1. 1
Je gaat kijken naar een diavoorstelling
Als je nu nog in het POWERPOINT-programma zit, klik
dan op de F5 toets bovenaan je toetsenbord. Dan begint
de diavoorstelling. Als je alleen maar een dia ziet, kan je
F5 overslaan.
Lees de stukjes tekst goed en bekijk ook de plaatjes en
illustraties goed.
Als je naar de volgende dia wilt, druk je op de
pijltjestoets naar beneden. Als je naar een vorige dia
wilt, druk je op de pijltjestoets naar boven.
Als je wilt stoppen, druk dan op de ESC-toets links
boven op je toetsenbord.
* VEEL KIJKPLEZIER *
3. 3
Wie waren de Vikingen?
De Vikingen, ook wel Noormannen genoemd, komen vooral uit
Scandinavische landen als Noorwegen, Zweden, IJsland en
Denemarken.
Ze staan bekend als ruige mannen
die plunderden en moordden, maar
…… is dat wel zo?
In deze presentatie leer je meer
over de vikingen en hun gebruiken.
Zo zal je zien dat de Vikingen niet
alleen woeste krijgers konden
zijn, maar dat ze ook ervaren
zeelieden en fraaie kunstenaars
waren.
4. 4
Wanneer leefden de Vikingen?
De Vikingen vormden samen wel één volk, maar ze vormden niet
echt een eenheid. Er was regelmatig oorlog tussen de verschil-
lende vikingvolken.
Ze leefden in de Middeleeuwen, maar vooral in de periode
tussen 750 en 1050 na Christus trokken ze met hun schepen
heel Europa door.
Het was vooral een volk
van boeren; een klein
gedeelte maakte grote
zeereizen en tochten.
Ook waren de Vikingen
handelaren. Ze
handelden met elkaar
en met andere landen.
6. 6
De samenleving van de Vikingen
De samenleving van de Vikingen was verdeeld in drie klassen:
* de slaven
* de vrijen
* de edelen
Veel slaven waren krijgsgevangenen, mensen die ze tijdens
oorlogen en rooftochten gevangen hadden genomen. Anderen
werden slaaf door schulden of misdaden.
Bovenaan stonden de
edelen. Zij waren maar met
weinig, maar ze heersten
over grote gebieden.
Het grootste deel van de
bevolking bestond uit de
vrijen: boeren, krijgers,
handelaren en handwerks-
lieden.
7. 7
De reizen van de Vikingen
De Vikingen zijn oorspronkelijk boeren. Maar toen er meer
mensen kwamen te wonen, werd het te druk en moesten ze nieuw
land hebben. Vooral in het bergachtige Noorwegen hadden ze dit
probleem. Ze vertrokken met schepen naar bijvoorbeeld
Engeland en Schotland. Daar bouwden ze nieuwe dorpen en
leefden verder als boer.
De Vikingen plunderden soms dorpjes en
steden aan de kust of langs rivieren, maar
vaak gaan ze ook handelen en worden de
reizen wat vriendelijker van karakter.
Het is bekend dat ze Russische rivieren
opvoeren om daar handel te drijven. De stad
Kiev zou door Vikingen gesticht zijn. De
mensen die er al woonden, noemden de
Vikingen ‘Rus’ of ‘Roes’. Vandaar Rusland.
8. 8
Kolonisten
Sommige Vikingen
vertrokken naar andere
landen om daar een
nieuwe nederzetting te
bouwen. Deze kolonisten
laadden op een vreemde
kust de eerste
levensbehoefte uit.
Dappere groepjes als deze waren pioniers,
die ver van hun vaderland een nieuw thuis
opbouwden.
Na de Vikingtijd stierf de gemeenschap
op Groenland uit.
9. 9
Zelfs in Rusland en Amerika
Van sommige Vikingen is zelfs bekend
dat ze via de Russische rivieren en de
Zwarte Zee doorvoeren naar
Constantinopel, de hoofdstad van het
Oost-Romeinse Rijk. Het schijnt dat
deze Vikingen erg geliefd waren als
persoonlijke lijfwachten van de keizer.
