologie
succesvol omdat er waarde wordt toegevoegd (zie definities innovatie). Ook wordt er gekeken of er
een verband is te schetsen tussen al deze mentale aspecten. Deel drie ‘Van innovatie naar
management’ gaat over de toepassing van de innovatie (innovatiemanagement) sportpsychologie,
namelijk middels trainingsprogramma’s. Deze trainingsprogramma’s dienen als basis voor de
toekomst. Deel drie beantwoordt deelvraag zeven en acht en kijkt dus ook naar het
toekomstperspectief van sportpsychologie als innovatie in de sportwereld. Hier wordt er vooral
gekeken naar de mening van de deskundige. Ik probeer middels deze deelvragen in de Paper een zo
goed mogelijke ontwikkeling te schetsen van het verleden-heden en de toekomst. Al deze vragen
leiden uiteraard tot de beantwoording van de hoofdvraag/probleemstelling. Velen verschillende
theorieën zult u lezen om deze vraag zo goed mogelijk te kunnen beantwoorden.

Assumptie
Mijn assumptie is dat het mentale aspect minstens een net zo’n belangrijke rol speelt bij topsport als
het fysieke- en dat dit niet zo zeer bewezen kan worden door harde feiten als cijfers en percentages
maar wel middels succesverhalen (ervaringen). Deze zullen het belang van sportpsychologie als
innovatie benadrukken en geven een positief toekomstperspectief van de toepassing van het begrip.
Ik verwacht dat innovatiemanagement zich in sportpsychologie vertaald in verschillende
trainingsprogramma’s die werken aan de verbetering van de mentale kracht bij topsporters. Hier
denk ik vooral aan concentratie verbetering en het verhogen van zelfvertrouwen en de ‘drive’ om te



                                                                                                         Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
presteren (onder druk).

KUNNEN IS ZILVER, WILLEN IS GOUD (Arden, 2007)




                                                                                                         4
DEEL 1: SPORTPSYCHOLOGIE, HET BEGRIP EN HAAR AFKOMST
In dit hoofdstuk worden de begrippen sportpsychologie en innovatiemanagement in een notendop
omschreven. De volgende vragen komen hier aan bod:

    1.   Wat is de definitie van (sport)psychologie?
    2.   Wat is de definitie van innovatiemanagement
    3.   Wat is de geschiedenis van sportpsychologie?
    4.   Waarom is sportpsychologie innovatie?

Verschillende definities worden hier tegenover elkaar gezet. Het hoofdstuk is puur ter inleiding van
mijn paper. Ik kijk hier doelbewust ook naar het begrip innovatiemanagement om aan te tonen dat
sportpsychologie een innovatie is die gemanaged kan worden.

    1. Wat is de definitie van (sport)psychologie?

Bekende definities van het begrip (sport)psychologie zijn:

        ‘The scientific study of human behaviour. The ABC’s of psychology are affect (feelings),
         behaviour, and cognition (thought).’ (Gill & Lavon, 2008)
        ‘The scientific study of people and their behaviours in sport and exercise contexts and the
         practical applications of that knowledge.’ (Gill, 1979; Weinberg & Gould, 2010)
        ‘(1) Understanding of how psychological and social factors influence an individual’s
         behavioural outcomes (e.g., sport performance, exercise motivation) and (2) to
         understanding of how participation in sport and exercise influences psychological and social
         development, health, and well-being’ (Weinberg & Gould, 2010)

Deze definities geven een duidelijk beeld van de betekenis van sportpsychologie. De volgende
definitie zal ik hanteren in deze Paper:



                                                                                                        Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
Sportpsychologie is (1) de studie naar de mens en haar gedragen en hoe de verschillende
psychologische- (gevoelens, gedrag en denken) en sociale factoren het gedrag en vermogen tot
presteren in sport en beweging contexten beïnvloeden. (2) De praktische toepassing van deze kennis
(innovatiemanagement).

Ik kies voor deze definitie omdat we in de ik in de Paper specifiek kijk naar het begrijpen van de
invloed van de psychologische factoren op sport prestaties en de toepassing van deze theoretische
kennis.

    2. Wat is de definitie van innovatiemanagement?

Bekende definities van innovatie(management) zijn:

         ‘The introduction of new goods, new methods of producti on, the opening of new markets,
         the conquest of new sources of supply and the carrying out of a new organization of any
         industry.’ (Knell, 2010; Schumpeter, 1934)
        ‘The ability to deliver new value to a customer’ (Campos, n.d.)
        ‘The act of introducing something new.’ (The american heritage dictionary, n.d.)

                                                                                                        5
Kijkende naar bovenstaande definities van innovatie kan de volgende definitie van
innovatiemanagement worden geformuleerd:
Innovatie management is het managen van veranderen of vernieuwen van producten of
productiemethoden of van het introduceren van nieuwe producten, productieprocessen of nieuwe
markten waarbij men vraag/behoeften of toegevoegde waarbij creëert & biedt voor de
consument. Diensten vallen hier ook onder het begrip product.

Ik kies hier bewust voor deze definities omdat het in deze paper van belang is dat we kijken naar een
succesvolle innovatie. Sportpsychologie is dus in mijn ogen alleen een succesvolle innovatie als het
ook echt de prestatie van topsporters lijkt te verbeteren. Dit behandelen we in deelvraag vijf en zes.
Het managen van deze innovatie zal in de laatste deelvragen behandeld worden.

    3. Wat is de geschiedenis van sportpsychologie?

De term sportpsychologie is op het moment erg in trek. Dit wil echter niet zeggen dat het begrip
geheel nieuw is. Over het jaartal dat aan de term toegekend kan worden, zijn de meningen nog
redelijk verdeeld. Daarnaast wordt er onderscheid gemaakt tussen de ontwikkeling van de
wetenschappelijke kant van sportpsychologie en de praktische-, waar er daadwerkelijk met atleten is
gewerkt. Wanneer dat laatste begonnen is, is lastiger te traceren. Het eerste jaar dat genoemd
wordt is 1895, waar een periode start onder de naam ‘The Early Years’. Deze periode zou zijn
geëindigd in 1920.(Weinberg & Gould, 2010)

Anderen spreken over een start rond 1898 waar psycholoog Norman Triplett ontdekte dat een
wielrenner betere tijden haalde door te fietsen in competitie met concurrenten dan individueel.
(Tartakovsky, 2011) In 1920 lijkt het bij vele bronnen pas echt te beginnen. Het jaar dat Carl Diem
werelds eerste sportpsychologie laboratorium opzette in Berlijn, Duitsland. (Cherry, n.d.) De jaren ’60
en ‘70 lijken het begin te zijn van de praktische toepassingen bij atleten. (Murphy, 1995) Het meest




                                                                                                          Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
betrouwbaar lijken nog altijd de 5 perioden die de historie vormen van het begrip sportpsychologie
(Weinberg & Gould, 2010):

    1. ‘The early years’ (1895-1920)
Noord Amerika - Hier komt het verhaal van Norman Triplett weer terug, waar het allemaal begon.
Niet alleen fietsers werden getimed, ook jonge kinderen die zo snel mogelijk bij de finishlijn moesten
bereiken, werden getest. Deze experimenten waren het begin van de studie naar de psychologische
aspecten van sport en het leren van motorische vaardigheden. Het ging hier om het meten van
atleten op reactietijden en het bediscussiëren van de rol van sport in persoonlijke- en karakter
ontwikkeling. De studieresultaten werden nog nauwelijks toegepast.

    2. ‘The Griffith Era’ (1921-1938)
Griffith was de eerste Noord Amerikaan die een belangrijk deel van zijn carrière doneerde aan
sportpsychologie. Vandaag de dag wordt hij dan ook geprezen als ‘vader’ van de Amerikaanse
sportpsychologie. Hij opende een laboratorium, waarvan wordt aangegeven dat dit de eerste was en
hiermee dus niet die van Diem, en schreef twee boeken over sportpsychologie. Verder werd er
gecorrespondeerd met voetbalcoaches en leverde hij zijn bijdrage in de baseballwereld.



                                                                                                          6
3. ‘Preparation for the future’ (1939-1965)
De grootheid in het begin van deze periode was Franklin Henry (University of California). Henry is
voor een groot deel verantwoordelijk voor de wetenschappelijke ontwikkelingen (field). Het
belangrijkste hier is dat hij vele onderwijzers trainde. Zij werden later zelf professoren en ontworpen
systematische research programma’s. Pas 10 jaar later kwamen de uitvinders Warren Johnson en
Arthur Slatter-Hammel aan bod. Ook zij hielpen bij het leggen van het grondwerk van
sportpsychologie. Ook in deze periode werd er nog weinig toegepast.

    4. ‘The establisment of Academic Sport Pschology’ (1966-1977)
In de jaren ’60 werd de interesse in het onderwerp sportpsychologie pas echt opgewekt bij velen
geleerden. ‘physical education’ werd een academische discipline en sportpsychologie was hier een
onderdeel van. Sport psychologen bestudeerden hoe verschillende psychologische factoren als angst,
zelfverzekerdheid en persoonlijkheid de sport- en motorieke prestaties beïnvloedden. Daarnaast
keek men naar het tweede aspect van sportpsychologie; hoe deelname aan sport en beweging
invloed had op de psychologische ontwikkeling, zoals onder andere persoonlijkheid en agressie.
Bruce Ogilvie werd de ‘vader’ van de Noord Amerikaanse toegepaste sportpsychologie.

   5. Contemporary sport and exercise psychology’ (1978-present)
Tegenwoordig is er steeds meer interesse naar sportpsychologie, vooral de term ‘toegepaste
sportpsychologie’ is erg in trek. In deel twee worden verschillende huidige psychologische aspecten
genoemd die bij sporttalent een grote rol spelen bij prestaties. Daarnaast kijken we kort naar wat
“oude” en actuele succesverhalen in de sportwereld.


    4. Waarom is sportpsychologie innovatie (relevantie)?

Met de kennis over innovatiemanagement, sportpsychologie en de historie die hierboven beschreven
is, is deze vraag gemakkelijk te beantwoorden. Sportpsychologie is geen compleet nieuw begrip maar




                                                                                                          Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
de toepassing ervan in topsport is dat wel. We hebben nameli jk gezien dat innoveren gaat over het
veranderen of vernieuwen van producten of processen. De training van een topsporter kan ervaren
worden als een proces. Wanneer hier naast fysieke training ook mentale training wordt toegepast is
dat innovatie. De manier waarom dit gemanaged wordt noemen we hier innovatiemanagement van
sportpsychologie. Dit alles hangt natuurlijk samen met de ontwikkelingen in de wetenschap van
sportpsychologie en de invloed van de groei in kennis op de ontwikkelingen in de praktijk.


Conclusie

Dit deel is theoretisch beantwoord met de verschillende definities. Deze definities vormen de basis
kennis van de paper en geven de relevantie aan van het onderwerp sportpsychologie in
innovatiemanagement. Innovatie gaat over het ‘het managen van veranderen of vernieuwen van
producten of productiemethoden of van het introduceren van nieuwe producten,
productieprocessen of nieuwe markten waarbij men vraag/behoeften of toegevoegde waarbij
creëert & biedt voor de consument. Diensten vallen hier ook onder het begrip product’. Terwijl
sportpsychologie gedefinieerd kan worden als ‘Sportpsychologie is (1) de studie naar de mens en


                                                                                                          7
haar gedragen en hoe de verschillende psychologische- (gevoelens, gedrag en denken) en sociale
factoren het gedrag en vermogen tot presteren in sport en beweging contexten beïnvloeden. (2) De
praktische toepassing van deze kennis (innovatiemanagement).’ In de deelvraag over de historie van
sportpsychologie is te lezen dat niet zozeer het begrip nieuw is maar de toepassing hiervan in
topsport wel. Het toepassen van de innovatie sportpsychologie is dus innovatiemanagement. In de
volgende delen gaan we hier dieper op in.




                                                                                                     Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation




                                                                                                     8
DEEL 2: MENTALE ASPECTEN
Nu u het begrip sportpsychologie en de achtergrond hiervan kent, weet u dat het vak enerzijds gaat
over het bestuderen van de verschillende mentale aspecten die een rol spelen bij sport prestaties en
anderzijds over het toepassen van deze kennis. Logischerwijs richt de Paper zich in dit hoofdstuk op
het eerste vlak: de mentale aspecten. Deze bewijzen namelijk het belang van sportpsychologie bij
topsporters. Dit maakt de innovatie sportpsychologie succesvol.

De deelvragen die in dit deel behandeld worden zijn:

        5. Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties?
        6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende
           theorieën?

Om een betrouwbaar beeld te schetsen worden er eerst kort verschillende perspectieven tegenover
elkaar gezet. De belangrijkste aspecten en de reden van impact worden toegelicht. Deelvraag 6
schetst kort het verband tussen deze genoemde aspecten.

        5. Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties?

Verschillende perspectieven

In de figuren hieronder worden kort verschillende (overkoepelende) psychologische aspecten per
theorie opgesomd.

Theorie Schuijers                   Theorie Taylor & Wilson             Theorie Lammers
    ‘Scherp zijn’:               Motivatie                            5 mentale basis vaardiheden:
     Aandacht/concentratie        Zelfvertrouwen                         Doelen stellen
                                               1
     Kenmerken ‘ideale            Intensiteit                            Concentratie




                                                                                                               Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
     prestatietoestand’:          Focus                                  Motivatie
     Controle over opwinding      Emoties                                Denktraining
     Vol energie maar toch                                                Vasthouden aandacht
     ontspannen zijn                                                    Overige vaardigheden:
     Zelfvertrouwen                                                       Zelfvertrouwen
     Juiste gerichtheid                                                   Positief denken
     aandacht                                                             Persoonlijke ontwikkeling
     Gevoel van controle
     Positief en reëel denken
     Gevoel dat ruimte en tijd
     niet bestaan
    Waarnemen
(Schuijers, 1997)              (Taylor & Wilson, 2005)                  (Koppen, 2010)




1
 Intensiteit is een gradatie van energie die kan worden gemeten met een kwantitatieve schaal van waarden
hoger dan de drempelwaarde. (“Encyclo.nl,” n.d.) In sport is de hoogte van inspanning voor een prestatie van
belang.

