3. SHOTS / KADREREN
• Wat breng je in beeld (en wat niet!) en hoe laat je dat zien?
• Een kader is geen willekeurig plaatje maar een uitsnede met betekenis.
• Dat wat binnen een kader te zien is, geeft de kijker informatie.
• De kadrering geeft vorm aan een shot en meerdere shots samen vormen de
film.
4. Shots zijn in te delen in:
• Totaal shot
- Het TS wordt vaak gebruikt als het eerste shot
van een nieuwe scène. Om het publiek te laten
zien waar de actie plaatsvindt en/of waar
en wie de persoon is.
- Object/Mens geheel in beeld.
• Medium shot
- Het MS toont een deel van het onderwerp
maar meer in detail (lichaamstaal), terwijl nog
steeds een deel van de omgeving zichtbaar is.
• Medium Close Shot
- Het MCS toont een deel van het onderwerp
maar nog meer in detail, terwijl nog steeds een
deel van de omgeving zichtbaar is.
5. Shots zijn in te delen in:
• Detail shot / Close up
- Het CU toont een detail van het onderwerp
(emotie en expressie).
- Het gehele hoofd is hier in beeld
(kruin tot schouders).
• Extreem Close Up
- De ECU toont een klein detail van het
onderwerp.
- Uitvergroting van expressie en emotie, vaak
spanning of woede.
6. Camerastandpunt en Perspectief
• Het standpunt van de camera is het oog van de kijker.
• Het perspectief van de camera bepaalt dus ook van waaruit de kijker de scène
ziet.
- Over the Shoulder (OTS)
- Kikvors- en VogelperspecKef
- ObjecKef vs SubjecKef
- Point of View (POV)
7. Over the Shoulder (OTS)
• Een speciale vorm van Perspectief is een Over the Shoulder.
• De kijker kijkt letterlijk over de schouder mee (betrokkenheid).
Hoofd OTS Heup OTS
8. Kikvors‐ en Vogelperspectief
• Normaal gesproken staat de camera alKjd op ooghoogte van diegene die
we filmen.
• Vanuit kikvorsperspecKef lijkt de gefilmde te domineren over de kijker.
• Vanuit vogelperspecKef lijkt de kijker te domineren over de gefilmde.
Kikvorsperspectief Vogelperspectief
9. Point of View (POV)
• De kijker (de camera dus) laten zien wat de persoon zelf ziet, heet
een point of view shot.
• Een krachtig subjectief middel om de kijker er bij te betrekken.
• Een POV leid je IN en UIT met ongeveer hetzelfde MS of CU.
• Een grotere uitsnede geeft namelijk niet het gevoel dat de kijker die
persoon zelf zou kunnen zijn (subjectief).
Inleidende CU POV Afsluitende CU
10. Point of View (POV)
• De kijker (de camera dus) laten zien wat de persoon zelf ziet, heet
een point of view shot.
• Een krachtig subjectief middel om de kijker er bij te betrekken.
• Een POV leid je IN en UIT met ongeveer hetzelfde MS of CU.
• Een grotere uitsnede geeft namelijk niet het gevoel dat de kijker die
persoon zelf zou kunnen zijn (subjectief).
Inleidende CU POV Afsluitende CU