De broedresultaten van het klauwierenonderzoek in 2011 in het Bargerveen beloofden niet veel goeds.
Het Jaar van de Klauwieren 2012 zou voor de Grauwe Klauwier wel eens een heel pover jaar kunnen
worden. Maar is het ook daadwerkelijk het 'RampJaar van de Klauwieren' geworden? In deze
presentatie lichten we een tip van de sluier van de broedresultaten in 2012. Verder zoomen we in op
het spannende onderzoek wat op dit moment plaatsvindt. Nederlandse Grauwe Klauwieren zijn dit
jaar gezenderd met geolocators. Voor het eerst lijken we te achterhalen hoe en waar ze in de winter
naartoe trekken. We hebben contact met de onderzoekers die op dit moment in Zambia zitten om
'onze' Grauwe Klauwieren op te sporen. Tenslotte kijken we vooruit naar de grote klapekstertelling die
deze winter gaat plaatsvinden. Waar zitten ze? Neemt het aantal Klapeksters toe? En in wat voor soort
gebieden dan?
2. Wat zijn klauwieren?
- ?? soorten wereldwijd
(Op welke 2 continenten leven geen klauwieren?)
- (Ooit) broedend in Nederland…
- Grauwe Klauwier
- Klapekster (Laatste broedgeval in?)
- Roodkopklauwier (Laatste broedgeval in?)
- ?? soorten ooit waargenomen in Nederland
Foto: Arno ten Hoeve
2012 Jaar van de Klauwieren
3. Wat zijn klauwieren?
- 34 soorten wereldwijd
(niet in Zuid-Amerika en Australië)
- (Ooit) broedend in Nederland…
- Grauwe Klauwier
- Klapekster (1998)
- Roodkopklauwier (1963)
- 8 soorten ooit waargenomen in Nederland
Foto: Arno ten Hoeve
2012 Jaar van de Klauwieren
5. Klauwieren in Nederland
Foto: Eric Menkveld
Daurische Klauwier
Kleine Klapekster
Langstaart-
Turkestaanse Klauwier klauwier
2012 Jaar van de Klauwieren
6. En natuurlijk deze rakker!
Steppeklapekster
Foto: Albert de Jong
2012 Jaar van de Klauwieren
7. En natuurlijk deze rakker!
Wie in de
zaal is
er naar
Texel
afgereisd
om de
steppe-
klapekster
te zien?
Steppeklapekster
Foto: Albert de Jong
2012 Jaar van de Klauwieren
8. Maar het Jaar van de Klauwieren draait vooral om…
Klapekster Grauwe Klauwier
2012 Jaar van de Klauwieren
9. De Grauwe Klauwier
• Populatietrend in Nederland 1900-nu
16000
14000
12000
10000 Foto: Arno ten Hoeve
aantal territoria
8000
6000
4000
2000
0
1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 1970 1980 1990 2000
2012 Jaar van de Klauwieren
10. Verspreiding in Rond 1900
Nederland en Vlaanderen
2012 Jaar van de Klauwieren
11. Verspreiding in Rond 1960
Nederland en Vlaanderen
2012 Jaar van de Klauwieren
12. Verspreiding in rond 1985
Nederland en Vlaanderen
2012 Jaar van de Klauwieren
13. Verspreiding in 2008-2010
2008-2010
Nederland en Vlaanderen
2012 Jaar van de Klauwieren
14. Natuurherstel & areaalgrenzen 2010
Herstel en ontwikkeling van natuurgebieden
Verschuiven van areaalgrens naar noorden
2012 Jaar van de Klauwieren
15. Populatie van de Grauwe Klauwier 1970 - heden
500
450
400
350
aantal territoria
300
250
200
150
100
50
0
1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010
2012 Jaar van de Klauwieren
16. 1
? ?
Waar hangen ze uit
in de winter? ?
? ? ?
Grauwe klauwier was
lang een soort
mystery bird. ?
Hoe liep de trekroute? ?
Foto’s: Servaas Neijens
Waar overwinteren ze?
2012 Jaar van de Klauwieren
17. Onderzoek met geolocators
in Jaar van de Klauwieren
• Stichting Bargerveen samen
met Deense onderzoekers
• 20 grauwe klauwieren voorzien
van geolocators (1 gram)
• Terugvangst noodzakelijk
• Hoe trekken ze, waar over-
winteren ze, in welk landschap?