                                                                                                               9
Theorie Gill & Lavon              Theorie Jarvis                     Theorie Weinberg & Goud

  Persoonlijke factoren               Persoonlijkheid &               Persoonlijke factoren
   o.a. aandacht, cognitieve            persoonlijke                     Persoonlijkheid
   vaardigheden en zelfbeeld            ontwikkeling                     Motivatie
  Motivatie                            (De aandacht stijl is hier       Opwinding, stress & angst
   Oriëntatie motivatie:                een onderdeel van)              Omgeving factoren
   presteren en                        Attitudes                        Competitie en
   competitiviteit                      (t.o.v. competitie)              samenwerking
  Omgang met emoties en               Agressie                         Feedback, versterking en
   stress                              Sociale factoren                 intrinsieke motivatie
  Sociale processen                    (Hier worden factoren in        Factoren in teamsport
   Sociale invloed                      teamsport besproken)             (Worden later dit
   Ontwikkeling in karakter            Opwinding & angst                hoofdstuk apart
   en agressie                         Motivatie                        behandeld)
   (Factoren van teamsport)            Verwerving van
   Geslacht, diversiteit en             vaardigheden en
   cultuur                              expertise

(Gill & Lavon, 2008)              (Jarvis, 2006)                     (Weinberg & Gould, 2010)


De onderstaande theorieën richten zich puur op de uitkomsten van onderzoek naar de mentale
aspecten die een rol spelen bij het winnen van een wedstrijd, met name he t winnen van een reeks
van wedstrijden. Welke zaken vielen er bij deze atleten en/of teams op?

Theorie Summers                   Theorie Pearlman                   Theorie Campbell
Psychologie achter winnen in      Psychologie achter winnen in       Psychologie achter winnen in
sport:                            sport:                             sport:




                                                                                                      Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
Summers schrijft over de links       Werk ethiek                      Karakteristieken
tussen brein chemie, sociale           Discipline, motivatie,            sportman:
theorie en economie bij                beter willen worden               gedreven, doelgericht,
winnen                               Nederigheid                        competitief, optimistisch,
   Hoe meer testosteron,              Respect voor de                   ambitieus, “vallen en
      hoe beter. Winnen geeft          tegenstander (vooral in           opstaan” mentaliteit,
      je meer hormonen en              teamsporten)                      visualisatie van doel
      hoe meer T. hoe groter         Liefde voor werken en            Persoonlijkheid:
      de voorsprong in de              presteren onder druk              Introvert-extravert
      volgende wedstrijd               Controle adrenaline en            Neurotisch-stabiel
   Alleen nuttig bij een              concentratie onder druk         Gedachtegang
      gehalte aan cortisol.          (Zelf) motivatie                   bespreekbaar maken voor
   Kalm zijn ondanks drang            (anders in teamsport)             emotionele controle
      naar dominantie                Onbaatzuchtigheid                Teamspirit
   Sporters genieten meer             (teamsport)                       (wordt later toegelicht)
      wanneer zij presteren          Zelfvertrouwen                   Negatieve energie
      terwijl anderen falen;                                             (wordt later toegelicht)
      wanneer zij de beste zijn
(Summers, 2011)                   (Pearlman, 2009)                   (Campbell, 1998)


Zoals u ziet hebben de meeste theorieën veel gelijkenissen. Zo wordt ‘persoonlijkheid’ door de
                                                                                                      1
                                                                                                      0
meeste bronnen genoemd alleen de invulling van dit aspect verschilt wel. Zo vinden Weinberg &
Gould motivatie onder persoonlijkheid vallen, terwijl andere theorieën motivatie als een
opzichzelfstaand aspect noemen. Daarnaast kan er in de uiteenzetting van theorieën en de
opsomming van de verschillende aspecten duidelijk onderscheid gemaakt worden tussen de
aspecten die voor alle atleten gelden en die, die alleen van toepassing zijn voor teamsporters.

    6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende
       theorieën?

Psychologische aspecten

In de paper is er een verband geschetst tussen de verschillende mentale aspecten die een rol spelen
bij het vermogen tot presteren bij topsport. Op de volgende pagina is hier een figuur van te zien.

De toelichting van de verschillende aspecten op deze pagina refereren aan de verschillende
theorieën en het verband hiertussen in het figuur hieronder. Er wordt bewust op sommige aspecten
dieper ingegaan. Vanwege het feit dat deze in het figuur niet uitgebreid genoeg zijn behandeld of
omdat het ervaren is als een van de meest noodzakelijke mentale aspecten.

     1. Persoonlijke aspecten
Een aantal mensen zijn van mening dat wanneer een sporter niet de natuurlijke psychologische
voordelen heeft en dus niet geboren is met temperament, zoals Bjorn Borg bijvoorbeeld(een man
geboren met temperament), de sporter gewoon niet de competenties heeft die nodig zijn om te
winnen. Toch toont onderzoek aan dat middels verschillende technieken atleten wel degelijk meer
uit zichzelf kunnen halen. Bij de meest succesvolle sporters, onafhankelijk van achtergrond en type
persoonlijkheid, is toch een bepaald patroon te ontdekken, gemeenschappelijke karakteristieken.
Topsporters zijn: competitief, optimistisch, ambitieus, doelgericht (en visualiseren deze doelen in het




                                                                                                          Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
hoofd en schrijven deze vaak ook uit op papier), gedreven en hebben een voorliefde voor presteren
onder druk. Daarnaast kent iedere sporter, ofwel ieder persoon een bepaald persoonlijkheid type,
zoals introvert of extravert. Deze zullen in het volgende hoofdstuk kort aan bod komen. (Campbell,
1998; Koppen, 2010; Schuijers, 1997)

De topsporter dient ook een bepaalde attitude the hebben. Zelfvertrouwen is noodzakelijk. Door
onzekerheden uit te spreken en te focussen op de sterkte punten van een sporter stijgt
zelfvertrouwen en positiviteit. Topsporters horen in zekere zin ook optimistisch te zijn om om te
kunnen gaan met tegenslagen. De zogeheten ‘Iceberg profile’ staat voor een elite aantal atleten met
positieve instelling. Aangetoond is dat zij nadrukkelijk beter presteren. (Campbell, 1998; “Marc
Lammers - De kunst van het winnen,” n.d.; Schuijers, 1997; Weinberg & Gould, 2010)

(Zie de rest van de toelichting op pagina 13,14,15)




                                                                                                          1
                                                                                                          1
Karakter & Attitude
                                                                                 (o.a. zelfvertrouwen)


                                                                               Omgang met persoonlijke
                                                Persoonlijke aspecten        uitdagingen (stress, presteren
                                                                                   onder druk, etc.)



                                                                            Intrinsieke motivatie, werkethiek



                                                                                Aandacht vasthouden,
                                                                                   waarnemening
           Mentale aspecten bij (TOP)sport




                                                                             Competitie en samenwerking

                                             Sociale aspecten (Omgeving)

                                                                                 Feedback, versterking




                                                                            Geslacht, diversiteit en cultuur




                                                                                                                 Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
                                                                                Karakter teamsporter &
                                                                               persoonlijke ontwikkeling



                                                                               Groep en team dynamiek



                                              Sociale aspecten (Sport in
                                                                           Teamspirit, cohesie en positiviteit
                                                    teamverband)



                                                                                      Leiderschap



                                                                            Communicatie; gedachtegang
                                                                               bespreekbaar maken

Figuur 1 – Overzicht van mentale aspecten bij (TOP)sport

                                                                                                                 1
                                                                                                                 2
Figuur 2 – Psychological profiles of more and less successful elite athletes.(Weinberg & Gould, 2010)

Bij het aspect ‘omgang met persoonlijke uitdagingen’ kunt u denken aan de omgang met emoties,
stress, angst, agressie, opwinding en presteren onder druk. Het is noodzakelijk dat de sporter veel
energie heeft maar toch ontspannen blijft tijdens inspanning. Het verband tussen emoties als
opwinding en angst kunnen de piek-prestaties bepalen. Het hangt ook nauw samen met
concentratie, scherp zijn en blijven tijdens een competitie. (Campbell, 1998; Pearlman, 2009;
Schuijers, 1997; Weinberg & Gould, 2010)

Tot slot is motivatie een heel belangrijk persoonlijk aspect. Van een topsporter wordt een bepaalde
werkethiek gevraagd, een drijfveer, een “vallen en opstaan” mentaliteit. De focus is hier niet 100
procent op de uitkomst maar op verbetering. Echte winnaars kennen een hoge intrinsieke motivatie.
(Campbell, 1998; Koppen, 2010; Pearlman, 2009; Weinberg & Gould, 2010)

Succesverhaal: Er zijn talloze succesverhalen op te noemen, een daarvan is die van Andre Agassi.
Deze top tennisser bleef na een bliksemsnelle start van zijn professionele carrière alsmaar verliezen




                                                                                                           Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
en dat van tennissers met minder talent. Frustratie won de overmacht en dat was de reden dat hij
koos voor Brad Gilbert als nieuwe coach. Perfectionisme bleek de boosdoener. Gilbert gaf Agassi het
volgende mee: “It’s all about the head. With your talent, if you’re fifty percent game-wise, but ninety-
five percent head-wise, you’re going to win. But if you’re ninety-five percent game-wise and fifty
percent head-wise, you’re going to lose, lose lose.” Door het herinrichten van de wedstrijd won
Agassie 5 maanden later zijn eerste U.S. Open kampioenschap. Hier opvolgend kwam de Grand Slam,
Australian Open 1995. (Summers, 2011)

        ‘THE THIN LINE BETWEEN VICTORY AND DEFEAT IS ONE COMPOSED NOT OF MUSCLE
                              BUT MENTALITY’ (Pearlman, 2009)

     2. Sociale aspecten: omgeving
Bij de mentale aspecten die zich richten op de omgeving van een topsporter zullen een aantal
termen wel voor zich spreken, te denken aan geslacht, diversiteit en culturen. Net als in algemene
psychologie dient u hier rekening mee te houden. Daarnaast is competitie en samenwerking een
belangrijk element. Tussen competitie en samenwerking zit een wezenlijk verschil. Beiden kennen zij
een ander proces, toch is het typisch om te zien dat sociale factoren in de jeugd zoals een leraar,
ouder/verzorger of coach, grote invloed kunnen hebben op het aspect waar het kind de grootste
nadruk op legt: samenwerking of competitie? Competities kent haar voor- en nadelen en een balans
tussen samenwerking en competitie is dan ook van groot belang. Wel is competivi teit als
                                                                                                           1
                                                                                                           3
karaktereigenschap een pree bij topsporters.

Wetende dat optimisme erg belangrijk is bij topsport, spreekt het ook voor zich dat feedback, positief
of negatief, grote invloed kan hebben op prestaties.

‘Scherp zijn’, zoals men dat noemt in de sportwereld, en het behouden van deze aandacht is een van
de meest belangrijke mentale aspecten bij topsport. Zo geven 40 van de 48 topsporters in een
onderzoek aan, na mentale training geconcentreerder te zijn, betere resultaten te behalen, bewuster
te zijn gaan trainen en voorbereiden, zelfverzekerder te zijn, minder of geen last te hebben van
faalangst of nervositeit en meer plezier in hun sport te beleven. De atleten geven hier ook gelijk het
verband aan tussen al deze mentale aspecten die een rol spelen bij het vermogen tot presteren.
Concentratie staat weer in verband met waarneming. Het is belangrijk dat men bij het waarnemen
van vormen ook diepte waarneemt. Bij waarneming in beweging kunt u denken aan schijnbeweging,
een beweging waar een sporter hat waarnemingssysteem van zijn tegenstander onder druk zet. Het
is cruciaal dat een sporter scherp is maar hij/zij kan gedurende een wedstrijd behoorlijk op de proef
gesteld worden. Afleidingen kunnen o.a. veroorzaakt worden door vermoeidheid, moe zijn, pijn en
de stand in de wedstrijd. (Koppen, 2010; Schuijers, 1997)

    3. Sociale aspecten: teamprocessen
Teamsport is een tak op zich. Het gaat hier niet alleen om het individu en zijn of haar omgeving, het
gaat om het team en de individu als onderdeel van dat team. Naast de neutrale karakteristieken van
een atleet zijn ook nederigheid en vooral onbaatzuchtigheid cruciaal. Persoonlijke doelen dienen
concreet te zijn en uitgesproken te worden maar het persoonlijke doel mag niet ten koste gaan van
het team doel. Communicatie moet in het team zorgen voor de juiste team dynamiek. Van een groep
moet namelijk een team gemaakt worden en hier worden een aantal stappen voor doorlopen:
‘forming, storming, norming & performing’ 2 .




                                                                                                         Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
In het team hoort een positieve sfeer te hangen, een team spirit. Negatieve energie in een team is uit
den boze. Naar de relatie tussen cohesie en prestatie in sport is al meer dan 30 jaar onderzoek
gedaan. Er zijn 3 belangrijke factoren die hier een rol bij spelen: het meten van cohesie, type van de
taak en het oorzaak-gevolg verband. Over het algemeen staat taakcohesie nauwer in verband met
prestaties dan groepscohesie en is cohesie belangrijker bij interactieve sporten dan bij coactieve
sporten. Het lijkt een vicieuze cirkel: team succes verbetert cohesie en dat verbeterd weer team
succes. Het zelfde als het testosteron principe van de theorie van Summers.

Goed leiderschap is heel belangrijk, misschien zelfs cruciaal. Hier wordt echter in dit paper verder
niet op in gegaan. (Summers, 2011; Weinberg & Gould, 2010)

Succesverhaal: Het Nederlandse vrouwen hockeyteam is een perfect voorbeeld van een team dat
goed op elkaar is ingespeeld en bewijst dat dit loont. Een voorbeeld is hier “het vertrouwen van
Maartje Paumen, strafcornerspecialist. Haar corners zijn een geweldig wapen. De beperking is echter
haar snelheid als linksback. Door Minke Booy, diepste verdedigster, meer op links te laten spelen,

2
 Forming: teamleden maken zich bekend aan elkaar en raken met elkaar vertrouwd.
 Storming: weerstand tegen de leider, het toezicht van de groep en interpersoonlijke conflicten.
 Norming: vijandigheid wordt vervangen door solidariteit en samenwerking.
 Performing: teamleden verenigen zich en bundelen energie voor team succes.
(Alleman, 2004; Weinberg & Gould, 2010)                                                                  1
                                                                                                         4
ontstond er een beter evenwicht. Daardoor groeide Maartjes zelfvertrouwen, kreeg ze meer plezier
op die positie en ging ze steeds beter spelen. Ze kon zich weer focussen op waar ze echt goed in is .”,
aldus Coach Marc Lammers. (“Marc Lammers - De kunst van het winnen,” n.d.)

