Presentatie Controllers Circle sessie 3 presentatie 1

1. Fiscale stimulering van
innovatie middels toepassing
van de innovatiebox
mr. drs. R.P.M. (Roy) Kirkels
29 september 2010

2. Innovatiebox
Veel ondernemers innoveren, maar lopen mogelijke belastingvoordelen van de
innovatiebox (vennootschapsbelasting) en de WBSO (loonbelasting) mis.
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

3. Innovatiebox in vogelvlucht
Tot 2010: de octrooibox
• Voordelen belast tegen 10% VPB in plaats van tegen het reguliere tarief in de
vennootschapsbelasting (20-25,5%);
• Voordeel afhankelijk van de voortbrengingskosten (met een maximum van € 400.000
ten aanzien van S&O-activa);
• Ingevoerd in 2007 en uitgebreid in 2008 (ter zake van S&O-activa, bijvoorbeeld
software).
Vanaf 2010: de innovatiebox
• Voordelen in de innovatiebox worden belast tegen 5%;
• Geen maximum meer (ook niet voor S&O-activa);
• Verliezen zijn tegen het reguliere tarief aftrekbaar in de vennootschapsbelasting.
 Overgangsmaatregel voor vóór 2010 ontwikkelde S&O-activa
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

4. Voorwaarden Innovatiebox
Voorwaarden voor gebruikmaking van de innovatiebox:
• Er moet sprake zijn van een immaterieel activum;
• De ondernemer moet het immateriële activum zelf hebben voortgebracht; en
• Ter zake van het immateriële activum heeft de belastingplichtige een:
1. Octrooi; of
2. Kwekersrecht; of
3. S&O-verklaring (WBSO)
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

5. Toepassingsmoment Innovatiebox
• Wanneer kunnen de immateriële activa worden opgenomen in de innovatiebox?
Als de te verwachten voordelen in belangrijke mate (tenminste 30%) hun oorzaak vinden in
het verleende octrooi.
• Wanneer te bepalen?
Aan het einde van het eerste jaar waarin de innovatiebox op het immaterieel activum van
toepassing zou zijn.
• Op welk moment kun je kiezen voor de innovatiebox?
Bij de aangifte vennootschapsbelasting vanaf het eerste jaar waarin het immateriële
activum voordelen gaat genereren.
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

6. Toepassing Innovatiebox
De voordelen in de innovatiebox zijn effectief
belast tegen 5% mits de voordelen hoger zijn
dan de drempel.
Drempel
Voortbrengingskosten, deze kunnen in de ontwikkelfase worden afgetrokken
tegen het reguliere tarief in de vennootschapsbelasting.
Zodra het immateriële activum vervaardigd is, dienen de voortbrengings-
kosten eerst ingelopen te worden. Deze opbrengsten zijn tegen het reguliere
vennootschapsbelastingtarief belast.
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

7. Voorbeeld Innovatiebox
Project “Auto op waterstof”
Voortbrengingskosten gemaakt in 2009: € 100.000
Auto is in 2010 gereed.
Voordelen 2010 uit het immateriële activum: € 300.000
Voordelen 2011 uit het immateriële activum: € 350.000
Uitwerking:
2010 € 100.000 regulier belast max. 25,5% (drempel)
€ 200.000 effectief belast tegen 5%
2011 € 350.000 effectief belast tegen 5%
Financieel voordeel van de innovatiebox:
€ 550.000 * (25,5% -/- 5%) = € 112.750
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

8. Afpelmethode Innovatiebox
Handreiking:
In overleg met de Belastingdienst is een afpelmethode ontwikkeld
Uitwerking:
Basis is EBIT
Beloning routinefuncties
Beloning kernfuncties (waaronder R&D)
Ingroeiregeling
Uitwerking innovatiebox
Goedkeuring fiscus voor aantal jaar
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

9. Afpelmethode Innovatiebox (1)
2008 2009 2010 2011 2012 2013
Berekening voortbrengingskosten
Totale kosten 350.000 350.000 350.000 350.000 350.000 350.000
Totale voortbrengingskosten 100.000 100.000 350.000 350.000 350.000 350.000
Berekening voordelen obv
jaarrekening
EBIT 1.000.000 1.200.000 2.000.000 2.250.000 2.750.000 3.400.000
Verdeling EBIT over (kern)functies
productie (kostprijs+10%) 50.000 50.000 53.000 57.500 61.500 61.500
entrepreneursfunctie 40% 40% 40% 40% 40% 40%
sales 20% 20% 20% 20% 20% 20%
R&D 40% 40% 40% 40% 40% 40%
In hoeverre toerekenbaar aan IVA
dat jaar?
IVA voor 2008 75% 50% 25% 0% 0% 0%
IVA na 2008 25% 50% 75% 100% 100% 100%
IVA na 2010 0% 0% 25% 50% 75% 100%
Winst ter zake van IVA na 2008 95.000 230.000 584.100 877.000 1.075.400 1.335.400
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