• Nu onderzoeksteam in Zambia
in Nationaal Park Kasanka
(helaas geen live verbinding)
Foto’s: Servaas Neijens
2012 Jaar van de Klauwieren
18. Nieuwe kennis m.b.v.
onderzoek geolocators in
Denemarken in 2011
Naar wintergebieden
Naar broedgebieden
Tøttrup, A, P., R. H. G. Klaassen, R. Strandberg, K.Thorup, M. W.
Kristensen, P. Søgaard Jørgensen, J. Fox, V. Afanasyev, C. Rahbek & Th.
Alerstam, 2011. The annual cycle of a trans-equatorial Eurasian-
African passerine migrant: different spatio-temporal strategies for
autumn and spring migration. Online 7 September 2011 Proceedings
of the Royal Society B.
2012 Jaar van de Klauwieren
19. Kilometervreter
• Vliegen jaarlijks 25.000 km
• Volgen insectenpieken en
regen
• Andere route op terugreis
• Arme Spaanse grauwe
klauwieren
Tøttrup, A, P., R. H. G. Klaassen, R. Strandberg, K.Thorup, M. W.
Kristensen, P. Søgaard Jørgensen, J. Fox, V. Afanasyev, C. Rahbek & Th.
Alerstam, 2011. The annual cycle of a trans-equatorial Eurasian-
African passerine migrant: different spatio-temporal strategies for
autumn and spring migration. Online 7 September 2011 Proceedings
of the Royal Society B.
2012 Jaar van de Klauwieren
21. Onderzoek Grauwe Klauwier
- Aantallen broedparen
- Broedsucces
- Wegen en meten
- Ringen en aflezen
- Dieet en voedselaanbod
Foto: Geert de Vries
Foto: Jorit Vlot Foto: Henny Brandsma
2012 Jaar van de Klauwieren
22. Reproductie
- Meestal 5-6 eieren: succesvolle paren 4 tot 6 jongen
- Gemiddeld 75% van alle paren succesvol
- Per paar vliegen gemiddeld 3 jongen uit
2012 Jaar van de Klauwieren
23. Populatie-opbouw
60
% in in populatie (%)
50 males
Mannetjes
females
Vrouwtjes
40
Verhoudingpopulation
30
20
10
age (years)
0
1 2 3 4 5 6 7
Leeftijd (jaar)
Foto: Arno ten Hoeve
2012 Jaar van de Klauwieren
24. Jaarlijkse adulte overleving
60
% in in populatie (%)
50 Mannetjes
males
Vrouwtjes
females
40
Verhoudingpopulation
Jaarlijkse overleving adulten ca.55 %
30
20
10
age (years)
0
1 2 3 4 5 6 7
Leeftijd (jaar)
Foto: Arno ten Hoeve
2012 Jaar van de Klauwieren
25. Jaarlijkse adulte overleving
overleving 0 -1 jaar dus cruciaal
voor groei van de populatie!
60
% in in populatie (%)
50 Mannetjes
males
Vrouwtjes
females
40
Verhoudingpopulation
30
20
10
age (years)
0
1 2 3 4 5 6 7
Leeftijd (jaar)
Foto: Arno ten Hoeve
2012 Jaar van de Klauwieren
26. Eisen aan het leefgebied
• Nestgelegenheid
• Uitkijk / jaagposten
• Variatie in vegetatiestructuur
• Voldoende voedsel
Foto: Ran Schols
2012 Jaar van de Klauwieren
27. Eisen aan het leefgebied
Nestgelegenheid
Eisen aan het leefgebied
Nestgelegenheid
Foto: Niels Gillesen
2012 Jaar van de Klauwieren
28. Eisen aan het leefgebied
Uitkijkposten
Foto: Johnny Laursen Foto: Jeroen Onrust
2012 Jaar van de Klauwieren
29. Het leefgebied van de Grauwe Klauwier
Overgangen in tijd en ruimte dynamiek
2012 Jaar van de Klauwieren
31. Samenvatting
- Eerstejaars vogels bepalen de groei van de populatie
en de kans op (her)kolonisatie
- Voldoende grote prooien tijdens nestperiode is
van groot belang voor eerstejaars overleving
- Beheer en inrichting van gebied is aan te
passen op voldoende prooiaanbod
• variatie in structuur
• dynamiek
(natuurlijk of door maaien, plaggen, begrazen, etc.)
