2. Yvonne trilde over haar hele lijf,
waardoor de brief tussen haar vingers
door glipte en op de grond viel. Dit
kon niet kloppen. Had ze het nou goed
gelezen? Wilde hij haar dit echt aan
doen? Met moeite pakte ze de brief
weer op, en las ze hem nog een keer
door. Ja, het was echt waar. Het was
echt een dagvaarding, ze had het zich
niet ingebeeld.
3. Haar benen trilden zo erg dat ze niet
meer kon blijven staan, en ze plofte
neer op een stoel. Ze kon niet meer
helder nadenken en staarde voor zich
uit. Geert wilde Isa van haar afpakken.
Dat kon hij toch niet menen? Haatte hij
haar dan zo erg? Wilde hij haar zo
graag pijn doen? Hij wist dat Isa het
allerbelangrijkste in haar leven was,
dat ze niet kon leven zonder haar
dochtertje. En nu eiste hij de volledige
voogdij over haar.
4. Wat schuilde daarachter? Hij had de
afgelopen zes maanden geen enkele
interesse in zijn dochter getoond, en
nu kwam dit ineens! Waarom? Yvonne
snapte er niks van, maar was op dit
moment ook niet in staat om er goed
over na te denken. Ze probeerde haar
ademhaling onder controle te krijgen,
maar dat lukte haar amper. Haar hart
hamerde in haar borst, en ze begon
bijna te hyperventileren.
5. Ze had geen flauw idee wat ze moest
doen. De radertjes in haar hoofd
maakten overuren. Hoeveel kans had
ze om de rechtszaak te winnen, met
haar armzalige inkomen en kleine
appartement? Isa had niet eens een
eigen kamertje, zou de rechter haar dat
aanrekenen? Ze was wel haar moeder,
en rechters gaven altijd de voorkeur
aan de moeder, als het om de voogdij
ging. Dat had ze gezien op tv, in
verschillende soaps. Maar ja, of die
echt de waarheid lieten zien viel zeer te
betwijfelen.
6. Geert had een goede baan, hij was
accountant en verdiende genoeg geld
om een groot huis te kunnen betalen,
en zijn dochtertje te kunnen
onderhouden. Financieel gezien stond
hij er veel beter voor in deze zaak dan
zij. Maar waar zou de rechter naar
kijken? Yvonne wist het niet, en ze
begon in paniek te raken. Ze kon Isa
niet kwijt raken, dat was gewoon geen
mogelijkheid. Isa was haar leven, ze
kon niet zonder haar.
7. Er was maar één oplossing. Ze moest
vluchten. Naar Cuba, Bermuda, waar
dan ook. Ergens waar Geert haar niet
kon vinden, en waar ze voor altijd
veilig met Isa kon leven. Haar
ademhaling begon weer te versnellen,
en het zweet brak haar uit. Ze moest
zo snel als ze kon vertrekken.
Waarheen wist ze nog niet precies, dat
zocht ze wel uit op het vliegveld. Wat
nu het belangrijkste was, was dat ze
haar koffers zou pakken en met Isa
weg zou gaan, vanavond nog.
8. Yvonne stond op en liep wankelend
naar de slaapkamer. Daar zocht ze de
nodige dingen bij elkaar, en gooide ze
de spullen in een koffer. Eén koffer,
meer had ze niet nodig. Ergens in haar
achterhoofd hoorde ze een stemmetje
dat haar vertelde dat ze doordraaide,
dat ze normaal moest doen, maar ze
verdrong de stem. Dit was wat ze
moest doen, ze voelde het. Het was
beter voor Isa, hield ze zichzelf voor.
9. Toen ze de badkamer binnen liep om
haar toiletspullen in te pakken, zag ze
haar gezicht in de spiegel. Het was
lijkbleek, en er liepen tranen over haar
wangen. Ze had niet eens doorgehad
dat ze huilde, zo druk was ze bezig
met inpakken, en zo druk was het in
haar hoofd. Het enige waar ze aan kon
denken was Geert, die haar dochter
van haar wilde afpakken.
10. Geert, de man van wie ze zo
gehouden had. Ze hadden zoveel
mooie tijden gekend samen. Nooit
had ze gedacht dat hij tot zoiets in
staat zou zijn, dat hij haar leven zo
zou willen en kunnen verwoesten. Ze
snapte er helemaal niks van. Waarom
wilde hij dit zo graag? Die vraag bleef
maar door haar hoofd spoken.
Waarom?
11. In de slaapkamer propte ze haar
overvolle toilettas in de eveneens
overvolle koffer. Het koste haar wat
moeite, maar uiteindelijk lukte het
haar om de koffer dicht te ritsen. Ze
zette het zware ding in de hal neer, en
liep toen terug om Isa uit haar bedje te
halen. Ze haatte het om Isa wakker te
maken als ze zo vredig lag te slapen,
maar ze moest wel, als ze de laatste
bus naar het vliegveld nog wilden
halen.
12. Isa keek slaperig op toen Yvonne haar
zachtjes had gewekt, en wreef in haar
oogjes. Toen ze het betraande gezicht
van haar moeder zag keek ze haar
geschrokken aan. Ze snapte niet wat
er aan de hand was. “Mama?”
Yvonne glimlachte. “Hee liefje. Sorry
dat mama je wakker heeft gemaakt,
maar we moeten vertrekken.”
13. “Huh?” Isa snapte er niks van.
Vertrekken? Waarheen? Het kleine
meisje keek verward naar haar
moeder toen die haar uit haar wiegje
tilde.
Yvonne trok haar dochtertje warme
kleren aan, en deed alle lampen in het
appartement uit. In de hal zette ze Isa
op de grond, zodat ze zelf haar jas aan
kon doen.
14. Ze draaide zich om om Isa weer op te
tillen en dan te vertrekken. Maar toen
ze zich met haar dochter op haar arm
weer naar de voordeur toe keerde
slaakte ze een gilletje van schrik.