Met dit project wil SCS de professionele schuldhulpverlening en de vrijwilligers (van kerken) met elkaar in contact te brengen, zodat zij beter gaan samenwerken. Dat is nodig om mensen met financiële problemen beter te kunnen helpen. Nog belangrijker is het om te voorkomen dat steeds meer mensen zich bij de gemeenten moeten melden met schuldproblemen.
2. Doe het samen!
Totstandkoming
Het project “Doe het samen!” is mogelijk gemaakt door de motie Ortega
(ChristenUnie), welke motie is gesteund door de fracties van het DCA en de PvdA.
Hierop heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
besloten subsidie toe te kennen aan het project “Doe het samen!” van SCS.
Inhoud van het project
Met dit project wil SCS de professionele schuldhulpverlening en de vrijwilligers
(van kerken) met elkaar in contact te brengen, zodat zij beter gaan
samenwerken. Dat is nodig om mensen met financiële problemen beter te
kunnen helpen. Nog belangrijker is het om te voorkomen dat steeds meer
mensen zich bij de gemeenten moeten melden met schuldproblemen. Hulp
vragen is vaak heel erg moeilijk en de regie over je geld uit handen geven voelt
aan als een diskwalificatie van jezelf. Hulp moet daarom vooral gericht zijn
op het voorkomen van financiële problemen. Op dit terrein valt nog veel te
verbeteren. Toch is het juist ook het terrein waarop nog heel veel valt te winnen,
waardoor mensen hun regie niet kwijt hoeven te raken en dus zelfredzaam
blijven!
Focus op preventie
In overeenstemming met de doelstelling van het kabinet wil SCS zich dus
focussen op het voorkomen van financiële problemen. De groep huishoudens
met financiële moeilijkheden, die nog niet bij de hulpverlening in beeld is, is
bovendien vele malen groter dan de groep die al hulp krijgt. Met name kerken
zijn als een van de weinige organisaties nog in staat ongevraagd achter
de voordeur van mensen te komen. Christenen worden vanuit hun geloof
aangespoord een naaste te zijn voor hun medemens, ongeacht hun achtergrond
en omstandigheden. Hierdoor zijn kerken vaak in staat veel vrijwilligers op de
been te brengen. Deze vrijwilligers zijn mensen die in vrijwel alle sectoren van de
samenleving werkzaam zijn. Het gaat dan om mensen op de werkvloer en op de
afdeling personeelszaken, om managers, vertegenwoordigers en directeuren,
maar ook om mensen die van een uitkering leven. Met een antenne voor mensen
met moeilijkheden kunnen zij een belangrijke bijdrage leveren op het gebied van
onder andere de schuldhulppreventie.
3. Probleemomvang
Enig idee hoeveel Nederlanders dreigen weg te zakken in het
moeras van de schuldproblematiek? Onderzoek in opdracht van
het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid toonde
aan dat in 2008, dus vóórdat de veel besproken crisis toesloeg,
ongeveer 3,5 % van alle huishoudens balanceerde op de rand
van een problematische schuldsituatie. Maar liefst 9,8% had
problematische schulden, maar maakte (nog) geen gebruik van
de schuldhulpverlening. Slechts 2,3 % van de huishoudens in ons
land stond geregistreerd bij de schuldhulpverlening. Percentages
maken echter vaak weinig indruk: we kunnen ons er geen concrete
voorstelling bij maken. Bovenstaande cijfers komen er op neer dat
in 2008 zo’n 693.000(!) huishoudens financiële problemen hadden,
waarvan 529.000 (nog) niet werden geholpen. Een enorme en
wijdverbreide problematiek dus. Helaas blijft deze ellende, die
gepaard gaat met veel stress, schaamte en sociaal isolement, te
lang onopgemerkt.
Wie is verantwoordelijk?
In eerste instantie is dat de burger zelf. Maar als die door
overmacht, onvermogen of andere oorzaken de grip op de
problemen dreigt te verliezen, bij wie kan hij dan terecht voor
hulp? Bij de burgerlijke gemeente, want de Wet Werk en Bijstand,
de WWB, wijst de gemeentelijke overheid aan als de primair
verantwoordelijke voor deze zorg.
De praktijk…
Een belangrijk deel van de doelgroep is zelf niet of nauwelijks
in staat de weg naar het loket van de gemeente te vinden. Daar
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
1
4. komen, voor wie wel om hulp vraagt, nog de problematische
wachtlijsten bij. Hoe kan een overheid in deze weerbarstige
werkelijkheid kwalitatief goede zorg bieden?