Foto: Arno ten Hoeve
2012 Jaar van de Klauwieren
33. Herstel en ontwikkeling werkt!
•Uitrasteren struweel/heggen
tegen begrazing (Boxtel)
• Aanplant doornige struiken (Ruiten A,
Maashorst)
• Inzaaien bloemrijke akkers (Ruiten A,
Boxtel)
• Dempen sloten en greppels
(Maashorst)
• Uitdunnen bosranden (Ruiten A,
Maashorst)
2012 Jaar van de Klauwieren
42. Voorlopige resultaten Grauwe Klauwieren 2012
• Bargerveen: 75% paren succesvol. Gemiddelde
van 3,2 jongen (iets hoger dan in voorgaande jaren)
• Doornspijkse Heide: 3,1 jongen per broedpaar
• Limburg: 65% paren succesvol, tegen 73-78% in de
vier jaren daarvoor
• Zuidwest-Drenthe: broedsucces ‘niet top,
maar ook niet slecht’
• Een gekleurringde broedvogel uit het Drentse
Holtinge vestigde zich bijna 60 kilometer verderop
op de Doornspijkse Heide
• Twee vogels de respectabele leeftijd van zeven
jaar te hebben bereikt: een mannetje in het
Bargerveen en een vrouwtje in Drenthe.
43. Tellers
bedankt!
‘Het is een lastig te inventariseren soort. Ze
arriveren laat, zingen nauwelijks en gedragen zich
veelal stiekem, totdat ze jongen hebben (als ze die
tenminste hebben).’
Voorbeeld Zuidwest Drenthe: ‘In 2012 arriveerden veel Grauwe Klauwieren eind
mei. Daarna in juni wisselend weer, waardoor het opsporen bepaald niet van een
leien dakje ging. Dat bleek wel want met het mooie weer in de eerste week van
juli zaten er in diverse eerder bezochte gebieden wel degelijk Grauwe Klauwieren,
sommige met (uitgevlogen) jongen. In juni was er vergeefs naar gezocht.’
66 17
Nieuwe Nieuwe
gebieden territoria
geclaimd
45. Meer weten
en lezen?
Op 4 december verschijnt de
‘klauwierenspecial’ van
Vogelnieuws, het vakblad
van Vogelbescherming
Nederland
Foto: Rik Winters
www.vogelbescherming.nl/vogelnieuws
2012 Jaar van de Klauwieren
46. Klapeksters
in het vizier 4
Heggemus
Foto: Glenn Vermeersch
2012 Jaar van de Klauwieren
47. Klapekster-onderzoek: vrijwilligersproject Symen Deuzeman, Andrea van den
Berg & Peter van den Akker, Zuidoost-Veluwe en Engbertsdijksvenen
• Wat is de invloed van begrazing op de
prooikeuze, plaatstrouw en conditie van
overwinterende Klapekster?
• Sinds start onderzoek in 2002 meer dan 50
Klapeksters gekleurringd
• Helft overwinteraars Veluwe en
Engbertsdijksvenen zijn 1e jaars vogels
• Ongeveer 40% in latere winters teruggezien
• Grootte van winterterritorium varieert
tussen 30 en 120 hectare
• Hypothese: Begrazing heeft een positief
effect (hoger aanbod mestkevers).
2012 Jaar van de Klauwieren
48. Vraagtekens bij Klapekster
•Hoeveel Klapeksters overwinteren in Nederland en wat is hun
habitatvoorkeur?
• Methode: Landelijke klapekstertelling.
•Sluit aan bij eerdere tellingen van Waarneming.nl
•Twee simultane telweekenden?
Foto: Rik Winters
2012 Jaar van de Klauwieren
49. Doe daarom mee aan klapekstertelling 2012-2013!
22 & 23 december 2012
26 & 27 januari 2013
Claim je gebied op
Waarneming.nl
Foto: Raymond Fluitman 2012 Jaar van de Klauwieren
50. Vragen?
Bezoek de ‘Jaar van’ stand in de
hal of kijk op
www.jaarvandeklauwieren.nl
2012 Jaar van de Klauwieren
Notes de l'éditeur
Vorig jaar stond Marijn Nijssen van Stichting Bargerveen hier. Hij zit nu in Zambia. Stichting Bargerveen is de Stille kracht achter het Jaar van de Klauwieren. Hulde.
