Voorganger ds Sijtsma - van Oeveren organist dhr Nijmeijer luister mee via www.kerknoordwolde.nl

2. Welkom
Voorganger ds Sijtsma – van Oeveren
organist dhr Nijmeijer
Thema: “Kijk omhoog”
Viering Heilig Avondmaal

3. VDD G 385
Gij die mijn liefste kleinood zijt,

4. 1
Gij die mijn liefste kleinood zijt,
Gij allerschoonste kostbaarheid
die voor mijn hart ooit telde, o dat Gij mijn
geluk wilt zijn,
hoe zal ik 't U vergelden?

5. 2
Rijk ben ik in uw liefde en trouw;
o Here Jezus, zie ik bouw
op niets dan uw genade,
en nooit in tijd
of eeuwigheid
wordt mij die schat tot schade.

6. 3
Uw woord is waarheid, - Gij berooft
mij nooit van wat het heeft beloofd:
uw trouw in dood en leven.
O Heer, omdat
Gij zijt mijn schat,
moet ik mijn hart U geven.

7. 4
Nu valt de nacht. O mijn kleinood,
verspreid uw glans nog in de dood,
parel van grote waarde.
Blijf, Jezus, Gij,
het licht voor mij,
nu 't donker wordt op aarde

8. Welkom
Voorganger ds Sijtsma – van Oeveren
organist dhr Nijmeijer
Thema: “Kijk omhoog”
Viering Heilig Avondmaal

9. P 34 – 1, 7, 9
Ik loof de Here altijd

10. Psalm 34 (LvdK)
t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

11. Psalm 34 (LvdK)
t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

12. Psalm 34 (LvdK)
t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

13. Psalm 34 (LvdK)
t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

14. Psalm 34 (LvdK)
t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

15. Stil gebed
Votum en groet
Prijst God die ons het leven geeft.
0, prijs zijn almacht, al wat leeft.
Prijst Hem die redt en die geneest.
Prijst Vader, Zoon en Heil'ge Geest.

16. Lezen deel Avondmaalsformulier,
gebed,
daarna P 25 - 3

17. Psalm 25 (LvdK)
t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551

18. Psalm 25 (LvdK)
t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551

19. Genadeverkondiging,
daarna G 358 - 1

20. Genadig Heer, die al mijn zwakheid weet (LvdK 358)
t. P.D. Kuiper; m. W.H. Monk

21. Wetslezing,
daarna P 25 - 7

22. Psalm 25 (LvdK)
t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551

23. Psalm 25 (LvdK)
t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551

24. Gebed om verlichting
met de Heilige Geest.

25. ‘k ben zo gelukkig
Opw 112

26. 'k Ben zo gelukkig.
Hoe word jij gelukkig?
'k Ben zo gelukkig.
Vertel mij toch waarom?
'k Ben zo gelukkig.
Hoe word jij gelukkig?
Ik wil het ook graag zijn.

27. Het is een wonder.
Wat is dat wonder?
Is dat wonder, dat gebeurd is
ook voor mij?
Jezus stierf en redde mij,
gaf zijn bloed en kocht mij vrij.
Dus kan ik gelukkig zijn.

28. Wij gaan, tot straks!

29. Lezen Num 21 : 1 t/m 9

30. 1 Toen de Kanaäniet, de koning
van Arad, die in het Zuiderland
woonde, hoorde, dat Israël langs
de weg van Atarim kwam, streed
hij tegen Israël, en voerde enigen
gevankelijk weg. 2 Daarop deed
Israël de HERE een gelofte en
zeide: Indien Gij dit volk volkomen
in mijn macht geeft, zal ik hun
steden met de ban slaan.

31. 3 En de HERE hoorde naar Israël
en gaf de Kanaäniet over; toen
sloegen zij hen en hun steden met
de ban. Daarom noemde men die
plaats Chorma. 4 Toen zij van de
berg Hor opgebroken waren in de
richting van de Schelfzee ten einde
om het land Edom heen te
trekken, werd het volk onderweg
ongeduldig. 5 En het volk sprak
tegen God en tegen Mozes:

32. Waarom hebt gij ons uit Egypte
gevoerd? om te sterven in de
woestijn? Want er is geen brood
en geen water en van deze flauwe
spijs walgen wij. 6 Toen zond de
HERE vurige slangen onder het
volk; die beten het volk, zodat er
velen van Israël
stierven. 7 Daarop kwam het volk
tot Mozes en zeide:

33. Wij hebben gezondigd, want
wij hebben tegen de HERE en
tegen u gesproken; bid tot de
HERE, dat Hij de slangen van
ons wegdoe. Toen bad Mozes
ten gunste van het volk. 8 De
HERE dan zeide tot Mozes:
Maak een vurige slang en
plaats die op een staak;

34. ieder, die daarnaar ziet,
wanneer hij gebeten is, zal in
leven blijven. 9 Toen maakte
Mozes een koperen slang en
plaatste die op een staak; en
wie, wanneer een slang hem
gebeten had, op de koperen
slang de blik richtte, bleef in
leven.

