Aanbieding onderzoeksrapport functioneren medezeggenschap in het onderwijs aan Staatssecretarissen Ministerie OCW: Sharon Dijksma en Marja van Bijsterveldt.
Opdracht
In opdracht van de projectgroep WMS heeft ITS,Radboud Universiteit Nijmegen onderzoek uitgevoerd naar de invoering en het functioneren van de Wet Medezeggenschap op Scholen (WMS) in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en expertisecentra.
Zachte landing
De invoering van de WMS heeft een ‘zachte landing’ gemaakt in het onderwijs, omdat de wet tegemoet komt aan de wens om op basis van een nieuwe filosofie en op een moderne manier de medezeggenschap vorm te geven. De nieuwe wet is door bijna driekwart van de besturen en inspraakorganen loyaal ter hand genomen om de structuur van de medezeggenschap te bespreken en vast te stellen. De totstandkoming en vaststelling van een statuut en reglement(en) is doorgaans een intensief samenspel geweest tussen bestuur, medezeggenschapsraden en schoolleiding. Schoolbesturen en schoolleiding hebben inspraakorganen aangesproken als coproducenten van hun beleid, waardoor er een breed draagvlak is ontstaan voor de nieuwe inspraakstructuur op scholen.
Verrast
Besturen, directies en (G)MR-leden zijn over de hele linie aangenaam verrast over de positieve gevolgen van de invoering van de Wet medezeggenschap op scholen (WMS). De invoering van de nieuwe wet heeft geleid tot een (zeer) duidelijke verbetering van de positionering van de (G)MR binnen de schoolorganisatie en het besluitvormingsproces over het beleid van de school. Ook zijn er meer garanties voor informatieverstrekking aan de (G)MR, is er een vergroting van het initiatiefrecht van de MR en een versterking van de positie van het personeel en ouders. Ten slotte is de motivatie bij ouders om een bijdrage te leveren aan de medezeggenschap over de hele linie groter. Hetzelfde geldt voor personeelsleden in het voortgezet onderwijs.
Onderzoeksrapporten
Frederik Smit, Jan Doesborgh, Bert Felling & Jos van Kuijk (2009). Medezeggenschap: de wind in de zeilen. Tweede evaluatieve studie Wet medezeggenschap op scholen. ITS, Radboud Universiteit Nijmegen. http://www.infowms.nl/fileadmin/wms/Medezeggenschap_de_wind_in_de_zeilen.pdf
Frederik Smit & Sanne Elfering (2007). Van een kabbelend beekje naar een bruisende waterval? Nijmegen: ITS, Radboud Universiteit Nijmegen.
http://www.its-nijmegen.nl/pdf/view_medewerkers.asp?id=104
Mondkapjes, spatmaskers en schermen. Veilig leren en werken in het voortgezet...
Frederik Smit e.a. (2009). Onderzoeken invoering en evaluatie Wet medezeggenschap op scholen
1. Frederik Smit e.a. (2009). Onderzoeken invoering en
evaluatie Wet medezeggenschap op scholen
Aanbieding onderzoeksrapport functioneren medezeggenschap in het onderwijs aan
Staatssecretarissen Ministerie OCW: Sharon Dijksma en Marja van Bijsterveldt.
Opdracht
In opdracht van de projectgroep WMS heeft ITS,Radboud Universiteit Nijmegen onderzoek
uitgevoerd naar de invoering en het functioneren van de Wet Medezeggenschap op Scholen
(WMS) in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en expertisecentra.
Zachte landing
De invoering van de WMS heeft een ‘zachte landing’ gemaakt in het onderwijs, omdat de wet
tegemoet komt aan de wens om op basis van een nieuwe filosofie en op een moderne manier
de medezeggenschap vorm te geven. De nieuwe wet is door bijna driekwart van de besturen
en inspraakorganen loyaal ter hand genomen om de structuur van de medezeggenschap te
bespreken en vast te stellen. De totstandkoming en vaststelling van een statuut en
reglement(en) is doorgaans een intensief samenspel geweest tussen bestuur,
medezeggenschapsraden en schoolleiding. Schoolbesturen en schoolleiding hebben
inspraakorganen aangesproken als coproducenten van hun beleid, waardoor er een breed
draagvlak is ontstaan voor de nieuwe inspraakstructuur op scholen.
Verrast
Besturen, directies en (G)MR-leden zijn over de hele linie aangenaam verrast over de
positieve gevolgen van de invoering van de Wet medezeggenschap op scholen (WMS). De
invoering van de nieuwe wet heeft geleid tot een (zeer) duidelijke verbetering van de
positionering van de (G)MR binnen de schoolorganisatie en het besluitvormingsproces over
het beleid van de school. Ook zijn er meer garanties voor informatieverstrekking aan de
(G)MR, is er een vergroting van het initiatiefrecht van de MR en een versterking van de
positie van het personeel en ouders. Ten slotte is de motivatie bij ouders om een bijdrage te
leveren aan de medezeggenschap over de hele linie groter. Hetzelfde geldt voor
personeelsleden in het voortgezet onderwijs.
Onderzoeksrapporten
2. Frederik Smit, Jan Doesborgh, Bert Felling & Jos van Kuijk (2009). Medezeggenschap: de
wind in de zeilen. Tweede evaluatieve studie Wet medezeggenschap op scholen. ITS, Radboud
Universiteit Nijmegen.
http://www.infowms.nl/fileadmin/wms/Medezeggenschap_de_wind_in_de_zeilen.pdf
Frederik Smit & Sanne Elfering (2007). Van een kabbelend beekje naar een bruisende
waterval? Nijmegen: ITS, Radboud Universiteit Nijmegen.
http://www.its-nijmegen.nl/pdf/view_medewerkers.asp?id=104