SlideShare une entreprise Scribd logo
1  sur  52
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.

geslacht

Woongebied
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg
jongen
meisje

Niet in
Voorburg
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen
meisje
Totaal =
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen
meisje
Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg
jongen

Niet in
Voorburg
14

meisje
Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen

14

meisje
8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen
meisje

14
3
8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen
meisje

14
3

(27-14) =13

8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen

(8-3) =5

14

meisje

3

(27-14) =13

8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg
jongen
meisje

Niet in
Voorburg

(14-5) =9

(8-3) =5

14

3

(27-14) =13

8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen

(14-5) =9

(8-3) =5

14

meisje

(13-3) =10

3

(27-14) =13

8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen

(14-5) =9

(8-3) =5

14

meisje

(13-3) =10

3

(27-14) =13

19

8

Totaal =27
Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.
8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Woongebied

geslacht

Voorburg

Niet in
Voorburg

jongen

(14-5) =9

(8-3) =5

14

meisje

(13-3) =10

3

(27-14) =13

19

8

Totaal =27
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Voorburg

Werk

Bijbaantje
Geen
bijbaantje

Niet in
Voorburg

14
7
17

Totaal
=30

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Voorburg

Niet in
Voorburg

Werk

Bijbaantje
Geen
bijbaantje

14
7
17

16
13

Totaal
=30

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Voorburg

Niet in
Voorburg

Werk

Bijbaantje

10

14

Geen
bijbaantje

7

16

17

13

Totaal
=30

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Niet in
Voorburg

Bijbaantje

Werk

Voorburg

10

4

14

Geen
bijbaantje

7

9

16

17

13

Totaal
=30

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Niet in
Voorburg

Bijbaantje

10

4

14

Geen
bijbaantje

7

9

16

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg

jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3
19

13

Totaal
=30

(27-14)
=13

8

V

17

14

Totaal =27

Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
wiskunde
O

V

Engels

Werk

Voorburg

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

O
Totaal =32
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Niet in
Voorburg

Bijbaantje

10

4

14

Geen
bijbaantje

7

9

16

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

V

17

13

Totaal
=30

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
wiskunde
O

V

Engels

Werk

Voorburg

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

O

3

10

5

Totaal =32
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Niet in
Voorburg

Bijbaantje

10

4

14

Geen
bijbaantje

7

9

16

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
wiskunde
V

17

13

Totaal
=30

O

V

Engels

Werk

Voorburg

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

20

2

22

O

7

3

10

27

5

Totaal =32

20 leerlingen hebben voor beide proefwerken een voldoende
Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas
heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen
niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes.
op1) Bereken hoeveel jongens in
Voorburg woont.
Dus 9 van de jongens woont in Voorburg
Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten)
Op 2) Vul het onderstaande schema in.

Woongebied
Niet in
Voorburg

Bijbaantje

10

4

14

Geen
bijbaantje

7

9

16

Woongebied
Voorburg Niet in
Voorburg
jongen (14-5) =9

(8-3) =5

meisje (13-3) =10 3

14
(27-14)
=13

19
8
Totaal =27
Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf
leerlingen een onvoldoende voor het laatste
proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die
voor het laatste proefwerk Engels een
onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben
voor beide proefwerk een onvoldoende.
Hoeveel leerlingen hadden voor beide
proefwerken een voldoende?
wiskunde
V

17

13

Totaal
=30

O

V

Engels

Werk

Voorburg

geslacht

Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel

20

2

22

O

7

3

10

27

5

Totaal =32

20 leerlingen hebben voor beide proefwerken een voldoende
Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:

De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61

De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren kan de
som van de ogen 6 zijn?

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

115
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114

r bg
141
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114

r bg r bg
141 411
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
123

r bg r bg
141 411
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
123

r bg r bg
141 411
132
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
123

r bg r bg
141 411
132 213
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
123

r bg r bg
141 411
132 213 231
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
123

r bg r bg
141 411
132 213 231

312 321
De som van de ogen kan op
vier manieren 7 zijn

Manier II uitschrijven
Aantal mogelijkheden:
61
52
43

viervlakdobbelsteen
1 2 3 4

Op 1. Tom gooit met een
normale dobbelsteen en
een viervlakdobbelsteen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de ogen
7 zijn?