Waarschijnlijk omdat ze zo groot
waren en een woest uiterlijk hadden.
Ook hebben de Vikingen op hun reizen
al Amerika ontdekt, lang voordat
Columbus zelfs maar geboren was.
De Vikingen noemden Amerika Vinland.
Er zijn in Amerika vikingspullen
opgegraven.
11. 11
In de winter werden er vaak sleeën gebruikt om spullen te vervoeren
12. 12
Oorlog voeren
Vikingen worden bijna altijd zo
afgebeeld zoals je ze hiernaast
ziet: vechtende mannen met
helmen en zwaarden.
Ze vochten om nieuw land te
veroveren waar ze wilden gaan
wonen. Toch wilde ze niet meteen
het hele land veroveren en de
macht grijpen. Het ging ze vaak
alleen om een plek om te wonen.
Toch zijn er ook heel veel stroop-
en plundertochten georganiseerd,
waarbij dorpen geplunderd en in
de brand gestoken werden.
Daarbij ging het er vaak woest en
wreed aan toe.
15. 15
Dorestad
Een van de steden in de Nederlanden die regelmatig door
Vikingen werd overvallen en geplunderd was Dorestad, het
huidige Wijk bij Duurstede. Je ziet het nog in de naam terug.
Dat gebeurde allemaal in de 9e eeuw (800-900).
Dorestad was in die
tijd een heel rijke
en belangrijke han-
delsstad.
De afbeelding hier-
naast stond op een
oude schoolplaat, die
leraren op school
gebruikten om over
te vertellen toen er
nog geen video of
iets dergelijks was.
16. 16
Plundertochten
Na de eerste brute aanvallen
veranderde het patroon van de
strooptochten.
De invallen namen in aantal toe
en waren beter georganiseerd.
De Vikingen vielen zelfs het
grote, ommuurde Parijs een paar
keer aan.
18. 18
Vikinghuizen
In Scandinavië zijn veel Vikinghuizen nagebouwd. Daar is veel
onderzoek van archeologen aan vooraf gegaan. Er waren kleine
huizen zoals je links ziet, maar ook grotere huizen, waar vaak
meerdere gezinnen in leefden. Zo’n groot huis wordt een
‘longhouse’ genoemd.
De huizen zijn bijna allemaal van hout gemaakt. Op sommige
plekken, zoals op de Schotse eilanden, waren nauwelijks bomen
te vinden en bouwde men de – kleinere – huizen van steen.
19. 19
Vikinghuizen op IJsland en Groenland
De Vikingen kwamen ook in IJsland en Groenland te wonen.
Daar was niet altijd genoeg materiaal om huizen te bouwen
zoals ze dat gewend waren. Op IJsland en Groenland groeien
namelijk bijna geen bomen.
Een zekere Gunnbjörn
ontdekte bij toeval
Groenland. Erik de
Rode, een hoofdman die
beschuldigd werd van
moord, moest IJsland
ontvluchten en vestigde
zich op Groenland.
Hij noemde het ‘Groen’-
land, in de hoop dat
meer Vikingen er zich
wilden vestigen.
21. 21
Vikingdorpen
Hiernaast zie je twee plaat-
jes van vikingdorpen. Het
bovenste komt uit de strip
‘Thorgal’, waarin vikingen en
de Noorse goden en godinnen
een belangrijke rol spelen. Op
de achtergrond zie je een
fjord: een lange, diepe inham,
die typerend is voor
Noorwegen.
Je ziet dat de huizen een
strooien dak hebben en dat
bovenin de daken een rookgat
zit waardoor de rook
ontsnapt. Je begrijpt wel dat
het uitbreken van brand heel
gevaarlijk kon zijn.
