19. Door de heilige Geest
zijn wij één in de Heer.
Door de Geest groeit de liefde
voor elkaar steeds meer.
Daarom bidden we samen dat
die eenheid zichtbaar wordt.
20. refrein
Toon je liefde voor God en
voor elkaar, voor elkaar.
Jezus-mensen hebben liefde
voor elkaar.
21. In het volgen van Jezus
wordt de liefde openbaar.
Samen biddend geloven met
de handen in elkaar,
en de mensen vertellen dat
God niet veranderd is.
22. refrein
Toon je liefde voor God en
voor elkaar, voor elkaar.
Jezus-mensen hebben liefde
voor elkaar.
23. Ja, wij danken de Vader,
die ons leven bewaart.
En wij prijzen de Zoon,
die ons zijn liefde verklaart.
Lof en eer voor de Geest,
in Hem ontmoeten wij elkaar.
24. refrein
Toon je liefde voor God en
voor elkaar, voor elkaar.
Jezus-mensen hebben liefde
voor elkaar.
25. ELB 147 - 1, 3, 5
Heer ik hoor van rijke zegen
26. Heer, ik hoor van rijke zegen (EL 147)) t. E. Codner; m. W.B. Bradbury
27. Heer, ik hoor van rijke zegen (EL 147)) t. E. Codner; m. W.B. Bradbury
28. Heer, ik hoor van rijke zegen (EL 147)) t. E. Codner; m. W.B. Bradbury
29. Heer, ik hoor van rijke zegen (EL 147)) t. E. Codner; m. W.B. Bradbury
30. Heer, ik hoor van rijke zegen (EL 147)) t. E. Codner; m. W.B. Bradbury
31. Heer, ik hoor van rijke zegen (EL 147)) t. E. Codner; m. W.B. Bradbury
38. Heilige Geest van God (Opw 343) t. & m. P. Armstrong; v. Y. Hoekendijk
39. Heilige Geest van God (Opw 343) t. & m. P. Armstrong; v. Y. Hoekendijk
40. Heilige Geest van God (Opw 343) t. & m. P. Armstrong; v. Y. Hoekendijk
41. Heilige Geest van God (Opw 343) t. & m. P. Armstrong; v. Y. Hoekendijk
42. Lezen Romeinen 8 : 1 t/m 10
Het leven door de Geest
81Dus is er nu geen verdoemenis voor hen
die in Christus Jezus zijn, die niet naar het
vlees wandelen, maar naar de Geest.
2Want de wet van de Geest van het leven
in Christus Jezus heeft mij vrijgemaakt van
de wet van de zonde en van de dood.
43. 3Want wat voor de wet onmogelijk was,
krachteloos als zij was door het
vlees,dat heeft God gedaan: Hij heeft Zijn
eigen Zoon gezonden in een gedaante
gelijk aan het zondige
vlees en dat omwille van de zonde, en
de zonde veroordeeld in het vlees,
4opdat de rechtvaardige eis van de wet
vervuld zou worden in ons, die niet naar
het vlees wandelen, maar naar de Geest.
44. 5Immers, zij die naar het vlees zijn,
bedenken de dingen van het vlees, maar
zij die naar de Geest zijn, de dingen van de
Geest. 6Want het denken van het vlees is
de dood, maar het denken van de Geest is
leven en vrede. 7Immers, het denken van
het vlees is vijandschap tegen God. Het
onderwerpt zich namelijk niet aan de wet
van God, want het kan dat ook niet.
45. 8En zij die in het vlees zijn, kunnen God
niet behagen. 9Maar u bent niet in het
vlees, maar in de Geest, wanneer
althans de Geest van God in u woont.
Maar als iemand de Geest van Christus
niet heeft, die is niet van Hem.
10Als Christus echter in u is, dan is het
lichaam wel dood vanwege de zonde,
maar de geest is leven
vanwege de gerechtigheid.
63. En de Geest en de bruid zeggen: kom (EL 96) t. naar Openbaring 22:17,20; m. anoniem
64. En de Geest en de bruid zeggen: kom (EL 96) t. naar Openbaring 22:17,20; m. anoniem
65. En de Geest en de bruid zeggen: kom (EL 96) t. naar Openbaring 22:17,20; m. anoniem
66. En de Geest en de bruid zeggen: kom (EL 96) t. naar Openbaring 22:17,20; m. anoniem
67. Lezen Johannes 20 : 19 t/m 31
De verschijning aan de tien discipelen
19Toen het nu avond was op die
eerste dag van de week en de
deuren van de plaats waar de discipelen
bijeenwaren, uit vrees voor de Joden
gesloten waren, kwam Jezus en
Hij stond in hun midden
en zei tegen hen:
Vrede zij u!
68. 20En nadat Hij dit gezegd had, liet Hij hun
Zijn handen en Zijn zij zien. De discipelen
dan verblijdden zich toen zij de Heere
zagen.
21Jezus dan zei opnieuw tegen
hen: Vrede zij u! Zoals de Vader Mij
gezonden heeft, zend Ik ook u.
22En nadat Hij dit gezegd had, blies Hij
op hen en zei tegen hen:
Ontvang de Heilige Geest.
69. 23Als u iemands zonden vergeeft, worden ze
hem vergeven; als u ze hem toerekent, blijven
ze hem toegerekend.
Jezus en Thomas
24En Thomas, een van de twaalf, Didymus
genoemd, was niet bij hen
toen Jezusdaar kwam.
25De andere discipelen dan zeiden tegen hem:
Wij hebben de Heere gezien.
Maar hij zei tegen hen:
70. Als ik in Zijn handen niet het litteken van
de spijkers zie, en mijn vinger niet steek in
het litteken van de spijkers, en mijn hand
niet steek in Zijn zij, zal ik beslist niet
geloven.
26En na acht dagen waren Zijn discipelen
weer binnen en Thomas was bij hen. Jezus
kwam terwijl de deuren gesloten waren,
en Hij stond in hun midden en
zei: Vrede zij u.
71. 27Daarna zei Hij tegen Thomas: Kom hier
met uw vinger en bekijk Mijn handen, en
kom hier met uw hand en steek die in
Mijn zij; en wees niet ongelovig, maar
gelovig.
28En Thomas antwoordde en zei tegen
Hem: Mijn Heere en mijn God!
29Jezus zei tegen hem: Omdat u Mij gezien
hebt, Thomas, hebt u geloofd;
72. zalig zijn zij die niet gezien zullen hebben
en toch zullen geloven.
30Jezus nu heeft in aanwezigheid van Zijn
discipelen nog wel veel andere tekenen
gedaan, die niet beschreven zijn in
dit boek,
31maar deze zijn beschreven, opdat u
gelooft dat Jezus de Christus is, de Zoon
van God, en opdat u, door te geloven, het
leven zult hebben in Zijn Naam.
73. Opw 58 Vrede zij u
( eerste 3 coupletten door koor daarna
weer volledig samen met gemeente)
74. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks
75. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks
76. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks
77. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks
78. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks
79. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks
80. Vrede zij u (EL 79) t. naar Johannes 20:21,22; m. J. Hendriks