5

6

7

8

9

10

4

5

6

7

8

9

3

4

5

6

7

8

2

3

4

5

6

7

1

2
3 4 5 6
normale dobbelsteen

34
Op 2. Julia gooit met een 3
normale dobbelstenen.
a) Op hoeveel manieren
kan de som van de
ogen 6 zijn?
De som van de ogen kan
op acht manieren 6 zijn

Manier II uitschrijven.
Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen

Aantal mogelijkheden:

r bg
114
123
222

r bg r bg
141 411
132 213 231

312 321
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?

109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld
Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Halve competitie

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Halve competitie
0,51211 =66
Er wordt dus 66 keer een
hand geschud

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?

Halve competitie

Per groep = 0,565 =15 wedstrijden

0,51211 =66
Er wordt dus 66 keer een
hand geschud
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?

Halve competitie

Per groep = 0,565 =15 wedstrijden
4 groep  415 =60 wedstrijden

0,51211 =66
Er wordt dus 66 keer een
hand geschud
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?

Halve competitie

Per groep = 0,565 =15 wedstrijden
4 groep  415 =60 wedstrijden
4 teams door 4-1= 3 wedstrijden

0,51211 =66
Er wordt dus 66 keer een
hand geschud
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?

Halve competitie

Per groep = 0,565 =15 wedstrijden
4 groep  415 =60 wedstrijden
4 teams door 4-1= 3 wedstrijden
Om 3de plek  1 wedstrijd

0,51211 =66
Er wordt dus 66 keer een
hand geschud
Op 1) 10 teams spelen
hele competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
109 =90
Er worden dus 90
wedstrijden gespeeld

Op 2) 8 teams spelen
halve competitie,
hoeveel wedstrijden
worden er gespeeld?
0,587 =28
Er worden dus 28
wedstrijden gespeeld

Op 3) 16 teams spelen volgens
het knock-out systeem tot dat er
een winnaar is, er wordt niet om
de 3de plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er gespeeld?
16 -1 =15
Er worden dus 15
wedstrijden gespeeld

Op 4) Bij een top ontmoeting
over handel zijn 12 ministers
van verschillende landen
aanwezig. Zij schudden
handen met elkaar.
Hoe vaak wordt er een hand
geschud?

Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey
toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams.
De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams.
Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep
gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams
volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is.
Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel
wedstrijden worden er in totaal gespeeld?

Halve competitie

Per groep = 0,565 =15 wedstrijden
4 groep  415 =60 wedstrijden
4 teams door 4-1= 3 wedstrijden
Om 3de plek  1 wedstrijd

0,51211 =66
Er wordt dus 66 keer een
hand geschud

Aantal wedstrijden = 60+3+1=64

Contenu connexe

Plus de Muhtadi Al-Awwadi (20)

2vvergrotingsfactork
2vvergrotingsfactork2vvergrotingsfactork
2vvergrotingsfactork
 
4vatoepassingenmachtenenwortels
4vatoepassingenmachtenenwortels4vatoepassingenmachtenenwortels
4vatoepassingenmachtenenwortels
 
3vexponetielegroeideel1
3vexponetielegroeideel13vexponetielegroeideel1
3vexponetielegroeideel1
 
Boxplot1.1
Boxplot1.1Boxplot1.1
Boxplot1.1
 
perspectief tekenen Balk onder de horizon
perspectief tekenen Balk onder de horizonperspectief tekenen Balk onder de horizon
perspectief tekenen Balk onder de horizon
 
2vsamenvattingkwadratischeformules
2vsamenvattingkwadratischeformules2vsamenvattingkwadratischeformules
2vsamenvattingkwadratischeformules
 
2vsamenvattinghaakjeswegwerken
2vsamenvattinghaakjeswegwerken2vsamenvattinghaakjeswegwerken
2vsamenvattinghaakjeswegwerken
 
2vsamenvattingwortelsherleiden
2vsamenvattingwortelsherleiden2vsamenvattingwortelsherleiden
2vsamenvattingwortelsherleiden
 
1vsamenvattingherleiden
1vsamenvattingherleiden1vsamenvattingherleiden
1vsamenvattingherleiden
 
1vrekenregelsennegatievegetallen
1vrekenregelsennegatievegetallen1vrekenregelsennegatievegetallen
1vrekenregelsennegatievegetallen
 
V4ax^n
V4ax^nV4ax^n
V4ax^n
 
4vaexponetielegroeideel1
4vaexponetielegroeideel14vaexponetielegroeideel1
4vaexponetielegroeideel1
 