23. 23
Vikingsteden
Hieronder zie je een afbeelding van een kleinere stad. Hij ligt
aan de kust, want je ziet de haven. Zie je ook dat ze een dam
hebben gemaakt?
25. 25
Aan de kust
De meeste vikingdorpen en
steden lagen aan de kust of
aan een rivier.
Ze hadden de zee nodig om te
vissen, maar ook om met hun
schepen oorlog te voeren of
te handelen.
26. 26
Een vikingburcht
Naast steden en dorpen bestonden er, op strategische plaatsen,
ook zogenaamde ringburchten. Zo’n ringburcht lijkt gewoon op
een verzameling huizen, maar als je beter kijkt, zie je dat er
meer aan de hand is. Er is een wal omheen opgeworpen. Ook is de
burcht heel precies, bijna wiskundig, ontworpen en gebouwd. Dit
laat zien hoe goed de Vikingen waren in kunst en architectuur.
De burcht heeft een
diameter van ± 134 m.
en de vier uitgangen
wijzen precies naar de
vier windrichtingen. De
cirkel wordt in vier
stukken verdeeld en in
elk van de vier stukken
staan vier ‘longhouses’
(lange huizen).
27. 27
De ringburcht
van Trelleborg
Hiernaast zie je nog zo’n ring-
burcht. Deze lag in Trelleborg
in Denemarken.
Hier waren buiten de wal ook
nog vijftien huizen, die
allemaal met hun voorkant naar
het middelpunt van de burcht
wijzen.
Bovenop de aarden wal die de
burcht omsloot stond waar-
schijnlijk een omheining.
Op de volgende pagina zie je
Trelleborg zoals het nu is. Zie
je ook de tweede aarden wal?
Onderaan het plaatje zie je
een nagemaakt vikinghuis.
29. 29
Het dagelijkse leven
Behalve het werk op het land en de
reizen die de Vikingen ondernamen,
deed men natuurlijk nog meer in het
dagelijks leven.
Zo kenden ze bijvoorbeeld allerlei
spelletjes, waaronder het schaakspel.
Dat hadden handelaren mee terug
genomen.
Een bekend vikingspel is ‘hnefatafl’,
waarbij je de koning van je tegen-
stander moest insluiten. (zie plaatje)
Buiten deden ze vaak vecht- en
krachtspelletjes.
‘s Avonds bij het vuur vertelden ze
elkaar allerlei verhalen, de saga’s.
30. 30
Baden
Vikingen wilden er graag goed uitzien, en waarschijnlijk wasten ze
zich vrij vaak. In IJsland zijn aanwijzingen gevonden dat ze
baadden in de warme bronnen, zoals deze mannen. Misschien
hadden sommige Vikinghuizen ook een badhuis, een soort sauna.
32. 32
De Smid
Een Vikingsmidse moet
er ongeveer hetzelfde
hebben uitgezien als een
middeleeuwse smidse. Er
was vast een groot
houtskoolvuur om het
ijzer te verhitten, en
een blaasbalg waarmee
de knecht het vuur
aanblies. Met zijn tang
pakte de smid het
gloeiend hete ijzer beet
om het op zijn aambeeld
te smeden tot in de
gewenste vorm.
34. 34
Hoeden en petten
De Vikingen droegen
allerlei hoeden, sjaals
en hoofddoeken om
hun hoofd warm te
houden, en als
bescherming droegen
ze mutsen en helmen
van leer. Helmen met
horens hebben de
Vikingen nooit
gedragen!
35. 35
Straffen en ruzies
Een gebruikelijk godsgericht voor
vrouwen was de "ketelproef'. De
vrouw moest haar hand tot op de
bodem in een grote ketel met
kokend water steken en een paar
steentjes pakken.
Op de volgende dia zie je een uit
de hand gelopen ruzie. Het is
geëindigd in een gevecht. De
overwonnen man wordt door
vrienden verzorgd. Zulke ruzies
konden makkelijk uitgroeien tot
vetes.
