2. Vlak tegenover het huis waar Nathan, Yasmine en Marit wonen, is een nieuw huis gebouwd.
3. En voor dat huis, staan Iris en Lex bewonderend toe te kijken. “Dit huis is dus echt van ons…”, fluistert Iris zacht, alsof het nog niet helemaal tot haar doorgedrongen is.
4. Dan laat ze Lex’ hand los en loopt resoluut naar binnen: “Kom, we gaan ons huis eens verkennen!”
5. De verkenning begint alvast bij een lichtblauwe woonkamer, alle meubels passen mooi bij het behang.
6. In diezelfde kamer, maar dan in een apart hoekje, is het eetgedeelte, eveneens in bijpassende kleuren.
7. Er is ook nog de keuken, weer helemaal bijpassend in het blauw en wit.
8. Het huis telt twee badkamers: één op het gelijkvloers, een andere op de bovenverdieping. Dit is de badkamer beneden.
9. Als je de trap op gaat, zie je de geïmproviseerde computerkamer (de computer staat gewoon op de eerste verdieping, vlak naast de trap).
10. En tot slot: de slaapkamer, met uitzondering van de gang het enige wat niet blauw is!
11. Iris en Lex eindigen hun verkenningstocht in één van de twee nog lege kamers. “Die is bedoeld voor onze kinderen…”, zucht Iris, “Ik hoop dat die er snel zullen komen…”
12. “Laten we dan al maar vast gaan proberen!”, grijnst Lex, maar wanneer hij zich omdraait om naar de slaapkamer te gaan…
13. “Ho! Ik denk dat we niet meer moeten proberen, liefje!”, roept Iris verrast uit, terwijl ze naar haar dikke buik kijkt.
14. “Dan kunnen we tenminste nog wel vieren dat we ouders worden!”, lacht Lex, terwijl hij een tedere kus op Iris’ mond drukt.
16. Jammer genoeg worden ze gestoord door de telefoon. “Iris Sophia Normal.”, neemt Iris op, met licht geïrriteerde stem.
17. “Wat is er nu weer, Anke, ik heb niet…” Ze stopt midden in haar zin, wanneer ze het verdriet in de stem van haar zusje hoort.
18. “Vertel het zo meteen maar, Anke, ik ben binnen tien minuten bij je!”
19. Een paar minuten later loopt ze bezorgd de oprijlaan bij Ankes huis op.
20. Anke komt huilend op haar afgelopen, en even voelt Iris zich weer even grote zus, die haar kleine zusje moet troosten.
21. “Anke, stop even met huilen. Vertel me nu eens rustig wat er precies gebeurd is.”
22. “Ze zijn… ze zijn Kelsy komen halen… Gisteren stopte er opeens een auto voor mijn huis, de maatschappelijk werkster. Ze heeft Kelsy op de arm genomen, en zonder dat ik nog iets kon zeggen is ze met haar weggegaan.”
23. “Wat moet ik nu, dit is zo’n deuk voor mijn imago… Geen enkele man zal nog een date met me willen…”, snikt ze.
24. Iris voelt de woede in zich opborrelen: “Dus Kelsy is meegenomen door de maatschappelijk werkster, en het enige waar jij aan denkt zijn je dates?!”
25. “Ik hoopte even dat je veranderd was.”, sist ze nog, voordat ze vertrekt, “Maar nu weet ik het zeker. Je bent echt gek, Anke!”
26. Wanneer Iris weer thuiskomt, zit Lex haar op te wachten: “En, wat had Anke dit keer weer te vertellen?”
27. Met een zucht ploft Iris naast hem neer in de zetel: “De maatschappelijk werkster heeft Kelsy meegenomen… en Anke denkt alleen maar aan wat de mannen nu niet van haar zullen denken…”
28. “Kleine Kelsy… ik kan gewoon niet geloven dat ik haar waarschijnlijk nooit meer zal zien…” De tranen springen in haar ogen.
29. Dan krijgt Lex opeens een idee: “Kan je nergens het telefoonnummer van die maatschappelijk werkster vinden? Misschien kan je haar bellen, de situatie uitleggen, en wie weet…”
30. Iris’ gezicht klaart op, en ze drukt zich wat dichter tegen Lex aan: “Je bedoelt dat… dat we Kelsy misschien kunnen adopteren?”
32. Na even zoeken heeft ze het telefoonnummer gevonden, en wanneer er aan de andere kant van de lijn opgenomen wordt, struikelt ze bijna over haar woorden van zenuwachtigheid.
33. En als Lex even later binnenkomt, vliegt ze hem enthousiast in de armen: “Het is gelukt! Kelsy mag bij ons komen wonen! Morgen brengen ze haar!”
34. Niet veel later kruipt het koppel in bed, want ze zullen hun rust nodig hebben voor morgen…
35. De volgende ochtend is Iris al vroeg wakker. “Ik ben zo vreselijk zenuwachtig!”, zegt ze met trillende stem, tussen twee happen muesli door.
36. Een halfuur op voorhand staat ze al voor de deur op uitkijk.
37. “Kelsy!!!”, roept ze verheugd uit, wanneer ze haar nichtje op de achterbank van de blauwe auto ziet zitten.
38. “Tante Ris!”, hoort ze het stemmetje van Kelsy, wanneer die haar tante herkent.
39. Iris tilt haar nichtje op, die meteen haar armpjes om haar nek slaat. “Mijn kleine schat… het komt allemaal goed…”, prevelt ze zachtjes in Kelsy’s oor.
40. Ook Lex komt naar buiten gelopen, om kennis te maken met Kelsy. “En dit is nu je oom Lex!”
41. Vertederd kijkt Iris toe hoe Kelsy haar oom Lex meteen een dikke knuffel geeft. Het lijkt al grote vriendschap tussen die twee!
42. Lex brengt Kelsy naar boven, en zet haar neer in een roze kamer: “Zo, flinke meid van me. Dit is je nieuwe kamer!” Kelsy knikt blij, en begint meteen met de roze trommel te spelen.
43. Maar veel tijd om te spelen is er niet: Kelsy is al bijna jarig, en ze heeft nog heel wat vaardigheden in te halen!
44. Gelukkig is ze een snelle leerling, want na een paar uur stapt ze zo naar haar tante Ris toe!
45. “Oom Lex! Ikke kan stappe!”, tettert ze dan ook door het hele huis, terwijl ze de woonkamer binnenloopt.
46. “Mijn flinke meid! Oom Lex is zo trots op jou!”, roept Lex uit, terwijl hij Kelsy hoog in de lucht tilt.
47. Even later zitten ze met hun drieën als een gelukkig gezinnetje van hun avondeten te genieten.
48. Dat Lex in zijn blijdschap vergeten is een lepeltje bij Kelsy’s pap te doen… tja, daar trekt niemand zich echt iets van aan!
49. “Welterusten, lieve schat! Je eerste nacht in je nieuwe bedje, leuk hé?”, fluistert Iris even later, terwijl ze Kelsy nog een nachtzoentje geeft.
50. “Da-da, tante Ris…”, brabbelt Kelsy, terwijl ze nog een laatste keer naar Iris’ hand grijpt.
51. “Wie had dat gedacht…”, zucht Iris dromerig, wanneer zij en Lex een paar uur later nog even bij de slapende Kelsy gaan kijken.
52. “Zo’n prachtig huis, Kelsy bij ons, en een kindje op komst… Kan het leven nog mooier worden?”