Oefening assenstelsel
Oefening assenstelselOefening assenstelsel
Oefening assenstelsel
 
4vamachtenenwortels
4vamachtenenwortels4vamachtenenwortels
4vamachtenenwortels
 
4vaherleidenenmachten
4vaherleidenenmachten4vaherleidenenmachten
4vaherleidenenmachten
 
3vherhalinggelijkvormigheid1.1
3vherhalinggelijkvormigheid1.13vherhalinggelijkvormigheid1.1
3vherhalinggelijkvormigheid1.1
 
Oppervlakte eenheden
Oppervlakte eenhedenOppervlakte eenheden
Oppervlakte eenheden
 
3vhoekenin3d
3vhoekenin3d3vhoekenin3d
3vhoekenin3d
 
2vtoepassingenkwadratischevergelijkingen
2vtoepassingenkwadratischevergelijkingen2vtoepassingenkwadratischevergelijkingen
2vtoepassingenkwadratischevergelijkingen
 
3vsoscastoa
3vsoscastoa3vsoscastoa
3vsoscastoa
 

4vakruistabel1.1

  • 1. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont.
  • 2. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. geslacht Woongebied
  • 3. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg jongen meisje Niet in Voorburg
  • 4. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen meisje Totaal =
  • 5. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen meisje Totaal =27
  • 6. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg jongen Niet in Voorburg 14 meisje Totaal =27
  • 7. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen 14 meisje 8 Totaal =27
  • 8. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen meisje 14 3 8 Totaal =27
  • 9. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen meisje 14 3 (27-14) =13 8 Totaal =27
  • 10. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen (8-3) =5 14 meisje 3 (27-14) =13 8 Totaal =27
  • 11. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg jongen meisje Niet in Voorburg (14-5) =9 (8-3) =5 14 3 (27-14) =13 8 Totaal =27
  • 12. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 14 meisje (13-3) =10 3 (27-14) =13 8 Totaal =27
  • 13. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 14 meisje (13-3) =10 3 (27-14) =13 19 8 Totaal =27
  • 14. Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens. 8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Woongebied geslacht Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 14 meisje (13-3) =10 3 (27-14) =13 19 8 Totaal =27
  • 15. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Voorburg Werk Bijbaantje Geen bijbaantje Niet in Voorburg 14 7 17 Totaal =30 geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende?
  • 16. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Voorburg Niet in Voorburg Werk Bijbaantje Geen bijbaantje 14 7 17 16 13 Totaal =30 geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende?
  • 17. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Voorburg Niet in Voorburg Werk Bijbaantje 10 14 Geen bijbaantje 7 16 17 13 Totaal =30 geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende?
  • 18. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Niet in Voorburg Bijbaantje Werk Voorburg 10 4 14 Geen bijbaantje 7 9 16 17 13 Totaal =30 geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende?
  • 19. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Niet in Voorburg Bijbaantje 10 4 14 Geen bijbaantje 7 9 16 Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 19 13 Totaal =30 (27-14) =13 8 V 17 14 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende? wiskunde O V Engels Werk Voorburg geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel O Totaal =32
  • 20. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Niet in Voorburg Bijbaantje 10 4 14 Geen bijbaantje 7 9 16 Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 V 17 13 Totaal =30 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende? wiskunde O V Engels Werk Voorburg geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel O 3 10 5 Totaal =32
  • 21. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Niet in Voorburg Bijbaantje 10 4 14 Geen bijbaantje 7 9 16 Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende? wiskunde V 17 13 Totaal =30 O V Engels Werk Voorburg geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel 20 2 22 O 7 3 10 27 5 Totaal =32 20 leerlingen hebben voor beide proefwerken een voldoende
  • 22. Klas 4 vwo heeft 27 leerlingen. De klas heeft 14 jongens.8 van de leerlingen wonen niet in Voorburg. Daarvan zijn 3 meisjes. op1) Bereken hoeveel jongens in Voorburg woont. Dus 9 van de jongens woont in Voorburg Zelf maken op 2 en op 3 (5 minuten) Op 2) Vul het onderstaande schema in. Woongebied Niet in Voorburg Bijbaantje 10 4 14 Geen bijbaantje 7 9 16 Woongebied Voorburg Niet in Voorburg jongen (14-5) =9 (8-3) =5 meisje (13-3) =10 3 14 (27-14) =13 19 8 Totaal =27 Op 3) In een klas van 32 leerlingen hebben vijf leerlingen een onvoldoende voor het laatste proefwerk wiskunde. Er zijn tien leerlingen die voor het laatste proefwerk Engels een onvoldoende hadden. Drie leerlingen hebben voor beide proefwerk een onvoldoende. Hoeveel leerlingen hadden voor beide proefwerken een voldoende? wiskunde V 17 13 Totaal =30 O V Engels Werk Voorburg geslacht Klas 4 vwo wiskunde A Kruistabel 20 2 22 O 7 3 10 27 5 Totaal =32 20 leerlingen hebben voor beide proefwerken een voldoende