37. 37
Binnen in een huis
In het begin hadden de huizen geen
ramen. Later kwamen er gaten in de muur
waar dieren-blazen voor werden
gespannen waar je door heen kon kijken.
Het vuur was midden in de lange ruimte.
Er waren geen meubelen. Aan de zijkanten
was de vloer iets verhoogd.
Daar zat men op en dat werd
ook als opslagplaats gebruikt. ‘s
Avonds werden er bedden klaar
gemaakt en ‘s morgens werden
ze weer opgeruimd.
De huizen waren al overvol en ‘s
winters werd zelfs het vee nog
naar binnen gehaald.
39. 39
Eten
Vikingen moesten aan
hun eigen eten zien te
komen. Zo verbouwden
ze natuurlijk het land,
maar ze gingen ook op zoek naar eetbare
dingen. Deze man riskeert zijn leven door op een
steile rotswand eieren te zoeken.
Andere mannen gingen op jacht. Zowel op zee als
aan land werd op dieren gejaagd. Als de buit thuis
was gebracht konden de vrouwen er een lekker
maaltje van maken.
43. 43
De kunstvoorwerpen
Vikingen staan bekend als ‘rauwe en
onbeschaafde plunderaars’, maar ze
waren juist ook heel erg bedreven in
het maken van heel sierlijke sieraden
en gebruiksvoorwerpen.
Ze waren bijzonder goed in het
smeden van metaal en het maken en
versieren van zwaarden en andere
ijzeren wapens. Maar ook hebben ze
veel sieraden van goud en zilver
gesmeden, soms ingelegd met
edelstenen. Ze zijn heel fijn versierd.
Ook zijn veel voorwerpen die door
archeologen zijn opgegraven, afkom-
stig uit andere landen, waarmee de
Vikingen hebben gehandeld. Of ze zijn
bij plunderingen buitgemaakt.
44. 44
Versieringen en houtsnijwerk
De versieringen van de
Vikingen hebben vaak veel
ronde en kronkelende lijnen
die door elkaar lopen. Vaak
ook met dieren en mensen.
Het houtsnijwerk hiernaast
laat een deel van een sage
zien, waarin Gunther een luit
bespeelt met zijn voeten,
terwijl hij op sterven ligt in
een slangenkuil.
45. 45
Het runenschrift
De Vikingen konden ook schrijven, al kon
niet iedere Viking dat. Hun schrift heet
het ‘runen’-schrift.
Vrij alledaagse dingen werden op hout en
been ‘geschreven’, maar daar is weinig van
bewaard gebleven.
Er zijn ook heel veel runen-stenen
gevonden, waar runen in waren uitgehakt,
samen met mooie versieringen. Die stenen
werden vaak gemaakt voor speciale mensen
of speciale gebeurtenissen.
Op de volgende dia zie je meer van dat
soort runen-stenen.
46. 46
Stenen met runen-schrift
In Scandinavië kan je veel voorbeelden van runen-schrift zien.
Meestal werd op hout geschreven, maar dat is allemaal verrot in
de loop der tijd. Deze stenen zijn wel bewaard gebleven.
47. 47
Rechtspraak bij de Vikingen
De Vikingen hadden niet één land met één koning en regering. Elk
dorp en elke stad had zijn eigen bestuur, maar ze waren wel
bijna hetzelfde. Elke vrije man en vrouw kon meebeslissen over
het bestuur in de ‘thing’, een soort volksvergadering.
Elk gebied had zijn eigen thing. Ze kwamen elke lente en herfst
bij elkaar.
Eens per jaar had je op de
Lögberg (wettenheuvel) vlak bij
het huidige Reykjavik op IJsland
een althing: een soort thing voor
alle vikingstammen. Zo’n althing
was vaak een hele gebeurtenis,
waarbij er nieuwtjes werden
uitgewisseld en wedstrijden
werden gehouden, etc.
