9. 1. Vertel enkel wat je tegen collega's zou zeggen.
2. Beken geen misdrijf voor de grap. De politie is uw
vriend zonder humor.
3. Wees zuinig met gegevens zoals je gsm of je adres.
4. Google jezelf en corrigeer fouten.
5. Hou rekening met anderen als je iets schrijft.
6. Chat niet met iedereen even vertrouwelijk.
20. “Als ik mijn gsm verlies,
ben ik een deel van mijn geheugen kwijt.
Als men mijn smartphone steelt,
ben ik hersendood…”
21.
22. “De meeste tieners
hoef je niets te
vertellen over
netrisico’s.”
“Ze zijn digitaal
gepokt en gemazeld.”
“De zwakste groep
zijn de 11 tot 13
jarigen.”
24. 10-18
jarigen
99% chat
regelmatig
57% meisjes
kreeg seksuele
verzoeken
(47% cam)
96% is
online met
piek op 15
jaar
7/10 praten
over hun
Internetgedrag met
hun ouders
40% van de jongens kreeg
een seksueel verzoek (11% cam)
Ouders
onderschatten
de internettijd
van hun
kinderen.
1/4 jongens
en 1/5
meisjes had
afgelopen
half jaar
seks
via
internet
50% heeft
TV op
kamer
Corrigerende
boodschappen uit de
onmiddellijke
omgeving bepalen of
men overgaat tot
imitatiegedrag
“De seksualisering van
de maatschappij
is een fabel.”
“De toegankelijkheidsdrempel verlaagde.”
“Wat je in elk geval niet moet
doen is schrikken van de
opgewonden media. Bange
ouders hebben aantoonbaar
meer opvoedkundige moeite
dan zij die het hoofd koel
houden.”
Virtueel uitgaan is leuker dan een avondje uit.
25. ‘Kinderlokkers’ liegen niet over hun
leeftijd en hun seksinteresse.
13 tot 15-jarigen die op de uitnodiging
ingaan, seksen meermaals. De helft
van de slachtoffers voelt verliefd- of
verbondenheid met de dader. Weinig
plegers gebruiken geweld. Jongeren
die eenzaam, depressief, twijfelen aan
hun geaardheid of een moeilijke
ouderrelatie hebben, zijn kwetsbaar.
26.
27.
28.
29.
30. EVALUERENDE PARTICIPATIE
0. Stel je oordeel uit!
LEGENDE
O = OUDERS
& OPVOEDERS
L = LEERKRACHT
D = DERDE MILIEU
1. Praat (OLD)
2. Stel vragen (LOD)
3. Toon interesse (DOL)
4. Speel een spel mee (D)
5. Help hen kritisch kijken (L)
6. Maak haalbare afspraken (O)
7. Geef voldoende alternatieven (ODL)
31. Echte vragen
•
•
•
•
Niet te beantwoorden via Google;
Als je zelf het antwoord niet weet;
Geen verwijt in vraagvorm;
Als het kind bij zichzelf te rade moet:
wat denkt, voelt of vindt het zelf?
• Het antwoord is
– niet goed of fout
– niet ja of nee
– interessant voor opvoeder en kind
34. TO DO
• Maak een lijst van wat u niet
online over uzelf wil vinden en sla
het op onder de naam IkiLeaks.
• Verwijder alle bedrijven,
instellingen en organisaties als
vriend. Hoeveel blijft over?
• Tel uw vrienden, dan ken je de
potentiële vijanden.
35. Besmettingstest:
Laat mensen in een kring zitten
en elkaars handen vasthouden.
Vraag ze stil te zijn en maak het
pikkedonker. Ga naar je stoel, de
laatste open plek. Wacht even
en knijp dan keihard in de
handen van je beide buren. De
reflex zal de cirkel rondgaan en
velen zullen kippenvel hebben
en het haar op hun armen zal
overeind staan.
39. Literatuur
•
WYDOOGHE B. Game on! We krijgen er niet genoeg van. viWITA Dossier 14, Vlaams
Parlement, Brussel, 2008. Online op: http://www.viwta.be/files/DOSS14_GAME
%20ON_def%20versie.pdf .
•
WYDOOGHE B. & PLEYSIER S. (Eds.) Game over. Over game- en filmgeweld, over angst en
onzekerheid. Garant, Antwerpen, 2007.
•
http://www.ond.vlaanderen.be/antisociaalgedrag/pgs/090310_pesten-volledig.pdf
•
http://www.youtube.com/watch?v=OQWFudYjx6Y
•
VERMEULEN A. & VAN DEN BRAEMBUSSCHE A. Baudelaire in cyberspace.
http://www.angelovermeulen.net/data/vault/VandenBraembussche&Vermeulen_BiC_Dia
loog5.pdf, VUB-Press, Brussel, 2008.
PowerPoint
http://www.slideshare.net/benedictwydooghe