Wat heeft het ‘Jaar van de Klauwieren’ opgeleverd voor de grauwe klauwier? 1) Hoe hebben de grauwe klauwieren het in 2012 gedaan? tellingen: rampjaar of toch niet? 2) Spectaculair nieuw onderzoek met geolocators Ontdekken we eindelijk waar ‘onze’ grauwe klauwieren uithangen in de winter? 3) Daadwerkelijke maatregelen om de grauwe klauwier beter te beschermen in de toekomst? Waar wordt landschap klauwierproof gemaakt? Aanbevelingen voor beheerders landschap haarscherp in beeld door onderzoek
In internationaal opzicht stelt de omvang van Nederlandse populatie Grauwe Klauwieren niet zoveel voor. Naar schatting leven er (veel) meer dan tien miljoen broedparen wereldwijd. Gezien de hoge dichtheden in Oost Europa is het bijna een (schandalig) wonder dat we in staat zijn geweest om de Nederlandse klauwierenpopulatie binnen een halve eeuw te decimeren. Maar paradoxaal genoeg maakt juist de geringe omvang, de geïsoleerde ligging en de moeizame leefcondities die ‘onze’ populaties parten spelen de Nederlandse klauwieren tot een internationaal waardevol studieobject. Doordat de meeste broedlocaties bekend zijn en er veel geringde dieren rondvliegen (zie ook pagina 12 t/m 14 in deze Vogelnieuws) benadert het aantal terugmeldingen van ‘ringdragers’ de daadwerkelijke overleving veel beter dan in buitenlandse populaties, waar deze ongezien verdwijnen in de naburige massa. En dankzij dit ringonderzoek is de achilleshiel van de Grauwe Klauwier verder blootgelegd. Tekort aan grote prooidieren wordt vaker geopperd als reden voor achteruitgang van de soort. Nu is gebleken dat een laag prooiaanbod niet alleen het aantal uitvliegende jongen negatief beïnvloedt. De slechtere conditie van de jongen resulteert ook in een lagere overleving tot het volgende broedseizoen. Dit heeft een directe invloed op de populatietrend. Maar er zijn ook jaren die ‘niet kloppen’. Jaren met een hogere of juist lagere terugkeer dan verwacht. Of de klauwieren keren veel later terug uit Afrika, waardoor het broedsucces negatief wordt beïnvloed. Dan blijkt dat we eigenlijk heel weinig weten over het driekwart jaar dat ‘onze’ klauwieren in het buitenland vertoeven. Welke route volgen ze tijdens de 25.000 kilometer op-en-neer naar hun wintergebieden? En in hoeverre bepaalt het voedselaanbod in deze gebieden de terugkeerpercentages? Samen met Deense onderzoekers – die recent een tip van de sluier hebben opgelicht over de trekroute - heeft Stichting Bargerveen dit jaar 20 Nederlandse Grauwe Klauwieren voorzien van geolocators om de trekroute en ligging van de overwinteringsgebieden te bepalen. Ook reist een onderzoeksteam dit najaar af naar Zambia om in samenwerking met lokale natuurbeheerders klauwieren te volgen in hun winterverblijf. Welke prooien eten ze daar en hoe beïnvloedt dat hun conditie? Hoe gebruiken ze het landschap en verandert hun gedrag wanneer de regentijd losbarst? Komend voorjaar worden de veldwaarnemingen uit Zambia geanalyseerd. Kort daarna keren ook de Grauwe Klauwieren met geolocators terug in de Nederlandse broedgebieden. Spannende tijden voor onderzoekers en liefhebbers die na 20 jaar nog lang niet uitgekeken zijn op deze soort. En nog niet uitgeleerd! [Kader] Geolocators in de praktijk Met geolocators is het mogelijk om trek en overwintering van kleine vogels te onderzoeken. De locator bepaalt aan de hand van zonsopkomst en –ondergang op welke lengte- en breedtegraad de vogel zich dagelijks bevindt. Minder nauwkeurig dan GPS, maar op het schaalniveau van continenten meer dan voldoende. Doordat locators alleen data ontvangen, zijn kleinere batterijen nodig dan voor gps-zenders en wegen ze slechts ±1 gram. Terugvangst van de vogel is echter noodzakelijk om de data uit te lezen. Een geolocator wordt als een rugzakje bevestigd met een touwtje rond de poten. Uit Deens onderzoek blijkt dat klauwieren hier geen hinder van ondervinden.
