3. INLEIDING
Elke student van een lerarenopleiding basisonderwijs in Nederland verdiept zich in een
leeftijdsgroep. We noemen dat ‘uitstroomprofiel jonge kind’ en ‘uitstroomprofiel oudere kind’. Dit
geeft de student de mogelijkheid tijdens de opleiding een persoonlijke voorkeur te volgen en voor
de basisscholen betekent het dat bij de samenstelling van het team met deze verbreding en
verdieping rekening kan worden gehouden. Overigens is het wel zo dat de leraar basisonderwijs in
alle groepen inzetbaar is.
Studenten die op de opleiding werken aan hun uitstroomprofiel verdiepen zich theoretisch en
praktisch in het jonge of oudere kind door het aanleggen van hun (persoonlijke) expertdossier. Er
worden vakverdiepende (hoor)colleges in de profilering en de vakgebieden rekenen, Nederlands,
Engels en wetenschap en techniek aangeboden. Daarnaast zijn groepsbijeenkomsten, vakgerichte
workshops, zelfstudie-uren en docentconsultatie ingeroosterd. De relatie met de praktijk wordt
gelegd door opdrachten en (delen van) het onderzoek in de praktijk uit te voeren en doordat de
student drie praktijkdagdelen verzorgt, gebaseerd op de kennis en vaardigheden uit het
expertdossier.
De docenten van het team uitstroomprofiel wensen iedereen die aan de module uitstroomprofiel
meewerkt veel inspiratie en plezier.
Team uitstroomprofiel
februari 2010
pagina 3 van 9
4. ALGEMENE INFORMATIE
Specialisatie en uitstroomprofiel
Gedurende de opleiding heb je al gekozen voor specialisatie in een bepaalde pedagogische
richting (onderwijsvisie): regulier, Montessori, Dalton of OGO. In jaar 4 specialiseer je je verder
door te kiezen voor een bepaalde minor. In semester 2 van jaar 3 kies je voor het jonge of oudere
kind en dat is je uitstroomprofiel. De basisopleiding met specialisatie en profilering maakt dat je je
studie op een eigen manier vormgeeft die overeenkomt met je talenten en interesses. Hierdoor
ben je voor de basisschool een unieke en interessante collega. Een schoolteam bestaat altijd uit
mensen met verschillende kwaliteiten. Door specialisatie en profilering kun je jouw kwaliteiten voor
anderen zichtbaar maken.
Uitstroomprofiel
Je hebt de keuze gemaakt tussen ‘werken met het jonge kind’ (de groepen 1-4) of ‘werken met
oudere kinderen’ (de groepen 5-8). Bij het uitstroomprofiel ‘jonge kind’ hoort ook kennis van de
aansluiting tussen de voorschool en de basisschool en bij het uitstroomprofiel ‘oudere kind’ verwerf
je kennis van de aansluiting tussen de basisschool en het voortgezet onderwijs. Op je
pabodiploma wordt vermeld voor welke profilering je hebt gekozen. Profilering betekent dat je
specifieke kennis en vaardigheden opdoet voor het lesgeven aan jonge of oudere kinderen en
deze keuze geeft ook aan in welke groep(en) je de LiO-stage wilt doen. Het diploma geeft je de
bevoegdheid om les te geven in alle groepen van de basisschool.
Doel van het uitstroomprofiel
Het doel van het traject dat je volgt voor de uitstroomprofielen jonge en oudere kind is een
startbekwame leerkracht te worden voor het jonge of oude kind, doordat je je kennis hebt verdiept
en verbreed ten aanzien van die aspecten van het vak die specifiek gelden voor een bepaalde
leeftijdscategorie.
Voor het jonge kind horen daarbij (Advies stuurgroep Lerarenopleidingen HBO-Raad, september
2006):
• Verdieping in de ontwikkelingspsychologie, pedagogiek en (vak)didactiek voor de leeftijd 4-8
jaar
• Kennisverbreding van aanvankelijke ontwikkelings- en leerprocessen (o.a. aanvankelijk taal- en
rekenonderwijs)
• Leerlingenzorg: vroegtijdig diagnosticeren van leerproblemen en bewaken van de doorgaande
leerlijnen van peuters en kleuters naar groep 3, waaronder VVE
• Uitgaande van de ontwikkeling van het kind samenhang kunnen aanbrengen tussen
leergebieden, wat leidt tot leren in een betekenisvolle context
Voor het oudere kind horen daarbij (Advies stuurgroep Lerarenopleidingen HBO-Raad, september
2006):
• Verdieping in de ontwikkelingspsychologie, pedagogiek en (vak)didactiek voor de leeftijd 8-12
jaar
• Kennisverbreding van voortgezette leerprocessen m.b.t. de verschillende vakgebieden en de
beperkingen die daarbij kunnen optreden (o.a. voortgezet taal- en rekenonderwijs)
• Leerlingenzorg: signaleren van leerproblemen, doorverwijzen en samenwerken met derden en
begeleiden van de uitstroom naar het voortgezet onderwijs
• Vakinhouden/leergebieden kunnen samenbrengen in een betekenisvolle context waarbij de
relatie tussen school en maatschappelijke ontwikkeling vorm krijgt
Behalve in ontwikkelings- en leergebieden verdiep je je ook in de omgevingsaspecten van de
school die daarbij passen, waaronder: ouders, collega’s, partners van instellingen voor zorg en
begeleiding en dergelijke.