Ook de New York Mets (professioneel baseball team) zijn een goed voorbeeld die de mentale kracht
bij sport bewijzen. De meesten waren ervan overtuigd dat het team gedoemd was om te falen. Er
waren velen obstakels in het team die overwonnen moesten worden maar hun leider Keith “Mex”
Hernandez zou het team niet laten verliezen. Spelers zelf geven aan dat de prestaties voor een groot
deel een gevolg waren van het vertrouwen van Hernandez. Een van de meest belangrijke zaken die
door de leider gepromoot werden was hier taak cohesie. Door teamleden betrokken te maken en
zelfvertrouwen te stimuleren, zorgde dit voor plezier in het spelen en motiveerde dit om het succes
van iedereen in het team te bevorderen.


Conclusie

Om kort een antwoord te even op de vragen welke mentale aspecten bij topsporters grote impact
hebben op de prestaties en het wat het verband tussen deze aspecten is, kan dus gezegd worden dat
een talloos aantal aspecten verdeeld kunnen worden over de 3 categorieën: persoonlijke factoren en
sociale factoren. De sociale factoren richten zich op: omgeving en sporten in teamverband.

De factoren uit de verschillende theorieën geven het belang van sportpsychologie aan. De prestatie
van de topsporter verbeterd wel degelijk als zij niet alleen fysiek maar ook mentaal getraind worden.
Het zou dus een nuttige verbetering zijn in het trainingsproces. De aspecten waar dan naar gekeken
kunnen worden ziet u hier nogmaals per categorie:

       Persoonlijke aspecten: karakter, attitude, omgang met verschillende uitdagingen als emoties




                                                                                                          Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
        en stress en intrinsieke motivatie
       Sociale aspecten (omgeving): geslacht, diversiteit en cultuur, aandacht, feedback en
        verbetering en competitie en samenwerking
       Sociale aspecten (teamprocessen): Karakteristieken teamsporter, groep en team
        dynamieken, teamspirit, leiderschap, persoonlijke doelen en communicatie binnen team


 ‘THERE ARE MORE PLAYERS THAT HAVE THE TALENT TO BE THE BEST IN THE WORLD THAN THERE
                            ARE WINNERS’ (Summers, 2011)




                                                                                                          1
                                                                                                          5
DEEL 3: VAN INNOVATIE NAAR MANAGEMENT
Deel 2 heeft middels de vergelijking van verschillende theorieën een inzicht gegeven in de mentale
aspecten die impact hebben op prestaties in sport. De aspecten die als innovatie meer aandacht
zouden moeten krijgen bij het trainen van topsporters. In dit deel gaat de paper van onderzoek naar
oefening, van de innovatie sportpsychologie naar het management hiervan. We kijken dan ook naar
de volgende deelvragen om een lijn te trekken tussen verleden-heden-toekomst.

    7. Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged?
    8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in
       sport?

Deelvraag 7 gaat hier in op het thema innovatiemanagement: het toepassen van vrij nieuwe
trainingsprogramma’s die gehanteerd worden bij topsporters. De laatste deelvraag in deze paper
kijkt naar het toekomstperspectief van deze innovatie. Wat geven deskundigen aan?


    7. Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged?

Huidige trainingsprogramma’s
Het is uiteraard onhaalbaar om alle training programma’s en oefeningen tegenover elkaar te zetten,
daarom worden er in de paper maar een aantal toegelicht. Allereerst kijken we naar Psychological
Skills Training in het algemeen en hierna wat concrete voorbeelden van trainingen die worden
aangeboden en ook in de sportwereld op hoog niveau worden toegepast als innovatiemanagement

Psychological Skills Training
De PST komt in velen sportpsychologie studie boeken voor maar wat houdt het precies in? PST




                                                                                                         Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
refereert naar het systematisch en consistent oefenen van mentale en psychologische vaardigheden.
Hier kunt u denken aan het trainen van concentratie, het reguleren van de niveaus van opwinding,
het verhogen van vertrouwen en behoud van motivatie. Het is een mythe dat PST alleen geldt voor
elite- of “probleem” atleten. PST is iets wat wel degelijk problemen kan oplossen maar is een tool die
niet pas in de probleem fase ingezet moet worden. Daarnaast kost training tijd en zo ook PST.
Onzekerheid wordt niet met één oefening opgelost. Ook bij PST geldt het principe van “oefening
baart kunst”. De training is gebaseerd op onderzoek en ervaring en richt zich op de verschillende
aspecten die ook vorig hoofdstuk aan bod kwamen. Experimenten als het vergelijken van atleten met
superieure psychologische vaardigheden met atleten die minder presteren, heeft aangetoond dat
PST werkt. Daarnaast hebben velen coaches en atleten PST toegepast en zijn zij van mening dat de
training een onderdeel zou moeten zijn van de dagelijkse routine.

Ondanks het feit dat de PST verschillende vormen kent die passen bij de behoeften van de
deelnemers, kent de training toch een bepaalde structuur van 3 fasen:

       Educatie: het leren van het belang van PST
       Overname: het leren van de mentale vaardigheden
       Oefening: het gebruik van deze mentale vaardigheden gedurende training, ofwel voordat ze
        toegepast worden in de competitie.

                                                                                                         1
                                                                                                         6
Het programma moet op maat ontwikkeld worden, wat betekent dat er rekening gehouden moet
worden met de persoonlijkheid, situatie en behoeften van de atleet. Bij het persoonsgebonden
aspect van de training kunt u denken dat u er rekening mee moet houden of een atleet bijvoorbeeld
introvert of extravert is, neurotisch of stabiel.3 Iemand die neurotisch en extravert is, heeft
bijvoorbeeld een psyching-down nodig, wat betekend dat zij bijvoorbeeld geholpen kunnen worden
middels rustige muziek terwijl dit voor een ander persoonlijk type niet hoeft te werken.

PST duurt ongeveer 3 tot 6 maanden en kan het beste gestart worden aan het begin of einde van een
seizoen. Wanneer een atleet niet geloofd in de principes van PST kan dat een negatief gevolg hebben
op de training. Daarnaast is follow-up erg belangrijk in de training. (Campbell, 1998; Weinberg &
Gould, 2010)

Talenten Academie
Een voorbeeld van een programma dat tegenwoordig
door psychologen aangeboden wordt, is dat van de
Talenten Academie, een bedrijf in Noord-Brabant met
de visie om ambitieuze mensen te begeleiden bij het
bereiken van hun doelen. Zij richten zich naast topsport
ook op onderwijs, het bedrijfsleven en de overheid. De
Talenten Academie biedt de volgende zaken aan:

       Performance coaching:
       Mental coaching
       Train-de-Trainer
       Teambegeleiding




                                                                                                           Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
Ook faciliteren zij programma’s die special gericht zijn
op jeugd talent. (“De Talentenacademie,” n.d.)

Schuijers
Sport psycholoog Rico Schuijers schrijft in zijn boek ‘Over scherp zijn gesproken’ over het vasthouden
van de aandacht, ‘scherp blijven’. In het boek behandeld hij een aantal aspecten die belangrijk zijn als
en bij deze mentale training:

       Bewustwording: de sporter moet nadenken over zijn gedrag, gedachten en zijn gevoelens in
        sportsituaties. Dit kan onderzocht worden middels een vragenlijst
       Motivatie en beïnvloeding hiervan: methoden om de motivatie te beïnvloeden zijn het
        maken van de juiste attributies en gebruik van doelstellingen. De doelstellingen moeten hier
        voldoen aan de volgende principes: uitdaging, haalbaarheid, verificatie, juist tijdsbereik en de
        manier waarop de doelen behaald moeten worden; het proces. Gedrevenheid,
        doorzettingsvermogen en plezier vallen hier ook onder intrinsieke motivatie.


3
  Eigenschappen van persoon die extravert is: sociaal, optimistisch en impulsief en soms agressief en
onbetrouwbaar.
Introvert: voorzichtig, betrouwbaar, hoge ethische normen maar pessimistisch.
Neutotisch: angstig en humeurig (niet stabiel).
Stabiel: stabiel maar tonen weinig reactie/emoties in situaties.                                           1
                                                                                                           7
De sporter moet bewust zijn van zijn sterkte- en zwakte punten en voldoende motivatie hebben hier
mee aan de slag te gaan. De focus in het boek van Schuijers ligt op ‘scherp blijven’. Concentratie is
namelijk een van de belangrijkste mentale aspecten. Om om te leren gaan met afleiding zijn de
ontspanningsoefeningen, ‘werken aan verbeelding’ en ‘gedachtecontrole’ de meest gebruikte
technieken. (Schuijers, 1997)


    8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als
       innovatie in sport?

De toekomst van sportpsychologie

Het is interessant om te zien wat er nu speelt in sportpsychologie en in wat nu aangeboden wordt als
innovatiemanagement maar interessanter is natuurlijk wat men verwacht in de toekomst. Zien
deskundigen toekomst in het toepassen van de wetenschappelijke kennis van sportpsychologie?
Geloven zijn in deze innovatie?

Ik kijk hier eerst naar Lammers, een perfect voorbeeld een innovator in de sportwereld. Daarna kijk ik
naar de uitkomst van verschillende deskundigen die zich uitlaten over hun mening over
sportpsychologie in de toekomst. Zet de trend zich door, ja of nee?

Innoveren in sport, middels technologie of pscyhologie?
Marc Lammers, een van de meest innovatieve coaches die zijn ideeën toepast bij het Nederlandse
vrouwen hockeyteam, staat bekend om het feit dat hij altijd in is voor iets nieuws. ‘Er moet over
grenzen heen gekeken worden. Topsport gaat om groei.’ Hij kwam al eerder met de “Sint-stick” voor
hockeyers, gaf een aantal spelers oortjes tijdens trainingen en wedstrijden en gebruikte ook een




                                                                                                           Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
videobril. Een ander voorbeeld is het ijsbad. TNO ontwikkelde samen met DSM een speciaal ijsbad
wat in Peking in de hitte de cooling down inkortte. Het heeft het team fitter gehouden gedurende
het toernooi. Technologie wordt door Lammers letterlijk naar het veld gebracht. Iets wat meer
coaches zouden moeten doen.(“Marc Lammers - De kunst van het winnen,” n.d.)

Heeft dit iets te maken met sportpsychologie? Ja, het gebruik van oortjes of andere technologische
mogelijkheden, kunnen ook communicatie verbeteren in het team en zo zijn er misschien ook
mogelijkheden die de concentratie van de sporters zullen verbeteren. Wanneer technologie en
neurowetenschap samenkomen, kan dit van grote invloed zijn op het vak sportpsychologie en
hiermee de prestaties van toptalenten. Denk bijvoorbeeld aan de neurowetenschappelijke kennis
over doelgericht denken. Met Lammers als voorbeeld wil ik aangeven dat technologie in sport
continue wordt toegepast om prestaties van topsporters te verbeteren. Lammers integreert een
innovatieroutine is zijn werk en toont hiermee aan dat er veel mogelijkheden zijn. Een coach gaat
echter niet zonder plan te werk. Soms kan technologie het fysieke prestatie vermogen verbeteren
maar ook voor sportpsychologie in combinatie met technologie zijn er mogelijkheden. Wanneer
technologie een bijdrage levert aan het inzicht dat bijvoorbeeld de coach heeft in zijn spelers of helpt
bij de concentratie van een topsporter, gaat het om sportpsychologie als innovatie toegepast in
combinatie met technologie. Neurowetenschappelijk onderzoek als de ontwikkeling in
neurofeedback kan hier een belangrijke rol spelen in de toekomst. En zoals Lammers ook al aangeeft.
‘Technologie wordt naar het veld gebracht’ en met sportpsychologie andere wetenschappelijke                1
                                                                                                           8
uitkomsten ook. Er liggen dus erg veel kansen in sportpsychologie als innovatie in sport. (Corbetta,
Shulman, & others, 2002)

Sportpsychologie in de toekomst
Kim. D. Dorsch vergelijkt vier verschillende standpunten over sportpsychologie in de toekomst. Twee
sport professoren in de psychologie en twee afgestudeerde studenten. Kijkende naar deze
perspectieven weet Dorsch te concluderen dat de levensvatbaarheid van sportpsychologie in de
praktijk, in de ogen van alle vier is toegenomen, vooral bij topsport. De omvang van sportpsychologie
praktijken stijgt enorm en de oorzaak en invloed hiervan kan o.a. worden gevonden binnen de
domeinen van geneeskunde, het bedrijfsleven en sport. Alle vier maar ook auteurs van boeken
omtrent sportpsychologie geven reden voor optimisme. Ferraro, zelf sport psycholoog denkt hier
anders over. Hij neemt de huidige consultants niet meer serieus, te kort worden atleten getraind op
de mentale aspecten. De psychologie achter sport moet weer serieuzer worden genomen volgens
Ferraro. Dát is wat in de toekomst de atleet zal helpen en de waarborging van de reputatie van
sportpsychologie.

Weinberg & Gould schrijven over een drietal ontwikkelingen die zich voor zullen doen. Deels komen
deze overeen met dat wat eerder besproken is:

       Meer mensen zullen geïnteresseerd zijn in training van de psychologische vaardigheden en
        dit ook toepassen
     Er zal een grotere nadruk komen te liggen op begeleiding en klinische training bij sport
        psychologen
     Problemen betreft ethiek en bekwaamheid zullen meer aandacht krijgen in de toekomst
(Ferraro, 2004; Schinke, Hancock, Dubuc, & Dorsch, 2006; Weinberg & Gould, 2010)


Conclusie




                                                                                                        Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
Concluderend kan er gezegd worden dat er al vele training programma’s zijn die worden toegepast
bij toptalent in sport maar nog lang niet overal. De theorie ligt voor het oprapen en de
mogelijkheden zijn grenzeloos maar toch wordt er nu pas iets mee gedaan maar nog lang niet
genoeg. Er liggen heel veel kansen in toegepaste sportpsychologie, rekening houdende met de
bestaande aspecten. Er zijn alleen nog maar weinig concrete modellen te vinden en vaak wordt bij
bepaalde gehanteerde oefeningen ook gekeken naar andere markten/theorieën. Zo lijken
ontspanningsoefeningen die worden toegepast in sport vaak op die bij het boeddhisme. Dit geeft aan
dat er ook veel inspiratie uit theorieën als deze gehaald kan worden. Om nu de vraag in dit hoofdstuk
te beantwoorden wat de trainingsprogramma’s op het moment zijn, kunt u denken aan de PST, een
vaak gehanteerde theorie in studies, of de voorbeelden dichter bij huis zoals die van Schuijers en de
Talentenacademie.

