3. Human Development Index (HDI/IDH) 2014
Jaarlijkse ranking die door de United Nations Development Programme (UNDP) wordt samengesteld
Wereld-positie
Land
scoe
41
Chili [erg hoog]
0,822
44
Cuba
0,815
49
Argentinië
0,808
50
Uruguay [hoog]
0,790
65
Panama
0,765
67
Venezuela
0,764
68
Costa Rica
0,763
71
Mexico
0,756
79
Brazilië
0,744
82
Peru
0,737
98
Colombia
0,711
98
Ecuador
0,711
102
Dominicaanse republiek
0,700
111
Paraguay [medium]
0,676
113
Bolivia
0,667
115
El Salvador
0,662
125
Guatemala
0,628
129
Honduras
0,617
132
Nicaragua
0,614
6. Op zoek naar ‘el Progreso’
•Sinds de tweede helft van de 19e eeuw, de Latijns-Amerikaanse intellectuelen hebben geprobeerd de relatieve sociale en economische achterstand (atraso) van de regio te verklaren. Ook hebben ze naar wegen gezocht om de gewenste ‘progreso’ te bereiken.
•In de periode 1850-1930, de meeste denkers zochten naar de oorzaken van de Atraso in de Spaanse/Portugeze cultuur, in het Katholicisme, de mestizaje, en de aanwezigheid van grote massa’s Indianen.
•In andere woorden, ze benadrukten de rol van factoren gerelateerd aan cultuur, religie, mentaliteit en ras. In hun visie, de oorzaken van de achterstand van Latijns-Amerika bevonden zich in de regio (m.a.w. interne factoren).
•Als gevolg hiervan gingen vanaf 1850 landen als Brazilië, Argentinië en Chili activief de inmigratie van Westerse Europese immigranten promoten, om ‘ondernemende volkeren’ binnen te halen die voor economsiche en sociale vooruitgang konden gaan zorgen.
7. Europa als boegbeeld voor ontwikkeling
de Industriele Revolutie
Wetenschap en
technologie
de verlichting
De Franse Revolutie
Positivisme
Liberalisme
8. College van vandaag
Periodisering diverse economische cycli van de periode ±1850-2014
Diverse ideologieën/doctrines die ten grondslag liggen aan de gekozen economische modellen
Economische relatie tussen Latijns-Amerika en ‘het Noorden’
Speciale aandacht voor neoliberalisme en post- neoliberalisme
25. De Staat als ontwikkelingsmotor
Oprichting van speciale staatsinstellingen om industrialisatieproces te bevorderen.
Bescherming van opkomende nationale industrie (via toltarieven, etc.). (protectionisme + nationalisme)
Stimuleren van interne markt.
Opkomst van populisme om politieke steun voor het industrialiseringsproces te krijgen.
36. ‘The Washington Consensus’
World Bank (WB)
The International Monetary Fund (IMF)
The White House
Conditionering leningen aan:
Structural Adjustment Programs (SAPs)