pagina 4 van 9
5. OPDRACHTEN & AFRONDINGEN
I. Expertdossier
Leg een eigen expertdossier aan, als onderdeel van je digitaal portfolio, waaruit blijkt dat jij je aan
het einde van het tweede semester hebt ontwikkeld tot leraar voor het jonge of oudere kind.
Hoofdvraag: Welke specialistische kennis, vaardigheden en attituden kenmerkt een leraar voor het
jonge of oudere kind?
Deelvragen:
• Hoe kenmerkt zich de ontwikkelingspsychologie en de daarbij behorende doorgaande leer- en
ontwikkelingslijnen?
• Hoe kenmerkt zich het leren van het kind?
• Wat is het didactisch repertoire van de leraar?
• Hoe kenmerkt zich de leef- en leeromgeving van het kind?
• Hoe houden leerkrachten rekening met leer- en ontwikkelingsgebieden wanneer zij ( in
samenhang) onderwijs ontwerpen?
• Hoe kenmerkt zich een leeromgeving die uitnodigt tot actief en betrokken leren?
Aan het einde van iedere onderwijsweek beschrijft iedere student in maximaal 100 woorden het
verloop van haar eigen onderzoek. Dit plaats je uiterlijk op vrijdagmiddag om 14.00 uur op de
Uitstroomprofiel NING www.pabohva.ning.com (uitleg volgt in de bijeenkomsten). Beschrijf
waaraan je hebt gewerkt, met welke vragen je bezig bent geweest, wat opvallende inzichten of
artikelen zijn die je hebt gevonden en/of welke vragen je hebt aan docenten en mede-studenten.
Neem de moeite om de bijdragen van mede studenten te lezen en met elkaar kennis te delen en
vragen waarvan jij het antwoord weet te beantwoorden.
II. Kennistoets
Studenten maken aan het eind van het eerste deel van het semester, op 25 maart 2010, een
kennistoets. Bij het maken van deze kennistoets mag de student het eigen, gevulde, expertdossier
gebruiken als bron.
III . Praktijk
Vanaf de start van het uitstroomprofiel loop je twee dagen in de week stage, je verzorgt activiteiten
en verzorgt aan het einde van het semester een hele dag.
Voor de afronding van het uitstroomprofiel geldt dat je in het tweede deel van het semester (vanaf
april 2010) drie praktijkdagdelen verzorgt , gebaseerd op de kennis en vaardigheden uit jouw
expertdossier. Tijdens deze dagen verzamel je het beeldende materiaal wat de basis is voor je
presentatie.
IV. Afronding d.m.v. een eindpresentatie
Je verzorgt een individuele beeldende presentatie van 10 minuten, met behulp van foto’s of
filmfragmenten, waarin je jouw verdieping in het jonge of oudere kind laat zien. De hoofdvraag voor
het uitstroomprofiel is: Welke specialistische kennis, vaardigheden en attituden kenmerkt een
leraar voor het jonge of oudere kind?
In deze presentatie besteed je in ieder geval aandacht aan:
• Aanvankelijke ontwikkelings- en leerprocessen (jonge kind)
• Doorgaande lijn van drie tot 14 jaar
• Leergebieden in samenhang vanuit het zich ontwikkelende kind benaderd (jonge en oudere
kind)
• Beperking en verdieping van vakken/leergebieden (oudere kind)
• De ontwikkeling op vier competentiegebieden: interpersoonlijk, organisatorisch, pedagogisch
en vakinhoudelijk/didactisch.
Je geeft met jouw presentatie een beeld van jouw ontwikkeling in brede zin. Daarnaast krijg je
enkele dagen voorafgaande de presentatie te horen welk specifieke onderwerp jij in jouw
presentatie óók een plaats moet geven. Deze onderwerpen verschillen per student.
