SlideShare une entreprise Scribd logo
1  sur  66
Télécharger pour lire hors ligne
��������������
de schaduwstad
vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam

Urban Unlimited Rotterdam i.s.m.
o2-consult Antwerpen, MUST Amsterdam,
dS+V | OBR Rotterdam en VUB Brussel




mei 2004
4   Inhoudsopgave   De schaduwstad
INHOUDSOPGAVE
                          1      Introductie                                    7
                                 1.1 Nieuwe uitdagingen voor de grootstad       7
                                 1.2 De paradox van creativiteit                7
                                 1.3 Opzet van de rapportage                    8

                          2 Begripsafbakening                                   11
                            2.1 Historie - vlucht, vecht en verbind opnieuw     11
                            2.2 Theorie - de vliedende vrijplaats              13
                            2.3 Vraagstelling -
                                  voorbij de planologische misvattingen        14

                          3 Brussels Hoofdstedelijk Gewest                      17
                            3.1 Bestuurlijke context                            17
                            3.2 Freezoning Brussel                             19
                            3.3 Stedelijke impact                              20

                          KAART EN BOXEN

                          4 De regio Rotterdam                                 31
                            4.1 Bestuurlijke context                           31
                            4.2 Freezoning Rotterdam                           32
                            4.3 Stedelijke impact                              34

                          KAART EN BOXEN

                          5 Referenties                                        47
                            5.1 Broedplaatsenbeleid in Amsterdam               47
                            5.2 Vijf experimenten op nomadisch gebruik         48
                            5.3 A Mad Tea Party in Manchester                  49
                            5.4 New York-Free Williamsburg                     50
                            5.5 Tussenconclusies                                51

                          6 Aanbevelingen                                      53
                            6.1 Garandeer gericht nicheruimte                  53
                            6.2 Bevorder toegankelijkheid en tolerantie        54
                            6.3 Stimuleer vooral intermediates                 54
                            6.4 Stimuleer (al dan niet tijdelijke) coalities   55
                            6.5 Praktiseer schaduwplanning                     55
                            6.6 Benut tijdelijkheid en bouw dat uit            56

                          Voetnoten, illustraties en literatuur                59

                          Colofon                                              63



de schaduwstad   inhoudsopgave                                                  5
6   inleiding   DE SCHADUWSTAD
1 INTRODUCTIE
Steden zijn van oudsher smeltkroezen van ontmoeting, anders-                         Dit vergt een uitgebalanceerde inzet van middelen, waarbij
denkenden, avontuur en creativiteit. Anders dan bijvoorbeeld op                      samen met de zittende bewoners en bedrijven gesloten wijk- en
het platteland en in de suburbs, waar rust en ruimte heerst en men                   buurtcontracten een probaat middel blijken. 3
gelijkgezinden ontmoet in overzichtelijke gemeenschappen, worden
steden en met name grootsteden vaak gelijkgesteld met drukte,                  • Het tweede vraagstuk heeft (extern gericht) te maken met het
tolerantie, zinderend kosmopolitisme en voortdurende vernieuwing.                ontwikkelen en uitbouwen van een uniek stedelijk profiel. De
Steden worden dan ook vaak gezien als de motoren van de economie,                grootstad is immers onderdeel geworden van een veel groter
kennis en culturele hoogconjunctuur. 1 Deze situatie is inmiddels                netwerk, waarin in een concurrente met andere grootsteden en
iets ingewikkelder geworden. Stedelijkheid vindt men thans ook op                nieuwe stedelijke milieu’s in de omgeving om de gunst wordt
het platteland of omgekeerd worden sommige plekken in de stad                    gedongen van de steeds dynamischer geworden economische,
gekenmerkt door een zekere landelijkheid. Zij worden met de nieuwe               culturele en sociale elite. Een beproefde strategie is de
netwerken van onze sneller geworden vervoermiddelen, computers                   ‘verleidingsplanologie’ rond specifieke en toonaangevende
en telecommunicatie effectief met elkaar verbonden.2 Daarbij                     stedelijke ontwikkelingsprojecten. Nader onderzoek leert echter
fragmenteert het leven en herclustet het zich weer rond specifieke               dat een goede afstemming nodig is met het reeds aanwezige
centra van wonen, werken en verblijf, al naar gelang de behoefte, het            lokale potentieel om effectief te zijn en zonder te vervallen in
bedrijfsprofiel of de leefstijl. De vertrouwde grootstad heeft daarbij           een mondiale algemeenheid. 4
niet zijn langste tijd gehad, integendeel. Mits die grootstad zich
effectief profileert in deze nieuwe netwerken, heeft het een enorm             • Daarmee is het derde vraagstuk gegeven. Het is elders al eens
potentieel aan draagvlak, beschikbare voorraad, infrastructuur etc.              scherper en beter gezegd: ‘Geen goede sleutelprojecten als
om deze gericht uit te buiten.                                                   vervolgens daarmee alle grootsteden op elkaar beginnen te
                                                                                 lijken’ of ‘geen cultuur zonder subcultuur’ 5. Aansluiting bij
                                                                                 het aanwezig creatief potentieel in de stad is nodig, om niet
1.1 Nieuwe Uitdagingen                                                           alleen het onderscheid te maken, maar bovendien precies dat
                                                                                 unieke stedelijk klimaat te bevorderen dat het voor de mondiale
Dat stelt de grootstad echter wel voor nieuwe uitdagingen. De
                                                                                 kenniseconomieën aantrekkelijk maakt. In principe is dit ook het
keuzevrijheid van (met name de beter gesitueerde) bewoner,
                                                                                 aandachtsveld van het Rotterdamse ‘sense of place’ onderzoek 6,
bedrijf of bezoeker is in de netwerksamenleving immers enorm
                                                                                 alsmede van de onderhavige rapportage over het functioneren
toegenomen. Naast de gebruikelijke aandacht voor de hardware
                                                                                 en het mogelijk effect van culturele vrijplaatsen in de stad.
van de stad (aantallen woningen, m2 bedrijfsterreinen, optimale
bereikbaarheid, aantallen parkeerplaatsen, frequentie van metro’s
etc.) gaat het daarbij ook steeds meer om de zachte en moeilijk te             1.2 De paradox van creativiteit
kwantificeren criteria als algemeen welbevinden, aantrekkelijkheid
en internationaal profiel. Een drietal nieuwe vraagstukken dienen              Deze inzet sluit aan bij de opkomende theorievorming rond de
zich daarbij aan:                                                              creatieve stad, maar nuanceert ook. 7 In plaats van het accent
                                                                               te leggen op ‘creative industries of the high brow culture’, is het
• Het eerste vraagstuk is (intern gericht) op het zo goed                      centrale uitgangspunt hier dat in de mondiale netwerkwereld vooral
  mogelijk voorkomen en verhelpen van de onmiskenbare                          ook creativiteit in de subculturen en aan de schaduwkant van de
  negatieve facetten van het stedelijk leven, op het gebied                    stad een doorslaggevende kracht geworden is voor het sociaal
  van bijvoorbeeld onveiligheid, armoede, overlast, uitsluiting,               welzijn, het algemeen welbehagen en daarmee de aantrekkelijkheid
  segregatie, ongemak etc. Deze uitdagingen hebben te maken                    van de stad. Het mes snijdt aan twee kanten. Aan de ene kant
  met het garanderen van basiskwaliteiten op het gebied van                    zou de economische groei en concurrentievermogen niet alleen
  bijvoorbeeld veiligheid, gemak, algemeen welzijn, gezondheid                 afhankelijk zijn van de aanwezigheid van hoogwaardige productie,
  etc. zonder daarmee ook de voornoemde positieve elementen                    diensten of stromen goederen en investeringen in de stad, maar ook
  van stedelijkheid als een kind met het badwater weg te gooien.               afhankelijk zijn van het innovatief en creatief vermogen in de stad.


de schaduwstad                                                       1 introductie                                                                7
Aan de andere kant zou dat economisch concurrentievermogen
ook weer creatief vermogen aan zich kunnen binden door werk
en ontplooiingskansen te bieden, die op hun beurt weer andere
creatievelingen en innovatieve kennismilieus aantrekken.

In de praktijk blijkt dit proces echter bijzonder subtiel. Volgens
Richard Florida zijn immers slechts drie criteria voor de opkomst van
creatieve milieus van cruciaal belang zijn; i.c. technologie, talent
en (sociale) tolerantie 8. Op basis van deze criteria constateerden
Richard Florida en Irene Tinagli onlangs nog dat:
- België en Nederland, samen met Finland tot de top van het
     creatief vermogen van Europa behoren; bijna 30% van de
     werkgelegenheid zou te vinden zijn in de creatieve economische
     sectoren (meer dan bijv. in de industriële sector);
- België en Nederland, samen met de drie Scandinavische EU-
     landen specifieke eigenschappen en karakteristieken bezitten
     om te concurreren op het gebied van technologie en het
     aantrekken van toptalent vanuit de hele wereld;
- in vergelijking tot deze drie Scandinavische EU-landen en een
     groeier als bijvoorbeeld Ierland, verliezen België en Nederland
     echter wel steeds meer terrein, een gegevenheid dat voor de UK
     en Duitsland al langer speelt.
- Met name het verlies aan (sociale) tolerantie van de huidige ‘no-
     nonsense politieken’ daaraan ten grondslag liggen. 9

Daarnaast blijken andere factoren cruciaal. In bijvoorbeeld                  De uitdaging voor Nederland en België, en wel met name voor de
Amsterdam en London blijken bv. de beschikbaarheid van geschikte             Belgische en Nederlandse grootsteden, lijkt dan ook te zijn:
(niche-)ruimte, de mogelijkheid van ad hoc zelforganiserende
netwerken, alsmede een ruime omgevingstolerantie cruciaal te                 Hoe kan het aanwezig potentieel aan creatieve krachten ook bij
zijn. Nog niet rendabele innovatie is immers, naast de bereidheid            een verdere ontwikkeling van dat potentieel aan de stad gebonden
om te investeren in een goede research & development (r&d), cq.              worden?
hoogwaardige technologie, ook gebaat bij goedkope onderzoeks- en
leefomstandigheden, ruime mogelijkheden voor experimenten en                 Naast aandacht voor bijvoorbeeld onderwijs, r&d en een
tal van (vaak ongedefinieerde) ontmoetingsplekken. Bij de verdere            herbezinning op het ‘tolerantie gehalte’ van de reguliere politiek,
groei van de stad blijken juist deze laatste aspecten onder druk te          helpt het daarbij niet om specifieke zones voor de zogenoemde
staan. Zij leggen het dan vaak af tegen de economische druk van              ‘creative class’ aan te duiden, dan wel om op basis van specifieke
een groter rendement, de minimalisering van de veiligheidsrisico’s of        criteria subsidies aan ‘creatievelingen’ te verstrekken. Verderop
de behoefte aan een scherpe definiëring of vaak zelfs privatisering          komen we daarop nog terug. Want het specifiek eigene van ‘the
van de openbare ruimte. Met andere woorden, booming creatieve                creative class’ is nu juist dat het zich niet zomaar in een zo betitelde
(groot)steden blijken vaak hun eigen economische basis ‘op te eten’.         ‘broedplaatsgetto’ of een bureaucratische regelgeving laat vangen. 10
                                                                             Zo ook zijn de onlangs gepubliceerde ‘acht manieren om de condities
                                                                             voor creativiteit in stedelijke netwerken te bevorderen’ te algemeen,
                                                                             abstract en op een hoog schaalniveau om een zinvol metropolitaan
                                                                             vrijplaatsen beleid op te zetten. 11 Met andere woorden de reguliere


8                                                                  1 introductie                                                  de schaduwstad
stedebouw en planologie lijken tot nu toe nauwelijks geschikt om                Daarmee is deze verkenning als volgt opgebouwd:
dit thema in hun programma op te nemen. Zij concentreren zich tot
nu toe immers vooral op de formele en niet op de informele kant                 -     Het begint met een historisch en theoretisch begrip van
van de stad. Bovendien lijkt hier sprake van een paradox. Hoe                         vrijstaten en vrijplaatsen. Wat was de rol van vrijplaatsen in
zijn de planologie en stedebouw, - primair gericht op vastleggen                      de stedelijke ontwikkeling en waar is een vrijplaats aan te
en reguleren - überhaupt in staat om effectief en verantwoord te                      herkennen?
reageren op zoiets als het conditioneren van creatieve milieus? Dat             -     Op basis hiervan wordt de hypothese voor de verkenning
leidt tot een overtuiging dat creatieve milieus je overkomen en in                    geformuleerd binnen de context van de actuele ideeën over
essentie niet te plannen zijn.                                                        creatieve steden en stedelijk beleid.
                                                                                -     Vervolgens worden de grootsteden Brussel en Rotterdam in
                                                                                      algemene zin en aan de hand van enkele cases van divers
1.3 Opzet van de rapportage                                                           pluimage beschreven. Hierbij komen aan de orde de specifieke
                                                                                      context, de vrijplaatscultuur en netwerken, alsmede hun
Uit deze paradox is deze studie geboren. Om überhaupt een poging
                                                                                      respectievelijke impact op de stedelijkheid in de stad.
te wagen om voorbij een blinde liberalisering en ‘noodlot gedachte’
                                                                                -     Alvorens het licht te laten schijnen op mogelijke conclusies
te komen en ook om iets over een (al dan niet) gewenst ruimtelijk
                                                                                      worden vervolgens enkele andere referenties uit de rest van
vrijplaatsenbeleid te kunnen zeggen, is het nodig scherper kennis
                                                                                      de wereld bekeken op ‘best practice’ en de lessen die daaruit
te nemen wat vrijplaatsen in feite zijn, wat hun oogmerken, hoe ze
                                                                                      geleerd kunnen worden.
intern en naar buiten toe zijn georganiseerd en welke bijdrage ze
                                                                                -     Geëindigd wordt tenslotte met enkele algemene en specifieke
nu eigenlijk leveren aan het creatief vermogen van de stad. Zijn
                                                                                      aanbevelingen voor resp. Rotterdam en het Gewest Brussel.
hier thema’s uit te halen die voor het versterken van het creatief
potentieel in grootsteden relevant zijn? Daartoe is meer specifieke en
gedetailleerde informatie nodig.
Wij hebben ons daarbij geconcentreerd op de actuele situatie in
Rotterdam en het Brussels gewest. Hier zijn in de afgelopen jaren
immers initiatieven ontplooid die door het tolerante klimaat in
beide steden mogelijk waren geworden en/of in andere steden
door een hausse aan stedelijke revitaliseringsprojecten juist waren
weggedrukt. Wij noemen dit vrijplaatsen, aangezien zij ondanks de
regelgeving overleven of worden getolereerd. Bovendien hebben
wij ons daarbij geconcentreerd op een breed scala aan vrijplaatsen.
Vaak worden creatieve milieu’s en vrijplaatsen immers gelijkgesteld
met het meer kunstzinnig en cultureel klimaat in de stad (al dan niet
verbonden met ICT en multimedia). Daarnaast zijn er echter ook
economische, politieke, sociale en gewoon ruimtelijke vrijplaatsen
in de betreffende steden aanwezig, die een cruciale bijdrage leveren
aan het creatief grootstedelijk vestigingsklimaat van beide steden.
Daarom hebben we in deze verkenning tenslotte ook een onderscheid
gemaakt tussen vrijplaatsen die uitsluitend parasiteren op de stad en
vrijplaatsen die door hun (ondergrondse) activiteiten ook belangrijke
waarden of kwaliteiten teruggeven aan het stedelijk leven. Vooral
de laatstgenoemde interesseren ons, omdat hier het verband tussen
vrijplaats en stad het meest direct wordt en de eerstgenoemde
vooralsnog hun meerwaarde voor de grootstad moeten bewijzen.


de schaduwstad                                                        1 introductie                                                                    9
10   inleiding   DE SCHADUWSTAD
2 BEGRIPSAFBAKENING
2.1 Historie - vlucht, vecht en verbind opnieuw                             werden gedoogd, vervolgens opgenomen in zijn inkomstenbelasting
                                                                            om tenslotte zo nu en dan heftig te worden bestreden. Voor de horige
Een vrijplaats is van oorsprong een plek of een samenstel van               was de stad letterlijk en figuurlijk een vrijplaats, na een verblijf in de
plekken waarin bescherming en leefruimte wordt geboden aan                  stad van langer dan een jaar was de horige bevrijd van de willekeur
andersdenkenden. Het bestaan ervan wordt bevestigd door een                 van zijn leenheer. ‘Stadslucht maakt vrij’ was in die tijd daarom een
eigen onafhankelijkheidverklaring en autonomie, die door de                 gevleugelde uitdrukking.
omringende of dominante partijen (om wisselende redenen) niet
wordt bestreden, maar ook niet omarmd en dus gedoogd. In de                 2.1.2 Voorposten en pioniers van een nieuwe wereld
historie bestaan vele politieke vrijplaatsen die om verschillende
redenen tot stand zijn gekomen. Daarbij is in de loop van de                Die situatie herhaalde zich bij de 17e en 18e eeuwse kolonialisaties.
geschiedenis een (schaal)verschuiving merkbaar. Waren vrijplaatsen          Niettemin was hier ook een belangrijk onderscheid. Waren de
eerst bolwerken in een vijandige wereld, later werden ze ook                assassijnen, katharen en eerste mercantilistische steden gericht
voorposten en pioniers van de nieuwe wereld, vluchtplekken voor             op een verdedigend behoud van een burgerlijke cultuur en handel,
andersdenkenden en uiteindelijk ook broedplaatsen voor innovatief           kolonisten waren op zoek naar uitbreiding van macht en fysiek
vermogen. Juist in die ontwikkeling is de toenemende relevantie van         territoir. Kolonisten als de settlers in Amerika, de boeren in Zuid
grootsteden duidelijk geworden.                                             Afrika en de veroveraars van het verre oosten verklaarden meer
                                                                            dan eens de onafhankelijkheid van hun zojuist bezette gebied al dan
2.1.1 Bolwerken in een tegenwerkende wereld                                 niet los van een ‘moederstaat’. De moederstaat was immers te ver
                                                                            verwijderd om bestuur en wet op te leggen aan de koloniën. De grote
Rond 1000 woonden de Katharen in een uitgestrekt gebied met                 trek in Zuid Afrika bestond uit - de uit de liberale Engelstalige Kaap -
Katharendorpen. Zij waren gnostici die meenden dat hun kennis               wegvluchtende calvinistische Afrikaans sprekende families die tot op
alleen mondeling kon worden overgedragen. De leer had veel                  de tanden bewapend expedities combineerden met landjepik op de
aanhang bij de nieuwe vrije burgers die de oude feodale structuur           oorspronkelijke bewoners. Voordat een georganiseerde staatsvorm
verworpen. Toen de inquisitie tegen de Katharen werd afgekondigd            ontstond, waren deze Boerenstaten geïmproviseerde en tijdelijke
vormde zich een netwerk van sympathiserende kasteelheren in Zuid            staatjes met eigen wetten en leiders. 14
Frankrijk. Montségur was het Katharenkasteel dat een tijd moedig
standhield tegen de christelijke overheersing, waarna de katharen           In Noord Amerika vormden de settlers daarentegen een netwerk
vluchtten met meeneming van - naar de legende verluidt - de heilige         van ver uiteen gelegen stadjes die uiteindelijk de verovering van
graal. Het bolwerk was gebroken, maar het sociaal-culturele netwerk         de nieuwe wereld verzorgde. ‘Filibuster expeditions’ (vrijbuiter
van de Kathaarse gnostici is nooit helemaal verdwenen. 12                   expedities) tegen Mexico waren na de vorming van de Verenigde
                                                                            Staten een semi-geautoriseerde mengeling van handelsexpedities
Op vergelijkbare wijze ontstond in die tijd in Centraal Perzië een          en avontuurlijke trektochten. Er werd vanuit de V.S. nogal eens een
sterk kastelennetwerk in handen van de Assassijnen, moslimtegen-            particuliere vijandige inval gedaan op naburige vriendschappelijke
standers van de kruisridders, die het bowerk Alamut in handen               landen. Op deze wijze heeft de V.S. de zuidelijke grens bepaald en
hadden, een door Marco Polo liederlijk beschreven paradijs. De              bv. Texas veroverd op Mexico. Deze veroveringen van gebieden
Assassijnen vertakten een netwerk tussen kastelen en versterkingen          vormen in de beginperioden een soort vrijstaten: de vlucht uit de
die met elkaar verbonden waren via koeriers en brievenschrijvers.           moederstaat en de relatieve afstand tot die moederstaat vormden
Op deze wijze heeft de Orde het bijna 200 jaar in een vijandige en          condities voor een eigen regime. 15
sterkere wereld uitgehouden. 13