Over de invulling van de toekomst van sportpsychologie als innovatie is nog redelijk weinig bekend.
Er wordt met name gesproken over de theorie en het vak maar niet zo zeer hoe men verwacht dat
dit er in de toekomst uit gaat zien. Of de trainingsprogramma’s zullen veranderen en hoe is dus een
vraag die onbeantwoord blijft. Wel kan de laatste deelvraag over het toekomstperspectief van
sportpsychologie beantwoord worden middels verschillende perspectieven van deskundigen. Over
                                                                                                        1
                                                                                                        9
het algemeen zijn zij allen positief over het gebruik/ de toepassing van deze innovatie. Zij verwachten
een immense groei. Kijkend naar de visie van Lammers die zich vooral richt op technologie, zie ik zelf
ook veel mogelijkheden. Sportpsychologie zou zich goed kunnen door ontwikkelen door een
combinatie van sportpsychologie, technologie en neurowetenschap te gebruiken bij het ontwerpen
van nieuwe trainingsprogramma’s die prestatiegericht te werk gaan bij sporttalent. Een
innovatieroutine in alle sporten op hoog niveau zou noodzakelijk zijn voor deze doorontwikkeling.




                                                                                                          Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation




                                                                                                          2
                                                                                                          0
CONCLUSIE
Om een conclusie te kunnen trekken, herhaal ik hieronder de hoofdvraag in deze paper:

Hoe wordt sportpsychologie als innovatie gemanaged in de topsportwereld en heeft dit
toekomstperspectief?

Deze vraag kan aan de hand van het onderzoek dat ik in de paper heb gedaan, duidelijk beantwoord
worden. Om te beginnen kan sportpsychologie ervaren worden als innovatie. Het is niet zozeer een
nieuw begrip maar de hoeveelheid theoretische kennis blijft groeien en de toepassing hiervan in
topsport kan worden gezien als een innovatie van processen, namelijk trainingsprogramma’s. Eerst
waren deze alleen fysiek en momenteel wordt het belang van mentale training ook erkent.

Als het gaat over sportpsychologie als innovatie in topsport dan hebben we het over verschillende
mentale factoren die vanuit verschillende theorieën benoemd zijn als dusdanig noodzakelijk in sport
dat zij het vermogen tot presteren kunnen verhogen. Deze aspecten kunnen onderverdeeld worden
in de volgende categorieën:

       Persoonlijke aspecten: karakter, attitude, omgang met verschillende uitdagingen als emoties
        en stress en intrinsieke motivatie
       Sociale aspecten (omgeving): geslacht, diversiteit en cultuur, aandacht, feedback en
        verbetering en competitie en samenwerking
       Sociale aspecten (teamprocessen): Karakteristieken teamsporter, groep en team
        dynamieken, teamspirit, leiderschap, persoonlijke doelen en communicatie binnen team

Deze aspecten kunnen de prestaties van topsporters dusdanig verbeteren dat psychologische
training in sport de moeite waard is, sterker nog het kan een talent onderscheiden van de andere
talenten en doen winnen. De toepassing van mentale training is sport is innovatief en wordt i n de




                                                                                                          Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
ene sport al meer gebruikt als in de andere. Er zijn al vele trainingsprogramma’s die worden
toegepast ondanks het feit dat toegepaste sportpsychologie nog een redelijk jong begrip is.

Er liggen heel veel kansen in toegepaste sportpsychologie, rekening houdende met de bestaande
aspecten. Er zijn alleen nog maar weinig concrete modellen te vinden en vaak wordt bij bepaalde
gehanteerde oefeningen ook gekeken naar andere markten/theorieën. Zo lijken
ontspanningsoefeningen die worden toegepast in sport vaak op die bij het boeddhisme. Dit geeft aan
dat er ook veel inspiratie uit theorieën als deze gehaald kan worden. Om nu de vraag in dit hoofdstuk
te beantwoorden wat de trainingsprogramma’s op het moment zijn, kunt u denken aan de PST, een
vaak gehanteerde theorie in studies, of de voorbeelden dichter bij huis zoals die van Schuijers en de
Talentenacademie.

Over de invulling van de toekomst van sportpsychologie als innovatie is nog redelijk weinig bekend.
Er wordt met name gesproken over de theorie en het vak maar niet zo zeer hoe men verwacht dat
dit er in de toekomst uit gaat zien. Of de trainingsprogramma’s zullen veranderen en hoe is dus een
vraag die onbeantwoord blijft. Wel kan de laatste deelvraag over het toekomstperspectief van
sportpsychologie beantwoord worden middels verschillende perspectieven van deskundigen. Over
het algemeen zijn zij allen positief over het gebruik/ de toepassing van deze innovatie. Zij verwachten
                                                                                                          2
                                                                                                          1
een immense groei. Kijkend naar de visie van Lammers die zich vooral richt op technologie, zie ik zelf
ook veel mogelijkheden. Sportpsychologie zou zich goed kunnen door ontwikkelen door een
combinatie van sportpsychologie, technologie en neurowetenschap te gebruiken bij het ontwerpen
van nieuwe trainingsprogramma’s die prestatiegericht te werk gaan bij sporttalent. Een
innovatieroutine in alle sporten op hoog niveau zou noodzakelijk zijn voor deze doorontwikkeling.




                                                                                                         Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation




                                                                                                         2
                                                                                                         2
REFERENTIES
Alleman, G. B. (2004). Forming, Storming, Norming, Performing and Adjourning. Colorado. Retrieved
from http://www.niwotridge.com/PDFs/FormStormNormPerform.pdf
Arden, P. (2007). Kunnen is zilver, willen is goud. Utrecht: Het Spectrum. Retrieved from
http://www.managementboek.nl/boek/9789027457356/kunnen-is-zilver-willen-is-goud-paul-arden
Campbell, S. (1998). The psychology of winning. Focus, 45(3), 94. doi:Article
Campos, J. (n.d.). The definition of innovation. Retrieved from
http://innovationzen.com/blog/2006/11/17/the-definition-of-innovation/
Corbetta, M., Shulman, G. L., & others. (2002). Control of goal-directed and stimulus-driven attention
in the brain. Nature reviews neuroscience, 3(3), 215–229.
De Talentenacademie. (n.d.). Retrieved March 30, 2012, from http://www.talentenacademie.nl/
Encyclo.nl. (n.d.).Encyclo.nl. Retrieved from http://www.encyclo.nl/begrip/INTENSITEIT
Ferraro, T. (2004). Is sport psychology failing the athlete. Athletic Insight: The Online Journal of Sport
Psychology, 6(2).
Gill. (1979). Definition Sport and exercise psychology. Foundations of Sport and Exercise psychology.
Gill, D., & Lavon, W. (2008). Psychological Dynamics of Sport and Exercise. Human Kinetics.
Jarvis, M. (2006). Sport psychology: a student’s handbook (Vol. 10). Psychology Press.
Knell, M. (2010). Innovation, organisation, sustainability and crises. Aalborg. Retrieved from
http://www.schumpeter2010.dk/index.php/schumpeter/schumpeter2010/paper/viewFile/407/170
Koppen, N. (2010). Goud. Sport documentaire, Selfmade films & NPS. Retrieved from
http://www.hollanddoc.nl/kijk-luister/documentaire/h/Holland-Doc-op-Ned-3-Goud.html
Marc Lammers - De kunst van het winnen. (n.d.). Retrieved March 25, 2012, from
http://www.marclammers.nl/alle-interviews/248-de-kunst-van-het-winnen.html
Murphy, S. M. (1995). Sport psychology interventions. Human Kinetics Publishers.
Pearlman, J. (2009). WINNERS + LOSERS. Psychology Today, 42(2), 92–97. doi:Article
Schinke, R. J., Hancock, D., Dubuc, N. G., & Dorsch, K. D. (2006). Looking to the future of sport
psychology: An introduction. Athletic Insight, 8(3).
Schuijers, R. (1997). Over scherp zijn gesproken. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.
Schumpeter, J. (1934). Definition Innovation. Retrieved from




                                                                                                             Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation
http://innovationzen.com/blog/2006/11/17/the-definition-of-innovation/
Summers, N. (2011). Why Winners Win at... Newsweek, 158(3), 44–49. doi:Article
Tartakovsky, M. (2011). Sport Psychology and Its History. Retrieved from
http://psychcentral.com/blog/archives/2011/07/15/sport-psychology-and-its-history/
Taylor, J., & Wilson, G. S. (2005). Applying sport psychology: four perspectives. Human Kinetics
Publishers.
The american heritage dictionary. (n.d.). The definition of innovation. Retrieved from
http://innovationzen.com/blog/2006/11/17/the-definition-of-innovation/
Warren, E. (1968). Sports Illustrated. Quotegarden. Retrieved March 26, 2012, from
http://www.quotegarden.com/sports.html
Weinberg, R. S., & Gould, D. (2010). Foundations of sport and exercise psychology. Human kinetics
publishers.




                                                                                                             2
                                                                                                             3

Contenu connexe

Similaire à Paper sportpsychologie

Trends voor trainers: Mindset
Trends voor trainers: MindsetTrends voor trainers: Mindset
Trends voor trainers: MindsetAnneke Dekkers
 
master_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijk
master_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijkmaster_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijk
master_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijkBoukje Smeets
 
Scriptie fan engagement
Scriptie fan engagementScriptie fan engagement
Scriptie fan engagementNick Janssen
 
rapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_def
rapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_defrapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_def
rapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_defIngrid Kersten
 
Het spel van de verandering 2
Het spel van de verandering 2Het spel van de verandering 2
Het spel van de verandering 2Ewout Boogaard
 
Professioneel sm in nl2011
Professioneel sm in nl2011Professioneel sm in nl2011
Professioneel sm in nl2011broeke
 
Veranderpsychologie met Ben Tiggelaar
Veranderpsychologie met Ben TiggelaarVeranderpsychologie met Ben Tiggelaar
Veranderpsychologie met Ben TiggelaarHans Janssen
 
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan Ariely
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan ArielyPsychologie van het motiveren met o.a. Dan Ariely
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan ArielyHans Janssen
 
Pole Traject Keepersscholen Nl
Pole Traject Keepersscholen NlPole Traject Keepersscholen Nl
Pole Traject Keepersscholen NlPaul de la Rosette
 
De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...
De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...
De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...Ed Goldsteen
 
Presentatie 20110419 Linked In
Presentatie 20110419 Linked InPresentatie 20110419 Linked In
Presentatie 20110419 Linked Inschau101
 
Presentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_inPresentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_inschau101
 
Presentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_inPresentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_inschau101
 
20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard
20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard
20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_BoogaardEwout Boogaard
 
Empowerment En Eigen Verantwoordelijkheid
Empowerment En Eigen VerantwoordelijkheidEmpowerment En Eigen Verantwoordelijkheid
Empowerment En Eigen VerantwoordelijkheidTjeerd Bartlema
 
Levensfase gericht personeelsbeleid werkboek
Levensfase gericht personeelsbeleid werkboekLevensfase gericht personeelsbeleid werkboek
Levensfase gericht personeelsbeleid werkboekCNV Vakcentrale
 
Differentieel Leren CTO voetbal
Differentieel Leren CTO voetbalDifferentieel Leren CTO voetbal
Differentieel Leren CTO voetbalEdwin Duijst
 

Similaire à Paper sportpsychologie (20)

Trends voor trainers: Mindset
Trends voor trainers: MindsetTrends voor trainers: Mindset
Trends voor trainers: Mindset
 
master_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijk
master_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijkmaster_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijk
master_sport-_en_beweeginnovatie_-_ervaringen_uit_de_praktijk
 
Scriptie fan engagement
Scriptie fan engagementScriptie fan engagement
Scriptie fan engagement
 
rapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_def
rapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_defrapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_def
rapport-posgez-innl2016-_zonmw_iph_def
 
Het spel van de verandering 2
Het spel van de verandering 2Het spel van de verandering 2
Het spel van de verandering 2
 
Professioneel sm in nl2011
Professioneel sm in nl2011Professioneel sm in nl2011
Professioneel sm in nl2011
 
Veranderpsychologie met Ben Tiggelaar
Veranderpsychologie met Ben TiggelaarVeranderpsychologie met Ben Tiggelaar
Veranderpsychologie met Ben Tiggelaar
 
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan Ariely
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan ArielyPsychologie van het motiveren met o.a. Dan Ariely
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan Ariely
 
Pole Traject Keepersscholen Nl
Pole Traject Keepersscholen NlPole Traject Keepersscholen Nl
Pole Traject Keepersscholen Nl
 
De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...
De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...
De invloed van authentiek zijn en zelfinzicht op de teamprestatie, Goldsteen ...
 
Presentatie 20110419 Linked In
Presentatie 20110419 Linked InPresentatie 20110419 Linked In
Presentatie 20110419 Linked In
 
Presentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_inPresentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_in
 
Presentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_inPresentatie 20110419 linked_in
Presentatie 20110419 linked_in
 
20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard
20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard
20160816_spel_opleidings_visie_handbal_Ewout_Boogaard
 
Portfolio
PortfolioPortfolio
Portfolio
 
Prijs van stress
Prijs van stressPrijs van stress
Prijs van stress
 
Empowerment En Eigen Verantwoordelijkheid
Empowerment En Eigen VerantwoordelijkheidEmpowerment En Eigen Verantwoordelijkheid
Empowerment En Eigen Verantwoordelijkheid
 
Levensfase gericht personeelsbeleid werkboek
Levensfase gericht personeelsbeleid werkboekLevensfase gericht personeelsbeleid werkboek
Levensfase gericht personeelsbeleid werkboek
 
sessie 32 - fiche hoe blijf je gemotiveerd in je job?
sessie 32 - fiche hoe blijf je gemotiveerd in je job?sessie 32 - fiche hoe blijf je gemotiveerd in je job?
sessie 32 - fiche hoe blijf je gemotiveerd in je job?
 