Inmiddels zijn er in Zambia 32 Grauwe Klauwieren, 5 Kleine Klapeksters en 3 Fiscal Shrikes gevangen! Als bijvangsten in de netten inmiddels als 2 nieuwe vogelsoorten voor het Nationaal Park Kasanka. Naast de White-winged Widowbird is nu ook een overwinterende Spotvogel gevangen! Doordat de meeste broedlocaties bekend zijn en er veel geringde dieren rondvliegen (zie ook pagina 12 t/m 14 in deze Vogelnieuws) benadert het aantal terugmeldingen van ‘ringdragers’ de daadwerkelijke overleving veel beter dan in buitenlandse populaties, waar deze ongezien verdwijnen in de naburige massa. En dankzij dit ringonderzoek is de achilleshiel van de Grauwe Klauwier verder blootgelegd. Tekort aan grote prooidieren wordt vaker geopperd als reden voor achteruitgang van de soort. Nu is gebleken dat een laag prooiaanbod niet alleen het aantal uitvliegende jongen negatief beïnvloedt. De slechtere conditie van de jongen resulteert ook in een lagere overleving tot het volgende broedseizoen. Dit heeft een directe invloed op de populatietrend. Maar er zijn ook jaren die ‘niet kloppen’. Jaren met een hogere of juist lagere terugkeer dan verwacht. Of de klauwieren keren veel later terug uit Afrika, waardoor het broedsucces negatief wordt beïnvloed. Dan blijkt dat we eigenlijk heel weinig weten over het driekwart jaar dat ‘onze’ klauwieren in het buitenland vertoeven. Welke route volgen ze tijdens de 25.000 kilometer op-en-neer naar hun wintergebieden? En in hoeverre bepaalt het voedselaanbod in deze gebieden de terugkeerpercentages? Samen met Deense onderzoekers – die recent een tip van de sluier hebben opgelicht over de trekroute - heeft Stichting Bargerveen dit jaar 20 Nederlandse Grauwe Klauwieren voorzien van geolocators om de trekroute en ligging van de overwinteringsgebieden te bepalen. Ook reist een onderzoeksteam dit najaar af naar Zambia om in samenwerking met lokale natuurbeheerders klauwieren te volgen in hun winterverblijf. Welke prooien eten ze daar en hoe beïnvloedt dat hun conditie? Hoe gebruiken ze het landschap en verandert hun gedrag wanneer de regentijd losbarst? Komend voorjaar worden de veldwaarnemingen uit Zambia geanalyseerd. Kort daarna keren ook de Grauwe Klauwieren met geolocators terug in de Nederlandse broedgebieden. Spannende tijden voor onderzoekers en liefhebbers die na 20 jaar nog lang niet uitgekeken zijn op deze soort. En nog niet uitgeleerd! [Kader] Geolocators in de praktijk Met geolocators is het mogelijk om trek en overwintering van kleine vogels te onderzoeken. De locator bepaalt aan de hand van zonsopkomst en –ondergang op welke lengte- en breedtegraad de vogel zich dagelijks bevindt. Minder nauwkeurig dan GPS, maar op het schaalniveau van continenten meer dan voldoende. Doordat locators alleen data ontvangen, zijn kleinere batterijen nodig dan voor gps-zenders en wegen ze slechts ±1 gram. Terugvangst van de vogel is echter noodzakelijk om de data uit te lezen. Een geolocator wordt als een rugzakje bevestigd met een touwtje rond de poten. Uit Deens onderzoek blijkt dat klauwieren hier geen hinder van ondervinden.
Verklaard ook verspreiding Grauwe klauwieren in Spanje
Stepping Stones! Gefinancierd door het Prins Bernhard Cultuurfonds worden natuur- en cultuurlandschappen in de Maashorst, gemeente Boxtel (beide gelegen in Brabant) en het stroomgebied van de Ruiten Aa in Groningen de komende jaren ingericht voor de grauwe klauwier. Akkers worden omgeploegd en ingezaaid met een bloemrijk mengsel of graan, struweel wordt aangeplant en uitgerasterd , bosranden worden uitgedund en percelen tijdelijke natuur worden ingericht met een bloemrijk mengsel. Elementen uit het kleinschalig agrarisch cultuurlandschap, zoals dat vroeger zo gewoon was in Nederland en waar historisch gezien de hoogste dichtheden grauwe klauwieren voorkwamen. Bloemrijke mengsels en graan leveren grote insecten zoals vlinders, sprinkhanen, kevers en hommels, het hoofdvoedsel van de grauwe klauwier. Maar ook muizen. Afrastering - paaltjes en draden- wordt gebruikt als uitkijkpost om vanaf te jagen en voor het opprikken van prooien . Vanaf hun zitposten kijken klauwieren uit naar prooien en houden ze tegelijkertijd een oogje in het zeil voor mogelijke belagers, zoals de sperwer en de havik. Anderzijds geeft de afrastering bescherming van het struweel tegen begrazing. Het (doornige) struweel biedt schuilmogelijkheden en een nestplek, waarin de grauwe klauwier een nest bouwt van gras en mos.