In zekere zin zou men zelfs kunnen zeggen dat deze bolwerken de
voorbode waren voor de eerste West-Europese steden die tijdens
de mercantilistische revolutie opkwamen. Ook hier was er immers
in eerste instantie sprake van bolwerken, die door de feodale vorst

de schaduwstad                                                 2 begripsafbakening                                                                  11
2.1.3 Vluchtplekken voor andersdenkenden                                    schaal te vinden. In de jaren zeventig ontstond er in Nederland een
                                                                            levendige kraakbeweging. Vanuit de toen heersende woningnood
Vanwege diplomatieke onschendbaarheid of gedoogbeleid van                   bezetten jongeren panden die veelal uit speculatie-oogmerk
de formele overheid zijn sommige vrijplaatsen ook potentiële                leegstonden. De kraakbeweging had naast een huisvestingsideaal
vluchtplekken. Voor de ontwikkeling van een stad kan dit niet               ook een duidelijke culturele stempel. Veel kunstenaars, musici,
onderschat worden. Een stad als Amsterdam bijvoorbeeld                      studenten, buitenlandse dissidenten en vluchtelingen vormden een
‘is gegroeid dankzij een wankel evenwicht tussen overheid, vrijheid         nieuwe gemixte, activistische en dynamische cultuur. Een kraakpand
en handel. Tolerantie was niet zozeer een principe, maar een                kenmerkt zich volgens ‘de vrije ruimte’ door:
praktische noodzaak: een open handelsstad is een trefpunt van               • Het zelf willen bepalen van woonomstandigheden en andere
allerlei culturen en kan zich nooit omvangrijke vervolgingen van                levensvoorwaarden
andersdenkenden permitteren.’ aldus Geert Mak. 16 Het tolerante             • Het nemen van eigen initiatief
klimaat zorgde voor een bonte verzameling vluchtelingen: Portugese          • Het collectieve element, onderlinge solidariteit
sefardische Joden die de diamant- en tabakshandel opzetten,                 • Maatschappelijke betrokkenheid, engagement. 17
immigranten uit de Zuidelijke Nederlanden die de zijde-industrie
en suikerraffinaderij deden groeien, de hele wereld dreef handel            Het kraken is een herovering van plekken van de gevestigde orde
in de stad Amsterdam. Niet alleen zorgde dit tolerant klimaat voor          en kan gezien worden als een hedendaagse, kleinschalige variant
een enorme groei; de ‘stad van outsiders’ onderhield ook contacten          op de settlers of de vluchthaven. Naast deze (meestal tijdelijke)
met de oorspronkelijke steden en dorpen, waardoor de positie                heroveringen op de stedelijke orde heeft het geleid tot hervormingen
in een groot netwerk sterk was. In tegenstelling tot de hiervoor            in de woningwetgeving (het antispeculatiebeding) en in de jaren 90
genoemde verovering van gebieden of oorlog werd hier ‘dagelijks             ontdekte men eindelijk de economische en culturele kwaliteiten
de overwinning gehaald door middel van handel’. En die kon alleen           van ‘broedplaatsen’. Broedplaatsen zijn onderdeel geworden van
gedijen door de toepassing van vrijheden. Hier ligt het historisch          de creatieve stad. De broedplaatsen blijken echter ook zelf steeds
bewijs dat een vrijplaats de bron is van weelde en stedelijkheid, en        de pioniers voor commercieel te ontwikkelen stadsuitbreidingen
niet andersom.                                                              (zie tevens referentie New York, paragraaf 5.4). Een ruimtelijke
                                                                            paradox is daarmee ontstaan: voor veel van dit soort activiteiten zijn
Iets vergelijkbaars was er overigens aan de hand in Antwerpen,              goedkope en autonome ruimten belangrijk, die echter juist door het
Brussel etc. Daarnaast ontstonden ook in de 19e eeuwse in Midden en         succes steeds moeilijker te vinden zijn.
Noord Amerika veel verspreide ‘maroon nations’ waarin weggelopen
slaven een beveiligde plek hadden en soms tot de dag van vandaag            2.1.5 Tussenconclusie
een eigen culturele karakteristiek, zoals in Moore Town, Jamaica,
dat thans door Unesco wordt beschermd als uniek levend cultureel            Concluderend kan gesteld worden dat historisch vrijplaatsen
erfgoed. En tenslotte is er nog het voorbeeld van het door Engeland         van bijzonder belang blijken te zijn geweest voor het ontstaan
bezette Hong Kong, waar de aldaar aanwezige Chinees militaire post          van stedelijkheid, het uitbreiden van staten, de bescherming van
groeide tot een enclave onder Chinese jurisdictie waar vluchtelingen        minderheden en de vernieuwing van de stad. Kortom: essentieel
welkom waren. Uiteindelijk groeide het uit tot de meest dichte              in alle fasen van de ontwikkeling tot een stedelijke samenleving.
ministad ter wereld met een grote handelsmarkt: Kowloon walled              Opmerkelijk is dan ook dat vrijplaatsen in de reguliere stedebouw
city. Het werd afgebroken in 1992.                                          en ruimtelijke planning zo ondergesneeuwd zijn geraakt of worden
                                                                            tegengewerkt door regelgeving en formaliteit. Vrijplaatsen zijn
2.1.4 Stedelijke broedplaatsen                                              immers verbonden met een ‘anders zijn’ dat zowel strijdt om een
                                                                            bestaansrecht als dat het bouwt aan het grootstedelijk leven.
Vroegere vrijplaatsen zijn er vooral op de schaal van ‘nieuwe               Kenmerken blijken een vluchten uit een beklemmende samenleving
natiestaten’ geweest, waarbij het streven naar een eigen set van            (bolwerken en vluchtplekken), een bundelen van krachten in
regels fysiek vertaald werd in een eigen grondwet op een eigen              een vechten om het bestaansrecht (verovering en herovering)
grondgebied. Hedendaagse vrijplaatsen zijn eerder op kleinere               en het op een of andere wijze weer verbinden met de omgeving.


12                                                             2 begripsafbakening                                             de schaduwstad
De voornoemde actuele trend van fragmentatie en herclustering                freezone is daardoor veelal niet één fysieke plek (in tegenstelling
is hier dan ook in verhevigende mate aan de orde. En juist in die            tot de traditionele vrij- of broedplaats), maar meerdere plekken in
herclustering komt de nieuwe stedelijkheid tot stand. 18 Vrijplaatsen        mogelijk verschillende steden, op verschillende schaalniveau’s of
zijn derhalve niet alleen in de historie van de stad, maar ook voor          andere hoedanigheid. Vele initiatieven komen eerst tot stand in
haar toekomst van cruciaal belang.                                           samenzweringen en in netwerken, voordat deze ‘landt’ in de fysieke
                                                                             ruimte. Een plek speelt daarin een rol als podium, feestplek, veilige
                                                                             haven, ontmoetingsruimte, atelier of productieruimte. Afhankelijk
2.2 Theorie - de vliedende vrijplaats                                        van de rol kan deze een meer of mindere openbare betekenis
                                                                             hebben, permanent dan wel tijdelijk.
Gegeven deze achtergrond is het dan ook opmerkelijk dat de
theorievorming over vrijplaatsen beperkt is. Mogelijk heeft het iets te
                                                                             2.2.2 Controle-ontwijking
maken met het feit dat een vrijplaats een vat vol tegenstrijdigheden
is. Het bestaat dankzij en ondanks de omgeving, het kan blijven
                                                                             Een volgend hiermee samenhangend kenmerk van de freezone
bestaan zonder een fysieke aanwezigheid te hebben, het speelt
                                                                             is volgens Bey het ontwijken van controle. De freezone is in
een tastbare rol in het ontwikkelen van stedelijkheid, maar is
                                                                             essentie anti-planning en anti-bureaucratie. Relatieve luwte, niche
tegelijkertijd ongrijpbaar. Bovendien is de vrijplaats door de
                                                                             en buitenissigheid zijn een historische noodzaak om te kunnen
ontwikkeling van de netwerksamenleving niet meer op één plek
                                                                             experimenteren en op een ongestoorde wijze de (innovatieve,
aanwijsbaar, zoals dat in het verleden wel het geval was. Zoals
                                                                             informele en nog niet gangbare) activiteiten te ontplooien. De
hiervoor gezegd wensen creatievelingen zich ook niet zomaar
                                                                             technische controle van plekken is de laatste decennia als gevolg van
te laten opsluiten in een specifieke definitie of zogenoemd
                                                                             ICT evenwel vergevorderd; gemeenschappen schermen een eigen
‘broedplaatsgetto’. Het begrip vrijPLAATS lijkt derhalve dan ook
                                                                             woonomgeving met controleposten af en de stedelijke openbare
eerder ingehaald door vrijNETWERK. De steeds breder en draadloos
                                                                             ruimte staat bol van observatie mechanismen. De ontwijking van de
beschikbare netwerken van computers en telecommunicatie
                                                                             controle geschiedt de laatste tijd derhalve niet zozeer in het creëren
blijken ook voor de traditionele vrijplaatsactoren, subculturen en
                                                                             van geografische enclaves (zoals bijv. Christiania in Kopenhagen,
creatievelingen van toenemend belang. Op dit punt komen thans
                                                                             AVL-Ville in Rotterdam), maar eerder in een actief ontwijkingsgedrag
sporadisch wel eerste theorieën op, waarvan die van Hakim Bey
                                                                             waarin bepaalde - al dan niet gecontroleerde - plekken weliswaar
echter nog steeds de meest oorspronkelijke blijft. 19 Hij beschrijft de
                                                                             een rol spelen, maar op een nieuwe, buitenissige en vaak tijdelijke
kenmerken van de actuele vrijplaats (of vrijnetwerk) vooral in haar
                                                                             manier worden gebruikt. Desalniettemin dienen bepaalde activiteiten
spanningsveld, via dat wat het niet is.
                                                                             wel publiciteit te hebben waarbij een selectieve media-aanpak
                                                                             wordt gebruikt. Per subcultuur zijn er optimale plekken voor het
2.2.1 Virtuele locaties in netwerken
                                                                             verspreiden van stickers, flyers, posters en mondelinge promotie. De
                                                                             nieuwe media heeft daarin ook weer een belangrijke rol, met name
Ten eerste op het gebied van plek en plaats. Bey beschouwt
                                                                             het internet en mobiele telefoons, waarbij al dan niet gecodeerd een
de relatieve onvindbaarheid van een vrijplaats immers als het
                                                                             subdomein wordt afgebakend.
belangrijkste kenmerk van wat hij (bij gebrek aan beter) maar
de ‘freezone’ noemt. Deze ‘freezone’ krijgt weliswaar uiteindelijk
                                                                             2.2.3 Isolement-participatie
ergens een plek, maar bestaat toch vooral bij gratie van zijn vliedend
netwerk, dat slechts voor ingewijdenen (bijvoorbeeld diegenen
                                                                             Het derde principiële kenmerk van de freezone is daarmee ook het
die behoren tot een bepaalde creatieve klasse) toegankelijk
                                                                             relatieve isolement. De freezone plaats zich in principe buiten de
is. Broedplaatsen, vluchtkerken en kraakpanden etc. zijn in de
                                                                             reguliere maatschappij. Zij is overtuigd van haar eigen gelijk en de
theorie van Bey slechts sporen van waar een vrijplaats of freezone
                                                                             noodzaak van vernieuwing, omdat anders de drive van innovatie en
is geweest. Freezones bestaan derhalve zoals gezegd eerder uit
                                                                             eigenzinnigheid niet overeind gehouden kan worden. In een steeds
het netwerk van gelijkgezinden actoren, die een soort ‘data- of
                                                                             meer open en onderling afhankelijke wereld staat dat isolement
sociaal bestand’ van mogelijke geschikte plekken hanteren. Een
                                                                             echter steeds meer onder druk. Bovendien, om die vernieuwing en


de schaduwstad                                                  2 begripsafbakening                                                              13
innovatie te implementeren zal men op specifieke momenten ook in            -   Identiteit en/of ruimte verschaffen aan een schaarse of
de reguliere wereld moeten participeren. De noodzaak of wens tot                bijzondere leefstijl en/of
autonomie wordt op bepaalde fronten dan ook vervangen door een              -   Mensen in tijd en plaats motiveren voor een specifiek doel, zoals
stap richting serieuze participatie. De manifesten van de culturele             een feest, debat of ontmoeting.
ondernemers te Rotterdam en de creatieve klasse te Eindhoven
illustreren dit. 20 Was vroeger de onzichtbaarheid een essentieel           Niet zozeer isolement, maar engagement is daarvoor nodig. Naast de
voordeel, thans worden (gemeente)besturen opgeroepen juist oog              verdeling over de verschillende aandachtsvelden (economie, politiek,
te hebben voor de kleinschalige experimenten en is periodieke               sociaal, cultureel en ruimtelijk) vormden die criteria eigenlijk de
zichtbaarheid belangrijk voor een geslaagd overleven. Daarnaast is          belangrijkste overwegingen voor de keuze van de hierna beschreven
het schaalniveau van het netwerk gewijzigd. Van de locale context           cases.
van panden zijn de meeste vrijplaatsen inmiddels verbonden met
een regionaal, en zelfs mondiaal netwerk van gelijkgestemden.
Een voormalig kraakpand als het Poortgebouw op de Rotterdamse
                                                                            2.3 Vraagstelling -
Kop van Zuid wordt voor de helft - al dan niet tijdelijk - bewoond          voorbij de planologische misvattingen
door buitenlanders. De bezetting van het Brusselse Leopoldstation,
tijdens het Belgische Europees voorzitterschap werd ingezet als             2.3.1 Het karakter van vrijplaatsen
internationaal forum voor een alternatieve europese politiek.
                                                                            Resumerend zijn vrijplaatsen altijd al van belang geweest voor
2.2.4 Tussenconclusie                                                       het ontstaan of handhaven van stedelijkheid, niet andersom.
                                                                            Amsterdam, Antwerpen, Brussel en andere steden zijn groot
Deze theoretische kenmerken maken het onderzoek naar échte                  geworden mede dankzij de internationale status van vrijhaven en
vrijplaatsen niet eenvoudig. Want hoe kan men op basis van                  vrijplaats voor andersdenkenden en andersgelovigen, die naast
kenmerken als permanente vluchtigheid, guerrillatactiek, principiële        dat anders-zijn ook een levendige handel meenamen en daarmee
oncontroleerbaarheid en relatieve isolatie en grenzeloosheid een            een mondiaal handelsnetwerk vormden. Het spanningsveld tussen
vruchtbare interactie tussen stad en freezone nu feitelijk aan de orde      regel en vrijheid is eerder een rode draad in de ontwikkeling van
stellen? Derhalve hebben we wat beperkingen moeten aanleggen.               de stad dan een rafel (zie: Geert Mak e.a.). Dit is nu niet anders,
We zijn in deze studie nog steeds uitgegaan van die plekken, mensen         maar de context veranderd. Door de informatierevolutie hebben
en netwerken die toegankelijk en vindbaar waren en tegelijkertijd           bedrijven en huishoudens een grotere vrijheid in de keuze van
een meerwaarde voor de stad genereren. We zijn in onze zoektocht            hun vestigingsplaats. Een levendig stedelijk milieu wordt dan een
nog steeds uitgegaan van plekken van ogenschijnlijk verwilderd              belangrijk vestigingscriterium. Creatieve milieus zijn daarom van
wonen/werken, zelfregulerend bouwen, restruimten en breukzones,             belang voor de economische ontwikkeling van de stad. (zie ook:
gedoogplaatsen, tijdelijke bezettingen en/of markante manifestaties         Richard Florida e.a.). Tot nu toe worden dergelijke creatieve milieus
of events, maar hebben vervolgens gepoogd de organisatie achter             echter vooral op basis van reguliere en formele data onderzocht
die plekken te spreken te krijgen, teneinde in beeld te krijgen hoe         (Kloosterman e.a.). Op zijn best wordt hiermee slechts een
zij zijn georganiseerd, hoe ze zijn ontwikkeld in de tijd, met welke        enkelvoudig en gehalveerd aspect van de creatieve stad onderzocht.
intenties en/of (groot-stedelijke) doelstellingen en met welk imago.        Want creatieve milieus worden niet alleen geconditioneerd door
In sommigen gevallen werden we doorverwezen naar anderen in                 de formele creatieve industrie, maar vooral ook door de informele
een inspirerende zoektocht naar de lommerrijke schaduwkant van              creativiteit in de stad. Daarnaast blijkt dat dergelijke informele
de stad. Cruciaal voor ons waren immers ook die vrijplaatsen (of            activiteiten weliswaar op specifieke plekken gestalte krijgen,
vrij-netwerken) die een verbinding leggen met de verbetering van de         maar vooral door eigenstandige netwerken van gelijkgezinden
condities van de onderzochte steden, dwz.                                   geconditioneerd worden. De condensatie van vrijplaatsactiviteiten
- Identiteit verlenen aan de stad                                           wordt niet zozeer bepaald door fysieke condities, maar eerder
- De plek verlevendigen                                                     door sociaal-maatschappelijke en informele krachten in locale en
- Publieke activiteiten genereren voor stad, buurt of netwerk               mondiale netwerken van vernieuwers.


14                                                             2 begripsafbakening                                             de schaduwstad
2.3.2 Vier planologische misvattingen                                           4
                                                                                Het hebben van creatieve milieus is tenslotte ook geen cruciale
De wijze waarop in planning en beleid wordt omgegaan met                        factor in de concurrentiestrijd tussen steden. Zoals gezegd is het
vrijplaatsactiviteiten is meestal niet adequaat. Vaak wordt nog                 informele deel van de creatieve klasse niet zozeer georganiseerd
uitgegaan van vertrouwde mechanismen en opvattingen. De                         rond plaatsen, maar meer rond netwerken. Zij vormen bovendien
volgende vier misvattingen komen bij de toenemende aandacht voor                het meer nomadisch deel van de samenleving. Een vernieuwende
creatieve steden dan ook vaak aan de orde:                                      houding ten aanzien van vrijplaatsen als onmisbare factor voor
                                                                                (groot)stedelijkheid impliceert dan ook niet zozeer een afzetten ten
1                                                                               opzichte van elkaar, maar eerder de onderlinge uitwisseling van
Creatieve milieus komen niet tot stand door top-down maatregelen:               kennis en tactieken, aansluitende bij de creatieve netwerken die zicht
- het aantrekken van multimedia- en kennisbedrijven,                            thans ontwikkelen (zie ook: DNA van Eindhoven).
- door een verleidelijke evenementenplanning
- door het realiseren van hoogwaardige architectuur en                          2.3.3 Uitdagingen
      kwalitatieve openbare ruimte.
De kern zit in het van onderaf spontaan ontkiemende initiatieven                Er dient in het stedelijk en planologisch beleid derhalve een
die medebepalend zijn. Dat vereist ruimte en ongedwongenheid                    gevoeligheid ontwikkeld te worden voor de condities rondom
- ‘vrijplaatsen’ - die niet van te voren te plannen of te ontwerpen zijn.       spontaan opkomende initiatieven van onderop. Creatieve milieus
Precies dat bepaalt de paradox voor het stedelijk beleid en ontwerp.            zijn immers in de netwerksamenleving steeds meer bepalend voor
                                                                                grootstedelijkheid. Naast het formele, regelgevend, stollend en
2                                                                               gebiedsgerichte karakter van stedelijk beleid, dient dat beleid veel
Creatieve milieus komen ook niet tot stand door het via subsidie                meer aandacht te krijgen voor de informele, grensverleggende,
garanderen van goedkope ruimten of het aanbieden van een                        vliedende, netwerkgerichte, maar niettemin ook maatgerichte
eenduidige loketfunctie voor overheidsbeleid. De veronderstelde                 vrijplaatsvragen. De vraag is niet langer hoe we een plaats kunnen
bijdrage van de vrijplaatsen aan het welzijn en welbehagen van                  inruimen voor die vragen, maar eerder wat we de creatieve klasse
het stedelijk leven, werk- en woonklimaat blijft vaak te impliciet              (zowel de formele als informele) eigenlijk te bieden hebben. Het
hetgeen weinig houvast geeft aan beleidstoetsing. De pogingen van               vraagt misschien eerder om een omgekeerde inzet van de stedebouw
de overheid om nieuwe subculturen direct te stimuleren lopen vaak               en planologie. Dat vormt de centrale vraagstelling van deze studie.
vast op regelzucht en slechts tijdelijke, weinig duurzame initiatieven.         Het vereist in eerste instantie meer zicht op het organisatievermogen
Culturele intendanten en gemeentelijke coördinatoren hebben vaak                van vrijplaatsen, hun gebruik van ruimte en (potentiële) bijdrage aan
eerder een rol in de interne afstemming en minder in de bevordering             de stad of stedelijkheid.
van veelbelovende, werkelijk innovatieve acties.
                                                                                Daarover gaan de volgende twee hoofdstukken, om vervolgens
3                                                                               via een kort uitstapje naar exemplarische praktijken elders weer
Creatieve milieus met een relevantie voor stad en stedelijkheid                 terug te keren bij deze uitdaging: hoe te komen tot een zinvol
komen echter ook niet tot stand via een laisser faire-politiek of het           vrijplaatsenbeleid voorbij de planologische misvattingen.
bewust de handen afhouden van vrijplaatsen. Dit pleidooi behelst
meestal een tegenkracht tegen het opgeruimde en overgereguleerde
Nederland dan een stimulering van vrijplaatsactiviteiten. Echter
ook de situatie in België zal laten zien dat een bewuste onthouding
weliswaar veel initiatieven en activiteiten van onderop stimuleert,
maar nog geen creatief milieu schept dat er werkelijk toe doet.
Tussen Nederland en België, tussen scherpe wetten maken en niets
doen ligt een scala van mogelijkheden die meer perspectieven
bieden. Verderop komen we daar nog op terug.