Differentieel Leren CTO voetbal
Differentieel Leren CTO voetbalDifferentieel Leren CTO voetbal
Differentieel Leren CTO voetbal
 

Plus de Lindevanerp

Kennis kring - Brein & Creativiteit
Kennis kring - Brein & CreativiteitKennis kring - Brein & Creativiteit
Kennis kring - Brein & CreativiteitLindevanerp
 
War child – mission impossible
War child – mission impossibleWar child – mission impossible
War child – mission impossibleLindevanerp
 
War Child - Mission Impossible
War Child - Mission ImpossibleWar Child - Mission Impossible
War Child - Mission ImpossibleLindevanerp
 
More than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-HertogenboschMore than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-HertogenboschLindevanerp
 
Global Boats - Advanced Business Creation
Global Boats - Advanced Business CreationGlobal Boats - Advanced Business Creation
Global Boats - Advanced Business CreationLindevanerp
 
Scala - Bright.s.
Scala - Bright.s. Scala - Bright.s.
Scala - Bright.s. Lindevanerp
 
More than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-HertogenboschMore than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-HertogenboschLindevanerp
 
Mastermind - Next level
Mastermind - Next levelMastermind - Next level
Mastermind - Next levelLindevanerp
 

Plus de Lindevanerp (10)

Kennis kring - Brein & Creativiteit
Kennis kring - Brein & CreativiteitKennis kring - Brein & Creativiteit
Kennis kring - Brein & Creativiteit
 
War child – mission impossible
War child – mission impossibleWar child – mission impossible
War child – mission impossible
 
War Child - Mission Impossible
War Child - Mission ImpossibleWar Child - Mission Impossible
War Child - Mission Impossible
 
Product: &More
Product: &MoreProduct: &More
Product: &More
 
More than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-HertogenboschMore than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-Hertogenbosch
 
Global Boats - Advanced Business Creation
Global Boats - Advanced Business CreationGlobal Boats - Advanced Business Creation
Global Boats - Advanced Business Creation
 
Scala - Bright.s.
Scala - Bright.s. Scala - Bright.s.
Scala - Bright.s.
 
More than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-HertogenboschMore than Green 's-Hertogenbosch
More than Green 's-Hertogenbosch
 
Mastermind - Next level
Mastermind - Next levelMastermind - Next level
Mastermind - Next level
 
