Het Rekenhof heeft een onthoudende verklaring geformuleerd over de algemene rekening 2017 van de Dienst Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

1. 23e
BOEK VAN HET REKENHOF VOORGELEGD AAN HET PARLEMENT VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GE
WEST EN AAN DE VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE / 90
19 Dienst Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp van het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest (algemene rekening 2017)
De Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (DBDMH), opgericht door
de ordonnantie van 19 juli 1990, is in het licht van de organieke ordonnantie van 23 februari
2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en
de controle (OOBBC), een autonome bestuursinstelling van eerste categorie.
1 Voorstelling van de algemene rekening 2017
De voornaamste elementen van de rekening zijn hierna weergegeven.
Bedragen
Algemene boekhouding Balanstotaal 95.666.631
Boekhoudkundig resultaat (winst) 8.644.346
Begrotingsboekhouding Totale ontvangsten 110.116.582
Totale uitgaven (vastleggingen)
Totale uitgaven (vereffeningen)
96.165.777
97.787.841
Begrotingsresultaat 12.328.741
(in euro)
2 Oordeel van het Rekenhof
Het Rekenhof heeft een onthoudende verklaring geformuleerd over de algemene rekening
2017.
Er wordt een onthoudende verklaring uitgegeven indien de verstrekte gegevens dermate
ontoereikend zijn dat het onmogelijk is een gefundeerd oordeel te geven over de getrouw
heid van de jaarrekening of de geconsolideerde rekeningen, of wanneer de toestand van de
entiteit zich kenmerkt door talrijke onzekerheden die de jaarrekening op betekenisvolle
wijze beïnvloeden.
Het Rekenhof heeft de volgende vaststellingen gedaan.
De resultatenrekening, de rekening van uitvoering van de begroting (RUB) en de sa
menvattende rekening van de begrotingsverrichtingen die officieel naar het Rekenhof
werden gestuurd, zijn geen getrouwe transcriptie van de gegevens afkomstig uit het
boekhoudprogramma.
Naar aanleiding van de reconciliatie tussen het budgettaire grootboek afkomstig van
het boekhoudprogramma en de officiële RUB, blijkt een bedrag van 1.665.596 euro aan
uitgaven niet te zijn opgenomen bij de uitgaven van de RUB (bij de vereffeningen).
De DBDMH heeft geen methodische en volledige fysieke inventaris opgesteld van zijn
materiële vaste activa die in de algemene boekhouding op 17.857.518 euro waren ge
waardeerd op 31 december 2017. Twee activa zijn opgenomen bij de materiële vaste ac
tiva terwijl de DBDMH er niet de eigenaar van is.
De afschrijvingspercentages die de DBDMH toepast, stroken niet met de waarderings
regels van de DBDMH en verschillen van de percentages die worden opgelegd door de
omzendbrief van 15 november 2017 die tot doel heeft de boekhoudregels te doen toe
passen die in de OOBBC vervat zijn. Als gevolg daarvan is de nettboekwaarde van de
materiële vaste activa 11.447.939 euro te laag geraamd.
De DBDMH heeft een fysieke inventaris opgesteld van zijn voorraden, zonder zijn
rekeningen in overeenstemming te brengen. Als gevolg daarvan worden de voorraden,
waarvan de boekwaarde 3.304.369 euro beloopt op 31 december 2017, nog altijd niet op