de schaduwstad                                                     2 begripsafbakening                                                             15
16   inleiding   DE SCHADUWSTAD
3 BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
3.1 Bestuurlijke context                                                    provincielaag, weliswaar naast gewestbevoegdheden ook enkele
                                                                            agglomeratiebevoegdheden, maar bekommeren daarnaast zowel
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heerst op het gebied van het          de bestuurders van de Vlaamse Gemeenschap als de Franse
stedelijk beleid een ingewikkeld spel van evenwichten. Sinds 1970           Gemeenschap zich over zaken van Brussels sociaal-cultureel belang.
(de eerste autonomie voor deelstaten) en vooral met de herziening           Het verkrijgen van bestuurlijke consensus (zeker voor zaken die
van de grondwet in 1993 is België immers geëvolueerd van een                sector overstijgend zijn) is derhalve voortdurend meertalig aan
eenheid- of unitaire staat naar een federale staat. Die federatie           de orde van de dag. Om die situatie nog extra gecompliceerd te
is echter niet op één principe gegrondvest, maar gebaseerd op               maken, bestaat Brussel uit 19 gemeenten die nog steeds behoorlijk
een verzoening tussen twee tegengestelde uitgangspunten: een                zelfstandige posities ten opzichte van het Gewest bezitten, en is
ruimtelijk-economische en een sociaal-culturele. Op ruimtelijk-             Brussel tegelijkertijd de hoofdzetel van zowel de Europese Unie, de
economisch terrein is België onderverdeeld in drie Gewesten (het            Belgische Regering, het Vlaams Gewest/Gemeenschap, de Franse
Vlaams, Waals en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest), die bevoegd          Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze willen in
zijn op het gebied van de ruimtelijke ordening, huisvesting, energie,       principe alle een eigen stempel op hun hoofdstad drukken. Dit neemt
werkgelegenheid, economie, handel, ontwikkelingsamenwerking,                niet weg dat belangrijke onderdelen daarvoor buiten de bevoegdheid
openbare werken en vervoer, alsmede toezicht op de gemeenten en             van het Brusselse Gewest vallen. Zo ligt bijvoorbeeld de Brusselse
provincies. Op sociaal-cultureel terrein is het land onderverdeeld in       luchthaven buiten het Brussels grondgebied en vallen slechts 12 van
eveneens drie, maar deels anders samengestelde Gemeenschappen               de 72 kilometer lange Brusselse Rondweg met bijna alle belangrijke
(De Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap), die bevoegd zijn           snelwegafslagen, inclusief de halteplaatsen van het Gewestelijk
op het gebied van culturele aangelegenheden, welzijn, gezondheid,           OV Net (het GEN) en de daarbij horende vestigingscondities voor
onderwijs en taalgebruik. Daarnaast resideert een stilaan uitgeklede        appartementen, kantoren en hoogwaardige werkgelegenheid buiten
Federale Regering, die beslist over justitie, politie, staatsfinanciën,     de Brusselse bevoegdheid.
defensie, buitenlandse zaken en verkeer, alsmede de pensioenen,
sociale zekerheid, volksgezondheid en maatschappelijke integratie.
Op deze wijze wordt België thans bestuurd door 48 ministers en 5
staatssecretarissen, waarvan 15 ministers en 2 staatssecretarissen op
federaal niveau, 7 ministers in het Waals Gewest, 9 ministers in de
Franse Gemeenschap, 10 ministers voor het Vlaamse Gewest en de
Vlaamse Gemeenschap (deze staatsorganen zijn samengesmolten),
3 ministers in de Duitstalige Gemeenschap, alsmede 5 ministers en                                  Vlaamse gemeenschap
3 staatssecretarissen voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Daaronder kent het land nog 10 provincies en 589 gemeenten, die in                                Franse gemeenschap
ieder gewest nog weer andere bevoegdheden kennen. 21
                                                                                                       Brussels Hoofdstedelijk Gewest
3.1.1 Institutionologie van Brussel
                                                                                                                  19 gemeenten
In principe oogt deze staatsconjunctuur op papier al ingewikkeld;
in de praktijk leidt het bij momenten (en vooral in Brussel) tot
institutionele spitsroede behendigheid. Het Brusselse Hoofdstedelijk
                                                                                  Vlaams gewest
Gewest heeft bijvoorbeeld een paritair bestuur, waarbij in de regering
5 franstaligen en 3 nederlandstaligen zetelen, die afkomstig zijn uit
6 verschillende politieke partijen (i.c. La Mouvement Réformateur,
                                                                                                                         Waals gewest
Parti Socialiste, Front National, Christen-Democraten Vlaanderen,
Vlaamse Liberalen & Democraten, alsmede de Socialistische Partij
Anders). Bovendien heeft het Gewest door het ontbreken van een

de schaduwstad                                           3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                   17
3.1.2 Brussel als spiegel                                                  • Onder invloed van een voortgaande mobiliteit vond in deze
                                                                             periode tegelijkertijd echter een groeiende uittocht plaats van
Het gevolg is dat deze ontwikkeling bij momenten een effectief,              de meer gegoede burgers en ondernemingen naar de periferie,
openbaar en fatsoenlijk bestuur ernstig kan verlammen. Weliswaar             het Vlaams en in mindere mate het Waals Gewest. De tweede
tracht het Gewestelijk Ontwikkelingsplan (het GEWOP) van                     periode (1985-1998) stond voor de Brusselse bestuurders dan
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te komen tot een omvattend                ook (net als elders) in het teken van het tegengaan van deze
mobiliteitsconcept, nieuwe ontwikkelingspolen en bescherming van             uittocht en een nieuwe economische impuls aan Brussel te
waardevolle gebieden die onder hoge (prijs)druk staan, of tracht men         geven; dit mede om voldoende draagvlak voor de metropolitane
in het verlengde daarvan te komen tot inventieve wijkcontracten,             voorzieningen te behouden. Dit gebeurde volgens Lagrou via
die initiatieven van burgers ruimte geven. Toch is er een situatie           twee hoofdstrategieën:
ontstaan waarbij ontwikkelingen vooral tot stand komen via                 1 Het volgens de publiek-private partnership formule invulling
bilaterale overeenkomsten, met een hoge graad van pragmatisme en             geven aan een zo breed mogelijke multifunctionele en stedelijke
probleemoplossing via persoonlijke contacten. Brusselse planologen           invulling, in de gebieden rond bijvoorbeeld de Europese wijk, de
mogen dit vervelend vinden; het is voor het Brussels Hoofdstedelijk          HST-terminal Bruxelles Midi en het Noord-Station;
Gewest steeds meer de realiteit van alledag. Bovendien, gelet op de        2 De aandacht voor de zwakke groepen in de samenleving uit
netwerk gedreven verschuivingen die de afgelopen tijd plaatsvinden,          te breiden met aandacht voor de midden- en hoger inkomens,
lijkt dit zelfs de institutionele toekomst te worden voor steeds meer        waarbij bijvoorbeeld projectontwikkelaars via planologische
metropolitane gewesten overal ter wereld. 22                                 richtlijnen gedwongen werden om voor elke 5 m2 kantoorruimte
                                                                             1 m2 woonruimte te realiseren.
3.1.3 Recente Brussels planninggeschiedenis in drieën
                                                                           • Voor een deel is deze politieke strategie succesvol geweest.
Een spiegeling aan de actuele situatie is daarmee noodzakelijk. Sinds        Vanwege de institutionele constellatie in Brussel zijn er
het modernisme en het van bovenaf gedicteerde ‘plannersmodel’ dat            gedurende elke periode echter ook vele uitzonderingen
behoorlijk heeft ingegrepen op het historisch, geomorfologisch en            op de regel geweest. Daarnaast hebben de multinationale
sociaal weefsel van de stad, zijn er volgens Lagrou drie fasen die tot       ondernemingen en ontwikkelaars inmiddels Brussel ontdekt als
deze situatie geleid hebben:                                                 een interessant investeringsobject. De actuele situatie bestaat
                                                                             er dan ook eerder uit dat de private sector de overheid uitnodigt
• De periode 1968-1985, welke (net als in andere delen van de                om mee te participeren in specifieke objecten, en niet zozeer
  wereld overigens) in het teken stond van ‘small is beautiful’,             omgekeerd. Dit komt volgens Lagrou onder andere goed tot
  hergebruik in plaats van nieuwbouw, prioriteit aan langzaam                uiting in de eerste schermutselingen rond een mogelijke nieuwe
  verkeer, openbaar vervoer en inspraak via lokale medezeg-                  HST terminal Noord, de volgende uitbreiding van de Europawijk
  genschapscommissies. In deze periode werden ondermeer                      en het Muziek Centrum T&T (op het complex van Thurn & Taxis).
  onder druk van de publieke opinie stichtingen als Inter-                   Het liberale klimaat zou dit bovendien stimuleren. Persoonlijke
  environment Bruxelles, de Brusselse Raad voor het Leefmilieu               netwerken worden daarbij meer en meer geïncorporeerd
  (BRAL), Ateliers de Recherche et d’Action Urbaines en het                  in mondiale planningnetwerken, die weliswaar een verdere
  St.Lukasarchief opgericht. Deze stichtingen en raden werden                economische revitalisering dichterbij, maar een gewenste
  voor een deel betaald uit publieke middelen en benoemden zelfs             integrale en omvattende gebiedsontwikkeling steeds verder weg
  sommige van hun bestuursleden tot de persoonlijke staf van de              helpen 23.
  minister. Niettemin toen de uitbreiding van de Europese Unie
  speelde en hier een patstelling dreigde tussen (door groen-
  linkse partijen gesteunde) lokale actiegroepen enerzijds en de
  gewenste flexibiliteit door de Europese Commissie anderzijds,
  greep de federale regering in door een bouwgarantie te
  verschaffen voor het Europees Parlement in 1987.


18                                                      3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                    de schaduwstad
3.2 Freezoning Brussel                                                      gepaard gaande privatisering van de openbare ruimte op cruciale
                                                                            plekken in Brussel, tevens nieuwe ontwikkelingen gaande zijn die
Deze ontwikkeling vindt inmiddels ook plaats in andere                      inspelen op een herdefinitie van de stedelijke openbare ruimte
metropolitane delen van de wereld. Kern van het gedachtegoed                en lokale netwerken in andere delen van precies diezelfde stad.
daarachter is dat de aloude Keyniaanse welvaartstaat, alsmede de            Dat hangt volgens Swyngedouw samen met de gekke paradoxale
daarmee verbonden hiërarchische benadering van stad en planning             bijzonderheid van een grootstedelijke cultuur. Aan de ene kant is
de langste tijd gehad hebben. Onder invloed van de mondiale                 er immers (meer dan op het platteland) sprake van niet alleen een
netwerkeconomie en netwerksamenleving komt er eerder een nieuw              marginalisering, scheiding en soms zelf onderdrukking van specifieke
soort planning en stadspolitiek op, die uitgaan van een relationele         bevolkingsgroepen; er is ook sprake van een unieke smeltkroes
benadering van stedelijke planning. De stad zou immers in relatie           van verschillen en andersdenkenden die de kracht van diezelfde
en daarmee ook in competitie staan met een veelheid van andere              grootstedelijke cultuur bepaalt. Vooral in Brussel is die kracht vanaf
plekken op de wereld. Unieke stedelijke ontwikkelingsprojecten              het midden van de jaren negentig sterk tot ontwikkeling gekomen.
dienen derhalve aangeboord te worden om de concurrentie met                 Wellicht heeft het iets te maken met de bijzondere bestuurlijke
die andere steden én ommeland aan te kunnen. Hierbij wordt                  constellatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die in principe
bijvoorbeeld gedoeld op projecten als Adlershof in Berlijn, Ørestad         ruime mogelijkheden laat voor zelfwerkzaamheid en eigen initiatief
in Kopenhagen, ‘The Olympic Village’ in Athene, het Central                 om iets van de toentertijd vergeten delen van de stad te maken.
Business District in Birmingham, Abandoibarra in Bilbao, Donau              Mogelijk heeft het ook iets te maken gehad met de toen gemaakte
City in Wenen, het Leopoldkwartier in Brussel of bijvoorbeeld               keuze voor Brussel als Europese Culturele Hoofdstad 2000, dat al
sleutelprojecten als de Zuidas en de Kop van Zuid in Nederland.             dan niet slapend potentieel tot leven leek te wekken. Feit is dat het
Elke Europese groot- of zelfs middelgrootstad wil eigenlijk minstens        creatief klimaat van de Brusselse grootstad inmiddels niet alleen
één van dergelijke projecten ontwikkelen om zich daarmee in de              meer afhangt van de mate waarin de mondiale economische elite en
internationale kijker te spelen. Deze zouden immers weer aanleiding         culturele highbrow lokaal gebonden en gefaciliteerd kan worden.
kunnen geven tot een verbeterd vestigingsklimaat, welzijn en                In toenemende mate spelen ook de culturele (sub)economie, de
groei, voor zowel de bovenkant als de onderkant van de stedelijke           spontane activiteiten op specifieke plekken en de versterking
samenleving. Voorwaarde daarvoor is dat die sleutelprojecten de             van lokale identiteiten een centrale rol in het versterken van een
zogeheten economische, politieke en culturele elites van de huidige         positieve metropolitane ontwikkelingsdynamiek. 24
grenzeloze netwerksamenleving aanspreken en dat deze elites met
hun milieu de projecten tot leven wekken. Volgens ‘metropolitan             3.2.2 Netwerk Brussel
governance’ wordt daarmee de hiërarchische masterplanning en
de planning van de kwaliteit van de stad als geheel, steeds meer            Dat informele creatief netwerk Brussel bestaat inmiddels uit een
ingehaald door een fragmentarische projectenplanning in horizontale         groot aantal al dan niet tijdelijk samengestelde of min of meer
allianties met projectontwikkelaars, internationale investeerders en        vrijblijvende partijen, sub-netwerken en initiatieven, met zo nu en
ontwerpers van ver over de wereld.                                          dan specifieke relaties en netwerken naar andere metropolitane
                                                                            freezones in binnen-, maar vooral ook buitenland. Na de meer door
3.2.1 Glocalisatie                                                          bewonersorganisaties en vanuit een welvaartstaat gemotiveerde
                                                                            oprichting van ngo’s in de jaren zeventig (zoals BRAL, het St.
Het bijzondere van de Brusselse situatie is echter dat er naast deze        Lukasarchief etc.), ontstond vooral in de jaren 1996-1998 een
praktijk van metropolitan governance, inmiddels ook een praktijk            hausse aan nieuwe spontaan opkomende activiteiten in de stad.
van onderop tot ontwikkeling gekomen is die op een nieuw manier             Naast Kunstplatforms of kunstenaarscollectieven als Constant
inspringt op de niches en overblijvende zones in de stad. Alhoewel          (1997), les Bains Connective (1997), Les Corsaires (1998),
deels informeel en verborgen dragen deze op hun beurt bij aan               L’Emploi du moi (1998) etc., was er in enkele jaren sprake van
een inspirerend en zinderend stedelijk klimaat van de stad. In              de oprichting van sociale vrijplaatsen als de Universal Embassy
de terminologie van bijvoorbeeld Erik Swyngedouw heet het dat               (1998), economische incubators als Alter Ego (1998), ruimtelijk
naast de infiltratie van mondiale elites, alsmede de daarmee vaak           gemotiveerde actiegroepen als Recyclart (1997) en Disturb (1998)


de schaduwstad                                           3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                      19
of multimedia vrijplaatsen als ACSR (1996), Nova Cinema (1997),              -   Na een sterke val gedurende de jaren tachtig en begin jaren
Foton Records (1998), etc. In hun kielzog zijn weer tal van andere               negentig is de aantrekkelijkheid van de stad om er te (blijven)
al dan niet tijdelijke activiteiten ontstaan, zo sterk dat men Brussel           wonen en deze toeristisch te bezoeken sinds het einde van de
rond de eeuwwisseling inderdaad met recht de bohémien en                         jaren negentig weer sterk gegroeid. Ten opzichte van 1998,
vrijplaatshoofdstad van Europa mocht noemen. Inmiddels is een                    werden in 2002 12,5% meer (vooral internationale) aankomsten
groot aantal van deze actiegroepen weer verdwenen, maar een                      geteld; op het gebied van het aantal overnachtingen was het
deel daarvan is nog steeds in de stad werkzaam, al of niet met een               bijna 15% meer. 25
gedeeltelijke financiële ondersteuning van de Vlaamse of Franse              -   Tegelijkertijd is ook de zakelijke positie van Brussel in de
Gemeenschap cq. de Koning Boudewijnstichting. Daarnaast lijkt op                 wereld sterker geworden. Sinds 1999 is Brussel bijvoorbeeld
grond van lopende en deels afgelopen initiatieven ook het aloude                 na marktleider Parijs, maar voor steden als Londen, Wenen,
BRAL en de in 1997 opgerichte City Mine(d) een stimulerende en                   Singapore, Berlijn, Amsterdam of zelfs Washington, de
activerende rol in het netwerk te spelen.                                        tweede stad in de wereld op het gebied van de organisatie
                                                                                 van internationale congressen. In 2002 werden er bijna 200
                                                                                 internationale congressen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
3.3 Stedelijke impact                                                            georganiseerd; dat is zo’n 4 congressen per week deels in
                                                                                 combinatie met het voornoemde toerisme. 26
Op de kaart is een deel van de stand rond 2002 weergegeven van
                                                                             -   Daarmee is uiteindelijk ook de economische situatie in het
het dynamische freezone netwerk in Brussel en in bijgaande boxen
                                                                                 Brussels Hoofdstedelijk Gewest sterk verbeterd. Na decennia
is voorts een geselecteerd deel verder beschreven. Kenmerk van
                                                                                 van magere jaren kent het gewest sinds 1998 soms weer de
nagenoeg al deze praktijken en initiatieven is dat zij nog sterk op
                                                                                 grootste economische groei van de drie gewesten. De groei zit
zichzelf staan, alsmede een sterke (vaak oppositionele) afstand
                                                                                 voornamelijk in de zakelijke dienstverlening en de creatieve
houden tot de reguliere institutionele of private (planning)praktijk.
                                                                                 werkgelegenheidssectoren. 27
Wat de europese, nationale, gewestelijke of lokale overheid doet
wordt vaak, al dan niet terecht, met argusogen bekeken. Dat geldt
                                                                             Dit neemt niet weg dat net als in vele andere grootsteden de
temeer voor de initiatieven van private bouwheren. Tegelijk wordt
                                                                             multiculturalisering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met
in slechts beperkte mate beroep gedaan op publieke middelen en
                                                                             rasse schreden doorzet. In België in het algemeen, maar in het
probeert men zoveel mogelijk en via eigen kanalen autonoom te
                                                                             Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het bijzonder is er sprake van een
zijn. Het amateuristisch karakter is groot en zo nu en dan hebben
                                                                             afnemende natuurlijke aanwas en een toenemende immigratie. Thans
de vernieuwers naast hun vrijplaatsactiviteiten een reguliere baan.
                                                                             bestaat bijna 30% van de brusselse bevolking uit buitenlanders.
Mogelijk komt dit omdat er ook maar beperkte middelen zijn, of
                                                                             Deze groep is in tegenstelling tot vele andere grootsteden echter
omdat men gesteld is op de eigen zelfstandigheid of vrijblijvendheid.
                                                                             zeer gemixed samengesteld. De grootste groep wordt gevormd
Dit neemt niet weg dat men toch met beperkte middelen maximale
                                                                             door Marokkanen, maar vlak daarna komen de Fransen, Italianen,
resultaten bereikt, het hefboomeffect is groot. Vanuit kleine
                                                                             Spanjaarden en tenslotte de Turken. Met de recente uitbreiding
aanzetten worden nieuwe initiatieven geboren, die een verdere
                                                                             van de Europese Unie wordt verwacht dat deze mix zich nog
bijdrage leveren aan een aantrekkelijk en cultureel metropolitaan
                                                                             sterker doorzet. Verschillende freezone initiatieven (zoals bijv. de
klimaat, dat op haar beurt weer creatief potentieel aantrekt.
                                                                             Zinneke Parade of Limite Limiet etc.) zetten met name ook in op
                                                                             die multiculturaliteit. Bedoeling is om daarmee van onderop een
3.3.1 Bijdrage aan een grootstedelijk klimaat?
                                                                             nieuwe identiteit aan de Europese hoofdstad te geven: mogelijk
                                                                             van een fragmentarische en multiculturele grootstad naar een soort
Een directe relatie is nooit vast te stellen en natuurlijk ook niet
                                                                             ‘Mediterranean Capital of Europe’. 28
zo werkzaam; maar sinds het einde van de jaren negentig van
de afgelopen eeuw (het moment dat ook de Brusselse freezone
praktijken sterk opkwamen) was er ook sprake van een opmerkelijke
opleving binnen Brussel op meerdere terreinen:


20                                                        3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                     de schaduwstad
3.3.2 Netwerkstilstand?