49. 49
De drakkars
De bekendste boten waarmee de
Vikingen voeren, zijn de ‘drakkars’ of
‘drakenschepen’. Dat zijn lange
schepen, die toch heel wendbaar waren
omdat ze niet diep in het water lagen.
Hierdoor konden ze ook rivieren
opvaren en konden ze gemakkelijk over
land worden gedragen als men langs
stroomversnellingen moest.
De meeste drakkars hadden 16 of 18
roeibanken aan elke kant, waar telkens
twee roeiers op zaten. Ze zaten op een
soort kisten, waar ze hun spullen in
bewaarden.
Ze hebben ook een vierkant zeil, dat
aan een grote ‘ra’ (dwarsmast) hangt.
50. 50
De drakkars 2
Drakkars waren zeilschepen, maar
er zaten ook gaten in de zijkant
waar ze roeispanen door heen
staken. Tussen die gaten was er
ruimte om schilden te bevestigen.
Dat zag er niet alleen kleurrijk uit,
maar het beschermde de zeelui
ook tegen aanvallen met pijlen. Je
ziet ook een houten afdak
Je had ook boten die op drakkars
leken, maar een stuk kleiner en
vooral breder waren. Die boten,
zoals hiernaast, werden vooral
door handelaars gebruikt om
goederen in te vervoeren.
51. 51
De drakkars en de versieringen
Veel drakkars zijn mooi versierd
met allerlei houtsnijwerk. Vooral
de randen en de voor- en
achterstevens werden versierd,
Vaak ook met een soort draken-
koppen, vandaar de naam ‘draken-
schepen’.
54. 54
De drakkars nu
In veel musea in Scandinavië
kan je vikingspullen zien. Ook
zijn er nog veel drakkars
bewaard gebleven die ze weer
helemaal hebben gerestau-
reerd: een schitterend mooi
gezicht.
Veel lagen er onder water en
zijn zo goed gebleven, andere
boten zijn op land begraven
(zie hoofdstuk begrafenissen)
en zo goed gebleven.
Natuurlijk zijn er ook mensen
die zelf een nieuwe drakkar
proberen na te bouwen, met de
technieken van vroeger.
55. 55
Begraven worden
Als Vikingen overleden, werden ze
begraven op een speciale manier,
zoals je hiernaast goed kan zien.
Deze graven kan je vinden in de
Deense plaats Lindholm. Daar zijn
meer dan 200 graven.
Men begroef de dode en zette rond
het graf een rijtje stenen neer in de
vorm van een schip.
Men geloofde namelijk dat de dood
alleen maar een reis was naar het
volgende leven of naar het Walhalla.
Daarom had de dode vaak een schip
en enkele spullen, zoals een zwaard,
nodig om de reis goed te volbrengen.
56. 56
Koninklijke begrafenissen
Overleden koningen en hoofdmannen
kregen een grootse begrafenis.
Bij de plaats Ladby in Denemarken is
een speciaal graf gevonden. Een
drakkar was honderd meter het land
op getrokken. De dode was in het
midden neergelegd, onder een afdakje.
Aan de andere kant werden maar liefst
11 paarden en een aantal honden
gedood en bijgelegd. Vaak werden er
ook wapens en andere voorwerpen
meegegeven in het graf. Daarna werd
de boot afgedekt met stevige planken
en daarna bedekt met een grote
grafheuvel. Op de volgende dia zie je
ook zo’n graf.
59. 59
Begrafenissen op zee
Een andere begrafenis, ook
voor koningen en hoofd-
mannen, was een crematie op
zee.
De dode werd opgebaard op
het schip en dan werd het
schip in brand gestoken.
Daarna liet men het branden-
de schip met de stroom mee-
gaan, terwijl men toe stond
te kijken.
Je ziet hiernaast dat de dode
is opgebaard met een zwaard
in zijn handen. Dan geloofde
men dat je in het Walhalla
terecht zou komen.
