Teksten en liederen die geprojecteerd werden tijdens de 8ste zondag door het jaar
op Ten Bos (Sint Amanduskerk Erembodegem)
De teksten van onze vieringen zijn te vinden op de website: http://www.kerkembodegem.be/tenbos/liturgie/vieringen.html
Bloemen in het veld (8ste zondag door het jaar 2014)
1.
2.
3. Wij die onszelf verhardden, verzwegen wie
wij zijn:
verduisterden, verwarden, verdwaald in
schone schijn,
wij die ons geld ons leven verkozen
bovenal —
wie zal er om ons geven, of kennen ons
getal
.
4. Diep in ons hart verraden woont licht van
eeuwigheid,
en al wat wij aanbaden blijkt angst,
onzekerheid.
Wat zou ik dan verlangen dan, koste wat
het kost,
niet meer te zijn gevangen: kind van dat
licht, verlost.
(Stufkens Hein)
.
5.
6. Heer God, wij willen vragen,
leer ons je Woord te dragen,
leer ons het slechte laten.
Heer God vergeef het ons.
(Taizé)
9. Als gij naar de woorden luistert
die hier tot u zijn gezegd
zullen zij een licht ontsteken,
wijzen zij de goede weg.
Als gij naar de woorden luistert
die van mij geschreven staan
zullen zij van vrede spreken
die er schuilgaat in mijn naam.
Als gij naar mijn woorden luistert,
ze van harte wilt verstaan
zullen zij de Vader tonen,
zult gij niet verloren gaan.
16. [Al.]
Ik geloof ook in de mensen om mij heen,
dat zij zoeken naar geluk,
en dat zij door God bemind worden.
17. [Vg.]
Ik geloof ook in mijn eigen leven,
en dat God mij bemoedigt en beschermt.
18. [Al.]
Ik geloof dat God ons allen
een leven heeft gegeven,
dat sterker is dan de dood.
Amen.
19.
20. (Taizé)
Bewaar ons gebed,
wij vertrouwen Jou,
Jij toont ons de weg naar Leven
Bij Jou is vreugde,
hoop zonder einde.
(Taizé)
21.
22. Vg. Wij danken Jou, Vader,
dat Jij een God van mensen bent,
dat Je Je niet geschaamd hebt
onze God genoemd te worden.
Dat Jij ons kent bij onze naam,
dat Jij de wereld in Jouw handen houdt.
Al. Want daarom hebt Je ons geschapen
en daartoe ons geroepen in dit leven,
dat wij met Jou verbonden zouden zijn,
Jouw mensenvolk op deze aarde.
23. Vg. Gezegend ben Je om het licht van onze ogen
en om de lucht die wij ademen.
Wij danken Jou voor heel de schepping,
voor alles wat Je gedaan hebt
in ons midden door Jezus, Jouw zoon.
Al. Want waar hij was, die mens Jezus,
gingen doven de oren open
en vielen blinden
de schellen van de ogen.
24. Vg. Waar hij was
werd de besmette melaatse in de kring opgenomen
en werden zieken
de straffende vinger van God uit het hoofd gepraat.
Al. Waar hij was
werd brood en vis van harte gedeeld
en groeide uit ‘amper iets voor één’ :
‘overvloed voor allen’.
25. Vg. Hij vertelde over het dagelijkse leven: over een zaadje zo
klein en de boom zo groot, over een man met schuren vol en
zo arm als wat, over een kind dat wegliep en terugkwam.
Duidelijke taal voor wie horen kan.
Al. Onvergetelijk wat hij zei over vrije vogels
die zaaien noch maaien
en niet opslaan in schuren
maar geen gebrek lijden.
Over bloemen in ‘t wild:
ze zetten geen stap, ze spinnen geen draad
en er is geen mens die gekleed gaat als zij.
26. Vg. Vanaf de berg zag Hij de wereld op zijn kop.
Al. Zalig de armen,
want je bent niet gelukkig om wat je bezit
en je wordt niet rijk van wat je hebt; zalig die van wapens niet willen weten,
ze winnen de wereld zonder geweld; zalig die hun zinnen zuiveren,
ze vinden God in het diepst van hun hart; zalig die deemoedig zijn,
als een kind bij hun moeder
zijn zij geborgen bij God.
[rechtstaan]
27. Vg.
In dit vertrouwen
heeft Hij van het leven afscheid genomen
...
Zo heeft Hij de hoop op leven
in het hart van de mensen neergelegd
en ook zijn geloof
dat alles zich uiteindelijk ten goede keert.
Wat Hij heeft gezegd en gedaan,
die mens Jezus,
het kan ons niet meer worden ontvreemd,
in geen graf voorgoed begraven worden.
28. Al. Steeds weer zal het tot leven komen,
en uit de dood opstaan,
zal God zijn rijk doen komen op aarde.
om steeds weer hetzelfde:
vrede en gerechtigheid,
op aarde als in de hemel,
Jouw naam geheiligd, Jouw wil gedaan.
29. Vader die in de hemel zijt,
verhaast in ons uw koninkrijk,
dat recht en vrede komen.
Maak ons vandaag nog bondgenoot
tot vriend van hen die zijn in nood,
wie alles is ontnomen.
Verlos ons heden van het kwaad,
van waanzin die voor brood doorgaat,
dat wij ons voor U schamen,
en nieuwe wegen leren gaan
die leiden tot een nieuw bestaan
van recht en vrede. Amen.
32.
Dona la pace Signore, a chi confida in te,
Dona, dona la pace Signore, dona la pace
Geef ons Uw vrede, geef vrede,
aan wie op U vertrouwt. Geef ons.
Geef ons Uw vrede, geef vrede.
Geef ons Uw vrede
(Taizé)
33.
34. Zolang er mensen zijn op aarde,
zolang de aarde vruchten geeft,
zolang zijt Gij ons aller Vader;
wij danken U voor al wat leeft.
35. Zolang de mensen woorden
spreken,
zolang wij voor elkaar bestaan,
zolang zult Gij ons niet
ontbreken;
wij danken U in Jezus' naam.
36. Gij voedt de vogels in de bomen,
Gij kleedt de bloemen op het
veld,
O Heer, Gij zijt mijn
onderkomen
en al mijn dagen zijn geteld.
37. ((Oosterhuis / de Marez Oyens Tera))
Gij zijt ons licht, ons eeuwig
leven,
Gij redt de wereld van de dood.
Gij hebt uw Zoon aan ons
gegeven,
zijn lichaam is het levend brood.