In 2012 werden 66 gebieden ‘geclaimd’ die niet eerder of niet recent werden onderzocht. Dit leverde in totaal 17 territoria op
De Klapekster is verdwenen als broedvogel maar neemt vermoedelijk licht toe als overwinteraar. Heeft dat van doen met bijvoorbeeld begrazing in natuurgebieden of niet? Hoeveel Klapeksters overwinteren in Nederland en wat is hun habitatvoorkeur, met name in relatie tot terreinbeheer? Om dit te onderzoeken organiseren Sovon en Vogelbescherming deze winter samen met Waarneming.nl een tweetal klapekstertellingen. Deze sluiten aan op tellingen die in voorgaande jaren werden georganiseerd via Waarneming.nl. De meerwaarde van de tellingen komende winter is dat gewerkt wordt met nog duidelijker afgebakende gebieden die dekkend geteld worden en dat informatie wordt verzameld over biotoop en beheer.
Hoeveel Klapeksters overwinteren in Nederland en wat is hun habitatvoorkeur? Methode: Landelijke Klapekstertelling, sluit aan op eerdere tellingen van waarneming.nl, twee simultane telweekenden. Wat is de invloed van begrazing op de prooikeuze, plaatstrouw en conditie van overwinterende Klapekster? Methode: analyseren van gegevens van vrijwilligersproject Symen, Andrea en Peter. Al sinds 2002 worden Klapeksters gekleurringd en voedselonderzoek gedaan in twee gebieden in NL.
Hoeveel Klapeksters overwinteren in Nederland en wat is hun habitatvoorkeur? Methode: Landelijke Klapekstertelling, sluit aan op eerdere tellingen van waarneming.nl, twee simultane telweekenden.
Hoe doe je mee? Claim je gebied via Waarneming.nl, ga via projecten naar 'Klapekstertelling 2012-2013'. Er zijn twee simultane telweekenden: 22&23 december 2012 en 26&27 januari 2013. Doorzoek in beide weekenden eenmaal je gebied op het voorkomen van Klapeksters en geef de waarnemingen door via de eerder genoemde projectpagina. Ook nulwaarnemingen zijn van belang! Het ontbreken van een Klapekster in een schijnbaar voor deze soort geschikt gebied kan immers, net zo goed als 'positieve waarnemingen' licht werpen op factoren die bepalend zijn voor het voorkomen. Daarnaast worden facultatief een aantal eenvoudige vragen gesteld over begrazing, het biotoop en de mate van vergrassing rond waarneemplekken van Klapeksters. Ze zijn in het veld doorgaans gemakkelijk te beantwoorden. Bekijk voor meer informatie de geupdate handleiding die ook op de projectpagina is te vinden. We hopen dat je meedoet!
Hoe doe je mee? Claim je gebied via Waarneming.nl, ga via projecten naar 'Klapekstertelling 2012-2013'. Er zijn twee simultane telweekenden: 22&23 december 2012 en 26&27 januari 2013. Doorzoek in beide weekenden eenmaal je gebied op het voorkomen van Klapeksters en geef de waarnemingen door via de eerder genoemde projectpagina. Ook nulwaarnemingen zijn van belang! Het ontbreken van een Klapekster in een schijnbaar voor deze soort geschikt gebied kan immers, net zo goed als 'positieve waarnemingen' licht werpen op factoren die bepalend zijn voor het voorkomen. Daarnaast worden facultatief een aantal eenvoudige vragen gesteld over begrazing, het biotoop en de mate van vergrassing rond waarneemplekken van Klapeksters. Ze zijn in het veld doorgaans gemakkelijk te beantwoorden. Bekijk voor meer informatie de geupdate handleiding die ook op de projectpagina is te vinden. We hopen dat je meedoet!