De burger herontdekt
De gemeente is tot goede hulpverlening slechts in staat wanneer
zij, net als in het geval van de WMO, de helpende hand krijgt
toegestoken vanuit de maatschappij. Betrokken burgers weten in
hun omgeving vaak veel beter dan de overheid de voordeuren aan
te wijzen waarachter problemen zich voordoen. Inmiddels hebben
enkele politieke partijen dit ook ingezien en is op hun verzoek door
de staatssecretaris eenmalig geld vrijgemaakt om initiatieven te
initiëren waardoor de burger bij deze zorg betrokken kan worden.
Wanneer mensen op tijd worden geholpen, kan zowel de lengte als
de doorlooptijd van de wachtlijsten aanzienlijk worden ingekort. Dit
komt de doelgroep rechtstreeks ten goede en bespaart de overheid
veel geld.
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
2
5. De kerken
Een van de partijen die de overheid kan helpen wordt gevormd
door de kerken. De kerken vormen samen de grootste
maatschappelijk betrokken organisatie in Nederland. Vanuit hun
levensovertuiging is onder actieve christenen sprake van een
inwendige motivatie. Kerken zijn daardoor bij uitstek geschikt om
‘buddy’s’ te leveren die de doelgroep kunnen begeleiden in hun
contact met de gemeente en de professionele schuldhulpverlening.
Vanuit Den Haag is subsidie beschikbaar gesteld om dit potentieel
binnen de kerken te mobiliseren en in contact te brengen met de
plaatselijke overheden. Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
(SCS) begeleidt deze projecten.
Visie SCS
SCS wil een substantiële bijdrage leveren aan de steeds vaker
voorkomende schuldproblematiek in veel huishoudens in
Nederland. Met de “C” in SCS wil de stichting tot uitdrukking
brengen vanuit welk kader de problematiek wordt benaderd. SCS
is dan ook aanspreekbaar op het hanteren van de christelijke norm
met betrekking tot de schuldproblematiek. In haar optreden wil de
stichting de liefde en barmhartigheid van Christus laten zien, ook
als het gaat om financiële en zakelijke vraagstukken.
De visie van SCS is te typeren als “driefasenmodel”.
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
3
6. In fase 1 van deze zorgcyclus wordt de hulpvrager door de
vrijwilliger uit zijn/haar directe omgeving begeleid. Deze levert de
nodige basiszorg. Overstijgt de problematiek de mogelijkheden
van deze begeleiding, dan volgt inschakeling van professionele
hulpverlening: fase 2. Tijdens fase 2 blijft de vrijwilliger uit fase 1
betrokken bij de situatie van de cliënt. Fase 3 is het nazorg-traject,
waarbij de cliënt weer wordt overgedragen aan de basiszorger
uit fase 1, met waar nodig, begeleiding op afstand door een
professional.
Wat doet SCS concreet? SCS organiseert en faciliteert:
• Contact tussen overheid en kerken in (start)bijeenkomsten
• Diaconale platforms
• Toerusting van vrijwilligers
• Bewustwording van kerkelijke gemeenten
De startbijeenkomst
Een eerste doel is het met elkaar in contact brengen van de juiste
partijen. SCS organiseert daarom per deelnemende gemeente een
zogenaamde ‘startbijeenkomst’, waar vertegenwoordigers van de
burgerlijke gemeente, de professionele schuldhulpverlening en de
plaatselijke kerken elkaar ontmoeten. In deze bijeenkomsten licht
elke partij zijn rol toe en leert men elkaar persoonlijk kennen.
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
4
7. Het diaconaal platform
Het is voor de plaatselijke overheid ondoenlijk contact te
onderhouden met elke kerkelijke gemeente afzonderlijk. Een
diaconaal platform lost dit knelpunt op. In dat platform verenigen
de (diaconieën van de) kerken zich, zodat de overheid en de
hulpverleningsorganisaties daarmee één aanspreekpunt en één
klankbord voor het diaconale werk van de kerken krijgen. Het
diaconaal platform kent 3 werkgroepen: werk & inkomen, welzijn
& zorg en zorg & samenleving. Deze laatste werkgroep zorgt voor
een goede communicatie tussen de kerken en de samenleving. Het
diaconaal platform is daarom ook het aanspreekpunt van de kerken
op het gebied van WMO-zaken. Het zorgt er door zijn opzet voor
dat er aandacht is voor alle aspecten van de schuldproblematiek
(integrale schuldhulp).