60. 60
Leif Eriksson
Leif Eriksson, ook wel Leif
de Gelukkige, was de zoon
van Erik de Rode (zie dia 11).
Hij was net als zijn vader
ontdekkingsreiziger en
volgens saga’s was hij de
eerste Viking die voet op
Amerikaanse bodem zette.
Hij noemde het land ‘Vinland’. Sommigen zeggen dat dat ‘wijnland’
betekent, anderen zeggen ‘weideland’. Dat gebied heet nu
Newfoundland, dat letterlijk ‘nieuw gevonden land’ betekent.
Er zijn slechts twee voorwerpen in één vikingnederzetting
gevonden. Toch is bekend dat de Vikingen daar als kolonisten
hebben gewoond en zelfs hebben gehandeld met de ‘Skrælings’,
de Indianen. Ze werden echter telkens door hen aangevallen en
zijn daarom maar teruggegaan naar Groenland.
61. 61
De Noormannen
In 911 na Chr. viel een Noorse
Vikingprins, Rollo genaamd, het
noorden van Frankrijk binnen.
De Franse koning bood hen, in
ruil voor vrede, een gebied in
Frankrijk aan.
Dit gebied noemden zij Normandië. Dat gebied bestaat nu nog
steeds en is dus vernoemd naar de Noormannen.
Prins Rollo kreeg van de Franse koning zelfs de titel ‘hertog’. Hij
en zijn mannen namen veel Franse gewoontes over en hadden na
enige tijd veel macht in een groot gebied. Zie de volgende dia.
Eén van de afstammelingen van de Noormannen, Willem de
Veroveraar, viel in 1066 vanuit Normandië met zijn leger
Engeland aan en veroverde het.
63. 63
Het ‘tapis de Bayeux’
In Normandië ligt de stad Bayeux. In de
kerk daar hangt het eerste en langste
‘stripverhaal’ van de wereld. Het is niet
getekend, maar geborduurd op een smal
maar lang tapijt (‘tapis’ in het Frans).
Het is een verslag van de reis van Willem
de Veroveraar en hoe hij de Engelsen
versloeg. Zie je dat de schepen erg op
drakkars lijken?! Op de volgende dia zie
je nog een fragment.
65. 65
De goden
De Vikingen geloofden in vele
goden en godinnen. De goden
hadden allemaal hun eigen
persoonlijkheid en karakter.
De belangrijkste goden waren
Odin (=Wodan, zie hiernaast),
Thor en Freya.
Ze geloofden dat de wereld in
drie stukken was verdeeld:
- Asgard, waar de goden
leefden
- Mitgard, waar de mensen
leefden
- Utgard (of Jotunheim),
waar de reuzen woonden.
66. 66
Offeren aan de goden
Dit tafereel is gebaseerd op beschrijvingen van Ibn
Fadlan. Hij beschrijft hoe de Vikingen in de open
lucht tot hun goden baden Hier bedanken kooplui de
goden voor een behouden terugkeer.
67. 67
Heidense rituelen werden waarschijnlijk in een heilig bos of bij een
bron voltrokken, bij een eenvoudig altaar van stenen. Er zijn een paar
heel natuurgetrouwe dierenmaskers gevonden, die misschien werden
gedragen als er werd geofferd.
68. 68
Odin (of Wodan)
Odin was de belangrijkste
god. Hij had maar één oog,
het andere oog had hij
verloren.
Hij was de god van de
oorlog en hij reed op zijn
achtbenige paard Sleipnir
door de hemel.
Hij werd vergezeld door de
twee raven Hugin en Munin
(‘gedachte’ en ‘herinnering’)
en door de twee wolven
Freki en Geri.
De twee raven vlogen de
wereld rond en vertelden
Odin alle nieuwtjes.
