2. De gevaarsborden Overweg zonder slagbomen. Plaats waar speciaal veel kinderen komen. Overweg met slagbomen. Beweegbare brug. Gevaarlijke bocht naar rechts. Uitweg op een kaai of een oever.
3. De voorrangsborden Gebod doorgang te verlenen aan de bestuurders die uit de tegenovergestelde richting komen. Voorrang ten opzichte van de bestuurders die uit de tegenovergestelde richting komen. Voorrang bij het volgende kruispunt. Voorrangsweg. Voorrang verlenen. Kruispunt waar de voorrang van rechts geldt.
4. De verbodsborden Vanaf het verkeersbord tot het volgend kruispunt, verbod een voertuig met meer dan twee wielen, links in te halen. Verboden toegang voor bestuurders van bromfietsen. Verboden richting voor ieder bestuurder. Verboden toegang, in beide richtingen, voor ieder bestuurder. Vanaf het verkeersbord tot het volgend kruispunt, verbod te keren Verboden toegang voor bestuurders van rijwielen.
5. De gebodsborden Verplicht rondgaand verkeer. Verplicht fietspad. Deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers en fietsers. Deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers, fietsen en van tweewielige bromfietsen. Bestuurders van fietsen zijn niet verplicht om het bovenhangende gebod te volgen. Verplichting de door de pijl aangeduide richting te volgen.