Ideation
IdeationIdeation
Ideation
 

Paper sportpsychologie

  • 1. SPORTPSYCHOLOGIE Auteur: Linde van Erp Studie: Advanced Business Creation Periode: E-fase - 30/03/2012
  • 2. Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Auteur: Linde van Erp Studentnummer: 2025463 Klas: E1A1 Studie: Advanced Business Creation School: Avans Hogeschool, ‘s-Hertogenbosch Periode: E-fase, semester 2 Datum: 30/03/12 Projectbegeleider: Paul Lelkes 1
  • 3. INHOUD INLEIDING .....................................................................................................................................3 DEEL 1: SPORTPSYCHOLOGIE, HET BEGRIP EN HAAR AFKOMST .........................................................5 1. Wat is de definitie van (sport)psychologie? ..........................................................................5 2. Wat is de definitie van innovatiemanagement? ....................................................................5 3. Wat is de geschiedenis van sportpsychologie? ......................................................................6 4. Waarom is sportpsychologie innovatie (relevantie)? .............................................................7 Conclusie ...................................................................................................................................7 DEEL 2: MENTALE ASPECTEN ..........................................................................................................9 5. Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties?..................9 6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende theorieën?............................................................................................................................... 11 Conclusie ................................................................................................................................. 15 DEEL 3: VAN INNOVATIE NAAR MANAGEMENT.............................................................................. 16 7. Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged? ....................................... 16 8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in sport?...................................................................................................................................... 18 Conclusie ................................................................................................................................. 19 CONCLUSIE.................................................................................................................................. 21 Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation ................................................................................................................................................... 22 REFERENTIES ............................................................................................................................... 23 2
  • 4. INLEIDING SPORT, ONE OF THE ONLY THINGS IN THE NEWS LEFT THAT’S FOCUSSING ON ACCOMPLISHMENTS INSTEAD OF FAILURES (Warren, 1968) Aanleiding Naar aanleiding van de Science School op Advanced Business Creation schrijf ik een paper. Deze paper zal een specifiek onderwerp relateren aan innovatie management. Mijn keuze is hier gevallen voor het onderwerp sportpsychologie. Waarom? Sportpsychologie ís innovatie. Sport is een markt met wereldwijde impact. Een markt waar beweging, gezondheid, innovatie, creativiteit en technologie samen gaan met passie en emotie. Waar fysieke en mentale inspanning samensmelten en zich uiten in kracht. Dat beide factoren, zowel fysieke als mentaal, noodzakelijk zijn bij sporttalent is inmiddels door de meeste kenners wel bevestigd. Maar toch is de toepassing van de mentale aspecten, sportpsychologie, in de sportwereld nog redelijk nieuw en dus innovatief. Relevantie Dat het onderwerp sportpsychologie makkelijk gelinkt kan worden aan het thema innovatiemanagement kan snel uitgelegd worden met het feit dat sportpsychologie al een innovatie op zich is. De toepassing hiervan beschouw ik hier dan ook als innovatie management. (in hoofdstuk 4 leg ik de relevantie nogmaals uit aan de hand van verschillende definities en de achtergrond van sportpsychologie) Doelstelling De onderwerpen waar ik me in deze paper in ga verdiepen zijn inmiddels duidelijk, mijn doel echter nog niet. De doelstelling die ik bij het schrijven van de paper nastreef is als volgt: Informatie vergaren en tot me nemen van het onderwerp sportpsychologie als innovatie in de sportwereld en mijn probleemstelling middels verschillende theorieën beantwoorden. Mijn eigen mening is hier een conclusie van de benoemde theorieën in de paper. Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Probleemstelling/hoofdvraag Hoe wordt sportpsychologie als innovatie gemanaged in de topsportwereld en heeft dit toekomstperspectief? De probleemstelling zal beantwoorden middels literatuurstudie (methode van onderzoek). De volgende deelvragen zullen in de paper aan bod komen en een bijdrage leveren bij het beantwoorden van de hoofdvraag: 1. Wat is de definitie van (sport)psychologie? 2. Wat is de definitie van innovatiemanagement 3. Wat is de geschiedenis van sportpsychologie? 4. Waarom is sportpsychologie innovatie? 5. Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties? 6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende theorieën? 7. Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged? 8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in sport? 3
  • 5. Opbouw paper/leeswijzer De paper is in drie delen gesplitst. Ieder deel beantwoord overzichtelijk een aantal deelvragen om uiteindelijk tot een conclusie te komen. Deel een ‘Sportpsychologie, het begrip en haar afkomst’ kijkt naar de deelvragen een, twee, drie en vier. Het ligt de definities en de afkomst van sportpsychologie toe. De relevantie wordt duidelijk uitgelegd, wat het lezen van de paper voor iemand die niet deskundig is in het vakgebied makkelijker maakt. Vervolgens beantwoord deel twee ‘Mentale aspecten’ de vragen vijf en zes. Dit deel is een van de belangrijkste delen in de paper omdat het, het belang uitlegt van sportpsychologie in topsport. Het gaat in op welke mentale aspecten een rol spelen voor topsporters bij het vermogen tot presteren en maakt de innovatie sportpsychologie succesvol omdat er waarde wordt toegevoegd (zie definities innovatie). Ook wordt er gekeken of er een verband is te schetsen tussen al deze mentale aspecten. Deel drie ‘Van innovatie naar management’ gaat over de toepassing van de innovatie (innovatiemanagement) sportpsychologie, namelijk middels trainingsprogramma’s. Deze trainingsprogramma’s dienen als basis voor de toekomst. Deel drie beantwoordt deelvraag zeven en acht en kijkt dus ook naar het toekomstperspectief van sportpsychologie als innovatie in de sportwereld. Hier wordt er vooral gekeken naar de mening van de deskundige. Ik probeer middels deze deelvragen in de Paper een zo goed mogelijke ontwikkeling te schetsen van het verleden-heden en de toekomst. Al deze vragen leiden uiteraard tot de beantwoording van de hoofdvraag/probleemstelling. Velen verschillende theorieën zult u lezen om deze vraag zo goed mogelijk te kunnen beantwoorden. Assumptie Mijn assumptie is dat het mentale aspect minstens een net zo’n belangrijke rol speelt bij topsport als het fysieke- en dat dit niet zo zeer bewezen kan worden door harde feiten als cijfers en percentages maar wel middels succesverhalen (ervaringen). Deze zullen het belang van sportpsychologie als innovatie benadrukken en geven een positief toekomstperspectief van de toepassing van het begrip. Ik verwacht dat innovatiemanagement zich in sportpsychologie vertaald in verschillende trainingsprogramma’s die werken aan de verbetering van de mentale kracht bij topsporters. Hier denk ik vooral aan concentratie verbetering en het verhogen van zelfvertrouwen en de ‘drive’ om te Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation presteren (onder druk). KUNNEN IS ZILVER, WILLEN IS GOUD (Arden, 2007) 4
  • 6. DEEL 1: SPORTPSYCHOLOGIE, HET BEGRIP EN HAAR AFKOMST In dit hoofdstuk worden de begrippen sportpsychologie en innovatiemanagement in een notendop omschreven. De volgende vragen komen hier aan bod: 1. Wat is de definitie van (sport)psychologie? 2. Wat is de definitie van innovatiemanagement 3. Wat is de geschiedenis van sportpsychologie? 4. Waarom is sportpsychologie innovatie? Verschillende definities worden hier tegenover elkaar gezet. Het hoofdstuk is puur ter inleiding van mijn paper. Ik kijk hier doelbewust ook naar het begrip innovatiemanagement om aan te tonen dat sportpsychologie een innovatie is die gemanaged kan worden. 1. Wat is de definitie van (sport)psychologie? Bekende definities van het begrip (sport)psychologie zijn:  ‘The scientific study of human behaviour. The ABC’s of psychology are affect (feelings), behaviour, and cognition (thought).’ (Gill & Lavon, 2008)  ‘The scientific study of people and their behaviours in sport and exercise contexts and the practical applications of that knowledge.’ (Gill, 1979; Weinberg & Gould, 2010)  ‘(1) Understanding of how psychological and social factors influence an individual’s behavioural outcomes (e.g., sport performance, exercise motivation) and (2) to understanding of how participation in sport and exercise influences psychological and social development, health, and well-being’ (Weinberg & Gould, 2010) Deze definities geven een duidelijk beeld van de betekenis van sportpsychologie. De volgende definitie zal ik hanteren in deze Paper: Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Sportpsychologie is (1) de studie naar de mens en haar gedragen en hoe de verschillende psychologische- (gevoelens, gedrag en denken) en sociale factoren het gedrag en vermogen tot presteren in sport en beweging contexten beïnvloeden. (2) De praktische toepassing van deze kennis (innovatiemanagement). Ik kies voor deze definitie omdat we in de ik in de Paper specifiek kijk naar het begrijpen van de invloed van de psychologische factoren op sport prestaties en de toepassing van deze theoretische kennis. 2. Wat is de definitie van innovatiemanagement? Bekende definities van innovatie(management) zijn:  ‘The introduction of new goods, new methods of producti on, the opening of new markets, the conquest of new sources of supply and the carrying out of a new organization of any industry.’ (Knell, 2010; Schumpeter, 1934)  ‘The ability to deliver new value to a customer’ (Campos, n.d.)  ‘The act of introducing something new.’ (The american heritage dictionary, n.d.) 5
  • 7. Kijkende naar bovenstaande definities van innovatie kan de volgende definitie van innovatiemanagement worden geformuleerd: Innovatie management is het managen van veranderen of vernieuwen van producten of productiemethoden of van het introduceren van nieuwe producten, productieprocessen of nieuwe markten waarbij men vraag/behoeften of toegevoegde waarbij creëert & biedt voor de consument. Diensten vallen hier ook onder het begrip product. Ik kies hier bewust voor deze definities omdat het in deze paper van belang is dat we kijken naar een succesvolle innovatie. Sportpsychologie is dus in mijn ogen alleen een succesvolle innovatie als het ook echt de prestatie van topsporters lijkt te verbeteren. Dit behandelen we in deelvraag vijf en zes. Het managen van deze innovatie zal in de laatste deelvragen behandeld worden. 3. Wat is de geschiedenis van sportpsychologie? De term sportpsychologie is op het moment erg in trek. Dit wil echter niet zeggen dat het begrip geheel nieuw is. Over het jaartal dat aan de term toegekend kan worden, zijn de meningen nog redelijk verdeeld. Daarnaast wordt er onderscheid gemaakt tussen de ontwikkeling van de wetenschappelijke kant van sportpsychologie en de praktische-, waar er daadwerkelijk met atleten is gewerkt. Wanneer dat laatste begonnen is, is lastiger te traceren. Het eerste jaar dat genoemd wordt is 1895, waar een periode start onder de naam ‘The Early Years’. Deze periode zou zijn geëindigd in 1920.(Weinberg & Gould, 2010) Anderen spreken over een start rond 1898 waar psycholoog Norman Triplett ontdekte dat een wielrenner betere tijden haalde door te fietsen in competitie met concurrenten dan individueel. (Tartakovsky, 2011) In 1920 lijkt het bij vele bronnen pas echt te beginnen. Het jaar dat Carl Diem werelds eerste sportpsychologie laboratorium opzette in Berlijn, Duitsland. (Cherry, n.d.) De jaren ’60 en ‘70 lijken het begin te zijn van de praktische toepassingen bij atleten. (Murphy, 1995) Het meest Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation betrouwbaar lijken nog altijd de 5 perioden die de historie vormen van het begrip sportpsychologie (Weinberg & Gould, 2010): 1. ‘The early years’ (1895-1920) Noord Amerika - Hier komt het verhaal van Norman Triplett weer terug, waar het allemaal begon. Niet alleen fietsers werden getimed, ook jonge kinderen die zo snel mogelijk bij de finishlijn moesten bereiken, werden getest. Deze experimenten waren het begin van de studie naar de psychologische aspecten van sport en het leren van motorische vaardigheden. Het ging hier om het meten van atleten op reactietijden en het bediscussiëren van de rol van sport in persoonlijke- en karakter ontwikkeling. De studieresultaten werden nog nauwelijks toegepast. 2. ‘The Griffith Era’ (1921-1938) Griffith was de eerste Noord Amerikaan die een belangrijk deel van zijn carrière doneerde aan sportpsychologie. Vandaag de dag wordt hij dan ook geprezen als ‘vader’ van de Amerikaanse sportpsychologie. Hij opende een laboratorium, waarvan wordt aangegeven dat dit de eerste was en hiermee dus niet die van Diem, en schreef twee boeken over sportpsychologie. Verder werd er gecorrespondeerd met voetbalcoaches en leverde hij zijn bijdrage in de baseballwereld. 6
  • 8. 3. ‘Preparation for the future’ (1939-1965) De grootheid in het begin van deze periode was Franklin Henry (University of California). Henry is voor een groot deel verantwoordelijk voor de wetenschappelijke ontwikkelingen (field). Het belangrijkste hier is dat hij vele onderwijzers trainde. Zij werden later zelf professoren en ontworpen systematische research programma’s. Pas 10 jaar later kwamen de uitvinders Warren Johnson en Arthur Slatter-Hammel aan bod. Ook zij hielpen bij het leggen van het grondwerk van sportpsychologie. Ook in deze periode werd er nog weinig toegepast. 4. ‘The establisment of Academic Sport Pschology’ (1966-1977) In de jaren ’60 werd de interesse in het onderwerp sportpsychologie pas echt opgewekt bij velen geleerden. ‘physical education’ werd een academische discipline en sportpsychologie was hier een onderdeel van. Sport psychologen bestudeerden hoe verschillende psychologische factoren als angst, zelfverzekerdheid en persoonlijkheid de sport- en motorieke prestaties beïnvloedden. Daarnaast keek men naar het tweede aspect van sportpsychologie; hoe deelname aan sport en beweging invloed had op de psychologische ontwikkeling, zoals onder andere persoonlijkheid en agressie. Bruce Ogilvie werd de ‘vader’ van de Noord Amerikaanse toegepaste sportpsychologie. 5. Contemporary sport and exercise psychology’ (1978-present) Tegenwoordig is er steeds meer interesse naar sportpsychologie, vooral de term ‘toegepaste sportpsychologie’ is erg in trek. In deel twee worden verschillende huidige psychologische aspecten genoemd die bij sporttalent een grote rol spelen bij prestaties. Daarnaast kijken we kort naar wat “oude” en actuele succesverhalen in de sportwereld. 4. Waarom is sportpsychologie innovatie (relevantie)? Met de kennis over innovatiemanagement, sportpsychologie en de historie die hierboven beschreven is, is deze vraag gemakkelijk te beantwoorden. Sportpsychologie is geen compleet nieuw begrip maar Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation de toepassing ervan in topsport is dat wel. We hebben nameli jk gezien dat innoveren gaat over het veranderen of vernieuwen van producten of processen. De training van een topsporter kan ervaren worden als een proces. Wanneer hier naast fysieke training ook mentale training wordt toegepast is dat innovatie. De manier waarom dit gemanaged wordt noemen we hier innovatiemanagement van sportpsychologie. Dit alles hangt natuurlijk samen met de ontwikkelingen in de wetenschap van sportpsychologie en de invloed van de groei in kennis op de ontwikkelingen in de praktijk. Conclusie Dit deel is theoretisch beantwoord met de verschillende definities. Deze definities vormen de basis kennis van de paper en geven de relevantie aan van het onderwerp sportpsychologie in innovatiemanagement. Innovatie gaat over het ‘het managen van veranderen of vernieuwen van producten of productiemethoden of van het introduceren van nieuwe producten, productieprocessen of nieuwe markten waarbij men vraag/behoeften of toegevoegde waarbij creëert & biedt voor de consument. Diensten vallen hier ook onder het begrip product’. Terwijl sportpsychologie gedefinieerd kan worden als ‘Sportpsychologie is (1) de studie naar de mens en 7
  • 9. haar gedragen en hoe de verschillende psychologische- (gevoelens, gedrag en denken) en sociale factoren het gedrag en vermogen tot presteren in sport en beweging contexten beïnvloeden. (2) De praktische toepassing van deze kennis (innovatiemanagement).’ In de deelvraag over de historie van sportpsychologie is te lezen dat niet zozeer het begrip nieuw is maar de toepassing hiervan in topsport wel. Het toepassen van de innovatie sportpsychologie is dus innovatiemanagement. In de volgende delen gaan we hier dieper op in. Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation 8