Ondanks al deze prachtige cijfers en verwachtingen kan nog steeds
geconstateerd worden dat de freezonepraktijk behoorlijk afstaat
van de feitelijke bestuurspraktijk in het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest. De hier gepresenteerde weldaad aan allerhande culturele
vrijplaats activiteiten van onderop krijgt nauwelijks aandacht en/of
doorgang binnen de reguliere planningmachine. Wellicht heeft het
iets te maken met de institutionele tweedeling tussen gewesten
en gemeenschappen, welke in feite ook de beleidsterreinen van
ruimtelijke ordening en cultuurbeleid splitst. Maar mogelijk heeft
het ook iets te maken met de culturele activiteiten zelf, die eigenlijk
allemaal, zonder uitzondering, hun eigen ding doen. CityMine(d)
lijkt hier enige coördinatie te willen opzetten, maar kan zich toch
ook niet aan de indruk onttrekken dat onderlinge connectiviteit en
samenhang toch vooral tot stand komt op basis van persoonlijke en
opportunistische netwerken.

Precies dat lijkt dan ook een verdere ontplooiing van de cultuur in
Brussel in de weg te zitten. Want zoals ook Erik Swyngedouw al
eerder opmerkte, spelen op beide lagen van de stadscultuur (zowel
die van de mondiale elite, als die van de subculturen) interactieve
netwerken een cruciale rol. Net zoals zwakke steden tegenwoordig
gekenmerkt worden door een slechte bereikbaarheid of een
onvoldoende aanhaking op mondiale netwerken, zo worden zwakke
buurten in de stad gekenmerkt door niet alleen de afwezigheid van
de mondiale elites, maar ook door de afwezigheid van netwerken,
met name die welke contacten en relaties buiten de eigen groep
of belangen (kunnen) leggen. Het lijkt dan ook zaak om aan die
netwerken, zowel door de geledingen heen, als door de verschillende
partijen en stakeholders heen, hernieuwde aandacht te geven (zie
verder ons pleidooi voor intermediates in paragraaf 6.3). Na de
pionierfase lijkt de freezonepraktijk in Brussel dan voor een volgende
uitdaging te staan, waarin, de échte vrijplaatsstatus voorbij, wel
een nieuwe invulling gegeven wordt aan nieuwe projecten op zowel
strategisch als deelplanniveau.




de schaduwstad                                             3 Brussels hoofdstedelijk gewest   21
KAART
Brusselse vrijplaatsen en
sympathisanten 2002
op basis van gesprekken en
internetsearch




22                           3 Brussels hoofdstedelijk gewest   de schaduwstad
KAART
                                                    Brusselse vrijplaatsen en
                                                    sympathisanten 2002
                                                    op basis van gesprekken en
                                                    internetsearch




                                                        p. 24

                                                        p. 26

                                                        p. 28

                                                       p. 29




de schaduwstad   3 Brussels hoofdstedelijk gewest                           23
BOX 1 PORTAL; City Mine(d) als aanjager
      Wie, wat waar
      ‘City Mine(d) is opgericht in 1997 met het oog op het ondersteunen, initiëren en/of produceren van projecten van sociaal-culturele
      aard, hoofdzakelijk in de publieke ruimte, op plaatsen en in buurten die gekarakteriseerd worden door typische grootstedelijke
      problemen, zoals armoede, uitsluiting en een zwakke identiteit. De organisatiestructuur is flexibel, netwerkgericht, rhizomatisch
      en haar interventies zijn tijdelijk van aard.’ Haar overtuiging is dat de huidige dynamiek van marktgerichte stedelijke ontwikkeling
      de publieke ruimte in Brussel tot een marginale restruimte gemaakt heeft. Dat komt vooral tot uitdrukking in de zwakke buurten.
      Niet alleen draagt dat bij tot een negatieve beeldvorming, maar verscherpt het de reeds zwakke buurtidentiteit. De projecten van
      City Mine(d) zijn er dan vooral op gericht om met ingrepen een proces van positieve identiteitsvorming teweegbrengen, teneinde
      daarmee de betrokkenheid van de bewoners bij de stad te vergroten, het imago te versterken en daarmee zo mogelijk uiteindelijk een
      economisch welzijn te stimuleren.

      Netwerk
      Daartoe heeft City Mine(d) met zes leden inmiddels een breed netwerk opgebouwd (zowel binnen als buiten de stad, nationaal en
      internationaal) en verschillende projecten, bijeenkomsten, seminars en studieopdrachten in de stad gerealiseerd.
      Hierbij hanteert het vijf sleutels:
      1 een meerduidig positief sociale visie op de stad,
      2 het kwalitatief inspelen op dromen en wensen van de bewoners,
      3 het provocerend ageren in de stad,
      4 het daarbij gebruiken van restruimtes en breuklijnen en
      5 het steeds verdere exploreren van de stad, gecentreerd rondom een drietal actieterreinen of ook wel actiekamers genoemd:
      • Het Steunpunt, waarbij bewoners, kunstenaars en actievoerders terecht kunnen met vragen, verzoeken om juridische hulp of
            adviezen met betrekking tot haalbaarheid en realiseerbaarheid van hun wensen en dromen;
      • De Katalysator, waarbij City Mine(d) actief in projecten participeert of deze faciliteert, dan wel zelf projecten in de stad opzet,
            dan wel studies verricht naar innovatieve vormen en methodes van stadsontwikkeling;
      • De Netwerking, waarbij het verschillende bewoners, en projectgroepen met elkaar in verband brengt , internationale
            uitwisseling mogelijk maakt en bewoners en gebruikers in contact brengt met formele instituten als bedrijven en openbare
            diensten.

      City Mine(d) ontvangt sinds 1998 een structurele subsidie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie via het Sociaal Impulsfonds,
      maar krijgt daarnaast ook per project aanvullende financiële ondersteuning van andere betrokken partijen, als bijvoorbeeld het
      Brussels Gewest, de stad Brussel of andere Gemeenschappen.

      Projecten die men op deze wijze in de afgelopen zes jaar gerealiseerd heeft zijn bijvoorbeeld: Bunkersouple (een netwerk van
      informele initiatieven in de stad), HUGO (een ludieke caravan door de stad om sombere plekken in de stad nieuw leven in te blazen).
      Limite Limiet (de bouw van een vuurtoren in de Brabantwijk om het imago van en de communicatie in de buurt te verhogen),
      PleinOPENAir (het organiseren van Cinema, muziek en animatie, gratis in de open lucht voor de achtergebleven bewoners tijdens de
      zomermaanden), Passerelle (een loopbrug door het Leopoldstation om een link te creëren tussen de Europawijk en de stad Brussel)
      en het Uitrolbaar zebrapad (als een mobiel actiemiddel in de stad).




24                                                   3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                         de schaduwstad
Daarnaast organiseert en draagt men bij aan discussies over de stad en faciliteert men diverse zelfstandige projecten die deels nog
                 steeds binnen City Mine(d) opereren, zoals PRECARE. Deze (sub)organisatie van City Mine(d) ondersteunt jonge, eclectische, en
                 vaak informele culturele collectieven bij het onderhandelen over het tijdelijk gebruik van leegstaande gebouwen in de stad. Daartoe
                 verschaft het juridisch en economische advies, medieert het tussen potentiële gebruikers en eigenaren, beheert het een actueel
                 databestand en geeft het tips of garanties betreffende een goed collectief en veilig beheer van de ruimte. Een bijkomend doel van
                 PRECARE is om meer en meer synergieën te ontwikkelen tussen het tijdelijk gebruik van gebouwen en een erkende verrijking van het
                 stedelijk leven. Daartoe overweegt men dat PRECARE ook zelf overgaat tot het beheer en exploitatie van een gebouw.

                 Impact
                 Met zeer weinig middelen heeft City Mine(d) een maximaal resultaat geboekt. Het aantal culturele en sociale initiatieven is
                 aanzienlijk uitgebreid. Bovendien bestaat de indruk dat het belang van subculturen inmiddels ook binnen het bestuur aanvaard
                 begint te worden.

                 In zoverre kan gesproken worden van een succes story van City Mine(d). Niettemin brengt dit thans ook een nadere heroverweging
                 met zich mee: moet men doorgaan op de huidige voet, die eigenlijk alleen maar te realiseren is door een verdergaande formalisering
                 of moet men blijven vasthouden aan de meer vrijblijvende, agerende en spontane status, teneinde kritisch engagement en creativiteit
                 van de stad te handhaven? Een extra probleem, zeker voor PRECARE, is dat inmiddels de stad aantrekt en daarmee de nicheruimte
                 voor activiteiten drastisch wordt ingeperkt.




de schaduwstad                                               3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                          25
BOX 2 STADSCULTUUR; gekraakt in Hotel Tagawa
     Wie, wat, waar
     Hotel Tagawa bestaat thans uit ongeveer 40 personen die in begin 2003 het betreffende hotel aan de Avenue Louise gekraakt
     hebben. Inmiddels hebben ze een mondelinge overeenkomst met de eigenaar dat ze voorlopig mogen blijven zitten. Daarvoor betalen
     ze een symbolisch bedrag op zijn rekening. Naast dat het de krakers onderdak biedt, zijn er in de kelder en op de begane grond
     ruime mogelijkheden aanwezig voor meetings, feesten, theater en expositie. Deze activiteiten worden thans verder ontwikkeld en
     uitgebreid. De primaire doelstelling van de groep is om het gebrek aan goede woonruimte voor de onderkant van de Brussels markt
     aan de kaak te stellen en daarvoor alternatieven te ontwikkelen. Dat verhaal begon ruim voor Hotel Tagawa en heeft wellicht eerder
     zijn hoogtepunt bereikt.

     Historie netwerk
     In feite zijn de voorlopers van de groep geboren uit de buurtcomités die reeds in de jaren zeventig in Brussel werkzaam waren. Tegen
     de alles verpletterende bouwwoede van de gemeente, stelden deze buurtcomités zich te weer tegen het daarmee gepaard gaande
     verlies aan de nog betaalbare (huur)woningen in de stad. Toen dit in de loop der jaren onvoldoende resultaat opleverde, ontwikkelde
     zich een meer radicale actie. Het kwam tot een soort ‘eigenaar krakers coöperatief’, dat naast de sociale doelstelling van het
     wonen, tevens de verbetering van de leefbaarheid in de wijk en het zelf opzetten en exploiteren van een aantal gemeenschappelijke
     voorzieningen op het oog had, zoals bijv. een crèche, een table d’hôte, straatschoonmaakdienst, winkelservice, buurtkapper of een
     wijkfeest. Het eerste project bevond zich pal achter het Berliamont gebouw in de Europa wijk. Het resultaat was dat thans sociale
     huisvesting en contracten met de buurt in de reconstructie- en herbouwplannen zijn voorzien.

     Toen dit resultaat werd geboekt en herbouwplannen met een meer sociaal gezicht werden voorgesteld, heeft een deel van de groep
     zich verplaatst naar het Complex Drapié, zo genoemd naar de hoofdstraat binnen een bouwblok aan het begin van de Avenue Louise,
     tegenover het Hilton hotel. Deze locatie, waar ook nog enkele van de oorspronkelijke bewoners woonden, was toentertijd opgekocht
     door een internationale projectontwikkelaar, die er een shopping centrum, luxe appartementen, schouwburg, theater/bioscoop,
     restaurant etc. van wilde maken. Op de betreffende locatie heeft de groep toen enkele panden op strategische plekken gekraakt
     en een vergelijkbaar programma ontwikkeld als bij de Berliamont site. Daarbij kreeg men toenemende steun van de reeds zittende
     bevolking die daarmee eigenlijk ook werd geactiveerd. Tegelijkertijd heeft men een soort ontwikkelingscoöperatief vanuit de
     zittende bevolking opgericht, die voldoende kennis en mankracht in huis had om de renovatie zelf in hand te nemen. Daarnaast was
     een deel van de groep ook cultureel georiënteerd en heeft het heft in hand genomen om ook culturele events en manifestaties in de
     wijk te organiseren.

                             Impact
                             In feite had de club toen ook vier speerpunten:
                             • het eigenaar-krakers-coöperatief
                             • het buurtcomité met de zittende bevolking
                             • de buurt renovatieontwikkelaar en
                             • de culturele actiegroep.
                             Deze beweging werd inmiddels zo krachtig, dat het ook de politiek aansprak (met name de Groenen)
                             waardoor de internationale projectontwikkelaar sterker onder druk gezet kon worden. Dankzij de
                             krakersgroep werd de positie van de gemeente eigenlijk krachtiger en ging de projectontwikkelaar




26                                                   3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                       de schaduwstad
eindelijk overstag, resulterend in het feit dat zij nu een deel van het project inzette voor sociale huisvesting. Voorwaarde was dat
                 de krakers weg zouden gaan. Zo’n twintig leden van die groep hebben vervolgens hotel Tagawa gekraakt met het oogmerk om een
                 vervolgproject in de stad op te zetten.

                 Sinds Hotel Tagawa krijgt de groep echter steeds meer bekendheid bij de buitenwacht. De actuele situatie zou door een van de
                 initiatiefnemers echter eerder worden omschreven als een crisis. Dit komt doordat:
                 • de groep in dit project eigenlijk het contact met de buurt en zittende bewoners verloren heeft
                 • het gebouw zo groot is dat het eerder als een groot gemeenschappelijke woonproject gezien moet worden, terwijl het voordien
                       een verzameling van afzonderlijke woningen was
                 • binnen de groep nu zelf verdeeldheid begint te heersen hoe de gemeenschappelijke financiën aan te wenden. Een deel wenst
                       het belang van de eigen huisvesting voorop te zetten, een ander deel wenst eerder het belang van ‘freezone activiteiten’ te
                       markeren.

                 Daarnaast beginnen enkelen nu gesetteld te raken. Hoe dit verder uit zal gaan pakken is vooralsnog onduidelijk. Het lijkt er op dat
                 de groep zich in twee uiteenlopende richtingen zal gaan ontwikkelen. Wellicht zal een deel elders nieuwe activiteiten oppakken,
                 terwijl Hotel Tagawa dan goedkope huisvesting zal kunnen bieden aan kunstenaars-krakers met wellicht een florerende en creatieve
                 culturele gemeenschap op de begane grond en in de kelder.




de schaduwstad                                                 3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                         27
BOX 3 RUIMTE; diStUrb - urbanisme als verzet
      Wie, wat, waar
      DiStUrb is een min of meer vrijblijvend (internet)netwerk van momenteel zeven geëngageerde stedebouwers, architecten , geografen
      en architectuurhistorici, die begaan zijn met het ruimtelijk lot van Brussel. Daartoe ageren zij vooral tegen een aantal stedelijke
      projecten die in de marge van de stedelijke openbaarheid ontwikkeld worden en vaak uitgaan van een slechts eenzijdige of
      onvoldoende benadering van de stedelijke context. Doelstellingen zijn:
      • het verdedigen en het bevorderen van een goede debat over Brussel
      • het aanvechten van vaak al te gemakkelijk aanvaarde ideeën over de stad
      • het bevorderen van het idee dat de stad complex is en meer specifieke actie vergt
      • het faciliteren van het uitwisselen van ideeën over mogelijk alternatieve ideeën
      • het openbaar maken van die uitwisseling en waar nodig aansturen op actie
      Dit gebeurt vooral via hun website, de pers (geschreven, gesproken, verbeeld), het organiseren van debatten en uitschrijven van
      prijsvragen.

      DiStUrb (di-Stedebouw Urbanisme) bestaat sinds 2001 en heeft in die tijd ondermeer het stedelijk debat aangezwengeld over:
                                                                    • de hoogbouwpolitiek in Brussel i.r.t. het gebouw van Justitie
                                                                    • de disneyficatie van het Van Kuyck gebouw
                                                                    • de herinrichting van het Champs de Mars
                                                                    • de afbraak van de Lotto-toren en de Martini toren
                                                                    • de herinrichting en toekomst van de Europese wijk

      Recente projecten zijn ondermeer:
      • de herinrichting van het Flagey plein, waarvoor een zelf opgezette prijsvraag is georganiseerd, die tal van alternatieven heeft
          opgeleverd voor een voorstel dat vooral door de ondergrondse heraanleg van de metro- en parkeergarage werd gedicteerd;
      • het debat over de herontwikkeling van het Rijksadministratief Centrum (RAC) aan de rand van de stad, dat door het Gewest
          in feite is vergeven aan de Nederlandse projectontwikkelaar Breevast, (de huidige eigenaar van het RAC) die voor de
          herontwikkeling bijna carte blanche had gekregen.

      DiStUrb organiseren deze acties op non-profit basis. Elke actie wordt dan ook samen met andere partijen georganiseerd, zoals bijv.
      met City Mine(d) met betrekking tot het debat over RAC en met de aangrenzende Hogeschool en het betreffende Stadsdeel met
      betrekking tot de prijsvraag voor het Flagey plein.

      Impact
      Vooral met betrekking tot de laatste drie genoemde projecten (Europese wijk, Flagey plein en het RAC) kan gesproken worden van
      een toenemende invloed van diStUrb. Met betrekking tot de Europese wijk heeft de minister-president inmiddels toegezegd dat de
      herontwikkeling van de Europese wijk op basis van de wensen en verlangens van de buurt ingezet zullen worden, met betrekking tot
      het Place Flagey zijn inmiddels gemeenteraadsvragen gesteld, ondanks dat het bestemmingsplan en de vergunning reeds vergeven
      was en met betrekking tot het RAC, wordt de herontwikkeling inmiddels heroverwogen. Niet alleen bij de betrokken burgers en
      gebruikers van de stad, maar ook bij de politici begint er een toenemende aandacht voor betere en meer contextgerichte planvorming
      te ontstaan. Niettemin krijgen de initiatiefnemers inmiddels ook zelf projecten en rollen in de revitalisering van Brussel toebedeeld en
      begint het gevaar van zelfbelang te dreigen.




28                                                   3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                            de schaduwstad
BOX 4 SOCIAAL; De Universal embassy voor de netwerkmens
                                                                          Wie, wat, waar
                                                                          Universal Embassy is in feite geboren uit een actie die in 1998 plaatsvond.
                                                                          Toen hebben een aantal asielzoekers een kerk bezet om te wijzen op hun
                                                                          uitzichtloze situatie. Rondom deze actie zijn verschillende autochtone
                                                                          vrijwilligers gegroepeerd die deze mensen met (juridische) hulp en
                                                                          (financiële) daadkracht wilden helpen. Dit vanuit de overtuiging dat
                                                                          burgerschap in deze tijd van de grenzeloze netwerksamenleving in feite
                                                                          opnieuw geformuleerd diende te worden in plaats van het vasthouden aan de
                                                                          aloude criteria van de staat.

                 Deze actie heeft toentertijd enige beroering veroorzaakt met als resultaat dat de betreffende mensen voorlopig mochten blijven
                 zitten. Niettemin is er in 1999 brand uitgebroken in de kerk, waardoor hun aanwezigheid aldaar niet langer mogelijk was.
                 Toevalligerwijs werd ongeveer in dezelfde tijd de ambassade van Somalië in Brussel ontruimd, vanwege interne perikelen in dat land.
                 De vertrekkende ambassadeur heeft toen de sleutel van de ambassade overhandigd aan één van de mensen die betrokken waren bij
                 de actie van de asielzoekers. Besloten werd om de mensen in de ambassade onder te brengen.

                 Netwerk
                 Thans wonen ongeveer acht huishoudens in de ambassade. Tegelijkertijd is de ambassade in feite uitgegroeid tot een centrum voor
                 belangeloze hulp en adviezen bij asiel- en uitzettingsprocedures. Tegelijkertijd probeert men de strijd voor een gelijkwaardige
                 mondiaal burgerschap via demonstraties, pamfletten en de website onder de aandacht te brengen. Daarnaast probeert men met
                 andere freezone activiteiten culturele activiteiten op te zetten. Zo is er in januari 2004 een event geweest dat samen met NOVA
                 CINEMA is opgezet. De ambassade van Somalië is daarmee eigenlijk een belangenvertegenwoordiger cq. een ambassade voor de
                 universele rechten van de netwerkburger geworden.