De beelden (foto of film) vormen het hart van de presentatie en zullen door geschreven of
gesproken tekst ondersteund worden. Dit maakt het mogelijk je keuzes te verantwoorden.
pagina 5 van 9
6. De presentaties worden in groepen van vijf studenten georganiseerd waarbij één kerndocent en
één gastdocent de presentaties zullen beoordelen. De gastdocent kan een vakdocent zijn of een
opleider in de school. Het beoordelingsformat voor deze afronding wordt uiterlijk 25 maart bekend
gemaakt. De studenten worden op één van onderstaande data ingedeeld.
• Maandag 7 juni: 08.30-10.00 uur
• Maandag 7 juni: 10.30-12.00 uur
• Maandag 7 juni: 13.00-14.30 uur
• Dinsdag 8 juni: 13.00-14.30 uur
• Dinsdag 9 juni: 15.00-16.30 uur
• Maandag 21 juni: 11.30-13.00 uur (herkansing)
pagina 6 van 9
7. ROOSTER
Donderdag 4 februari
• 08.30-09.15 uur. Introductie op het uitstroomprofiel:
o Groep Jonge kind = joki, lokaal B3.17, docente: Constance van Kesteren
o Groep 1 Oudere kind = oki 1, lokaal B3.23, docente: Jacqueline Bieger
o Groep 2 Oudere kind = oki 2, lokaal B1.05, docenten: Martijn van Schaik en Remy Wilshaus
• 09.30-11.00 uur. Speakerscorner in A0.17 en ruimte vóór A0.11
• 11.15-11.45 uur. Verwerking speakerscorner in eigen groep.
• 12.00-13.00 uur. Thema: ontwikkelingspsychologie. Het college wordt verzorgd door dr. F.
Jellesma, A 017. Neem pen en notitieblok mee!
Donderdag 11 februari
• 08.30-09.30 uur. Profileringstijd: het leren van het kind.
• 09.45-10.45 uur. Nederlands oki 1+ Rekenen/Wiskunde joki
• 11.00-12.00 uur. Nederlands oki 2 + Rekenen/Wiskunde oki 1
• 12.00-13.00 uur. Nederlands joki + Rekenen/Wiskunde oki 2
• 14.30-16.00 uur. Engels (allen) A0.11
Donderdag 18 februari
• 08.30-11.00 uur. Profileringstijd: het didactisch repertoire van de leraar.
• 11.00-13.00 uur. Werktijd en begeleiding + terugkoppeling.
• 14.30-16.00 uur. Engels joki
Donderdag 4 maart (Jacqueline Bieger afwezig)
• 08.30-09.30 uur. Nederlands oki 2 + Rekenen/Wiskunde oki 1
• 09.45-10.45 uur. Nederlands oki 1 + Rekenen/Wiskunde joki
• 11.00-12.00 uur. Nederlands joki + Rekenen /wiskunde oki 2
• 11.30-13.00 uur. Wetenschap & Techniek oki 1
• 12.00-13.00 uur. Spreekuur Constance en Remy
• 13.00-14.30 uur. Wetenschap & Techniek oki 2
• 14.30-16.00 uur. Engels joki
Donderdag 11 maart
• 08.30-11.00 uur. Profileringstijd: de leef- en leeromgeving van het kind.
• 11.00-13.00 uur. Werktijd en begeleiding + terugkoppeling.
• 13.00-14.30 uur. Wetenschap & Techniek joki
• 14.30-16.00 uur. Engels oki 1/2
Donderdag 25 maart
• 08.30-10.00 uur. Schriftelijk tentamen n.a.v. deelvragen uitstroomprofiel m.b.v. het eigen
expertdossier.
• 10.15-11.00 uur. Studenten kijken elkaars tentamen na en boordelen deze.
• 11.15-12.00 uur. Groepsgesprekken met groepen van 25 studenten om balans op te maken.
• 12.00-13.00 uur. Zelfstandig werktijd.
• 14.30-16.00 uur. Engels oki 1/2
Donderdag 15 april
• 08.30-10.00 uur. Herkansingen: Schriftelijk tentamen n.a.v. de deelvragen van het
uitstroomprofiel m.b.v. het eigen expertdossier. Studenten kijken elkaars tentamen na en
beoordelen deze.
• Gesprek van Constance, Jacqueline en Remy om tentamens te bespreken en te beoordelen.
• 10.30-13.00 uur. Profileringstijd: leer- en ontwikkelingsgebieden, in samenhang onderwijs
ontwerpen.
pagina 7 van 9
8. Donderdag 22 april
• 08.30-11.00 uur. Profileringstijd: Materialen en methoden.
• 11.00-13.00 uur. Werktijd en begeleiding + terugkoppeling.
