4. 4
Plaats:
Verschillen:
Gelijkenissen:
Gent is nu maar was ook vroeger een erg belangrijke stad voor kunst.
Naast musea en kunstgaleries telt Gent een aantal cultuurparels. In het
muziekcentrum De Bijloke staan elk seizoen ruim 120 concerten op het
programma. Het kunstencentrum Vooruit met art-decocafé is met zijn 100 jaar een
monument op zich en biedt een uitgebreid programma aan podiumkunsten en muziek.
Wie houdt van streetart kan zijn hartje ophalen in het Werrengarenstraatje of
‘graffitistraatje’, artistieke vrijhaven van straatkunstenaars. Of wandel de
streetart route. Hét hoogtepunt van de band tussen het historische karakter van
de stad en moderne kunst moet wel het Lichtfestival zijn. 1 keer om de 3 jaar is
Gent het canvas van internationale lichtkunstenaars. Spectaculaire lichtprojecties
sieren oude gevels en verwarmen het middeleeuws centrum in hartje winter.
5. 5
OPDRACHT 2: Zoek dit gebouw en vul aan.
……………………………………….(naam gebouw) is een Vlaamse
kunstinstelling in de Belgische stad Gent die een podium biedt aan diverse
kunstdisciplines. In …. (jaar) werd dit historisch zalencomplex aan de
……………………………. (adres) geopend door de Samenwerkende
Maatschappij Vooruit Nr.1.
Het gebouw werd ontworpen door ………………………(naam)
In 2013 was het gebouw …… jaar oud en werd er feest gevierd met een
speciaal programma en diverse activiteiten, zowel in het Feestlokaal als in de
stad. Het gebouw werd gerestaureerd en in …… (jaar) erkend als monument.
In 2000 kreeg het de …………….…… (prijs) na grondige restauratiewerken.
6. 6
OPDRACHT 3: Zoek de standbeelden en vul de kaders in.
Adres:
Omschrijving:
Geplaatst (jaar):
Kunstenaar:
Adres:
Omschrijving:
Geplaatst (jaar):
Kunstenaar:
Adres:
Omschrijving:
Geplaatst (jaar):
Kunstenaar:
7. 7
OPDRACHT 4 : Reflectie op de les.
1) Noem 1 ding op wat je hebt geleerd vandaag.
……………………………………………………………………………………………………………………………
2) Wat was het moeilijkste wat je vandaag hebt gedaan? Waarom?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
3) Hoe verliep de samenwerking? Hoe kwam dat?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
4) Welke opdracht ging het vlotste? Waarom?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
5) Wat ga je na deze les zeker onthouden?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………