  • 23. Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn?
  • 24. Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 25. Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 26. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 27. Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 28. Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 29. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 30. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen
  • 31. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen
  • 32. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: 115
  • 33. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114
  • 34. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 r bg 141
  • 35. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 r bg r bg 141 411
  • 36. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 123 r bg r bg 141 411
  • 37. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 123 r bg r bg 141 411 132
  • 38. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 123 r bg r bg 141 411 132 213
  • 39. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 123 r bg r bg 141 411 132 213 231
  • 40. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 123 r bg r bg 141 411 132 213 231 312 321
  • 41. De som van de ogen kan op vier manieren 7 zijn Manier II uitschrijven Aantal mogelijkheden: 61 52 43 viervlakdobbelsteen 1 2 3 4 Op 1. Tom gooit met een normale dobbelsteen en een viervlakdobbelsteen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 7 zijn? 5 6 7 8 9 10 4 5 6 7 8 9 3 4 5 6 7 8 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 normale dobbelsteen 34 Op 2. Julia gooit met een 3 normale dobbelstenen. a) Op hoeveel manieren kan de som van de ogen 6 zijn? De som van de ogen kan op acht manieren 6 zijn Manier II uitschrijven. Neem een rode, blauw en groene dobbelsteen Aantal mogelijkheden: r bg 114 123 222 r bg r bg 141 411 132 213 231 312 321
  • 42. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
  • 43. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
  • 44. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
  • 45. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
  • 46. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Halve competitie Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
  • 47. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Halve competitie 0,51211 =66 Er wordt dus 66 keer een hand geschud Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld?
  • 48. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld? Halve competitie Per groep = 0,565 =15 wedstrijden 0,51211 =66 Er wordt dus 66 keer een hand geschud
  • 49. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld? Halve competitie Per groep = 0,565 =15 wedstrijden 4 groep  415 =60 wedstrijden 0,51211 =66 Er wordt dus 66 keer een hand geschud
  • 50. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld? Halve competitie Per groep = 0,565 =15 wedstrijden 4 groep  415 =60 wedstrijden 4 teams door 4-1= 3 wedstrijden 0,51211 =66 Er wordt dus 66 keer een hand geschud
  • 51. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld? Halve competitie Per groep = 0,565 =15 wedstrijden 4 groep  415 =60 wedstrijden 4 teams door 4-1= 3 wedstrijden Om 3de plek  1 wedstrijd 0,51211 =66 Er wordt dus 66 keer een hand geschud
  • 52. Op 1) 10 teams spelen hele competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 109 =90 Er worden dus 90 wedstrijden gespeeld Op 2) 8 teams spelen halve competitie, hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 0,587 =28 Er worden dus 28 wedstrijden gespeeld Op 3) 16 teams spelen volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is, er wordt niet om de 3de plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld? 16 -1 =15 Er worden dus 15 wedstrijden gespeeld Op 4) Bij een top ontmoeting over handel zijn 12 ministers van verschillende landen aanwezig. Zij schudden handen met elkaar. Hoe vaak wordt er een hand geschud? Op 5) Gymnasium Novum organiseert een hockey toernooi voor de bovenbouw klassen, er zijn 24 teams. De teams worden verdeeld in 4 groepen van 6 teams. Per groep wordt er halve competitie gespeeld. Per groep gaat het beste team door. Daarna spelen de beste teams volgens het knock-out systeem tot dat er een winnaar is. Er wordt ook om de derde plek gespeeld. Hoeveel wedstrijden worden er in totaal gespeeld? Halve competitie Per groep = 0,565 =15 wedstrijden 4 groep  415 =60 wedstrijden 4 teams door 4-1= 3 wedstrijden Om 3de plek  1 wedstrijd 0,51211 =66 Er wordt dus 66 keer een hand geschud Aantal wedstrijden = 60+3+1=64