  • 10. DEEL 2: MENTALE ASPECTEN Nu u het begrip sportpsychologie en de achtergrond hiervan kent, weet u dat het vak enerzijds gaat over het bestuderen van de verschillende mentale aspecten die een rol spelen bij sport prestaties en anderzijds over het toepassen van deze kennis. Logischerwijs richt de Paper zich in dit hoofdstuk op het eerste vlak: de mentale aspecten. Deze bewijzen namelijk het belang van sportpsychologie bij topsporters. Dit maakt de innovatie sportpsychologie succesvol. De deelvragen die in dit deel behandeld worden zijn: 5. Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties? 6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende theorieën? Om een betrouwbaar beeld te schetsen worden er eerst kort verschillende perspectieven tegenover elkaar gezet. De belangrijkste aspecten en de reden van impact worden toegelicht. Deelvraag 6 schetst kort het verband tussen deze genoemde aspecten. 5. Welke mentale aspecten hebben bij topsporters een grote impact op prestaties? Verschillende perspectieven In de figuren hieronder worden kort verschillende (overkoepelende) psychologische aspecten per theorie opgesomd. Theorie Schuijers Theorie Taylor & Wilson Theorie Lammers ‘Scherp zijn’:  Motivatie 5 mentale basis vaardiheden: Aandacht/concentratie  Zelfvertrouwen  Doelen stellen 1 Kenmerken ‘ideale  Intensiteit  Concentratie Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation prestatietoestand’:  Focus  Motivatie Controle over opwinding  Emoties  Denktraining Vol energie maar toch  Vasthouden aandacht ontspannen zijn Overige vaardigheden: Zelfvertrouwen  Zelfvertrouwen Juiste gerichtheid  Positief denken aandacht  Persoonlijke ontwikkeling Gevoel van controle Positief en reëel denken Gevoel dat ruimte en tijd niet bestaan  Waarnemen (Schuijers, 1997) (Taylor & Wilson, 2005) (Koppen, 2010) 1 Intensiteit is een gradatie van energie die kan worden gemeten met een kwantitatieve schaal van waarden hoger dan de drempelwaarde. (“Encyclo.nl,” n.d.) In sport is de hoogte van inspanning voor een prestatie van belang. 9
  • 11. Theorie Gill & Lavon Theorie Jarvis Theorie Weinberg & Goud  Persoonlijke factoren  Persoonlijkheid &  Persoonlijke factoren o.a. aandacht, cognitieve persoonlijke Persoonlijkheid vaardigheden en zelfbeeld ontwikkeling Motivatie  Motivatie (De aandacht stijl is hier Opwinding, stress & angst Oriëntatie motivatie: een onderdeel van)  Omgeving factoren presteren en  Attitudes Competitie en competitiviteit (t.o.v. competitie) samenwerking  Omgang met emoties en  Agressie Feedback, versterking en stress  Sociale factoren intrinsieke motivatie  Sociale processen (Hier worden factoren in  Factoren in teamsport Sociale invloed teamsport besproken) (Worden later dit Ontwikkeling in karakter  Opwinding & angst hoofdstuk apart en agressie  Motivatie behandeld) (Factoren van teamsport)  Verwerving van Geslacht, diversiteit en vaardigheden en cultuur expertise (Gill & Lavon, 2008) (Jarvis, 2006) (Weinberg & Gould, 2010) De onderstaande theorieën richten zich puur op de uitkomsten van onderzoek naar de mentale aspecten die een rol spelen bij het winnen van een wedstrijd, met name he t winnen van een reeks van wedstrijden. Welke zaken vielen er bij deze atleten en/of teams op? Theorie Summers Theorie Pearlman Theorie Campbell Psychologie achter winnen in Psychologie achter winnen in Psychologie achter winnen in sport: sport: sport: Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Summers schrijft over de links  Werk ethiek  Karakteristieken tussen brein chemie, sociale Discipline, motivatie, sportman: theorie en economie bij beter willen worden gedreven, doelgericht, winnen  Nederigheid competitief, optimistisch,  Hoe meer testosteron, Respect voor de ambitieus, “vallen en hoe beter. Winnen geeft tegenstander (vooral in opstaan” mentaliteit, je meer hormonen en teamsporten) visualisatie van doel hoe meer T. hoe groter  Liefde voor werken en  Persoonlijkheid: de voorsprong in de presteren onder druk Introvert-extravert volgende wedstrijd Controle adrenaline en Neurotisch-stabiel  Alleen nuttig bij een concentratie onder druk  Gedachtegang gehalte aan cortisol.  (Zelf) motivatie bespreekbaar maken voor  Kalm zijn ondanks drang (anders in teamsport) emotionele controle naar dominantie  Onbaatzuchtigheid  Teamspirit  Sporters genieten meer (teamsport) (wordt later toegelicht) wanneer zij presteren  Zelfvertrouwen  Negatieve energie terwijl anderen falen; (wordt later toegelicht) wanneer zij de beste zijn (Summers, 2011) (Pearlman, 2009) (Campbell, 1998) Zoals u ziet hebben de meeste theorieën veel gelijkenissen. Zo wordt ‘persoonlijkheid’ door de 1 0
  • 12. meeste bronnen genoemd alleen de invulling van dit aspect verschilt wel. Zo vinden Weinberg & Gould motivatie onder persoonlijkheid vallen, terwijl andere theorieën motivatie als een opzichzelfstaand aspect noemen. Daarnaast kan er in de uiteenzetting van theorieën en de opsomming van de verschillende aspecten duidelijk onderscheid gemaakt worden tussen de aspecten die voor alle atleten gelden en die, die alleen van toepassing zijn voor teamsporters. 6. Wat is het verband tussen de verschillende mentale aspecten uit de verschillende theorieën? Psychologische aspecten In de paper is er een verband geschetst tussen de verschillende mentale aspecten die een rol spelen bij het vermogen tot presteren bij topsport. Op de volgende pagina is hier een figuur van te zien. De toelichting van de verschillende aspecten op deze pagina refereren aan de verschillende theorieën en het verband hiertussen in het figuur hieronder. Er wordt bewust op sommige aspecten dieper ingegaan. Vanwege het feit dat deze in het figuur niet uitgebreid genoeg zijn behandeld of omdat het ervaren is als een van de meest noodzakelijke mentale aspecten. 1. Persoonlijke aspecten Een aantal mensen zijn van mening dat wanneer een sporter niet de natuurlijke psychologische voordelen heeft en dus niet geboren is met temperament, zoals Bjorn Borg bijvoorbeeld(een man geboren met temperament), de sporter gewoon niet de competenties heeft die nodig zijn om te winnen. Toch toont onderzoek aan dat middels verschillende technieken atleten wel degelijk meer uit zichzelf kunnen halen. Bij de meest succesvolle sporters, onafhankelijk van achtergrond en type persoonlijkheid, is toch een bepaald patroon te ontdekken, gemeenschappelijke karakteristieken. Topsporters zijn: competitief, optimistisch, ambitieus, doelgericht (en visualiseren deze doelen in het Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation hoofd en schrijven deze vaak ook uit op papier), gedreven en hebben een voorliefde voor presteren onder druk. Daarnaast kent iedere sporter, ofwel ieder persoon een bepaald persoonlijkheid type, zoals introvert of extravert. Deze zullen in het volgende hoofdstuk kort aan bod komen. (Campbell, 1998; Koppen, 2010; Schuijers, 1997) De topsporter dient ook een bepaalde attitude the hebben. Zelfvertrouwen is noodzakelijk. Door onzekerheden uit te spreken en te focussen op de sterkte punten van een sporter stijgt zelfvertrouwen en positiviteit. Topsporters horen in zekere zin ook optimistisch te zijn om om te kunnen gaan met tegenslagen. De zogeheten ‘Iceberg profile’ staat voor een elite aantal atleten met positieve instelling. Aangetoond is dat zij nadrukkelijk beter presteren. (Campbell, 1998; “Marc Lammers - De kunst van het winnen,” n.d.; Schuijers, 1997; Weinberg & Gould, 2010) (Zie de rest van de toelichting op pagina 13,14,15) 1 1
  • 13. Karakter & Attitude (o.a. zelfvertrouwen) Omgang met persoonlijke Persoonlijke aspecten uitdagingen (stress, presteren onder druk, etc.) Intrinsieke motivatie, werkethiek Aandacht vasthouden, waarnemening Mentale aspecten bij (TOP)sport Competitie en samenwerking Sociale aspecten (Omgeving) Feedback, versterking Geslacht, diversiteit en cultuur Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Karakter teamsporter & persoonlijke ontwikkeling Groep en team dynamiek Sociale aspecten (Sport in Teamspirit, cohesie en positiviteit teamverband) Leiderschap Communicatie; gedachtegang bespreekbaar maken Figuur 1 – Overzicht van mentale aspecten bij (TOP)sport 1 2
  • 14. Figuur 2 – Psychological profiles of more and less successful elite athletes.(Weinberg & Gould, 2010) Bij het aspect ‘omgang met persoonlijke uitdagingen’ kunt u denken aan de omgang met emoties, stress, angst, agressie, opwinding en presteren onder druk. Het is noodzakelijk dat de sporter veel energie heeft maar toch ontspannen blijft tijdens inspanning. Het verband tussen emoties als opwinding en angst kunnen de piek-prestaties bepalen. Het hangt ook nauw samen met concentratie, scherp zijn en blijven tijdens een competitie. (Campbell, 1998; Pearlman, 2009; Schuijers, 1997; Weinberg & Gould, 2010) Tot slot is motivatie een heel belangrijk persoonlijk aspect. Van een topsporter wordt een bepaalde werkethiek gevraagd, een drijfveer, een “vallen en opstaan” mentaliteit. De focus is hier niet 100 procent op de uitkomst maar op verbetering. Echte winnaars kennen een hoge intrinsieke motivatie. (Campbell, 1998; Koppen, 2010; Pearlman, 2009; Weinberg & Gould, 2010) Succesverhaal: Er zijn talloze succesverhalen op te noemen, een daarvan is die van Andre Agassi. Deze top tennisser bleef na een bliksemsnelle start van zijn professionele carrière alsmaar verliezen Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation en dat van tennissers met minder talent. Frustratie won de overmacht en dat was de reden dat hij koos voor Brad Gilbert als nieuwe coach. Perfectionisme bleek de boosdoener. Gilbert gaf Agassi het volgende mee: “It’s all about the head. With your talent, if you’re fifty percent game-wise, but ninety- five percent head-wise, you’re going to win. But if you’re ninety-five percent game-wise and fifty percent head-wise, you’re going to lose, lose lose.” Door het herinrichten van de wedstrijd won Agassie 5 maanden later zijn eerste U.S. Open kampioenschap. Hier opvolgend kwam de Grand Slam, Australian Open 1995. (Summers, 2011) ‘THE THIN LINE BETWEEN VICTORY AND DEFEAT IS ONE COMPOSED NOT OF MUSCLE BUT MENTALITY’ (Pearlman, 2009) 2. Sociale aspecten: omgeving Bij de mentale aspecten die zich richten op de omgeving van een topsporter zullen een aantal termen wel voor zich spreken, te denken aan geslacht, diversiteit en culturen. Net als in algemene psychologie dient u hier rekening mee te houden. Daarnaast is competitie en samenwerking een belangrijk element. Tussen competitie en samenwerking zit een wezenlijk verschil. Beiden kennen zij een ander proces, toch is het typisch om te zien dat sociale factoren in de jeugd zoals een leraar, ouder/verzorger of coach, grote invloed kunnen hebben op het aspect waar het kind de grootste nadruk op legt: samenwerking of competitie? Competities kent haar voor- en nadelen en een balans tussen samenwerking en competitie is dan ook van groot belang. Wel is competivi teit als 1 3
  • 15. karaktereigenschap een pree bij topsporters. Wetende dat optimisme erg belangrijk is bij topsport, spreekt het ook voor zich dat feedback, positief of negatief, grote invloed kan hebben op prestaties. ‘Scherp zijn’, zoals men dat noemt in de sportwereld, en het behouden van deze aandacht is een van de meest belangrijke mentale aspecten bij topsport. Zo geven 40 van de 48 topsporters in een onderzoek aan, na mentale training geconcentreerder te zijn, betere resultaten te behalen, bewuster te zijn gaan trainen en voorbereiden, zelfverzekerder te zijn, minder of geen last te hebben van faalangst of nervositeit en meer plezier in hun sport te beleven. De atleten geven hier ook gelijk het verband aan tussen al deze mentale aspecten die een rol spelen bij het vermogen tot presteren. Concentratie staat weer in verband met waarneming. Het is belangrijk dat men bij het waarnemen van vormen ook diepte waarneemt. Bij waarneming in beweging kunt u denken aan schijnbeweging, een beweging waar een sporter hat waarnemingssysteem van zijn tegenstander onder druk zet. Het is cruciaal dat een sporter scherp is maar hij/zij kan gedurende een wedstrijd behoorlijk op de proef gesteld worden. Afleidingen kunnen o.a. veroorzaakt worden door vermoeidheid, moe zijn, pijn en de stand in de wedstrijd. (Koppen, 2010; Schuijers, 1997) 3. Sociale aspecten: teamprocessen Teamsport is een tak op zich. Het gaat hier niet alleen om het individu en zijn of haar omgeving, het gaat om het team en de individu als onderdeel van dat team. Naast de neutrale karakteristieken van een atleet zijn ook nederigheid en vooral onbaatzuchtigheid cruciaal. Persoonlijke doelen dienen concreet te zijn en uitgesproken te worden maar het persoonlijke doel mag niet ten koste gaan van het team doel. Communicatie moet in het team zorgen voor de juiste team dynamiek. Van een groep moet namelijk een team gemaakt worden en hier worden een aantal stappen voor doorlopen: ‘forming, storming, norming & performing’ 2 . Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation In het team hoort een positieve sfeer te hangen, een team spirit. Negatieve energie in een team is uit den boze. Naar de relatie tussen cohesie en prestatie in sport is al meer dan 30 jaar onderzoek gedaan. Er zijn 3 belangrijke factoren die hier een rol bij spelen: het meten van cohesie, type van de taak en het oorzaak-gevolg verband. Over het algemeen staat taakcohesie nauwer in verband met prestaties dan groepscohesie en is cohesie belangrijker bij interactieve sporten dan bij coactieve sporten. Het lijkt een vicieuze cirkel: team succes verbetert cohesie en dat verbeterd weer team succes. Het zelfde als het testosteron principe van de theorie van Summers. Goed leiderschap is heel belangrijk, misschien zelfs cruciaal. Hier wordt echter in dit paper verder niet op in gegaan. (Summers, 2011; Weinberg & Gould, 2010) Succesverhaal: Het Nederlandse vrouwen hockeyteam is een perfect voorbeeld van een team dat goed op elkaar is ingespeeld en bewijst dat dit loont. Een voorbeeld is hier “het vertrouwen van Maartje Paumen, strafcornerspecialist. Haar corners zijn een geweldig wapen. De beperking is echter haar snelheid als linksback. Door Minke Booy, diepste verdedigster, meer op links te laten spelen, 2 Forming: teamleden maken zich bekend aan elkaar en raken met elkaar vertrouwd. Storming: weerstand tegen de leider, het toezicht van de groep en interpersoonlijke conflicten. Norming: vijandigheid wordt vervangen door solidariteit en samenwerking. Performing: teamleden verenigen zich en bundelen energie voor team succes. (Alleman, 2004; Weinberg & Gould, 2010) 1 4
  • 16. ontstond er een beter evenwicht. Daardoor groeide Maartjes zelfvertrouwen, kreeg ze meer plezier op die positie en ging ze steeds beter spelen. Ze kon zich weer focussen op waar ze echt goed in is .”, aldus Coach Marc Lammers. (“Marc Lammers - De kunst van het winnen,” n.d.) Ook de New York Mets (professioneel baseball team) zijn een goed voorbeeld die de mentale kracht bij sport bewijzen. De meesten waren ervan overtuigd dat het team gedoemd was om te falen. Er waren velen obstakels in het team die overwonnen moesten worden maar hun leider Keith “Mex” Hernandez zou het team niet laten verliezen. Spelers zelf geven aan dat de prestaties voor een groot deel een gevolg waren van het vertrouwen van Hernandez. Een van de meest belangrijke zaken die door de leider gepromoot werden was hier taak cohesie. Door teamleden betrokken te maken en zelfvertrouwen te stimuleren, zorgde dit voor plezier in het spelen en motiveerde dit om het succes van iedereen in het team te bevorderen. Conclusie Om kort een antwoord te even op de vragen welke mentale aspecten bij topsporters grote impact hebben op de prestaties en het wat het verband tussen deze aspecten is, kan dus gezegd worden dat een talloos aantal aspecten verdeeld kunnen worden over de 3 categorieën: persoonlijke factoren en sociale factoren. De sociale factoren richten zich op: omgeving en sporten in teamverband. De factoren uit de verschillende theorieën geven het belang van sportpsychologie aan. De prestatie van de topsporter verbeterd wel degelijk als zij niet alleen fysiek maar ook mentaal getraind worden. Het zou dus een nuttige verbetering zijn in het trainingsproces. De aspecten waar dan naar gekeken kunnen worden ziet u hier nogmaals per categorie:  Persoonlijke aspecten: karakter, attitude, omgang met verschillende uitdagingen als emoties Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation en stress en intrinsieke motivatie  Sociale aspecten (omgeving): geslacht, diversiteit en cultuur, aandacht, feedback en verbetering en competitie en samenwerking  Sociale aspecten (teamprocessen): Karakteristieken teamsporter, groep en team dynamieken, teamspirit, leiderschap, persoonlijke doelen en communicatie binnen team ‘THERE ARE MORE PLAYERS THAT HAVE THE TALENT TO BE THE BEST IN THE WORLD THAN THERE ARE WINNERS’ (Summers, 2011) 1 5
  • 17. DEEL 3: VAN INNOVATIE NAAR MANAGEMENT Deel 2 heeft middels de vergelijking van verschillende theorieën een inzicht gegeven in de mentale aspecten die impact hebben op prestaties in sport. De aspecten die als innovatie meer aandacht zouden moeten krijgen bij het trainen van topsporters. In dit deel gaat de paper van onderzoek naar oefening, van de innovatie sportpsychologie naar het management hiervan. We kijken dan ook naar de volgende deelvragen om een lijn te trekken tussen verleden-heden-toekomst. 7. Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged? 8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in sport? Deelvraag 7 gaat hier in op het thema innovatiemanagement: het toepassen van vrij nieuwe trainingsprogramma’s die gehanteerd worden bij topsporters. De laatste deelvraag in deze paper kijkt naar het toekomstperspectief van deze innovatie. Wat geven deskundigen aan? 7. Hoe wordt sportpsychologie momenteel toegepast/gemanaged? Huidige trainingsprogramma’s Het is uiteraard onhaalbaar om alle training programma’s en oefeningen tegenover elkaar te zetten, daarom worden er in de paper maar een aantal toegelicht. Allereerst kijken we naar Psychological Skills Training in het algemeen en hierna wat concrete voorbeelden van trainingen die worden aangeboden en ook in de sportwereld op hoog niveau worden toegepast als innovatiemanagement Psychological Skills Training De PST komt in velen sportpsychologie studie boeken voor maar wat houdt het precies in? PST Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation refereert naar het systematisch en consistent oefenen van mentale en psychologische vaardigheden. Hier kunt u denken aan het trainen van concentratie, het reguleren van de niveaus van opwinding, het verhogen van vertrouwen en behoud van motivatie. Het is een mythe dat PST alleen geldt voor elite- of “probleem” atleten. PST is iets wat wel degelijk problemen kan oplossen maar is een tool die niet pas in de probleem fase ingezet moet worden. Daarnaast kost training tijd en zo ook PST. Onzekerheid wordt niet met één oefening opgelost. Ook bij PST geldt het principe van “oefening baart kunst”. De training is gebaseerd op onderzoek en ervaring en richt zich op de verschillende aspecten die ook vorig hoofdstuk aan bod kwamen. Experimenten als het vergelijken van atleten met superieure psychologische vaardigheden met atleten die minder presteren, heeft aangetoond dat PST werkt. Daarnaast hebben velen coaches en atleten PST toegepast en zijn zij van mening dat de training een onderdeel zou moeten zijn van de dagelijkse routine. Ondanks het feit dat de PST verschillende vormen kent die passen bij de behoeften van de deelnemers, kent de training toch een bepaalde structuur van 3 fasen:  Educatie: het leren van het belang van PST  Overname: het leren van de mentale vaardigheden  Oefening: het gebruik van deze mentale vaardigheden gedurende training, ofwel voordat ze toegepast worden in de competitie. 1 6
