9. 1. Vol verwachting blijf ik uitzien,
tot die dag eens dagen zal.
Dat de Heiland op de wolken,
weerkomt met bazuingeschal.
Welk een vreugde zal het wezen.
Als mijn oog Hem schouwen mag,
en mijn oor Zijn stem zal horen, op die
grote, blijde dag!
10. Refrein
Welk een uitzicht, bruidsgemeente!
Eeuwig Hem ten eigendom.
“Maranatha” blijv’ ons wachtwoord,
“amen, ja Heer Jezus, kom
11. 2. Al de teek’nen onzer dagen
zeggen mij: de komst genaakt
van de Bruigom, die Zijn liefste
tot Zich roept en haar volmaakt.
O, hoe blijde zal ik wezen,
op te trekken met die stoet,
juichend, met ontelb’re zaal’gen
onze Bruigom tegemoet!
Refrein
12. Refrein
Welk een uitzicht, bruidsgemeente!
Eeuwig Hem ten eigendom.
“Maranatha” blijv’ ons wachtwoord,
“amen, ja Heer Jezus, kom
13. 3. O, soms voel ‘k een sterk verlangen,
heimwee in mijn hart ontstaan;
‘k vraag mij af dan, dierb’re Heiland
zijt Gij reeds op weg gegaan?
Neen, het zal niet lang meer duren;
Hij verlangt nog meer dan wij.
Maranatha! Blijve ‘t wachtwoord
voor een elk, maar ook voor mij.
Refrein
14. Refrein
Welk een uitzicht, bruidsgemeente!
Eeuwig Hem ten eigendom.
“Maranatha” blijv’ ons wachtwoord,
“amen, ja Heer Jezus, kom
15. Stil gebed
Votum en groet
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.
17. Staand' op de beloften
van mijn Heer en God,
ga ik moedig voorwaarts
onder hoon en spot.
Bergen zullen wank'len,
maar Gods Woord houdt stand,
veil'ge gids naar 't hemels vaderland !
18. Refrein:
Glorie, glorie !
Nimmer kan het eeuwig Woord des
Heren falen !
Glorie, glorie !
'k Sta vast op de beloften
van mijn God !
19. Staand’ op de beloften
van mijn Heer en God,
weet ik in zijn hand geborgen
gans mijn lot.
Glorie en aanbidding zij mijn
dier’bre Heer,
zijn beloften falen nimmermeer.
20. Refrein:
Glorie, glorie !
Nimmer kan het eeuwig Woord des
Heren falen !
Glorie, glorie !
'k Sta vast op de beloften
van mijn God !
21. Staand' op de beloften
van mijn Heer en God,
vind ik in zijn Woord
mijn hoogste zielsgenot.
Zijn beloften zijn, o welk een zaligheid,
ja en amen, tot in eeuwigheid !
22. Refrein:
Glorie, glorie !
Nimmer kan het eeuwig Woord des
Heren falen !
Glorie, glorie !
'k Sta vast op de beloften
van mijn God !
23. Staand op de beloften
van mijn Heer en God,
onderhoud ik vast en moedig
zijn gebod.
Rustend in mijn Jezus als mijn al in al,
vrees ik voor geen tegenspoed of val.
24. Refrein:
Glorie, glorie !
Nimmer kan het eeuwig Woord des
Heren falen !
Glorie, glorie !
'k Sta vast op de beloften
van mijn God !
26. Al de weg leidt mij mijn Heiland, wat
verlangt mijn ziel dan meer?
Zou ik immer aan Hem twijf'len, die mij
voortleidt keer op keer?
Zoete troost en zaal'ge vrede, heb ik
steeds op Zijn bevel.
'k Weet wat hier mij overkome, Hij maakt
alle dingen wel.
27. Al de weg leidt mij mijn Heiland, troost
geeft Hij tot in de dood.
Als ik zwak ben in beproeving, sterkt Hij
mij met 't hemels brood.
Als mijn schreden soms gaan wank'len
en mijn ziel van dorst versmacht
geeft Hij mij het levend water, en
vernieuwt mijn levenskracht.
28. Al de weg leidt mij mijn Heiland, door
al 't aardse stormgebruis,
en volkomen vreugde wacht mij, in
het zalig Vaderhuis.
Als 'k mijn kroon, die Hij zal geven, aan
Zijn voeten nederleg,
zal mijn lied voor eeuwig wezen:
"Jezus leidde m'al de weg".