                 Impact
                 Niettemin erkent een van de initiatiefnemers van de Universal Embassy de fragiliteit van het geheel:
                 • Ten eerste is de ambassade nog steeds eigendom van de regering van Somalië. Zodra deze hun eigen zaken weer op een rij
                      hebben en het gebouw weer opeisen voor hun eigen representant, moet het initiatief wijken
                 • Ten tweede bestaat het initiatief volledig uit de belangeloze medewerking van een aantal activisten. Zodra deze om wat voor
                      reden dan ook wegvallen, zijn de asielzoekers weer aan hun eigen lot overgelaten
                 • Ten derde wordt het initiatief thans door de politiek en politie door de vingers gezien. Zodra er bv. interne ruzie uitbreekt of er
                      een minder soepel politiek klimaat ontstaat is een gewelddadige uitzetting niet denkbeeldig
                 • Ten vierde blijft er door het kleinschalige karakter het initiatief vooral tot de ambassade zelf beperkt. Men is voorlopig niet
                      in staat gebleken een brede stroming of netwerk in de stad Brussel zelf op te zetten, laat staan bijvoorbeeld het potentieel
                      multicultureel klimaat als een weldadig eigen kracht voor het wel en wee van de stad te promoten of activeren.

                 Hierdoor blijft de toekomst van het initiatief onzeker en de armslag vooralsnog beperkt.




de schaduwstad                                                3 Brussels hoofdstedelijk gewest                                                           29
30   inleiding   DE SCHADUWSTAD
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.
De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.

Contenu connexe

En vedette

How Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental Health
How Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental HealthHow Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental Health
How Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental Health
ThinkNow
 
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie InsightsSocial Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Kurio // The Social Media Age(ncy)
 

En vedette (20)

2024 State of Marketing Report – by Hubspot
2024 State of Marketing Report – by Hubspot2024 State of Marketing Report – by Hubspot
2024 State of Marketing Report – by Hubspot
 
Everything You Need To Know About ChatGPT
Everything You Need To Know About ChatGPTEverything You Need To Know About ChatGPT
Everything You Need To Know About ChatGPT
 
Product Design Trends in 2024 | Teenage Engineerings
Product Design Trends in 2024 | Teenage EngineeringsProduct Design Trends in 2024 | Teenage Engineerings
Product Design Trends in 2024 | Teenage Engineerings
 
How Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental Health
How Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental HealthHow Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental Health
How Race, Age and Gender Shape Attitudes Towards Mental Health
 
AI Trends in Creative Operations 2024 by Artwork Flow.pdf
AI Trends in Creative Operations 2024 by Artwork Flow.pdfAI Trends in Creative Operations 2024 by Artwork Flow.pdf
AI Trends in Creative Operations 2024 by Artwork Flow.pdf
 
Skeleton Culture Code
Skeleton Culture CodeSkeleton Culture Code
Skeleton Culture Code
 
PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024
PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024
PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024
 
Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)
Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)
Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)
 
How to Prepare For a Successful Job Search for 2024
How to Prepare For a Successful Job Search for 2024How to Prepare For a Successful Job Search for 2024
How to Prepare For a Successful Job Search for 2024
 
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie InsightsSocial Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
 
Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024
Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024
Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024
 
5 Public speaking tips from TED - Visualized summary
5 Public speaking tips from TED - Visualized summary5 Public speaking tips from TED - Visualized summary
5 Public speaking tips from TED - Visualized summary
 
ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd
ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd
ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd
 
Getting into the tech field. what next
Getting into the tech field. what next Getting into the tech field. what next
Getting into the tech field. what next
 
Google's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search Intent
Google's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search IntentGoogle's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search Intent
Google's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search Intent
 
How to have difficult conversations
How to have difficult conversations How to have difficult conversations
How to have difficult conversations
 
Introduction to Data Science
Introduction to Data ScienceIntroduction to Data Science
Introduction to Data Science
 
Time Management & Productivity - Best Practices
Time Management & Productivity -  Best PracticesTime Management & Productivity -  Best Practices
Time Management & Productivity - Best Practices
 
The six step guide to practical project management
The six step guide to practical project managementThe six step guide to practical project management
The six step guide to practical project management
 
Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
 

De Schaduwstad. Vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam.