10. Afpelmethode Innovatiebox (2)
2008 2009 2010 2011 2012 2013
Opnemen in de octrooi-/innovatiebox
Boxruimte 400.000 705.000 475.000 36.925 0 0
af: gebruikte boxruimte t.z.v. IVA voor 2010 95.000 230.000 438.075 36.925 0 0
Restant boxruimte 305.000 475.000 36.925 0 0 0
Gebruik innovatiebox (zonder maximum) 0 0 146.025 438.500 806.550 1.335.400
Totaal winst in de box 95.000 230.000 584.100 475.425 806.550 1.335.400
Voordeel innovatiebox
Winst in innovatiebox 95.000 230.000 584.100 475.425 806.550 1.335.400
Besparing vpb 14.725 35.650 119.741 97.462 165.343 273.757
Belastbaar bedrag conform jaarrekening 800.000 1.050.000 1.750.000 2.000.000 2.500.000 3.100.000
Vennootschapsbelasting zonder innovatiebox 173.875 256.750 435.250 499.000 626.500 779.500
Besparing vpb 14.725 35.650 119.741 97.462 165.343 273.757
Vennootschapsbelasting met innovatiebox 159.150 221.100 315.510 401.538 461.157 505.743
Aandeel innovatiebox winst 11,88% 21,90% 33,38% 23,77% 32,26% 43,08%
Belastingdruk zonder innovatiebox 22% 24% 25% 25% 25% 25%
Belastingdruk met innovatiebox 19,89% 21,06% 18,03% 20,08% 18,45% 16,31%
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

11. Traject fiscus Innovatiebox
Stappenplan traject innovatiebox en fiscus
• Bespreking met u en nader inventariseren mogelijkheden;
• Positie-bepaling en uitwerken op basis van de afpelmethode of
costplusmethode;
• Brief aan de Belastingdienst in verband met afstemming;
• Besprekingen Belastingdienst in verband met afstemming;
• Eindbespreking en in kaart brengen gevolgen.
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

12. Innovatiebox
Innovatiebox scan
1. Heeft u een zelfontwikkeld octrooi (na 31-12-2006)?
• Ja -> innovatiebox is toegankelijk
2. Ontvangt u WBSO (na 31-12-2007)?
• Ja -> innovatiebox is mogelijk toegankelijk
3. Bent u in uw onderneming bezig met innovatie van producten,
productieprocessen en/of software?
• Ja -> onderzoek naar WBSO mogelijkheden en aanvullend innovatiebox mogelijkheden
donderdag 29 september 2011 © 2010 BDO

13. De (nieuwe) bedrijfs-
opvolgingsfaciliteit
mr. drs. R.P.M. (Roy) Kirkels
29 september 2010

14. Hoofdregels AB regime
• Overdracht of overgang is vervreemding;
• Uitzondering op verzoek bij overgang krachtens erfrecht;
• Uitzondering op verzoek bij overdracht krachtens schenking.

15. Overlijden
• BV moet een onderneming drijven
• Niet als een vervreemding wordt aangemerkt het deel van de overdrachtsprijs
dat toerekenbaar is aan ondernemingsvermogen
• Ondernemingsvermogen is voor zover toerekenbaar aan onderneming + max 5%
aan beleggingsvermogen
• Specifieke regeling voor Cum Prefs

16. Cum Prefs
• Kwalificeren alleen indien:
• Omzetting van eerder door de erflater gehouden gewone aandelen;
• Bij die omzetting zijn gewone aandelen uitgereikt;
• Ten tijde van de omzetting dreef de BV een onderneming.
• Verkrijger cum prefs moet tenminste 5% gewone aandelen hebben.

17. Schenken
• BV moet een onderneming drijven;
• Verkrijger moet tenminste 36 maanden in dienst zijn bij BV;
• Niet als een vervreemding wordt aangemerkt het deel van de overdrachtsprijs
dat toerekenbaar is aan ondernemingsvermogen;
• Ondernemingsvermogen is voor zover toerekenbaar aan onderneming + max 5%
aan beleggingsvermogen.

18. Hoofdregels Successiewet
• Op verzoek van de verkrijger een voorwaardelijke vrijstelling;
- Let op: zeer complex!
• Erflater moet 1 jaar AB in de onderneming hebben, schenker moet 5 jaar AB in
de onderneming hebben;
• Verkrijger moet 5 jaar voldoen aan voortzettingseis.

19. Voortzettingseis
• AB aandelen niet vervreemden
• AB aandelen niet omzetten in cum-prefs
• De onderneming wordt gestaakt
• Tenzij:
- Aandelenfusie (en enig aandeelhouder worden)
- Bedrijfsfusie (mits enig aandeelhouder)
- Juridische splitsing en fusie

20. Casus 1
X
OZ
W
verhuur oz
Vraag: Is, als X overlijdt, de AB- en BOF-faciliteit van toepassing?
Zo nee: Wat te doen?

21. Casus 2
V Kinderen
OZ H
verhuur oz
W2
Vraag: Is, als V overlijdt, AB- en BOF-faciliteit van toepassing?
Zo nee: Wat te doen?

22. Casus 2
Oplossing
V Kinderen
OZ H
ten minste 5%
gewone aandelen
verhuur oz
W2

23. V
Casus 3
H1
TH
W1 W2
Feiten:
• V heeft 2 kinderen die bedrijf niet overnemen
• Opvolgers zijn 2 managers
• V wil zich (nog) niet volledig terugtrekken uit bedrijf
Vraag:
Hoe bedrijfsopvolging te structuren, opdat optimaal gebruik wordt gemaakt
van AB- en BOF-faciliteit igv overlijden?

24. Casus 4
Oplossing V Kinderen Managers
Hv HK PH’s
10% gewone 90%
cumprefs aandelen gewone aandelen
TH
W1 W2

25. Einde