70. 70
Thor, de god van de donder
Een andere belangrijke god was Thor. Hij was de god van de
donder en van de vruchtbaarheid. Hij was de zoon van Odin en
wordt meestal voorgesteld als op het rechter plaatje: woest rood
haar, borstelige wenkbrauwen en daaronder vlammende ogen. Zijn
wapen heette ‘Mjollnir’, een hamer die na de gooi altijd weer
bij hem terug kwam, als
een boomerang.
Hij was meestal bezig om
te strijden met reuzen
uit Jotunheim of tegen
ander duister te vechten.
Hij is de bekendste god
in de Noorse mythologie.
Men gaat er zelfs vanuit
dat hij een tijdje belang-
rijker was dan Odin.
73. 73
Freya, de godin van de liefde
Freya was de godin van de vruchtbaarheid en
de liefde. Ze werd vaak aangeroepen om te
helpen voor goede geboortes en overvloedige
oogsten. Ze reed door de lucht op een wagen
die getrokken werd door twee katten.
Hier zie je een beeldje dat Freya voorstelt.
De reuzen uit Jotunheim
vonden Freya erg aantrek-
kelijk en probeerden steeds
om haar te ontvoeren.
De broer van Freya heette
Freyr en hij was ook de god
van de vruchtbaarheid,
maar ook van vrede en
geluk.
74. 74
Het walhalla
Vikingen geloofden in een soort hemel: het walhalla. Ze dachten
dat je daar na je dood naar toe ging. De walkuren waren dochters
van Odin: mooie vrouwelijke krijgers die op het slagveld naar dode
helden zochten. Krijgers die dapper waren gestorven, werden
door hen naar het
Walhalla gebracht,
waar de god Odin ze
verwelkomde.
Daarom was het voor
vikingkrijgers belang-
rijk om in de strijd te
sterven. Als dat niet
kon, werden krijgers
vaak begraven met hun
zwaard in hun handen.
75. 75
Het christendom
In de Middeleeuwen rukte het christendom op.
Steeds meer volken werden bekeerd tot het
christendom. Vikinghandelaren die naar chris-
telijke landen gingen, lieten zich bekeren tot
christen. Dan ging de handel makkelijker.
Thuis bleven ze echter trouw aan hun eigen
goden en godinnen.
Als een koning werd bekeerd, werd
meestal het hele volk bekeerd. Soms
werd het volk met geweld gedwongen.
Rond het jaar 1000 waren veel Vikingen
officieel christen, maar de ‘oude’ goden
werden nog vaak aanbeden.
Hiernaast zie je twee ‘stavkerken’, heel
typerende Scandinavische kerken die
helemaal van hout zijn gemaakt.
76. 76
De christenen komen
De kerk keurde de
slavenhandel af, vooral als
christenen als slaaf bij
heidenen terechtkwamen.
Volgens een verhaal reed er
eens een bisschop langs een
groep vikingslaven. Een van
hen riep dat ze non was, en
begon een psalm te zingen.
Het kostte de bisschop zijn
paard en zadel om haar vrij
te kopen.
77. 77
Mengeling van Vikingen en Christendom
Als het christendom ook in de
vikingwereld groeit, zie je dat
symbolen worden gemengd.
Hiernaast zie je de Jellingsteen,
met daarop een afbeelding van
Christus, maar wel op de viking-
manier. Hieronder zie je twee
sieraden: een hamer van Thor en
een christelijk kruisteken.
78. 78
Het einde van de Vikingen
In het begin van de 12e eeuw kwam er
langzaamaan een eind aan het viking-
tijdperk. Dat gebeurde niet plotseling,
zoals door een natuurramp of een ziekte
als de pest.
De Vikingen verdwenen heel geleidelijk.
Dat komt onder andere doordat steeds
meer Vikingen christen werden.
Ook de Vikingen die in nieuwe gebieden
waren gaan wonen, trouwden met men-
sen die er al woonden. Zo verloren ze
ook hun Vikingtradities en gewoontes.
Wij moeten het nu dus maar doen met
de overblijfselen van de Vikingen.