  • 2.
  • 3. de schaduwstad vrijplaatsen in Brussel en Rotterdam Urban Unlimited Rotterdam i.s.m. o2-consult Antwerpen, MUST Amsterdam, dS+V | OBR Rotterdam en VUB Brussel mei 2004
  • 4. 4 Inhoudsopgave De schaduwstad
  • 5. INHOUDSOPGAVE 1 Introductie 7 1.1 Nieuwe uitdagingen voor de grootstad 7 1.2 De paradox van creativiteit 7 1.3 Opzet van de rapportage 8 2 Begripsafbakening 11 2.1 Historie - vlucht, vecht en verbind opnieuw 11 2.2 Theorie - de vliedende vrijplaats 13 2.3 Vraagstelling - voorbij de planologische misvattingen 14 3 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 17 3.1 Bestuurlijke context 17 3.2 Freezoning Brussel 19 3.3 Stedelijke impact 20 KAART EN BOXEN 4 De regio Rotterdam 31 4.1 Bestuurlijke context 31 4.2 Freezoning Rotterdam 32 4.3 Stedelijke impact 34 KAART EN BOXEN 5 Referenties 47 5.1 Broedplaatsenbeleid in Amsterdam 47 5.2 Vijf experimenten op nomadisch gebruik 48 5.3 A Mad Tea Party in Manchester 49 5.4 New York-Free Williamsburg 50 5.5 Tussenconclusies 51 6 Aanbevelingen 53 6.1 Garandeer gericht nicheruimte 53 6.2 Bevorder toegankelijkheid en tolerantie 54 6.3 Stimuleer vooral intermediates 54 6.4 Stimuleer (al dan niet tijdelijke) coalities 55 6.5 Praktiseer schaduwplanning 55 6.6 Benut tijdelijkheid en bouw dat uit 56 Voetnoten, illustraties en literatuur 59 Colofon 63 de schaduwstad inhoudsopgave 5
  • 6. 6 inleiding DE SCHADUWSTAD
  • 7. 1 INTRODUCTIE Steden zijn van oudsher smeltkroezen van ontmoeting, anders- Dit vergt een uitgebalanceerde inzet van middelen, waarbij denkenden, avontuur en creativiteit. Anders dan bijvoorbeeld op samen met de zittende bewoners en bedrijven gesloten wijk- en het platteland en in de suburbs, waar rust en ruimte heerst en men buurtcontracten een probaat middel blijken. 3 gelijkgezinden ontmoet in overzichtelijke gemeenschappen, worden steden en met name grootsteden vaak gelijkgesteld met drukte, • Het tweede vraagstuk heeft (extern gericht) te maken met het tolerantie, zinderend kosmopolitisme en voortdurende vernieuwing. ontwikkelen en uitbouwen van een uniek stedelijk profiel. De Steden worden dan ook vaak gezien als de motoren van de economie, grootstad is immers onderdeel geworden van een veel groter kennis en culturele hoogconjunctuur. 1 Deze situatie is inmiddels netwerk, waarin in een concurrente met andere grootsteden en iets ingewikkelder geworden. Stedelijkheid vindt men thans ook op nieuwe stedelijke milieu’s in de omgeving om de gunst wordt het platteland of omgekeerd worden sommige plekken in de stad gedongen van de steeds dynamischer geworden economische, gekenmerkt door een zekere landelijkheid. Zij worden met de nieuwe culturele en sociale elite. Een beproefde strategie is de netwerken van onze sneller geworden vervoermiddelen, computers ‘verleidingsplanologie’ rond specifieke en toonaangevende en telecommunicatie effectief met elkaar verbonden.2 Daarbij stedelijke ontwikkelingsprojecten. Nader onderzoek leert echter fragmenteert het leven en herclustet het zich weer rond specifieke dat een goede afstemming nodig is met het reeds aanwezige centra van wonen, werken en verblijf, al naar gelang de behoefte, het lokale potentieel om effectief te zijn en zonder te vervallen in bedrijfsprofiel of de leefstijl. De vertrouwde grootstad heeft daarbij een mondiale algemeenheid. 4 niet zijn langste tijd gehad, integendeel. Mits die grootstad zich effectief profileert in deze nieuwe netwerken, heeft het een enorm • Daarmee is het derde vraagstuk gegeven. Het is elders al eens potentieel aan draagvlak, beschikbare voorraad, infrastructuur etc. scherper en beter gezegd: ‘Geen goede sleutelprojecten als om deze gericht uit te buiten. vervolgens daarmee alle grootsteden op elkaar beginnen te lijken’ of ‘geen cultuur zonder subcultuur’ 5. Aansluiting bij het aanwezig creatief potentieel in de stad is nodig, om niet 1.1 Nieuwe Uitdagingen alleen het onderscheid te maken, maar bovendien precies dat unieke stedelijk klimaat te bevorderen dat het voor de mondiale Dat stelt de grootstad echter wel voor nieuwe uitdagingen. De kenniseconomieën aantrekkelijk maakt. In principe is dit ook het keuzevrijheid van (met name de beter gesitueerde) bewoner, aandachtsveld van het Rotterdamse ‘sense of place’ onderzoek 6, bedrijf of bezoeker is in de netwerksamenleving immers enorm alsmede van de onderhavige rapportage over het functioneren toegenomen. Naast de gebruikelijke aandacht voor de hardware en het mogelijk effect van culturele vrijplaatsen in de stad. van de stad (aantallen woningen, m2 bedrijfsterreinen, optimale bereikbaarheid, aantallen parkeerplaatsen, frequentie van metro’s etc.) gaat het daarbij ook steeds meer om de zachte en moeilijk te 1.2 De paradox van creativiteit kwantificeren criteria als algemeen welbevinden, aantrekkelijkheid en internationaal profiel. Een drietal nieuwe vraagstukken dienen Deze inzet sluit aan bij de opkomende theorievorming rond de zich daarbij aan: creatieve stad, maar nuanceert ook. 7 In plaats van het accent te leggen op ‘creative industries of the high brow culture’, is het • Het eerste vraagstuk is (intern gericht) op het zo goed centrale uitgangspunt hier dat in de mondiale netwerkwereld vooral mogelijk voorkomen en verhelpen van de onmiskenbare ook creativiteit in de subculturen en aan de schaduwkant van de negatieve facetten van het stedelijk leven, op het gebied stad een doorslaggevende kracht geworden is voor het sociaal van bijvoorbeeld onveiligheid, armoede, overlast, uitsluiting, welzijn, het algemeen welbehagen en daarmee de aantrekkelijkheid segregatie, ongemak etc. Deze uitdagingen hebben te maken van de stad. Het mes snijdt aan twee kanten. Aan de ene kant met het garanderen van basiskwaliteiten op het gebied van zou de economische groei en concurrentievermogen niet alleen bijvoorbeeld veiligheid, gemak, algemeen welzijn, gezondheid afhankelijk zijn van de aanwezigheid van hoogwaardige productie, etc. zonder daarmee ook de voornoemde positieve elementen diensten of stromen goederen en investeringen in de stad, maar ook van stedelijkheid als een kind met het badwater weg te gooien. afhankelijk zijn van het innovatief en creatief vermogen in de stad. de schaduwstad 1 introductie 7
  • 8. Aan de andere kant zou dat economisch concurrentievermogen ook weer creatief vermogen aan zich kunnen binden door werk en ontplooiingskansen te bieden, die op hun beurt weer andere creatievelingen en innovatieve kennismilieus aantrekken. In de praktijk blijkt dit proces echter bijzonder subtiel. Volgens Richard Florida zijn immers slechts drie criteria voor de opkomst van creatieve milieus van cruciaal belang zijn; i.c. technologie, talent en (sociale) tolerantie 8. Op basis van deze criteria constateerden Richard Florida en Irene Tinagli onlangs nog dat: - België en Nederland, samen met Finland tot de top van het creatief vermogen van Europa behoren; bijna 30% van de werkgelegenheid zou te vinden zijn in de creatieve economische sectoren (meer dan bijv. in de industriële sector); - België en Nederland, samen met de drie Scandinavische EU- landen specifieke eigenschappen en karakteristieken bezitten om te concurreren op het gebied van technologie en het aantrekken van toptalent vanuit de hele wereld; - in vergelijking tot deze drie Scandinavische EU-landen en een groeier als bijvoorbeeld Ierland, verliezen België en Nederland echter wel steeds meer terrein, een gegevenheid dat voor de UK en Duitsland al langer speelt. - Met name het verlies aan (sociale) tolerantie van de huidige ‘no- nonsense politieken’ daaraan ten grondslag liggen. 9 Daarnaast blijken andere factoren cruciaal. In bijvoorbeeld De uitdaging voor Nederland en België, en wel met name voor de Amsterdam en London blijken bv. de beschikbaarheid van geschikte Belgische en Nederlandse grootsteden, lijkt dan ook te zijn: (niche-)ruimte, de mogelijkheid van ad hoc zelforganiserende netwerken, alsmede een ruime omgevingstolerantie cruciaal te Hoe kan het aanwezig potentieel aan creatieve krachten ook bij zijn. Nog niet rendabele innovatie is immers, naast de bereidheid een verdere ontwikkeling van dat potentieel aan de stad gebonden om te investeren in een goede research & development (r&d), cq. worden? hoogwaardige technologie, ook gebaat bij goedkope onderzoeks- en leefomstandigheden, ruime mogelijkheden voor experimenten en Naast aandacht voor bijvoorbeeld onderwijs, r&d en een tal van (vaak ongedefinieerde) ontmoetingsplekken. Bij de verdere herbezinning op het ‘tolerantie gehalte’ van de reguliere politiek, groei van de stad blijken juist deze laatste aspecten onder druk te helpt het daarbij niet om specifieke zones voor de zogenoemde staan. Zij leggen het dan vaak af tegen de economische druk van ‘creative class’ aan te duiden, dan wel om op basis van specifieke een groter rendement, de minimalisering van de veiligheidsrisico’s of criteria subsidies aan ‘creatievelingen’ te verstrekken. Verderop de behoefte aan een scherpe definiëring of vaak zelfs privatisering komen we daarop nog terug. Want het specifiek eigene van ‘the van de openbare ruimte. Met andere woorden, booming creatieve creative class’ is nu juist dat het zich niet zomaar in een zo betitelde (groot)steden blijken vaak hun eigen economische basis ‘op te eten’. ‘broedplaatsgetto’ of een bureaucratische regelgeving laat vangen. 10 Zo ook zijn de onlangs gepubliceerde ‘acht manieren om de condities voor creativiteit in stedelijke netwerken te bevorderen’ te algemeen, abstract en op een hoog schaalniveau om een zinvol metropolitaan vrijplaatsen beleid op te zetten. 11 Met andere woorden de reguliere 8 1 introductie de schaduwstad
  • 9. stedebouw en planologie lijken tot nu toe nauwelijks geschikt om Daarmee is deze verkenning als volgt opgebouwd: dit thema in hun programma op te nemen. Zij concentreren zich tot nu toe immers vooral op de formele en niet op de informele kant - Het begint met een historisch en theoretisch begrip van van de stad. Bovendien lijkt hier sprake van een paradox. Hoe vrijstaten en vrijplaatsen. Wat was de rol van vrijplaatsen in zijn de planologie en stedebouw, - primair gericht op vastleggen de stedelijke ontwikkeling en waar is een vrijplaats aan te en reguleren - überhaupt in staat om effectief en verantwoord te herkennen? reageren op zoiets als het conditioneren van creatieve milieus? Dat - Op basis hiervan wordt de hypothese voor de verkenning leidt tot een overtuiging dat creatieve milieus je overkomen en in geformuleerd binnen de context van de actuele ideeën over essentie niet te plannen zijn. creatieve steden en stedelijk beleid. - Vervolgens worden de grootsteden Brussel en Rotterdam in algemene zin en aan de hand van enkele cases van divers 1.3 Opzet van de rapportage pluimage beschreven. Hierbij komen aan de orde de specifieke context, de vrijplaatscultuur en netwerken, alsmede hun Uit deze paradox is deze studie geboren. Om überhaupt een poging respectievelijke impact op de stedelijkheid in de stad. te wagen om voorbij een blinde liberalisering en ‘noodlot gedachte’ - Alvorens het licht te laten schijnen op mogelijke conclusies te komen en ook om iets over een (al dan niet) gewenst ruimtelijk worden vervolgens enkele andere referenties uit de rest van vrijplaatsenbeleid te kunnen zeggen, is het nodig scherper kennis de wereld bekeken op ‘best practice’ en de lessen die daaruit te nemen wat vrijplaatsen in feite zijn, wat hun oogmerken, hoe ze geleerd kunnen worden. intern en naar buiten toe zijn georganiseerd en welke bijdrage ze - Geëindigd wordt tenslotte met enkele algemene en specifieke nu eigenlijk leveren aan het creatief vermogen van de stad. Zijn aanbevelingen voor resp. Rotterdam en het Gewest Brussel. hier thema’s uit te halen die voor het versterken van het creatief potentieel in grootsteden relevant zijn? Daartoe is meer specifieke en gedetailleerde informatie nodig. Wij hebben ons daarbij geconcentreerd op de actuele situatie in Rotterdam en het Brussels gewest. Hier zijn in de afgelopen jaren immers initiatieven ontplooid die door het tolerante klimaat in beide steden mogelijk waren geworden en/of in andere steden door een hausse aan stedelijke revitaliseringsprojecten juist waren weggedrukt. Wij noemen dit vrijplaatsen, aangezien zij ondanks de regelgeving overleven of worden getolereerd. Bovendien hebben wij ons daarbij geconcentreerd op een breed scala aan vrijplaatsen. Vaak worden creatieve milieu’s en vrijplaatsen immers gelijkgesteld met het meer kunstzinnig en cultureel klimaat in de stad (al dan niet verbonden met ICT en multimedia). Daarnaast zijn er echter ook economische, politieke, sociale en gewoon ruimtelijke vrijplaatsen in de betreffende steden aanwezig, die een cruciale bijdrage leveren aan het creatief grootstedelijk vestigingsklimaat van beide steden. Daarom hebben we in deze verkenning tenslotte ook een onderscheid gemaakt tussen vrijplaatsen die uitsluitend parasiteren op de stad en vrijplaatsen die door hun (ondergrondse) activiteiten ook belangrijke waarden of kwaliteiten teruggeven aan het stedelijk leven. Vooral de laatstgenoemde interesseren ons, omdat hier het verband tussen vrijplaats en stad het meest direct wordt en de eerstgenoemde vooralsnog hun meerwaarde voor de grootstad moeten bewijzen. de schaduwstad 1 introductie 9
  • 10. 10 inleiding DE SCHADUWSTAD
  • 11. 2 BEGRIPSAFBAKENING 2.1 Historie - vlucht, vecht en verbind opnieuw werden gedoogd, vervolgens opgenomen in zijn inkomstenbelasting om tenslotte zo nu en dan heftig te worden bestreden. Voor de horige Een vrijplaats is van oorsprong een plek of een samenstel van was de stad letterlijk en figuurlijk een vrijplaats, na een verblijf in de plekken waarin bescherming en leefruimte wordt geboden aan stad van langer dan een jaar was de horige bevrijd van de willekeur andersdenkenden. Het bestaan ervan wordt bevestigd door een van zijn leenheer. ‘Stadslucht maakt vrij’ was in die tijd daarom een eigen onafhankelijkheidverklaring en autonomie, die door de gevleugelde uitdrukking. omringende of dominante partijen (om wisselende redenen) niet wordt bestreden, maar ook niet omarmd en dus gedoogd. In de 2.1.2 Voorposten en pioniers van een nieuwe wereld historie bestaan vele politieke vrijplaatsen die om verschillende redenen tot stand zijn gekomen. Daarbij is in de loop van de Die situatie herhaalde zich bij de 17e en 18e eeuwse kolonialisaties. geschiedenis een (schaal)verschuiving merkbaar. Waren vrijplaatsen Niettemin was hier ook een belangrijk onderscheid. Waren de eerst bolwerken in een vijandige wereld, later werden ze ook assassijnen, katharen en eerste mercantilistische steden gericht voorposten en pioniers van de nieuwe wereld, vluchtplekken voor op een verdedigend behoud van een burgerlijke cultuur en handel, andersdenkenden en uiteindelijk ook broedplaatsen voor innovatief kolonisten waren op zoek naar uitbreiding van macht en fysiek vermogen. Juist in die ontwikkeling is de toenemende relevantie van territoir. Kolonisten als de settlers in Amerika, de boeren in Zuid grootsteden duidelijk geworden. Afrika en de veroveraars van het verre oosten verklaarden meer dan eens de onafhankelijkheid van hun zojuist bezette gebied al dan 2.1.1 Bolwerken in een tegenwerkende wereld niet los van een ‘moederstaat’. De moederstaat was immers te ver verwijderd om bestuur en wet op te leggen aan de koloniën. De grote Rond 1000 woonden de Katharen in een uitgestrekt gebied met trek in Zuid Afrika bestond uit - de uit de liberale Engelstalige Kaap - Katharendorpen. Zij waren gnostici die meenden dat hun kennis wegvluchtende calvinistische Afrikaans sprekende families die tot op alleen mondeling kon worden overgedragen. De leer had veel de tanden bewapend expedities combineerden met landjepik op de aanhang bij de nieuwe vrije burgers die de oude feodale structuur oorspronkelijke bewoners. Voordat een georganiseerde staatsvorm verworpen. Toen de inquisitie tegen de Katharen werd afgekondigd ontstond, waren deze Boerenstaten geïmproviseerde en tijdelijke vormde zich een netwerk van sympathiserende kasteelheren in Zuid staatjes met eigen wetten en leiders. 14 Frankrijk. Montségur was het Katharenkasteel dat een tijd moedig standhield tegen de christelijke overheersing, waarna de katharen In Noord Amerika vormden de settlers daarentegen een netwerk vluchtten met meeneming van - naar de legende verluidt - de heilige van ver uiteen gelegen stadjes die uiteindelijk de verovering van graal. Het bolwerk was gebroken, maar het sociaal-culturele netwerk de nieuwe wereld verzorgde. ‘Filibuster expeditions’ (vrijbuiter van de Kathaarse gnostici is nooit helemaal verdwenen. 12 expedities) tegen Mexico waren na de vorming van de Verenigde Staten een semi-geautoriseerde mengeling van handelsexpedities Op vergelijkbare wijze ontstond in die tijd in Centraal Perzië een en avontuurlijke trektochten. Er werd vanuit de V.S. nogal eens een sterk kastelennetwerk in handen van de Assassijnen, moslimtegen- particuliere vijandige inval gedaan op naburige vriendschappelijke standers van de kruisridders, die het bowerk Alamut in handen landen. Op deze wijze heeft de V.S. de zuidelijke grens bepaald en hadden, een door Marco Polo liederlijk beschreven paradijs. De bv. Texas veroverd op Mexico. Deze veroveringen van gebieden Assassijnen vertakten een netwerk tussen kastelen en versterkingen vormen in de beginperioden een soort vrijstaten: de vlucht uit de die met elkaar verbonden waren via koeriers en brievenschrijvers. moederstaat en de relatieve afstand tot die moederstaat vormden Op deze wijze heeft de Orde het bijna 200 jaar in een vijandige en condities voor een eigen regime. 15 sterkere wereld uitgehouden. 13 In zekere zin zou men zelfs kunnen zeggen dat deze bolwerken de voorbode waren voor de eerste West-Europese steden die tijdens de mercantilistische revolutie opkwamen. Ook hier was er immers in eerste instantie sprake van bolwerken, die door de feodale vorst de schaduwstad 2 begripsafbakening 11
  • 12. 2.1.3 Vluchtplekken voor andersdenkenden schaal te vinden. In de jaren zeventig ontstond er in Nederland een levendige kraakbeweging. Vanuit de toen heersende woningnood Vanwege diplomatieke onschendbaarheid of gedoogbeleid van bezetten jongeren panden die veelal uit speculatie-oogmerk de formele overheid zijn sommige vrijplaatsen ook potentiële leegstonden. De kraakbeweging had naast een huisvestingsideaal vluchtplekken. Voor de ontwikkeling van een stad kan dit niet ook een duidelijke culturele stempel. Veel kunstenaars, musici, onderschat worden. Een stad als Amsterdam bijvoorbeeld studenten, buitenlandse dissidenten en vluchtelingen vormden een ‘is gegroeid dankzij een wankel evenwicht tussen overheid, vrijheid nieuwe gemixte, activistische en dynamische cultuur. Een kraakpand en handel. Tolerantie was niet zozeer een principe, maar een kenmerkt zich volgens ‘de vrije ruimte’ door: praktische noodzaak: een open handelsstad is een trefpunt van • Het zelf willen bepalen van woonomstandigheden en andere allerlei culturen en kan zich nooit omvangrijke vervolgingen van levensvoorwaarden andersdenkenden permitteren.’ aldus Geert Mak. 16 Het tolerante • Het nemen van eigen initiatief klimaat zorgde voor een bonte verzameling vluchtelingen: Portugese • Het collectieve element, onderlinge solidariteit sefardische Joden die de diamant- en tabakshandel opzetten, • Maatschappelijke betrokkenheid, engagement. 17 immigranten uit de Zuidelijke Nederlanden die de zijde-industrie en suikerraffinaderij deden groeien, de hele wereld dreef handel Het kraken is een herovering van plekken van de gevestigde orde in de stad Amsterdam. Niet alleen zorgde dit tolerant klimaat voor en kan gezien worden als een hedendaagse, kleinschalige variant een enorme groei; de ‘stad van outsiders’ onderhield ook contacten op de settlers of de vluchthaven. Naast deze (meestal tijdelijke) met de oorspronkelijke steden en dorpen, waardoor de positie heroveringen op de stedelijke orde heeft het geleid tot hervormingen in een groot netwerk sterk was. In tegenstelling tot de hiervoor in de woningwetgeving (het antispeculatiebeding) en in de jaren 90 genoemde verovering van gebieden of oorlog werd hier ‘dagelijks ontdekte men eindelijk de economische en culturele kwaliteiten de overwinning gehaald door middel van handel’. En die kon alleen van ‘broedplaatsen’. Broedplaatsen zijn onderdeel geworden van gedijen door de toepassing van vrijheden. Hier ligt het historisch de creatieve stad. De broedplaatsen blijken echter ook zelf steeds bewijs dat een vrijplaats de bron is van weelde en stedelijkheid, en de pioniers voor commercieel te ontwikkelen stadsuitbreidingen niet andersom. (zie tevens referentie New York, paragraaf 5.4). Een ruimtelijke paradox is daarmee ontstaan: voor veel van dit soort activiteiten zijn Iets vergelijkbaars was er overigens aan de hand in Antwerpen, goedkope en autonome ruimten belangrijk, die echter juist door het Brussel etc. Daarnaast ontstonden ook in de 19e eeuwse in Midden en succes steeds moeilijker te vinden zijn. Noord Amerika veel verspreide ‘maroon nations’ waarin weggelopen slaven een beveiligde plek hadden en soms tot de dag van vandaag 2.1.5 Tussenconclusie een eigen culturele karakteristiek, zoals in Moore Town, Jamaica, dat thans door Unesco wordt beschermd als uniek levend cultureel Concluderend kan gesteld worden dat historisch vrijplaatsen erfgoed. En tenslotte is er nog het voorbeeld van het door Engeland van bijzonder belang blijken te zijn geweest voor het ontstaan bezette Hong Kong, waar de aldaar aanwezige Chinees militaire post van stedelijkheid, het uitbreiden van staten, de bescherming van groeide tot een enclave onder Chinese jurisdictie waar vluchtelingen minderheden en de vernieuwing van de stad. Kortom: essentieel welkom waren. Uiteindelijk groeide het uit tot de meest dichte in alle fasen van de ontwikkeling tot een stedelijke samenleving. ministad ter wereld met een grote handelsmarkt: Kowloon walled Opmerkelijk is dan ook dat vrijplaatsen in de reguliere stedebouw city. Het werd afgebroken in 1992. en ruimtelijke planning zo ondergesneeuwd zijn geraakt of worden tegengewerkt door regelgeving en formaliteit. Vrijplaatsen zijn 2.1.4 Stedelijke broedplaatsen immers verbonden met een ‘anders zijn’ dat zowel strijdt om een bestaansrecht als dat het bouwt aan het grootstedelijk leven. Vroegere vrijplaatsen zijn er vooral op de schaal van ‘nieuwe Kenmerken blijken een vluchten uit een beklemmende samenleving natiestaten’ geweest, waarbij het streven naar een eigen set van (bolwerken en vluchtplekken), een bundelen van krachten in regels fysiek vertaald werd in een eigen grondwet op een eigen een vechten om het bestaansrecht (verovering en herovering) grondgebied. Hedendaagse vrijplaatsen zijn eerder op kleinere en het op een of andere wijze weer verbinden met de omgeving. 12 2 begripsafbakening de schaduwstad