Gekozen uit verschillende Stuurgroep
denominaties
Afgevaardigden uit
Klankbordgroep
kerken 2x per jaar
Werkgroep Werkgroep Werkgroep
Voeding
Werk & Welzijn & Zorg &
klankbordgroep
Inkomen Zorg Samenleving
Diaconaal platform
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
5
8. Toerusting vrijwilligers
Wíllen helpen en kúnnen helpen is niet hetzelfde. SCS heeft daarom
een cursus ontwikkeld die diakenen in staat stelt de doelgroep
op een adequate manier bij te staan. In deze cursus leren de
deelnemers:
• bewustwording van de omvang van de problematiek;
• de vaak verzwegen problemen te signaleren;
• deze problemen te inventariseren;
• de aard van de problematiek te analyseren;
• de weg naar de professionele hulp verlening te vinden.
Vanuit een schuldhulpvraag kan veel worden geleerd: hoe lang
kent de vrijwilliger deze mensen, is er met hen over geldzaken
gesproken, heeft de betrokkene signalen afgegeven die men nu
wel begrijpt maar destijds niet, etc.? Daarnaast biedt SCS de kerken
een beleidsplan aan m.b.t. de omgang en bejegening van mensen
met financiële problemen en krijgen de kerken de beschikking over
een sociaal-diaconale kaart (Sodiak) om de beschikbare hulp en de
onderlinge samenwerking en activiteiten in beeld te krijgen.
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
6
9. Bewustwording van kerkelijke gemeenten
Het is van groot belang dat niet alleen de leiding van de kerk
goed is geïnformeerd. Beter is het iedereen te bereiken, zeker als
het gaat om het voorkomen van (financiële) problemen en het
signaleren van problemen in je eigen sociale omgeving. Daarom
wordt aan kerken een draaiboek en bijbehorend materiaal
aangeboden om een themajaar te organiseren over het onderwerp
“geldbesteding.” Met opzet is gekozen voor een aanpak waarbij
iedereen wordt bereikt, ook mensen die (nu nog) geen financiële
problemen hebben. Bewustwording van de schuldproblematiek is
hier van groot belang. Middels projecten kunnen ook rijke mensen
ervaren wat het is om op het niveau van het sociaal minimum te
moeten leven. Deze bewustwording zorgt voor meer preventief
gedrag en een vergroting van het inlevingsvermogen voor mensen
die met financiële problemen in aanraking (zijn ge)komen.
Draagvlakverbreding
Diakenen, als vooruitgeschoven posten van de kerkleden, kunnen
via het themajaar over geldbesteding hun leden informeren over
de schuldproblematiek. De kerkleden kunnen, ieder in hun eigen
(werk)omgeving, met deze kennis en informatie een bijdrage
leveren aan schuldpreventie.
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
7
10. Kansen
In 2011 wordt/is via de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
wetgeving van kracht inzake het schuldhulpverleningsbeleid van
de gemeenten. Gemeenten zullen daarom moeten aangeven hoe
zij invulling geven aan het onderwerp preventie. Hier biedt SCS de
gemeenten kansen. Door SCS te betrekken bij de samenwerking
tussen kerken en gemeenten wordt de burgerlijke gemeente in
staat gesteld haar preventiebeleid concreet invulling te geven.
Als landelijk werkende stichting wil SCS contacten onderhouden
met organisaties en partijen die zich bezighouden met
schuldhulppreventie en – verlening, zoals:
• Divosa
• Kerken
• Kerk & WMO
• NIBUD
• NVVK
• Landelijke en gemeentelijke politiek
• VNG
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie
8
11. De door SCS gebruikte modellen:
Hulpbehoefte pyramide
Ontwikkeld door gemeenten en maatschappelijke organisaties in de provincie Friesland
(vaak meervoudige) problemen:
professionele hulp nodig
(vaak enkelvoudige) problemen:
hulp door vrijwilliger/buddy
zelfredzaam:
sociaal netwerk of koopt hulp in
Drie fasen model
Visie over hulpverlening ontwikkeld door Stichting Saron in 2003
2
professionele
hulp
1
basiszorg
Sociale
omgeving
client
3
nazorg
Contactgegevens
Stichting Christelijke Schuldhulppreventie (SCS)
Postbus 225
8000 AE ZWOLLE
Telefoon 038 – 82 00 111
www.stichtingscs.nl
info@stichtingscs.nl