2. 100 jaar geleden was één op drie Amerikanen
landbouwer.
Vandaag produceert 2 % van de bevolking meer
voedsel dan toen.
3. Miljoenen ex-boeren werden niet blijvend werkloos.
Vonden later beter betaald werk in een technisch
vernieuwende maatschappij.
Idem voor typistes, reisagenten en secretaresses
van de voorbije 30 jaar.
4. Op termijn zorgen technologische innovatie en
kapitaalintensivering dus voor nieuwe banen, nieuwe
producten en hogere lonen.
Maar op korte termijn zijn de gevolgen van zo’n
omwenteling op de arbeidsmarkt er wel.
Stijgende werkloosheid en maatschappelijke ontwrichting
en politieke onrust.
6. Parallellen tussen het huidige tijdperk en dat van de
Industriële Revolutie zijn:
-Opbrengst van stijgende productiviteit gaat vooral
naar kapitaalbezitters en topwerknemers.
-De lagere arbeidsklassen krijgen steeds minder
van de opbrengst.
7. Top 1% werknemers: inkomen steeg van 9% tot
22% (van globale bbp).
De anderen: inkomen daalde van 64% tot 59%.
8. Wereldeconomie kantelt nu al duidelijk in het
voordeel van de rijken.
Maar de komende technologische ontwrichting zal
die beweging versterken.
10. 47% van alle huidige banen
worden binnen 20 jaar
geautomatiseerd.
11. Digitale start-ups introduceren innovatieve
producten en diensten.
Die verbeteren onze levens, maar voorlopig is er
geen echte jobcreatie.
Instagram had in 2012 bij de verkoop aan Facebook
30 miljoen klanten en 13 werknemers.
12. Kodak, had eerder in 2012 faillissement
aangevraagd.
Had ooit 145.000 mensen aan het werk.
AirBnB en Uber maken van huis- en autobezitters
ondernemers.
Hierdoor worden industrieën in hun bestaan
bedreigt.
13. De sociale gevolgen van robotisering zullen, net
zoals die van de digitalisering, immens zijn.
Meest bedreigde jobs zijn laagbetaald en de minst
bedreigde jobs zijn hoogbetaald.
Gevolg: sociale ongelijkheid groeit sterk.
14. Politici die zich:
-tegen innovatie afzetten
-het minimumloon willen verhogen
-de welvaart willen herverdelen,
bereiken het tegenovergestelde.
Hun maatregelen leiden tot een exodus van talent en
kapitaal.
Want mondiale concurrentiekracht wordt sterker.
15. Het onderwijs hervormen!
Een nieuwe generatie van jongere creatievelingen
zal nodig zijn om te kunnen concurreren met
computers.
Meer aandacht is nodig voor de cognitieve vorming
van zeer jonge kinderen.
16. Er zijn goede argumenten voor extra uitkeringen
aan benadeelde werknemers.
Misschien zelfs een gegarandeerd basisinkomen.