  • 13. De voornoemde actuele trend van fragmentatie en herclustering freezone is daardoor veelal niet één fysieke plek (in tegenstelling is hier dan ook in verhevigende mate aan de orde. En juist in die tot de traditionele vrij- of broedplaats), maar meerdere plekken in herclustering komt de nieuwe stedelijkheid tot stand. 18 Vrijplaatsen mogelijk verschillende steden, op verschillende schaalniveau’s of zijn derhalve niet alleen in de historie van de stad, maar ook voor andere hoedanigheid. Vele initiatieven komen eerst tot stand in haar toekomst van cruciaal belang. samenzweringen en in netwerken, voordat deze ‘landt’ in de fysieke ruimte. Een plek speelt daarin een rol als podium, feestplek, veilige haven, ontmoetingsruimte, atelier of productieruimte. Afhankelijk 2.2 Theorie - de vliedende vrijplaats van de rol kan deze een meer of mindere openbare betekenis hebben, permanent dan wel tijdelijk. Gegeven deze achtergrond is het dan ook opmerkelijk dat de theorievorming over vrijplaatsen beperkt is. Mogelijk heeft het iets te 2.2.2 Controle-ontwijking maken met het feit dat een vrijplaats een vat vol tegenstrijdigheden is. Het bestaat dankzij en ondanks de omgeving, het kan blijven Een volgend hiermee samenhangend kenmerk van de freezone bestaan zonder een fysieke aanwezigheid te hebben, het speelt is volgens Bey het ontwijken van controle. De freezone is in een tastbare rol in het ontwikkelen van stedelijkheid, maar is essentie anti-planning en anti-bureaucratie. Relatieve luwte, niche tegelijkertijd ongrijpbaar. Bovendien is de vrijplaats door de en buitenissigheid zijn een historische noodzaak om te kunnen ontwikkeling van de netwerksamenleving niet meer op één plek experimenteren en op een ongestoorde wijze de (innovatieve, aanwijsbaar, zoals dat in het verleden wel het geval was. Zoals informele en nog niet gangbare) activiteiten te ontplooien. De hiervoor gezegd wensen creatievelingen zich ook niet zomaar technische controle van plekken is de laatste decennia als gevolg van te laten opsluiten in een specifieke definitie of zogenoemd ICT evenwel vergevorderd; gemeenschappen schermen een eigen ‘broedplaatsgetto’. Het begrip vrijPLAATS lijkt derhalve dan ook woonomgeving met controleposten af en de stedelijke openbare eerder ingehaald door vrijNETWERK. De steeds breder en draadloos ruimte staat bol van observatie mechanismen. De ontwijking van de beschikbare netwerken van computers en telecommunicatie controle geschiedt de laatste tijd derhalve niet zozeer in het creëren blijken ook voor de traditionele vrijplaatsactoren, subculturen en van geografische enclaves (zoals bijv. Christiania in Kopenhagen, creatievelingen van toenemend belang. Op dit punt komen thans AVL-Ville in Rotterdam), maar eerder in een actief ontwijkingsgedrag sporadisch wel eerste theorieën op, waarvan die van Hakim Bey waarin bepaalde - al dan niet gecontroleerde - plekken weliswaar echter nog steeds de meest oorspronkelijke blijft. 19 Hij beschrijft de een rol spelen, maar op een nieuwe, buitenissige en vaak tijdelijke kenmerken van de actuele vrijplaats (of vrijnetwerk) vooral in haar manier worden gebruikt. Desalniettemin dienen bepaalde activiteiten spanningsveld, via dat wat het niet is. wel publiciteit te hebben waarbij een selectieve media-aanpak wordt gebruikt. Per subcultuur zijn er optimale plekken voor het 2.2.1 Virtuele locaties in netwerken verspreiden van stickers, flyers, posters en mondelinge promotie. De nieuwe media heeft daarin ook weer een belangrijke rol, met name Ten eerste op het gebied van plek en plaats. Bey beschouwt het internet en mobiele telefoons, waarbij al dan niet gecodeerd een de relatieve onvindbaarheid van een vrijplaats immers als het subdomein wordt afgebakend. belangrijkste kenmerk van wat hij (bij gebrek aan beter) maar de ‘freezone’ noemt. Deze ‘freezone’ krijgt weliswaar uiteindelijk 2.2.3 Isolement-participatie ergens een plek, maar bestaat toch vooral bij gratie van zijn vliedend netwerk, dat slechts voor ingewijdenen (bijvoorbeeld diegenen Het derde principiële kenmerk van de freezone is daarmee ook het die behoren tot een bepaalde creatieve klasse) toegankelijk relatieve isolement. De freezone plaats zich in principe buiten de is. Broedplaatsen, vluchtkerken en kraakpanden etc. zijn in de reguliere maatschappij. Zij is overtuigd van haar eigen gelijk en de theorie van Bey slechts sporen van waar een vrijplaats of freezone noodzaak van vernieuwing, omdat anders de drive van innovatie en is geweest. Freezones bestaan derhalve zoals gezegd eerder uit eigenzinnigheid niet overeind gehouden kan worden. In een steeds het netwerk van gelijkgezinden actoren, die een soort ‘data- of meer open en onderling afhankelijke wereld staat dat isolement sociaal bestand’ van mogelijke geschikte plekken hanteren. Een echter steeds meer onder druk. Bovendien, om die vernieuwing en de schaduwstad 2 begripsafbakening 13
  • 14. innovatie te implementeren zal men op specifieke momenten ook in - Identiteit en/of ruimte verschaffen aan een schaarse of de reguliere wereld moeten participeren. De noodzaak of wens tot bijzondere leefstijl en/of autonomie wordt op bepaalde fronten dan ook vervangen door een - Mensen in tijd en plaats motiveren voor een specifiek doel, zoals stap richting serieuze participatie. De manifesten van de culturele een feest, debat of ontmoeting. ondernemers te Rotterdam en de creatieve klasse te Eindhoven illustreren dit. 20 Was vroeger de onzichtbaarheid een essentieel Niet zozeer isolement, maar engagement is daarvoor nodig. Naast de voordeel, thans worden (gemeente)besturen opgeroepen juist oog verdeling over de verschillende aandachtsvelden (economie, politiek, te hebben voor de kleinschalige experimenten en is periodieke sociaal, cultureel en ruimtelijk) vormden die criteria eigenlijk de zichtbaarheid belangrijk voor een geslaagd overleven. Daarnaast is belangrijkste overwegingen voor de keuze van de hierna beschreven het schaalniveau van het netwerk gewijzigd. Van de locale context cases. van panden zijn de meeste vrijplaatsen inmiddels verbonden met een regionaal, en zelfs mondiaal netwerk van gelijkgestemden. Een voormalig kraakpand als het Poortgebouw op de Rotterdamse 2.3 Vraagstelling - Kop van Zuid wordt voor de helft - al dan niet tijdelijk - bewoond voorbij de planologische misvattingen door buitenlanders. De bezetting van het Brusselse Leopoldstation, tijdens het Belgische Europees voorzitterschap werd ingezet als 2.3.1 Het karakter van vrijplaatsen internationaal forum voor een alternatieve europese politiek. Resumerend zijn vrijplaatsen altijd al van belang geweest voor 2.2.4 Tussenconclusie het ontstaan of handhaven van stedelijkheid, niet andersom. Amsterdam, Antwerpen, Brussel en andere steden zijn groot Deze theoretische kenmerken maken het onderzoek naar échte geworden mede dankzij de internationale status van vrijhaven en vrijplaatsen niet eenvoudig. Want hoe kan men op basis van vrijplaats voor andersdenkenden en andersgelovigen, die naast kenmerken als permanente vluchtigheid, guerrillatactiek, principiële dat anders-zijn ook een levendige handel meenamen en daarmee oncontroleerbaarheid en relatieve isolatie en grenzeloosheid een een mondiaal handelsnetwerk vormden. Het spanningsveld tussen vruchtbare interactie tussen stad en freezone nu feitelijk aan de orde regel en vrijheid is eerder een rode draad in de ontwikkeling van stellen? Derhalve hebben we wat beperkingen moeten aanleggen. de stad dan een rafel (zie: Geert Mak e.a.). Dit is nu niet anders, We zijn in deze studie nog steeds uitgegaan van die plekken, mensen maar de context veranderd. Door de informatierevolutie hebben en netwerken die toegankelijk en vindbaar waren en tegelijkertijd bedrijven en huishoudens een grotere vrijheid in de keuze van een meerwaarde voor de stad genereren. We zijn in onze zoektocht hun vestigingsplaats. Een levendig stedelijk milieu wordt dan een nog steeds uitgegaan van plekken van ogenschijnlijk verwilderd belangrijk vestigingscriterium. Creatieve milieus zijn daarom van wonen/werken, zelfregulerend bouwen, restruimten en breukzones, belang voor de economische ontwikkeling van de stad. (zie ook: gedoogplaatsen, tijdelijke bezettingen en/of markante manifestaties Richard Florida e.a.). Tot nu toe worden dergelijke creatieve milieus of events, maar hebben vervolgens gepoogd de organisatie achter echter vooral op basis van reguliere en formele data onderzocht die plekken te spreken te krijgen, teneinde in beeld te krijgen hoe (Kloosterman e.a.). Op zijn best wordt hiermee slechts een zij zijn georganiseerd, hoe ze zijn ontwikkeld in de tijd, met welke enkelvoudig en gehalveerd aspect van de creatieve stad onderzocht. intenties en/of (groot-stedelijke) doelstellingen en met welk imago. Want creatieve milieus worden niet alleen geconditioneerd door In sommigen gevallen werden we doorverwezen naar anderen in de formele creatieve industrie, maar vooral ook door de informele een inspirerende zoektocht naar de lommerrijke schaduwkant van creativiteit in de stad. Daarnaast blijkt dat dergelijke informele de stad. Cruciaal voor ons waren immers ook die vrijplaatsen (of activiteiten weliswaar op specifieke plekken gestalte krijgen, vrij-netwerken) die een verbinding leggen met de verbetering van de maar vooral door eigenstandige netwerken van gelijkgezinden condities van de onderzochte steden, dwz. geconditioneerd worden. De condensatie van vrijplaatsactiviteiten - Identiteit verlenen aan de stad wordt niet zozeer bepaald door fysieke condities, maar eerder - De plek verlevendigen door sociaal-maatschappelijke en informele krachten in locale en - Publieke activiteiten genereren voor stad, buurt of netwerk mondiale netwerken van vernieuwers. 14 2 begripsafbakening de schaduwstad
  • 15. 2.3.2 Vier planologische misvattingen 4 Het hebben van creatieve milieus is tenslotte ook geen cruciale De wijze waarop in planning en beleid wordt omgegaan met factor in de concurrentiestrijd tussen steden. Zoals gezegd is het vrijplaatsactiviteiten is meestal niet adequaat. Vaak wordt nog informele deel van de creatieve klasse niet zozeer georganiseerd uitgegaan van vertrouwde mechanismen en opvattingen. De rond plaatsen, maar meer rond netwerken. Zij vormen bovendien volgende vier misvattingen komen bij de toenemende aandacht voor het meer nomadisch deel van de samenleving. Een vernieuwende creatieve steden dan ook vaak aan de orde: houding ten aanzien van vrijplaatsen als onmisbare factor voor (groot)stedelijkheid impliceert dan ook niet zozeer een afzetten ten 1 opzichte van elkaar, maar eerder de onderlinge uitwisseling van Creatieve milieus komen niet tot stand door top-down maatregelen: kennis en tactieken, aansluitende bij de creatieve netwerken die zicht - het aantrekken van multimedia- en kennisbedrijven, thans ontwikkelen (zie ook: DNA van Eindhoven). - door een verleidelijke evenementenplanning - door het realiseren van hoogwaardige architectuur en 2.3.3 Uitdagingen kwalitatieve openbare ruimte. De kern zit in het van onderaf spontaan ontkiemende initiatieven Er dient in het stedelijk en planologisch beleid derhalve een die medebepalend zijn. Dat vereist ruimte en ongedwongenheid gevoeligheid ontwikkeld te worden voor de condities rondom - ‘vrijplaatsen’ - die niet van te voren te plannen of te ontwerpen zijn. spontaan opkomende initiatieven van onderop. Creatieve milieus Precies dat bepaalt de paradox voor het stedelijk beleid en ontwerp. zijn immers in de netwerksamenleving steeds meer bepalend voor grootstedelijkheid. Naast het formele, regelgevend, stollend en 2 gebiedsgerichte karakter van stedelijk beleid, dient dat beleid veel Creatieve milieus komen ook niet tot stand door het via subsidie meer aandacht te krijgen voor de informele, grensverleggende, garanderen van goedkope ruimten of het aanbieden van een vliedende, netwerkgerichte, maar niettemin ook maatgerichte eenduidige loketfunctie voor overheidsbeleid. De veronderstelde vrijplaatsvragen. De vraag is niet langer hoe we een plaats kunnen bijdrage van de vrijplaatsen aan het welzijn en welbehagen van inruimen voor die vragen, maar eerder wat we de creatieve klasse het stedelijk leven, werk- en woonklimaat blijft vaak te impliciet (zowel de formele als informele) eigenlijk te bieden hebben. Het hetgeen weinig houvast geeft aan beleidstoetsing. De pogingen van vraagt misschien eerder om een omgekeerde inzet van de stedebouw de overheid om nieuwe subculturen direct te stimuleren lopen vaak en planologie. Dat vormt de centrale vraagstelling van deze studie. vast op regelzucht en slechts tijdelijke, weinig duurzame initiatieven. Het vereist in eerste instantie meer zicht op het organisatievermogen Culturele intendanten en gemeentelijke coördinatoren hebben vaak van vrijplaatsen, hun gebruik van ruimte en (potentiële) bijdrage aan eerder een rol in de interne afstemming en minder in de bevordering de stad of stedelijkheid. van veelbelovende, werkelijk innovatieve acties. Daarover gaan de volgende twee hoofdstukken, om vervolgens 3 via een kort uitstapje naar exemplarische praktijken elders weer Creatieve milieus met een relevantie voor stad en stedelijkheid terug te keren bij deze uitdaging: hoe te komen tot een zinvol komen echter ook niet tot stand via een laisser faire-politiek of het vrijplaatsenbeleid voorbij de planologische misvattingen. bewust de handen afhouden van vrijplaatsen. Dit pleidooi behelst meestal een tegenkracht tegen het opgeruimde en overgereguleerde Nederland dan een stimulering van vrijplaatsactiviteiten. Echter ook de situatie in België zal laten zien dat een bewuste onthouding weliswaar veel initiatieven en activiteiten van onderop stimuleert, maar nog geen creatief milieu schept dat er werkelijk toe doet. Tussen Nederland en België, tussen scherpe wetten maken en niets doen ligt een scala van mogelijkheden die meer perspectieven bieden. Verderop komen we daar nog op terug. de schaduwstad 2 begripsafbakening 15
  • 16. 16 inleiding DE SCHADUWSTAD
  • 17. 3 BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 3.1 Bestuurlijke context provincielaag, weliswaar naast gewestbevoegdheden ook enkele agglomeratiebevoegdheden, maar bekommeren daarnaast zowel In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heerst op het gebied van het de bestuurders van de Vlaamse Gemeenschap als de Franse stedelijk beleid een ingewikkeld spel van evenwichten. Sinds 1970 Gemeenschap zich over zaken van Brussels sociaal-cultureel belang. (de eerste autonomie voor deelstaten) en vooral met de herziening Het verkrijgen van bestuurlijke consensus (zeker voor zaken die van de grondwet in 1993 is België immers geëvolueerd van een sector overstijgend zijn) is derhalve voortdurend meertalig aan eenheid- of unitaire staat naar een federale staat. Die federatie de orde van de dag. Om die situatie nog extra gecompliceerd te is echter niet op één principe gegrondvest, maar gebaseerd op maken, bestaat Brussel uit 19 gemeenten die nog steeds behoorlijk een verzoening tussen twee tegengestelde uitgangspunten: een zelfstandige posities ten opzichte van het Gewest bezitten, en is ruimtelijk-economische en een sociaal-culturele. Op ruimtelijk- Brussel tegelijkertijd de hoofdzetel van zowel de Europese Unie, de economisch terrein is België onderverdeeld in drie Gewesten (het Belgische Regering, het Vlaams Gewest/Gemeenschap, de Franse Vlaams, Waals en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest), die bevoegd Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze willen in zijn op het gebied van de ruimtelijke ordening, huisvesting, energie, principe alle een eigen stempel op hun hoofdstad drukken. Dit neemt werkgelegenheid, economie, handel, ontwikkelingsamenwerking, niet weg dat belangrijke onderdelen daarvoor buiten de bevoegdheid openbare werken en vervoer, alsmede toezicht op de gemeenten en van het Brusselse Gewest vallen. Zo ligt bijvoorbeeld de Brusselse provincies. Op sociaal-cultureel terrein is het land onderverdeeld in luchthaven buiten het Brussels grondgebied en vallen slechts 12 van eveneens drie, maar deels anders samengestelde Gemeenschappen de 72 kilometer lange Brusselse Rondweg met bijna alle belangrijke (De Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap), die bevoegd zijn snelwegafslagen, inclusief de halteplaatsen van het Gewestelijk op het gebied van culturele aangelegenheden, welzijn, gezondheid, OV Net (het GEN) en de daarbij horende vestigingscondities voor onderwijs en taalgebruik. Daarnaast resideert een stilaan uitgeklede appartementen, kantoren en hoogwaardige werkgelegenheid buiten Federale Regering, die beslist over justitie, politie, staatsfinanciën, de Brusselse bevoegdheid. defensie, buitenlandse zaken en verkeer, alsmede de pensioenen, sociale zekerheid, volksgezondheid en maatschappelijke integratie. Op deze wijze wordt België thans bestuurd door 48 ministers en 5 staatssecretarissen, waarvan 15 ministers en 2 staatssecretarissen op federaal niveau, 7 ministers in het Waals Gewest, 9 ministers in de Franse Gemeenschap, 10 ministers voor het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschap (deze staatsorganen zijn samengesmolten), 3 ministers in de Duitstalige Gemeenschap, alsmede 5 ministers en Vlaamse gemeenschap 3 staatssecretarissen voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest. Daaronder kent het land nog 10 provincies en 589 gemeenten, die in Franse gemeenschap ieder gewest nog weer andere bevoegdheden kennen. 21 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 3.1.1 Institutionologie van Brussel 19 gemeenten In principe oogt deze staatsconjunctuur op papier al ingewikkeld; in de praktijk leidt het bij momenten (en vooral in Brussel) tot institutionele spitsroede behendigheid. Het Brusselse Hoofdstedelijk Vlaams gewest Gewest heeft bijvoorbeeld een paritair bestuur, waarbij in de regering 5 franstaligen en 3 nederlandstaligen zetelen, die afkomstig zijn uit 6 verschillende politieke partijen (i.c. La Mouvement Réformateur, Waals gewest Parti Socialiste, Front National, Christen-Democraten Vlaanderen, Vlaamse Liberalen & Democraten, alsmede de Socialistische Partij Anders). Bovendien heeft het Gewest door het ontbreken van een de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 17
  • 18. 3.1.2 Brussel als spiegel • Onder invloed van een voortgaande mobiliteit vond in deze periode tegelijkertijd echter een groeiende uittocht plaats van Het gevolg is dat deze ontwikkeling bij momenten een effectief, de meer gegoede burgers en ondernemingen naar de periferie, openbaar en fatsoenlijk bestuur ernstig kan verlammen. Weliswaar het Vlaams en in mindere mate het Waals Gewest. De tweede tracht het Gewestelijk Ontwikkelingsplan (het GEWOP) van periode (1985-1998) stond voor de Brusselse bestuurders dan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te komen tot een omvattend ook (net als elders) in het teken van het tegengaan van deze mobiliteitsconcept, nieuwe ontwikkelingspolen en bescherming van uittocht en een nieuwe economische impuls aan Brussel te waardevolle gebieden die onder hoge (prijs)druk staan, of tracht men geven; dit mede om voldoende draagvlak voor de metropolitane in het verlengde daarvan te komen tot inventieve wijkcontracten, voorzieningen te behouden. Dit gebeurde volgens Lagrou via die initiatieven van burgers ruimte geven. Toch is er een situatie twee hoofdstrategieën: ontstaan waarbij ontwikkelingen vooral tot stand komen via 1 Het volgens de publiek-private partnership formule invulling bilaterale overeenkomsten, met een hoge graad van pragmatisme en geven aan een zo breed mogelijke multifunctionele en stedelijke probleemoplossing via persoonlijke contacten. Brusselse planologen invulling, in de gebieden rond bijvoorbeeld de Europese wijk, de mogen dit vervelend vinden; het is voor het Brussels Hoofdstedelijk HST-terminal Bruxelles Midi en het Noord-Station; Gewest steeds meer de realiteit van alledag. Bovendien, gelet op de 2 De aandacht voor de zwakke groepen in de samenleving uit netwerk gedreven verschuivingen die de afgelopen tijd plaatsvinden, te breiden met aandacht voor de midden- en hoger inkomens, lijkt dit zelfs de institutionele toekomst te worden voor steeds meer waarbij bijvoorbeeld projectontwikkelaars via planologische metropolitane gewesten overal ter wereld. 22 richtlijnen gedwongen werden om voor elke 5 m2 kantoorruimte 1 m2 woonruimte te realiseren. 3.1.3 Recente Brussels planninggeschiedenis in drieën • Voor een deel is deze politieke strategie succesvol geweest. Een spiegeling aan de actuele situatie is daarmee noodzakelijk. Sinds Vanwege de institutionele constellatie in Brussel zijn er het modernisme en het van bovenaf gedicteerde ‘plannersmodel’ dat gedurende elke periode echter ook vele uitzonderingen behoorlijk heeft ingegrepen op het historisch, geomorfologisch en op de regel geweest. Daarnaast hebben de multinationale sociaal weefsel van de stad, zijn er volgens Lagrou drie fasen die tot ondernemingen en ontwikkelaars inmiddels Brussel ontdekt als deze situatie geleid hebben: een interessant investeringsobject. De actuele situatie bestaat er dan ook eerder uit dat de private sector de overheid uitnodigt • De periode 1968-1985, welke (net als in andere delen van de om mee te participeren in specifieke objecten, en niet zozeer wereld overigens) in het teken stond van ‘small is beautiful’, omgekeerd. Dit komt volgens Lagrou onder andere goed tot hergebruik in plaats van nieuwbouw, prioriteit aan langzaam uiting in de eerste schermutselingen rond een mogelijke nieuwe verkeer, openbaar vervoer en inspraak via lokale medezeg- HST terminal Noord, de volgende uitbreiding van de Europawijk genschapscommissies. In deze periode werden ondermeer en het Muziek Centrum T&T (op het complex van Thurn & Taxis). onder druk van de publieke opinie stichtingen als Inter- Het liberale klimaat zou dit bovendien stimuleren. Persoonlijke environment Bruxelles, de Brusselse Raad voor het Leefmilieu netwerken worden daarbij meer en meer geïncorporeerd (BRAL), Ateliers de Recherche et d’Action Urbaines en het in mondiale planningnetwerken, die weliswaar een verdere St.Lukasarchief opgericht. Deze stichtingen en raden werden economische revitalisering dichterbij, maar een gewenste voor een deel betaald uit publieke middelen en benoemden zelfs integrale en omvattende gebiedsontwikkeling steeds verder weg sommige van hun bestuursleden tot de persoonlijke staf van de helpen 23. minister. Niettemin toen de uitbreiding van de Europese Unie speelde en hier een patstelling dreigde tussen (door groen- linkse partijen gesteunde) lokale actiegroepen enerzijds en de gewenste flexibiliteit door de Europese Commissie anderzijds, greep de federale regering in door een bouwgarantie te verschaffen voor het Europees Parlement in 1987. 18 3 Brussels hoofdstedelijk gewest de schaduwstad
  • 19. 3.2 Freezoning Brussel gepaard gaande privatisering van de openbare ruimte op cruciale plekken in Brussel, tevens nieuwe ontwikkelingen gaande zijn die Deze ontwikkeling vindt inmiddels ook plaats in andere inspelen op een herdefinitie van de stedelijke openbare ruimte metropolitane delen van de wereld. Kern van het gedachtegoed en lokale netwerken in andere delen van precies diezelfde stad. daarachter is dat de aloude Keyniaanse welvaartstaat, alsmede de Dat hangt volgens Swyngedouw samen met de gekke paradoxale daarmee verbonden hiërarchische benadering van stad en planning bijzonderheid van een grootstedelijke cultuur. Aan de ene kant is de langste tijd gehad hebben. Onder invloed van de mondiale er immers (meer dan op het platteland) sprake van niet alleen een netwerkeconomie en netwerksamenleving komt er eerder een nieuw marginalisering, scheiding en soms zelf onderdrukking van specifieke soort planning en stadspolitiek op, die uitgaan van een relationele bevolkingsgroepen; er is ook sprake van een unieke smeltkroes benadering van stedelijke planning. De stad zou immers in relatie van verschillen en andersdenkenden die de kracht van diezelfde en daarmee ook in competitie staan met een veelheid van andere grootstedelijke cultuur bepaalt. Vooral in Brussel is die kracht vanaf plekken op de wereld. Unieke stedelijke ontwikkelingsprojecten het midden van de jaren negentig sterk tot ontwikkeling gekomen. dienen derhalve aangeboord te worden om de concurrentie met Wellicht heeft het iets te maken met de bijzondere bestuurlijke die andere steden én ommeland aan te kunnen. Hierbij wordt constellatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die in principe bijvoorbeeld gedoeld op projecten als Adlershof in Berlijn, Ørestad ruime mogelijkheden laat voor zelfwerkzaamheid en eigen initiatief in Kopenhagen, ‘The Olympic Village’ in Athene, het Central om iets van de toentertijd vergeten delen van de stad te maken. Business District in Birmingham, Abandoibarra in Bilbao, Donau Mogelijk heeft het ook iets te maken gehad met de toen gemaakte City in Wenen, het Leopoldkwartier in Brussel of bijvoorbeeld keuze voor Brussel als Europese Culturele Hoofdstad 2000, dat al sleutelprojecten als de Zuidas en de Kop van Zuid in Nederland. dan niet slapend potentieel tot leven leek te wekken. Feit is dat het Elke Europese groot- of zelfs middelgrootstad wil eigenlijk minstens creatief klimaat van de Brusselse grootstad inmiddels niet alleen één van dergelijke projecten ontwikkelen om zich daarmee in de meer afhangt van de mate waarin de mondiale economische elite en internationale kijker te spelen. Deze zouden immers weer aanleiding culturele highbrow lokaal gebonden en gefaciliteerd kan worden. kunnen geven tot een verbeterd vestigingsklimaat, welzijn en In toenemende mate spelen ook de culturele (sub)economie, de groei, voor zowel de bovenkant als de onderkant van de stedelijke spontane activiteiten op specifieke plekken en de versterking samenleving. Voorwaarde daarvoor is dat die sleutelprojecten de van lokale identiteiten een centrale rol in het versterken van een zogeheten economische, politieke en culturele elites van de huidige positieve metropolitane ontwikkelingsdynamiek. 24 grenzeloze netwerksamenleving aanspreken en dat deze elites met hun milieu de projecten tot leven wekken. Volgens ‘metropolitan 3.2.2 Netwerk Brussel governance’ wordt daarmee de hiërarchische masterplanning en de planning van de kwaliteit van de stad als geheel, steeds meer Dat informele creatief netwerk Brussel bestaat inmiddels uit een ingehaald door een fragmentarische projectenplanning in horizontale groot aantal al dan niet tijdelijk samengestelde of min of meer allianties met projectontwikkelaars, internationale investeerders en vrijblijvende partijen, sub-netwerken en initiatieven, met zo nu en ontwerpers van ver over de wereld. dan specifieke relaties en netwerken naar andere metropolitane freezones in binnen-, maar vooral ook buitenland. Na de meer door 3.2.1 Glocalisatie bewonersorganisaties en vanuit een welvaartstaat gemotiveerde oprichting van ngo’s in de jaren zeventig (zoals BRAL, het St. Het bijzondere van de Brusselse situatie is echter dat er naast deze Lukasarchief etc.), ontstond vooral in de jaren 1996-1998 een praktijk van metropolitan governance, inmiddels ook een praktijk hausse aan nieuwe spontaan opkomende activiteiten in de stad. van onderop tot ontwikkeling gekomen is die op een nieuw manier Naast Kunstplatforms of kunstenaarscollectieven als Constant inspringt op de niches en overblijvende zones in de stad. Alhoewel (1997), les Bains Connective (1997), Les Corsaires (1998), deels informeel en verborgen dragen deze op hun beurt bij aan L’Emploi du moi (1998) etc., was er in enkele jaren sprake van een inspirerend en zinderend stedelijk klimaat van de stad. In de oprichting van sociale vrijplaatsen als de Universal Embassy de terminologie van bijvoorbeeld Erik Swyngedouw heet het dat (1998), economische incubators als Alter Ego (1998), ruimtelijk naast de infiltratie van mondiale elites, alsmede de daarmee vaak gemotiveerde actiegroepen als Recyclart (1997) en Disturb (1998) de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 19