  • 18. Het programma moet op maat ontwikkeld worden, wat betekent dat er rekening gehouden moet worden met de persoonlijkheid, situatie en behoeften van de atleet. Bij het persoonsgebonden aspect van de training kunt u denken dat u er rekening mee moet houden of een atleet bijvoorbeeld introvert of extravert is, neurotisch of stabiel.3 Iemand die neurotisch en extravert is, heeft bijvoorbeeld een psyching-down nodig, wat betekend dat zij bijvoorbeeld geholpen kunnen worden middels rustige muziek terwijl dit voor een ander persoonlijk type niet hoeft te werken. PST duurt ongeveer 3 tot 6 maanden en kan het beste gestart worden aan het begin of einde van een seizoen. Wanneer een atleet niet geloofd in de principes van PST kan dat een negatief gevolg hebben op de training. Daarnaast is follow-up erg belangrijk in de training. (Campbell, 1998; Weinberg & Gould, 2010) Talenten Academie Een voorbeeld van een programma dat tegenwoordig door psychologen aangeboden wordt, is dat van de Talenten Academie, een bedrijf in Noord-Brabant met de visie om ambitieuze mensen te begeleiden bij het bereiken van hun doelen. Zij richten zich naast topsport ook op onderwijs, het bedrijfsleven en de overheid. De Talenten Academie biedt de volgende zaken aan:  Performance coaching:  Mental coaching  Train-de-Trainer  Teambegeleiding Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Ook faciliteren zij programma’s die special gericht zijn op jeugd talent. (“De Talentenacademie,” n.d.) Schuijers Sport psycholoog Rico Schuijers schrijft in zijn boek ‘Over scherp zijn gesproken’ over het vasthouden van de aandacht, ‘scherp blijven’. In het boek behandeld hij een aantal aspecten die belangrijk zijn als en bij deze mentale training:  Bewustwording: de sporter moet nadenken over zijn gedrag, gedachten en zijn gevoelens in sportsituaties. Dit kan onderzocht worden middels een vragenlijst  Motivatie en beïnvloeding hiervan: methoden om de motivatie te beïnvloeden zijn het maken van de juiste attributies en gebruik van doelstellingen. De doelstellingen moeten hier voldoen aan de volgende principes: uitdaging, haalbaarheid, verificatie, juist tijdsbereik en de manier waarop de doelen behaald moeten worden; het proces. Gedrevenheid, doorzettingsvermogen en plezier vallen hier ook onder intrinsieke motivatie. 3 Eigenschappen van persoon die extravert is: sociaal, optimistisch en impulsief en soms agressief en onbetrouwbaar. Introvert: voorzichtig, betrouwbaar, hoge ethische normen maar pessimistisch. Neutotisch: angstig en humeurig (niet stabiel). Stabiel: stabiel maar tonen weinig reactie/emoties in situaties. 1 7
  • 19. De sporter moet bewust zijn van zijn sterkte- en zwakte punten en voldoende motivatie hebben hier mee aan de slag te gaan. De focus in het boek van Schuijers ligt op ‘scherp blijven’. Concentratie is namelijk een van de belangrijkste mentale aspecten. Om om te leren gaan met afleiding zijn de ontspanningsoefeningen, ‘werken aan verbeelding’ en ‘gedachtecontrole’ de meest gebruikte technieken. (Schuijers, 1997) 8. Verwacht men dat sportpsychologie in de toekomst veel gebruikt wordt als innovatie in sport? De toekomst van sportpsychologie Het is interessant om te zien wat er nu speelt in sportpsychologie en in wat nu aangeboden wordt als innovatiemanagement maar interessanter is natuurlijk wat men verwacht in de toekomst. Zien deskundigen toekomst in het toepassen van de wetenschappelijke kennis van sportpsychologie? Geloven zijn in deze innovatie? Ik kijk hier eerst naar Lammers, een perfect voorbeeld een innovator in de sportwereld. Daarna kijk ik naar de uitkomst van verschillende deskundigen die zich uitlaten over hun mening over sportpsychologie in de toekomst. Zet de trend zich door, ja of nee? Innoveren in sport, middels technologie of pscyhologie? Marc Lammers, een van de meest innovatieve coaches die zijn ideeën toepast bij het Nederlandse vrouwen hockeyteam, staat bekend om het feit dat hij altijd in is voor iets nieuws. ‘Er moet over grenzen heen gekeken worden. Topsport gaat om groei.’ Hij kwam al eerder met de “Sint-stick” voor hockeyers, gaf een aantal spelers oortjes tijdens trainingen en wedstrijden en gebruikte ook een Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation videobril. Een ander voorbeeld is het ijsbad. TNO ontwikkelde samen met DSM een speciaal ijsbad wat in Peking in de hitte de cooling down inkortte. Het heeft het team fitter gehouden gedurende het toernooi. Technologie wordt door Lammers letterlijk naar het veld gebracht. Iets wat meer coaches zouden moeten doen.(“Marc Lammers - De kunst van het winnen,” n.d.) Heeft dit iets te maken met sportpsychologie? Ja, het gebruik van oortjes of andere technologische mogelijkheden, kunnen ook communicatie verbeteren in het team en zo zijn er misschien ook mogelijkheden die de concentratie van de sporters zullen verbeteren. Wanneer technologie en neurowetenschap samenkomen, kan dit van grote invloed zijn op het vak sportpsychologie en hiermee de prestaties van toptalenten. Denk bijvoorbeeld aan de neurowetenschappelijke kennis over doelgericht denken. Met Lammers als voorbeeld wil ik aangeven dat technologie in sport continue wordt toegepast om prestaties van topsporters te verbeteren. Lammers integreert een innovatieroutine is zijn werk en toont hiermee aan dat er veel mogelijkheden zijn. Een coach gaat echter niet zonder plan te werk. Soms kan technologie het fysieke prestatie vermogen verbeteren maar ook voor sportpsychologie in combinatie met technologie zijn er mogelijkheden. Wanneer technologie een bijdrage levert aan het inzicht dat bijvoorbeeld de coach heeft in zijn spelers of helpt bij de concentratie van een topsporter, gaat het om sportpsychologie als innovatie toegepast in combinatie met technologie. Neurowetenschappelijk onderzoek als de ontwikkeling in neurofeedback kan hier een belangrijke rol spelen in de toekomst. En zoals Lammers ook al aangeeft. ‘Technologie wordt naar het veld gebracht’ en met sportpsychologie andere wetenschappelijke 1 8
  • 20. uitkomsten ook. Er liggen dus erg veel kansen in sportpsychologie als innovatie in sport. (Corbetta, Shulman, & others, 2002) Sportpsychologie in de toekomst Kim. D. Dorsch vergelijkt vier verschillende standpunten over sportpsychologie in de toekomst. Twee sport professoren in de psychologie en twee afgestudeerde studenten. Kijkende naar deze perspectieven weet Dorsch te concluderen dat de levensvatbaarheid van sportpsychologie in de praktijk, in de ogen van alle vier is toegenomen, vooral bij topsport. De omvang van sportpsychologie praktijken stijgt enorm en de oorzaak en invloed hiervan kan o.a. worden gevonden binnen de domeinen van geneeskunde, het bedrijfsleven en sport. Alle vier maar ook auteurs van boeken omtrent sportpsychologie geven reden voor optimisme. Ferraro, zelf sport psycholoog denkt hier anders over. Hij neemt de huidige consultants niet meer serieus, te kort worden atleten getraind op de mentale aspecten. De psychologie achter sport moet weer serieuzer worden genomen volgens Ferraro. Dát is wat in de toekomst de atleet zal helpen en de waarborging van de reputatie van sportpsychologie. Weinberg & Gould schrijven over een drietal ontwikkelingen die zich voor zullen doen. Deels komen deze overeen met dat wat eerder besproken is:  Meer mensen zullen geïnteresseerd zijn in training van de psychologische vaardigheden en dit ook toepassen  Er zal een grotere nadruk komen te liggen op begeleiding en klinische training bij sport psychologen  Problemen betreft ethiek en bekwaamheid zullen meer aandacht krijgen in de toekomst (Ferraro, 2004; Schinke, Hancock, Dubuc, & Dorsch, 2006; Weinberg & Gould, 2010) Conclusie Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation Concluderend kan er gezegd worden dat er al vele training programma’s zijn die worden toegepast bij toptalent in sport maar nog lang niet overal. De theorie ligt voor het oprapen en de mogelijkheden zijn grenzeloos maar toch wordt er nu pas iets mee gedaan maar nog lang niet genoeg. Er liggen heel veel kansen in toegepaste sportpsychologie, rekening houdende met de bestaande aspecten. Er zijn alleen nog maar weinig concrete modellen te vinden en vaak wordt bij bepaalde gehanteerde oefeningen ook gekeken naar andere markten/theorieën. Zo lijken ontspanningsoefeningen die worden toegepast in sport vaak op die bij het boeddhisme. Dit geeft aan dat er ook veel inspiratie uit theorieën als deze gehaald kan worden. Om nu de vraag in dit hoofdstuk te beantwoorden wat de trainingsprogramma’s op het moment zijn, kunt u denken aan de PST, een vaak gehanteerde theorie in studies, of de voorbeelden dichter bij huis zoals die van Schuijers en de Talentenacademie. Over de invulling van de toekomst van sportpsychologie als innovatie is nog redelijk weinig bekend. Er wordt met name gesproken over de theorie en het vak maar niet zo zeer hoe men verwacht dat dit er in de toekomst uit gaat zien. Of de trainingsprogramma’s zullen veranderen en hoe is dus een vraag die onbeantwoord blijft. Wel kan de laatste deelvraag over het toekomstperspectief van sportpsychologie beantwoord worden middels verschillende perspectieven van deskundigen. Over 1 9
  • 21. het algemeen zijn zij allen positief over het gebruik/ de toepassing van deze innovatie. Zij verwachten een immense groei. Kijkend naar de visie van Lammers die zich vooral richt op technologie, zie ik zelf ook veel mogelijkheden. Sportpsychologie zou zich goed kunnen door ontwikkelen door een combinatie van sportpsychologie, technologie en neurowetenschap te gebruiken bij het ontwerpen van nieuwe trainingsprogramma’s die prestatiegericht te werk gaan bij sporttalent. Een innovatieroutine in alle sporten op hoog niveau zou noodzakelijk zijn voor deze doorontwikkeling. Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation 2 0
  • 22. CONCLUSIE Om een conclusie te kunnen trekken, herhaal ik hieronder de hoofdvraag in deze paper: Hoe wordt sportpsychologie als innovatie gemanaged in de topsportwereld en heeft dit toekomstperspectief? Deze vraag kan aan de hand van het onderzoek dat ik in de paper heb gedaan, duidelijk beantwoord worden. Om te beginnen kan sportpsychologie ervaren worden als innovatie. Het is niet zozeer een nieuw begrip maar de hoeveelheid theoretische kennis blijft groeien en de toepassing hiervan in topsport kan worden gezien als een innovatie van processen, namelijk trainingsprogramma’s. Eerst waren deze alleen fysiek en momenteel wordt het belang van mentale training ook erkent. Als het gaat over sportpsychologie als innovatie in topsport dan hebben we het over verschillende mentale factoren die vanuit verschillende theorieën benoemd zijn als dusdanig noodzakelijk in sport dat zij het vermogen tot presteren kunnen verhogen. Deze aspecten kunnen onderverdeeld worden in de volgende categorieën:  Persoonlijke aspecten: karakter, attitude, omgang met verschillende uitdagingen als emoties en stress en intrinsieke motivatie  Sociale aspecten (omgeving): geslacht, diversiteit en cultuur, aandacht, feedback en verbetering en competitie en samenwerking  Sociale aspecten (teamprocessen): Karakteristieken teamsporter, groep en team dynamieken, teamspirit, leiderschap, persoonlijke doelen en communicatie binnen team Deze aspecten kunnen de prestaties van topsporters dusdanig verbeteren dat psychologische training in sport de moeite waard is, sterker nog het kan een talent onderscheiden van de andere talenten en doen winnen. De toepassing van mentale training is sport is innovatief en wordt i n de Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation ene sport al meer gebruikt als in de andere. Er zijn al vele trainingsprogramma’s die worden toegepast ondanks het feit dat toegepaste sportpsychologie nog een redelijk jong begrip is. Er liggen heel veel kansen in toegepaste sportpsychologie, rekening houdende met de bestaande aspecten. Er zijn alleen nog maar weinig concrete modellen te vinden en vaak wordt bij bepaalde gehanteerde oefeningen ook gekeken naar andere markten/theorieën. Zo lijken ontspanningsoefeningen die worden toegepast in sport vaak op die bij het boeddhisme. Dit geeft aan dat er ook veel inspiratie uit theorieën als deze gehaald kan worden. Om nu de vraag in dit hoofdstuk te beantwoorden wat de trainingsprogramma’s op het moment zijn, kunt u denken aan de PST, een vaak gehanteerde theorie in studies, of de voorbeelden dichter bij huis zoals die van Schuijers en de Talentenacademie. Over de invulling van de toekomst van sportpsychologie als innovatie is nog redelijk weinig bekend. Er wordt met name gesproken over de theorie en het vak maar niet zo zeer hoe men verwacht dat dit er in de toekomst uit gaat zien. Of de trainingsprogramma’s zullen veranderen en hoe is dus een vraag die onbeantwoord blijft. Wel kan de laatste deelvraag over het toekomstperspectief van sportpsychologie beantwoord worden middels verschillende perspectieven van deskundigen. Over het algemeen zijn zij allen positief over het gebruik/ de toepassing van deze innovatie. Zij verwachten 2 1
  • 23. een immense groei. Kijkend naar de visie van Lammers die zich vooral richt op technologie, zie ik zelf ook veel mogelijkheden. Sportpsychologie zou zich goed kunnen door ontwikkelen door een combinatie van sportpsychologie, technologie en neurowetenschap te gebruiken bij het ontwerpen van nieuwe trainingsprogramma’s die prestatiegericht te werk gaan bij sporttalent. Een innovatieroutine in alle sporten op hoog niveau zou noodzakelijk zijn voor deze doorontwikkeling. Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation 2 2
  • 24. REFERENTIES Alleman, G. B. (2004). Forming, Storming, Norming, Performing and Adjourning. Colorado. Retrieved from http://www.niwotridge.com/PDFs/FormStormNormPerform.pdf Arden, P. (2007). Kunnen is zilver, willen is goud. Utrecht: Het Spectrum. Retrieved from http://www.managementboek.nl/boek/9789027457356/kunnen-is-zilver-willen-is-goud-paul-arden Campbell, S. (1998). The psychology of winning. Focus, 45(3), 94. doi:Article Campos, J. (n.d.). The definition of innovation. Retrieved from http://innovationzen.com/blog/2006/11/17/the-definition-of-innovation/ Corbetta, M., Shulman, G. L., & others. (2002). Control of goal-directed and stimulus-driven attention in the brain. Nature reviews neuroscience, 3(3), 215–229. De Talentenacademie. (n.d.). Retrieved March 30, 2012, from http://www.talentenacademie.nl/ Encyclo.nl. (n.d.).Encyclo.nl. Retrieved from http://www.encyclo.nl/begrip/INTENSITEIT Ferraro, T. (2004). Is sport psychology failing the athlete. Athletic Insight: The Online Journal of Sport Psychology, 6(2). Gill. (1979). Definition Sport and exercise psychology. Foundations of Sport and Exercise psychology. Gill, D., & Lavon, W. (2008). Psychological Dynamics of Sport and Exercise. Human Kinetics. Jarvis, M. (2006). Sport psychology: a student’s handbook (Vol. 10). Psychology Press. Knell, M. (2010). Innovation, organisation, sustainability and crises. Aalborg. Retrieved from http://www.schumpeter2010.dk/index.php/schumpeter/schumpeter2010/paper/viewFile/407/170 Koppen, N. (2010). Goud. Sport documentaire, Selfmade films & NPS. Retrieved from http://www.hollanddoc.nl/kijk-luister/documentaire/h/Holland-Doc-op-Ned-3-Goud.html Marc Lammers - De kunst van het winnen. (n.d.). Retrieved March 25, 2012, from http://www.marclammers.nl/alle-interviews/248-de-kunst-van-het-winnen.html Murphy, S. M. (1995). Sport psychology interventions. Human Kinetics Publishers. Pearlman, J. (2009). WINNERS + LOSERS. Psychology Today, 42(2), 92–97. doi:Article Schinke, R. J., Hancock, D., Dubuc, N. G., & Dorsch, K. D. (2006). Looking to the future of sport psychology: An introduction. Athletic Insight, 8(3). Schuijers, R. (1997). Over scherp zijn gesproken. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. Schumpeter, J. (1934). Definition Innovation. Retrieved from Sportpsychologie, Linde van Erp, Advanced Business Creation http://innovationzen.com/blog/2006/11/17/the-definition-of-innovation/ Summers, N. (2011). Why Winners Win at... Newsweek, 158(3), 44–49. doi:Article Tartakovsky, M. (2011). Sport Psychology and Its History. Retrieved from http://psychcentral.com/blog/archives/2011/07/15/sport-psychology-and-its-history/ Taylor, J., & Wilson, G. S. (2005). Applying sport psychology: four perspectives. Human Kinetics Publishers. The american heritage dictionary. (n.d.). The definition of innovation. Retrieved from http://innovationzen.com/blog/2006/11/17/the-definition-of-innovation/ Warren, E. (1968). Sports Illustrated. Quotegarden. Retrieved March 26, 2012, from http://www.quotegarden.com/sports.html Weinberg, R. S., & Gould, D. (2010). Foundations of sport and exercise psychology. Human kinetics publishers. 2 3