35. G 449 – 1, 3, 4, 5
God enkel licht,

36. God enkel licht (LvdK 449)
t. C.F.D. Schubart; v. A.C. den Besten; m. anoniem 1803

37. God enkel licht (LvdK 449)
t. C.F.D. Schubart; v. A.C. den Besten; m. anoniem 1803

38. God enkel licht (LvdK 449)
t. C.F.D. Schubart; v. A.C. den Besten; m. anoniem 1803

39. God enkel licht (LvdK 449)
t. C.F.D. Schubart; v. A.C. den Besten; m. anoniem 1803

40. 14 En gelijk Mozes de slang in
de woestijn verhoogd heeft, zó
moet ook de Zoon des mensen
verhoogd worden, 15 opdat
een ieder, die gelooft, in Hem
eeuwig leven hebbe.
Kijk omhoog!!

41. G 189 – 1, 2, 3, 4
Mijn verlosser hangt aan ‘t kruis

42. Mijn verlosser hangt aan ‘t kruis (LvdK 189)
t. A. van den Berg; m. C.F. Witt

43. Mijn verlosser hangt aan ‘t kruis (LvdK 189)
t. A. van den Berg; m. C.F. Witt

44. Mijn verlosser hangt aan ‘t kruis (LvdK 189)
t. A. van den Berg; m. C.F. Witt

45. Mijn verlosser hangt aan ‘t kruis (LvdK 189)
t. A. van den Berg; m. C.F. Witt

46. Lezen deel II formulier,
samen bidden Onze Vader.

47. ZG 239 – 1, 4
¶ G 259

48. Hier zijn wij, Heer, bij brood en wijn,
Gij roept, Gij zult de gastheer zijn
voor lammen, doven, blinden;
Gij nodigt: Komt en drinkt en eet,
komt, alle dingen zijn gereed wie God zoekt zal Hem vinden!

49. Hier zijn wij, Heer, bij brood en wijn,
Gij roept ons, hoe verdwaald wij zijn,
Gij noemt ons uw beminden;
Gij brengt uw schapen weer naar huis,
Gij schenkt uzelf - hier zijn wij thuis;
wie God zoekt zal Hem vinden!

50. Na brood en wijn
ZG 239 – 2, 3
¶ G 259

51. Om ons gebroken in de dood uw lichaam brak gelijk een brood,
om ons en onze zonden;
de wijn die hier gedronken wordt
is als het bloed door U gestort,
o Lam, dat wij verwondden!

52. Wij heffen, Heer, ons hart omhoog,
o hoofd, dat bloedend voor ons boog,
ons leed hebt Gij gedragen.
In U is God ons zeer nabij,
Gij schenkt oneindig meer dan wij
U zouden durven vragen!

53. Dankgebed en voorbede.

54. Collecte
1ste diaconie
2de eigen gemeente

55. Slotlied opw 446 Jdh 542
Daar is kracht

56. Wilt u van zonde en schuld zijn verlost?
Daar's kracht in het bloed!
Daar's kracht in het bloed!
Weet, dat uw redding zoveel heeft gekost.
Daar's kracht in het bloed van het Lam.

57. Refrein:
Daar is kracht, kracht,
wonderbare kracht
in het bloed van het Lam.
Daar is kracht, kracht,
wonderbare kracht
in het dierbaar bloed van het Lam.

58. Satan gaat rond
als een briesende leeuw.
Daar's kracht in het bloed!
Daar's kracht in het bloed!
Wilt u verlost zijn
en witter dan sneeuw?
Daar's kracht
in het bloed van het Lam.

59. Refrein:
Daar is kracht, kracht,
wonderbare kracht
in het bloed van het Lam.
Daar is kracht, kracht,
wonderbare kracht
in het dierbaar bloed van het Lam.

60. Komt dan tot Jezus,
Hij stierf ook voor U.
Daar's kracht in het bloed!
Daar's kracht in het bloed!
Hoort naar zijn woord
en gelooft in Hem nu.
Daar's kracht
in het bloed van het Lam.

61. Refrein:
Daar is kracht, kracht,
wonderbare kracht
in het bloed van het Lam.
Daar is kracht, kracht,
wonderbare kracht
in het dierbaar bloed van het Lam.

62. Zegen
Amen, amen, dat wij niet
beschamen ……..