Presentatie, gehouden op 15 december 2011, over de uitkomsten van onderzoek naar het huisverbod bij ouderenmishandeling en naar de aandacht voor kinderen bij huiselijk geweld.
1. Melding/intake: hoe komen huisverbod en reguliere casussen binnen Het signaal De melding Beoordeling van de melding Melding bij het AMK Handelen afhankelijk van mate dreiging 2. Diagnostiek: hoe vindt de diagnose plaats bij huisverbod en reguliere casussen Diagnostiek Overdracht van de casus Onderzoek/indicatiestelling mbt kinderen 3. Aanpak: hoe wordt de hulp en PvA vormgegeven bij huisverbod en reguliere casussen Aanbieden van hulp Acceptatie van hulp Start hulp Verloop hulp Afronding hulp nazorg
Wordt het probleem voldoende erkend in de beginfase / melding en intake? Politie doet niet altijd melding AMK. Niet altijd persoonlijk gesprek met kinderen, maar navraag bij ketenpartners Wordt de systeemaanpak goed vormgegeven en vindt er voldoende afstemming plaats tussen de verschillende trajecten en hulpverleners? Er vindt niet altijd onderlinge uitwisseling plaats van informatie, koppelen registratiesystemen, en terugkoppeling Gebruiken de hulpverleners alle mogelijke middelen om ouders te motiveren voor hulp? Uit onderzoek blijkt dat ouders gemotiveerd worden. maar gebruiken zij ook middelen zoals de Raad voor de Kinderbescherming. Wordt de meest effectieve hulpverlening ingezet? Volgens het NJI is een aantal theoretisch goed onderbouwde interventie. Deze worden niet gebruikt. maar wellicht andere goed onderbouwde interventies. Wordt de hulpverlening ook daar op geselecteerd? Zijn er verschillen tussen de hulpverlening aan kinderen betrokken bij het huisverbod en kinderen in regulieren casussen huiselijk geweld. Bij huisverbod casussen zien we dat de hulpverlening sneller en intensiever is, maar de verschillen verdwijnen na de fase van diagnostiek .