80. 80
De voorstelling is afgelopen
Hopelijk vond je het een leuke en
interessante voorstelling en heb
je er veel van geleerd.
Als er nog iemand komt kijken
naar deze voorstelling, mag je
straks nog één keer klikken en dan
de volgende gaan halen.
Als er geen nieuwe kinderen meer
komen, druk dan op de ESC-knop
linksboven op je toetsenbord.
Sluit dan het programma door
rechtsboven op het kruisje te
klikken.
Notes de l'éditeur
De vissersschepen in de baai komen terug naar de hoeve. Aan de voet van de heuvel wordt de grond bewerkt met een ploeg die door ossen wordt getrokken. Hogerop grazen schapen en geiten, en er is zelfs een wild hert om op te jagen voor het vlees.
Zelfs in liet guurste winterweer reisden de Vikingen aar handelssteden als Birka. Waarschijnlijk vervoerden ze hun goederen op de slee en gleden ze op ski's over de sneeuw. Ze schaatsten ook over de bevroren meren. Daarbij hielden ze hun schaatsen op het ijs en zetten ze zich af met stokken.
De Vikingen leverden een paar hevige zeeslagen. Als de aanvallers er eenmaal in waren geslaagd aan boord van de schepen van de vijand te komen, begonnen de gevechten van man tegen man.
Dit langhuis heeft net als de andere gebouwen een plaggendak dat het huis 's winters warm en droog houdt. De boerderij ligt vlakbij de zee, een goede ligging voor de visserij en misschien ook wel voor de handel. In het beekje zijn vrouwen bezig met de was.
Net als de Vikingstad York kwam Hedehy onder water te staan. Hierdoor bleven veel houten gehouwen en houten en leren voorwerpen bewaard. Hedehy's rechtlijnige ontwerp, de greppels en de aarden wal wijzen erop dat het een welvarende en goed bestuurde stad is geweest. Op deze afbeelding is een deel van de stad te zien, met schepen op de kant en een stadspoort.
Jongens deden spelleijes die ervoor moesten zorgen I goede krijgers werden, Volgens een VIkingdichter tel van vrijen en edelen "boogschieten, paardrijden,jag honden, zwaaien met een zwaard en staalijes ZWel! oudste zoon kreeg het land,' jongere zonen gebruiktel militaire vaardigheden op strooptochten of als huurj
Vrouwen waren veel tijd kwijt met spinnen en weven. De vrouw in het midden kaardt de wol voorzichtig om de vezels uit elkaar te halen. Rechts wordt de wol met een spinklos tot lange dl gesponnen. links zit de weifster aan haar weefgetouw. Ze de lap stof door de dwarse draad, de inslag, om en om door scheringdraden te halen.
Een zwaargewonde man wordt verzorgd door zijn vriend, terwijl twee anderen zijn belager vast- houden. Een aanval als deze kon de aanleiding zijn tot een vete.
De Vikingen gingen prat op hun gastvrijheid, waarbij een feestmaal hoorde. Hier maakt een vrouw brood, appels en vis klaar; boven de haard pruttelt nog meer eten.
T e paard jagen op wilde dieren werd een populaire sport onder de rijke Vikingen die zich snelle paarden konden veroorloven. Deze jagers zullen al hun talenten moeten aanspreken om in volle galop hun prooi met hun speren te raken.
Na een lange, hevige veldslag bij Hastings versloeg Wiltem van Nomandië de Engelse koning Harold Godwinson en werd toen zelfkoning. Later zou hij verschillende opstanden tegen zijn bewind neerslaan en drie Vikingvloten verslaan die probeerden de macht van de Vikingen in Engeland te herstellen.
Een Vikinghoofdman krijgt de sleutels van een Franse stad. Misschien moeten de Vikingen het gebied beschermen tegen andere plunderaars, of probeert een Franse edelman zo hun steun tegen zijn eigen rivaal te kopen