  • 20. of multimedia vrijplaatsen als ACSR (1996), Nova Cinema (1997), - Na een sterke val gedurende de jaren tachtig en begin jaren Foton Records (1998), etc. In hun kielzog zijn weer tal van andere negentig is de aantrekkelijkheid van de stad om er te (blijven) al dan niet tijdelijke activiteiten ontstaan, zo sterk dat men Brussel wonen en deze toeristisch te bezoeken sinds het einde van de rond de eeuwwisseling inderdaad met recht de bohémien en jaren negentig weer sterk gegroeid. Ten opzichte van 1998, vrijplaatshoofdstad van Europa mocht noemen. Inmiddels is een werden in 2002 12,5% meer (vooral internationale) aankomsten groot aantal van deze actiegroepen weer verdwenen, maar een geteld; op het gebied van het aantal overnachtingen was het deel daarvan is nog steeds in de stad werkzaam, al of niet met een bijna 15% meer. 25 gedeeltelijke financiële ondersteuning van de Vlaamse of Franse - Tegelijkertijd is ook de zakelijke positie van Brussel in de Gemeenschap cq. de Koning Boudewijnstichting. Daarnaast lijkt op wereld sterker geworden. Sinds 1999 is Brussel bijvoorbeeld grond van lopende en deels afgelopen initiatieven ook het aloude na marktleider Parijs, maar voor steden als Londen, Wenen, BRAL en de in 1997 opgerichte City Mine(d) een stimulerende en Singapore, Berlijn, Amsterdam of zelfs Washington, de activerende rol in het netwerk te spelen. tweede stad in de wereld op het gebied van de organisatie van internationale congressen. In 2002 werden er bijna 200 internationale congressen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 3.3 Stedelijke impact georganiseerd; dat is zo’n 4 congressen per week deels in combinatie met het voornoemde toerisme. 26 Op de kaart is een deel van de stand rond 2002 weergegeven van - Daarmee is uiteindelijk ook de economische situatie in het het dynamische freezone netwerk in Brussel en in bijgaande boxen Brussels Hoofdstedelijk Gewest sterk verbeterd. Na decennia is voorts een geselecteerd deel verder beschreven. Kenmerk van van magere jaren kent het gewest sinds 1998 soms weer de nagenoeg al deze praktijken en initiatieven is dat zij nog sterk op grootste economische groei van de drie gewesten. De groei zit zichzelf staan, alsmede een sterke (vaak oppositionele) afstand voornamelijk in de zakelijke dienstverlening en de creatieve houden tot de reguliere institutionele of private (planning)praktijk. werkgelegenheidssectoren. 27 Wat de europese, nationale, gewestelijke of lokale overheid doet wordt vaak, al dan niet terecht, met argusogen bekeken. Dat geldt Dit neemt niet weg dat net als in vele andere grootsteden de temeer voor de initiatieven van private bouwheren. Tegelijk wordt multiculturalisering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met in slechts beperkte mate beroep gedaan op publieke middelen en rasse schreden doorzet. In België in het algemeen, maar in het probeert men zoveel mogelijk en via eigen kanalen autonoom te Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het bijzonder is er sprake van een zijn. Het amateuristisch karakter is groot en zo nu en dan hebben afnemende natuurlijke aanwas en een toenemende immigratie. Thans de vernieuwers naast hun vrijplaatsactiviteiten een reguliere baan. bestaat bijna 30% van de brusselse bevolking uit buitenlanders. Mogelijk komt dit omdat er ook maar beperkte middelen zijn, of Deze groep is in tegenstelling tot vele andere grootsteden echter omdat men gesteld is op de eigen zelfstandigheid of vrijblijvendheid. zeer gemixed samengesteld. De grootste groep wordt gevormd Dit neemt niet weg dat men toch met beperkte middelen maximale door Marokkanen, maar vlak daarna komen de Fransen, Italianen, resultaten bereikt, het hefboomeffect is groot. Vanuit kleine Spanjaarden en tenslotte de Turken. Met de recente uitbreiding aanzetten worden nieuwe initiatieven geboren, die een verdere van de Europese Unie wordt verwacht dat deze mix zich nog bijdrage leveren aan een aantrekkelijk en cultureel metropolitaan sterker doorzet. Verschillende freezone initiatieven (zoals bijv. de klimaat, dat op haar beurt weer creatief potentieel aantrekt. Zinneke Parade of Limite Limiet etc.) zetten met name ook in op die multiculturaliteit. Bedoeling is om daarmee van onderop een 3.3.1 Bijdrage aan een grootstedelijk klimaat? nieuwe identiteit aan de Europese hoofdstad te geven: mogelijk van een fragmentarische en multiculturele grootstad naar een soort Een directe relatie is nooit vast te stellen en natuurlijk ook niet ‘Mediterranean Capital of Europe’. 28 zo werkzaam; maar sinds het einde van de jaren negentig van de afgelopen eeuw (het moment dat ook de Brusselse freezone praktijken sterk opkwamen) was er ook sprake van een opmerkelijke opleving binnen Brussel op meerdere terreinen: 20 3 Brussels hoofdstedelijk gewest de schaduwstad
  • 21. 3.3.2 Netwerkstilstand? Ondanks al deze prachtige cijfers en verwachtingen kan nog steeds geconstateerd worden dat de freezonepraktijk behoorlijk afstaat van de feitelijke bestuurspraktijk in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De hier gepresenteerde weldaad aan allerhande culturele vrijplaats activiteiten van onderop krijgt nauwelijks aandacht en/of doorgang binnen de reguliere planningmachine. Wellicht heeft het iets te maken met de institutionele tweedeling tussen gewesten en gemeenschappen, welke in feite ook de beleidsterreinen van ruimtelijke ordening en cultuurbeleid splitst. Maar mogelijk heeft het ook iets te maken met de culturele activiteiten zelf, die eigenlijk allemaal, zonder uitzondering, hun eigen ding doen. CityMine(d) lijkt hier enige coördinatie te willen opzetten, maar kan zich toch ook niet aan de indruk onttrekken dat onderlinge connectiviteit en samenhang toch vooral tot stand komt op basis van persoonlijke en opportunistische netwerken. Precies dat lijkt dan ook een verdere ontplooiing van de cultuur in Brussel in de weg te zitten. Want zoals ook Erik Swyngedouw al eerder opmerkte, spelen op beide lagen van de stadscultuur (zowel die van de mondiale elite, als die van de subculturen) interactieve netwerken een cruciale rol. Net zoals zwakke steden tegenwoordig gekenmerkt worden door een slechte bereikbaarheid of een onvoldoende aanhaking op mondiale netwerken, zo worden zwakke buurten in de stad gekenmerkt door niet alleen de afwezigheid van de mondiale elites, maar ook door de afwezigheid van netwerken, met name die welke contacten en relaties buiten de eigen groep of belangen (kunnen) leggen. Het lijkt dan ook zaak om aan die netwerken, zowel door de geledingen heen, als door de verschillende partijen en stakeholders heen, hernieuwde aandacht te geven (zie verder ons pleidooi voor intermediates in paragraaf 6.3). Na de pionierfase lijkt de freezonepraktijk in Brussel dan voor een volgende uitdaging te staan, waarin, de échte vrijplaatsstatus voorbij, wel een nieuwe invulling gegeven wordt aan nieuwe projecten op zowel strategisch als deelplanniveau. de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 21
  • 22. KAART Brusselse vrijplaatsen en sympathisanten 2002 op basis van gesprekken en internetsearch 22 3 Brussels hoofdstedelijk gewest de schaduwstad
  • 23. KAART Brusselse vrijplaatsen en sympathisanten 2002 op basis van gesprekken en internetsearch p. 24 p. 26 p. 28 p. 29 de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 23
  • 24. BOX 1 PORTAL; City Mine(d) als aanjager Wie, wat waar ‘City Mine(d) is opgericht in 1997 met het oog op het ondersteunen, initiëren en/of produceren van projecten van sociaal-culturele aard, hoofdzakelijk in de publieke ruimte, op plaatsen en in buurten die gekarakteriseerd worden door typische grootstedelijke problemen, zoals armoede, uitsluiting en een zwakke identiteit. De organisatiestructuur is flexibel, netwerkgericht, rhizomatisch en haar interventies zijn tijdelijk van aard.’ Haar overtuiging is dat de huidige dynamiek van marktgerichte stedelijke ontwikkeling de publieke ruimte in Brussel tot een marginale restruimte gemaakt heeft. Dat komt vooral tot uitdrukking in de zwakke buurten. Niet alleen draagt dat bij tot een negatieve beeldvorming, maar verscherpt het de reeds zwakke buurtidentiteit. De projecten van City Mine(d) zijn er dan vooral op gericht om met ingrepen een proces van positieve identiteitsvorming teweegbrengen, teneinde daarmee de betrokkenheid van de bewoners bij de stad te vergroten, het imago te versterken en daarmee zo mogelijk uiteindelijk een economisch welzijn te stimuleren. Netwerk Daartoe heeft City Mine(d) met zes leden inmiddels een breed netwerk opgebouwd (zowel binnen als buiten de stad, nationaal en internationaal) en verschillende projecten, bijeenkomsten, seminars en studieopdrachten in de stad gerealiseerd. Hierbij hanteert het vijf sleutels: 1 een meerduidig positief sociale visie op de stad, 2 het kwalitatief inspelen op dromen en wensen van de bewoners, 3 het provocerend ageren in de stad, 4 het daarbij gebruiken van restruimtes en breuklijnen en 5 het steeds verdere exploreren van de stad, gecentreerd rondom een drietal actieterreinen of ook wel actiekamers genoemd: • Het Steunpunt, waarbij bewoners, kunstenaars en actievoerders terecht kunnen met vragen, verzoeken om juridische hulp of adviezen met betrekking tot haalbaarheid en realiseerbaarheid van hun wensen en dromen; • De Katalysator, waarbij City Mine(d) actief in projecten participeert of deze faciliteert, dan wel zelf projecten in de stad opzet, dan wel studies verricht naar innovatieve vormen en methodes van stadsontwikkeling; • De Netwerking, waarbij het verschillende bewoners, en projectgroepen met elkaar in verband brengt , internationale uitwisseling mogelijk maakt en bewoners en gebruikers in contact brengt met formele instituten als bedrijven en openbare diensten. City Mine(d) ontvangt sinds 1998 een structurele subsidie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie via het Sociaal Impulsfonds, maar krijgt daarnaast ook per project aanvullende financiële ondersteuning van andere betrokken partijen, als bijvoorbeeld het Brussels Gewest, de stad Brussel of andere Gemeenschappen. Projecten die men op deze wijze in de afgelopen zes jaar gerealiseerd heeft zijn bijvoorbeeld: Bunkersouple (een netwerk van informele initiatieven in de stad), HUGO (een ludieke caravan door de stad om sombere plekken in de stad nieuw leven in te blazen). Limite Limiet (de bouw van een vuurtoren in de Brabantwijk om het imago van en de communicatie in de buurt te verhogen), PleinOPENAir (het organiseren van Cinema, muziek en animatie, gratis in de open lucht voor de achtergebleven bewoners tijdens de zomermaanden), Passerelle (een loopbrug door het Leopoldstation om een link te creëren tussen de Europawijk en de stad Brussel) en het Uitrolbaar zebrapad (als een mobiel actiemiddel in de stad). 24 3 Brussels hoofdstedelijk gewest de schaduwstad
  • 25. Daarnaast organiseert en draagt men bij aan discussies over de stad en faciliteert men diverse zelfstandige projecten die deels nog steeds binnen City Mine(d) opereren, zoals PRECARE. Deze (sub)organisatie van City Mine(d) ondersteunt jonge, eclectische, en vaak informele culturele collectieven bij het onderhandelen over het tijdelijk gebruik van leegstaande gebouwen in de stad. Daartoe verschaft het juridisch en economische advies, medieert het tussen potentiële gebruikers en eigenaren, beheert het een actueel databestand en geeft het tips of garanties betreffende een goed collectief en veilig beheer van de ruimte. Een bijkomend doel van PRECARE is om meer en meer synergieën te ontwikkelen tussen het tijdelijk gebruik van gebouwen en een erkende verrijking van het stedelijk leven. Daartoe overweegt men dat PRECARE ook zelf overgaat tot het beheer en exploitatie van een gebouw. Impact Met zeer weinig middelen heeft City Mine(d) een maximaal resultaat geboekt. Het aantal culturele en sociale initiatieven is aanzienlijk uitgebreid. Bovendien bestaat de indruk dat het belang van subculturen inmiddels ook binnen het bestuur aanvaard begint te worden. In zoverre kan gesproken worden van een succes story van City Mine(d). Niettemin brengt dit thans ook een nadere heroverweging met zich mee: moet men doorgaan op de huidige voet, die eigenlijk alleen maar te realiseren is door een verdergaande formalisering of moet men blijven vasthouden aan de meer vrijblijvende, agerende en spontane status, teneinde kritisch engagement en creativiteit van de stad te handhaven? Een extra probleem, zeker voor PRECARE, is dat inmiddels de stad aantrekt en daarmee de nicheruimte voor activiteiten drastisch wordt ingeperkt. de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 25
  • 26. BOX 2 STADSCULTUUR; gekraakt in Hotel Tagawa Wie, wat, waar Hotel Tagawa bestaat thans uit ongeveer 40 personen die in begin 2003 het betreffende hotel aan de Avenue Louise gekraakt hebben. Inmiddels hebben ze een mondelinge overeenkomst met de eigenaar dat ze voorlopig mogen blijven zitten. Daarvoor betalen ze een symbolisch bedrag op zijn rekening. Naast dat het de krakers onderdak biedt, zijn er in de kelder en op de begane grond ruime mogelijkheden aanwezig voor meetings, feesten, theater en expositie. Deze activiteiten worden thans verder ontwikkeld en uitgebreid. De primaire doelstelling van de groep is om het gebrek aan goede woonruimte voor de onderkant van de Brussels markt aan de kaak te stellen en daarvoor alternatieven te ontwikkelen. Dat verhaal begon ruim voor Hotel Tagawa en heeft wellicht eerder zijn hoogtepunt bereikt. Historie netwerk In feite zijn de voorlopers van de groep geboren uit de buurtcomités die reeds in de jaren zeventig in Brussel werkzaam waren. Tegen de alles verpletterende bouwwoede van de gemeente, stelden deze buurtcomités zich te weer tegen het daarmee gepaard gaande verlies aan de nog betaalbare (huur)woningen in de stad. Toen dit in de loop der jaren onvoldoende resultaat opleverde, ontwikkelde zich een meer radicale actie. Het kwam tot een soort ‘eigenaar krakers coöperatief’, dat naast de sociale doelstelling van het wonen, tevens de verbetering van de leefbaarheid in de wijk en het zelf opzetten en exploiteren van een aantal gemeenschappelijke voorzieningen op het oog had, zoals bijv. een crèche, een table d’hôte, straatschoonmaakdienst, winkelservice, buurtkapper of een wijkfeest. Het eerste project bevond zich pal achter het Berliamont gebouw in de Europa wijk. Het resultaat was dat thans sociale huisvesting en contracten met de buurt in de reconstructie- en herbouwplannen zijn voorzien. Toen dit resultaat werd geboekt en herbouwplannen met een meer sociaal gezicht werden voorgesteld, heeft een deel van de groep zich verplaatst naar het Complex Drapié, zo genoemd naar de hoofdstraat binnen een bouwblok aan het begin van de Avenue Louise, tegenover het Hilton hotel. Deze locatie, waar ook nog enkele van de oorspronkelijke bewoners woonden, was toentertijd opgekocht door een internationale projectontwikkelaar, die er een shopping centrum, luxe appartementen, schouwburg, theater/bioscoop, restaurant etc. van wilde maken. Op de betreffende locatie heeft de groep toen enkele panden op strategische plekken gekraakt en een vergelijkbaar programma ontwikkeld als bij de Berliamont site. Daarbij kreeg men toenemende steun van de reeds zittende bevolking die daarmee eigenlijk ook werd geactiveerd. Tegelijkertijd heeft men een soort ontwikkelingscoöperatief vanuit de zittende bevolking opgericht, die voldoende kennis en mankracht in huis had om de renovatie zelf in hand te nemen. Daarnaast was een deel van de groep ook cultureel georiënteerd en heeft het heft in hand genomen om ook culturele events en manifestaties in de wijk te organiseren. Impact In feite had de club toen ook vier speerpunten: • het eigenaar-krakers-coöperatief • het buurtcomité met de zittende bevolking • de buurt renovatieontwikkelaar en • de culturele actiegroep. Deze beweging werd inmiddels zo krachtig, dat het ook de politiek aansprak (met name de Groenen) waardoor de internationale projectontwikkelaar sterker onder druk gezet kon worden. Dankzij de krakersgroep werd de positie van de gemeente eigenlijk krachtiger en ging de projectontwikkelaar 26 3 Brussels hoofdstedelijk gewest de schaduwstad
  • 27. eindelijk overstag, resulterend in het feit dat zij nu een deel van het project inzette voor sociale huisvesting. Voorwaarde was dat de krakers weg zouden gaan. Zo’n twintig leden van die groep hebben vervolgens hotel Tagawa gekraakt met het oogmerk om een vervolgproject in de stad op te zetten. Sinds Hotel Tagawa krijgt de groep echter steeds meer bekendheid bij de buitenwacht. De actuele situatie zou door een van de initiatiefnemers echter eerder worden omschreven als een crisis. Dit komt doordat: • de groep in dit project eigenlijk het contact met de buurt en zittende bewoners verloren heeft • het gebouw zo groot is dat het eerder als een groot gemeenschappelijke woonproject gezien moet worden, terwijl het voordien een verzameling van afzonderlijke woningen was • binnen de groep nu zelf verdeeldheid begint te heersen hoe de gemeenschappelijke financiën aan te wenden. Een deel wenst het belang van de eigen huisvesting voorop te zetten, een ander deel wenst eerder het belang van ‘freezone activiteiten’ te markeren. Daarnaast beginnen enkelen nu gesetteld te raken. Hoe dit verder uit zal gaan pakken is vooralsnog onduidelijk. Het lijkt er op dat de groep zich in twee uiteenlopende richtingen zal gaan ontwikkelen. Wellicht zal een deel elders nieuwe activiteiten oppakken, terwijl Hotel Tagawa dan goedkope huisvesting zal kunnen bieden aan kunstenaars-krakers met wellicht een florerende en creatieve culturele gemeenschap op de begane grond en in de kelder. de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 27
  • 28. BOX 3 RUIMTE; diStUrb - urbanisme als verzet Wie, wat, waar DiStUrb is een min of meer vrijblijvend (internet)netwerk van momenteel zeven geëngageerde stedebouwers, architecten , geografen en architectuurhistorici, die begaan zijn met het ruimtelijk lot van Brussel. Daartoe ageren zij vooral tegen een aantal stedelijke projecten die in de marge van de stedelijke openbaarheid ontwikkeld worden en vaak uitgaan van een slechts eenzijdige of onvoldoende benadering van de stedelijke context. Doelstellingen zijn: • het verdedigen en het bevorderen van een goede debat over Brussel • het aanvechten van vaak al te gemakkelijk aanvaarde ideeën over de stad • het bevorderen van het idee dat de stad complex is en meer specifieke actie vergt • het faciliteren van het uitwisselen van ideeën over mogelijk alternatieve ideeën • het openbaar maken van die uitwisseling en waar nodig aansturen op actie Dit gebeurt vooral via hun website, de pers (geschreven, gesproken, verbeeld), het organiseren van debatten en uitschrijven van prijsvragen. DiStUrb (di-Stedebouw Urbanisme) bestaat sinds 2001 en heeft in die tijd ondermeer het stedelijk debat aangezwengeld over: • de hoogbouwpolitiek in Brussel i.r.t. het gebouw van Justitie • de disneyficatie van het Van Kuyck gebouw • de herinrichting van het Champs de Mars • de afbraak van de Lotto-toren en de Martini toren • de herinrichting en toekomst van de Europese wijk Recente projecten zijn ondermeer: • de herinrichting van het Flagey plein, waarvoor een zelf opgezette prijsvraag is georganiseerd, die tal van alternatieven heeft opgeleverd voor een voorstel dat vooral door de ondergrondse heraanleg van de metro- en parkeergarage werd gedicteerd; • het debat over de herontwikkeling van het Rijksadministratief Centrum (RAC) aan de rand van de stad, dat door het Gewest in feite is vergeven aan de Nederlandse projectontwikkelaar Breevast, (de huidige eigenaar van het RAC) die voor de herontwikkeling bijna carte blanche had gekregen. DiStUrb organiseren deze acties op non-profit basis. Elke actie wordt dan ook samen met andere partijen georganiseerd, zoals bijv. met City Mine(d) met betrekking tot het debat over RAC en met de aangrenzende Hogeschool en het betreffende Stadsdeel met betrekking tot de prijsvraag voor het Flagey plein. Impact Vooral met betrekking tot de laatste drie genoemde projecten (Europese wijk, Flagey plein en het RAC) kan gesproken worden van een toenemende invloed van diStUrb. Met betrekking tot de Europese wijk heeft de minister-president inmiddels toegezegd dat de herontwikkeling van de Europese wijk op basis van de wensen en verlangens van de buurt ingezet zullen worden, met betrekking tot het Place Flagey zijn inmiddels gemeenteraadsvragen gesteld, ondanks dat het bestemmingsplan en de vergunning reeds vergeven was en met betrekking tot het RAC, wordt de herontwikkeling inmiddels heroverwogen. Niet alleen bij de betrokken burgers en gebruikers van de stad, maar ook bij de politici begint er een toenemende aandacht voor betere en meer contextgerichte planvorming te ontstaan. Niettemin krijgen de initiatiefnemers inmiddels ook zelf projecten en rollen in de revitalisering van Brussel toebedeeld en begint het gevaar van zelfbelang te dreigen. 28 3 Brussels hoofdstedelijk gewest de schaduwstad
  • 29. BOX 4 SOCIAAL; De Universal embassy voor de netwerkmens Wie, wat, waar Universal Embassy is in feite geboren uit een actie die in 1998 plaatsvond. Toen hebben een aantal asielzoekers een kerk bezet om te wijzen op hun uitzichtloze situatie. Rondom deze actie zijn verschillende autochtone vrijwilligers gegroepeerd die deze mensen met (juridische) hulp en (financiële) daadkracht wilden helpen. Dit vanuit de overtuiging dat burgerschap in deze tijd van de grenzeloze netwerksamenleving in feite opnieuw geformuleerd diende te worden in plaats van het vasthouden aan de aloude criteria van de staat. Deze actie heeft toentertijd enige beroering veroorzaakt met als resultaat dat de betreffende mensen voorlopig mochten blijven zitten. Niettemin is er in 1999 brand uitgebroken in de kerk, waardoor hun aanwezigheid aldaar niet langer mogelijk was. Toevalligerwijs werd ongeveer in dezelfde tijd de ambassade van Somalië in Brussel ontruimd, vanwege interne perikelen in dat land. De vertrekkende ambassadeur heeft toen de sleutel van de ambassade overhandigd aan één van de mensen die betrokken waren bij de actie van de asielzoekers. Besloten werd om de mensen in de ambassade onder te brengen. Netwerk Thans wonen ongeveer acht huishoudens in de ambassade. Tegelijkertijd is de ambassade in feite uitgegroeid tot een centrum voor belangeloze hulp en adviezen bij asiel- en uitzettingsprocedures. Tegelijkertijd probeert men de strijd voor een gelijkwaardige mondiaal burgerschap via demonstraties, pamfletten en de website onder de aandacht te brengen. Daarnaast probeert men met andere freezone activiteiten culturele activiteiten op te zetten. Zo is er in januari 2004 een event geweest dat samen met NOVA CINEMA is opgezet. De ambassade van Somalië is daarmee eigenlijk een belangenvertegenwoordiger cq. een ambassade voor de universele rechten van de netwerkburger geworden. Impact Niettemin erkent een van de initiatiefnemers van de Universal Embassy de fragiliteit van het geheel: • Ten eerste is de ambassade nog steeds eigendom van de regering van Somalië. Zodra deze hun eigen zaken weer op een rij hebben en het gebouw weer opeisen voor hun eigen representant, moet het initiatief wijken • Ten tweede bestaat het initiatief volledig uit de belangeloze medewerking van een aantal activisten. Zodra deze om wat voor reden dan ook wegvallen, zijn de asielzoekers weer aan hun eigen lot overgelaten • Ten derde wordt het initiatief thans door de politiek en politie door de vingers gezien. Zodra er bv. interne ruzie uitbreekt of er een minder soepel politiek klimaat ontstaat is een gewelddadige uitzetting niet denkbeeldig • Ten vierde blijft er door het kleinschalige karakter het initiatief vooral tot de ambassade zelf beperkt. Men is voorlopig niet in staat gebleken een brede stroming of netwerk in de stad Brussel zelf op te zetten, laat staan bijvoorbeeld het potentieel multicultureel klimaat als een weldadig eigen kracht voor het wel en wee van de stad te promoten of activeren. Hierdoor blijft de toekomst van het initiatief onzeker en de armslag vooralsnog beperkt. de schaduwstad 3 Brussels hoofdstedelijk gewest 29
  • 30. 30 inleiding DE SCHADUWSTAD