Donderdag 29 april (Constance van Kesteren en Remy Wilshaus afwezig)
• 08.30-09.30 uur. Nederlands oki 1 + Rekenen/Wiskunde oki 2 + W&T joki
• 09.45-10.45 uur. Nederlands joki + Rekenen/Wiskunde oki 1 + W&T oki 2
• 11.00-12.00 uur: Nederlands oki 2 + Rekenen /wiskunde joki + W&T oki 1
• 12.00-13.00 uur. Werktijd + spreekuur Jacqueline
Donderdag 27 mei (onder voorbehoud)
• 08.30-10.00 uur. Specifieke beroepsvaardigheden a la carte ronde 1.
• 10.00-10.30 uur. Pauze.
• 10.30-11.30 uur. Spreekuur.
• 11.30-13.00 uur. Specifieke beroepsvaardigheden a la carte ronde 2.
Donderdag 3 juni
• 08.30-13.00 uur. Gemeenschappelijk afsluiting
Eindpresentaties (studenten worden op één van onderstaande data ingedeeld)
• Maandag 7 juni: 08.30-10.00 uur
• Maandag 7 juni: 10.30-12.00 uur
• Maandag 7 juni: 13.00-14.30 uur
• Dinsdag 8 juni: 13.00-14.30 uur
• Dinsdag 9 juni: 15.00-16.30 uur
Herkansing eindpresentatie
• Maandag 21 juni: 11.30-13.00 uur
pagina 8 van 9
9. LITERATUUR
• Hooijmaaijers, T., Stokhof, T. & Verhulst, F. (2009). Ontwikkelingspsychologie voor
leerkrachten basisonderwijs. Assen: Van Gorcum.
• Stevens, L. (1997). Overdenken en doen. 's Gravenhage: Procesmanagement Primair
Onderwijs.
• Van der Veen, J. & Van der Wal, J. (2008). Van leertheorie naar onderwijspraktijk.
Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.
• Feldman, R.S., (2009). Ontwikkelingspsychologie. Amsterdam: Pearson Education.
Aanvullende literatuur voor het oudere kind uitstroomprofiel:
• Maas, A. (redactie) (2009). Het oudere kind: Groei en ontwikkeling bij leerlingen van 8 tot 14
jaar. Heeswijk-Dinter: Esstede.
• Hoogeveen, P. en Winkels, J. (2008). Het didactische werkvormenboek: Variatie en
differentiatie in de praktijk. Assen: Van Gorcum.
• Munnik, C. de en Vreugdenhil, K. (2001). Onderwijs ontwerpen: Het didactisch routeboek als
werkboek voor de pabo. Groningen: Wolters Noordhoff.
• Crone, E. (2008). Het puberende brein; over de ontwikkeling van de hersenen in de unieke
periode van adolescentie. Amsterdam: Bert Bakker
• Nelis, H. &. Van Sark, Y. (2009). Puberbrein binnenstebuiten. Utrecht/Antwerpen: Kosmos.
• Pompert, B. (2008). Thema ’ s en Taal. Voor de bovenbouw. Assen: Van Gorcum.
• Plas, C. (2008). Gemotiveerd leren, werken met leer en begeleidingsstijlen. Groningen:
Noordhoff.
• Van Oers, B. (2010). Ontwikkelingsgericht werken in de bovenbouw van de basisschool.
Alkmaar: De Activiteit.
Aanvullende literatuur voor het jonge kind uitstroomprofiel:
• Bosch, W. & Boomsma, C. (2009). Onderwijs aan jonge kinderen... een vak apart. Baarn: HB
uitgevers.
• Janssen-Vos, F. (2008). Basisontwikkeling voor peuters en de onderbouw. Assen: Van
Gorcum.
• Lamers, T. (2009). Het jonge kind. Heeswijk-Dinther: Esstede.
• Fijma, N., Vink,H. (2003). Op jou kan ik rekenen. Assen: Van Gorcum.
• Knijpstra, H. & Pompert, B. (1997). Met jou kan ik lezen en schrijven. Assen: van Gorcum.
• Janssen-Vos, F. (2009). Spel en ontwikkeling. Assen: Van Gorcum.
• Pompert, B. Hagenaar, J. & Brouwer, L. (2009). Zoeken naar woorden. Assen: Van Gorcum.
• Janssen-Vos, F. e.a. (1997 of latere druk). Werken met materialen. Assen: van Gorcum.
• Slenders, R. e.a. (2008). Spelend rekenen met peuters en kleuters. Drunen: Delubas.
• Hohmann, M. e.a. (1998). Actief leren, handboek voor begeleiders en leerkrachten van jonge
kinderen. Utrecht/Zutphen: Thieme Meulenhoff.
• Verschillende VVE-methoden.
pagina 9 van 9