Noordwolde zingt met....Durk en Ann

1. Noordwolde zingt met……
Durk en Anneke.
Welkom.
Organist is Johannes de Vries.

2. VDD Opw 525
Jubel het uit

3. allen:
Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

4. Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

5. Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

6. Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

7. Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

8. Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

9. Jubel het uit (Opw 525) t. I, Watts; m. G.F. Händel; v. M. Schaart

10. Noordwolde zingt met……
Durk en Anneke.
Welkom.
Organist is Johannes de Vries.

11. Opw 224 – 1, 2 / elb 348
Komt laat ons zingen
(God is goed)

12. Komt laat ons zingen (EL 348) t. H. Kingsbury; m. A.R. Steadman; v. J.v.d. Werken.

13. Komt laat ons zingen (EL 348) t. H. Kingsbury; m. A.R. Steadman; v. J.v.d. Werken.

14. Komt laat ons zingen (EL 348) t. H. Kingsbury; m. A.R. Steadman; v. J.v.d. Werken.

15. Komt laat ons zingen (EL 348) t. H. Kingsbury; m. A.R. Steadman; v. J.v.d. Werken.

16. Opw 224 – 1, 3
Ik wil zingen

17. Ik wil zingen van mijn Heiland,
van zijn liefde, wondergroot,
die Zichzelve gaf aan 't kruishout
en mij redde van de dood.
Refrein:
Zing, o zing van mijn Verlosser.
Met zijn bloed kocht Hij ook mij:
Aan het kruis schonk Hij genade,
droeg mijn schuld en ik was vrij.

18. 'k Wil mijn dierb're Heiland prijzen,
spreken van zijn grote kracht.
Hij kan overwinning geven
over zond' en satans macht.
(refrein)
Zing, o zing van mijn Verlosser.
Met zijn bloed kocht Hij ook mij:
Aan het kruis schonk Hij genade,
droeg mijn schuld en ik was vrij.

19. P 105 -1 (ob)
Looft, looft verheugd de HEER
der heren,

20. 1 Looft, looft verheugd de HEER
der heren,
aanbidt zijn naam en wilt Hem
eren.
Laat alle volken nu verstaan
de wondren, die Hij heeft gedaan.
En spreekt met eerbied en ontzag
van al zijn werken dag aan dag.

21. Gebed.

22. Durk en Anneke zingen:
Welk een vriend is
onze Jezus

23. Op die heuvel daarginds
(ruw houten kruis)
Coupletten Durk en Anneke /
refrein gemeente

24. Durk en Anneke
Op die heuvel daarginds, stond een
ruwhouten kruis,
het symbool van vervloeking en
schuld.
Maar dat kruis is voor ons, toch het
kostbaarst kleinood,
daar Gods wet aan dat hout werd
vervuld.

25. Refrein met gemeente:
'k Klem mij daarom aan Golgotha's
kruis,
tot de Heer' komt en met Hem het
loon,
als die grote dag aanbreekt
en Hij ons dat Kruis
dan verwisselt voor d'
eeuwigheidskroon.

26. Durk en Anneke
O, dat ruwhouten kruis,
door de wereld gesmaad,
heeft een wond're bekoring en
macht.
Want Gods Zoon liet Zijn troon,
Hij droeg smaadheid en hoon,
om de vreugd' die dat kruis voor ons
bracht.

27. Refrein met gemeente:
'k Klem mij daarom aan Golgotha's
kruis,
tot de Heer' komt en met Hem het
loon,
als die grote dag aanbreekt
en Hij ons dat Kruis
dan verwisselt voor d'
eeuwigheidskroon.

28. Durk en Anneke
Van dat ruwhouten kruis,
met het bloed van Gods Zoon,
straalt een licht dat door niets
wordt gedoofd.
Vol van schoonheid en pracht, vol
van reddende kracht,
voor een ieder die in Hem gelooft.

29. Refrein met gemeente:
'k Klem mij daarom aan Golgotha's
kruis,
tot de Heer' komt en met Hem het
loon,
als die grote dag aanbreekt
en Hij ons dat Kruis
dan verwisselt voor d'
eeuwigheidskroon.

30. Durk en Anneke
Help mij Heer', aan dat kruis,
trouw te zijn tot de dood,
ook als hier smaad en spot is mijn
loon.
Want dat kruis droeg de straf, nam
de schuld van mij af,
't werd de toegang voor mij tot
Gods troon.

31. Refrein met gemeente:
'k Klem mij daarom aan Golgotha's
kruis,
tot de Heer' komt en met Hem het
loon,
als die grote dag aanbreekt
en Hij ons dat Kruis
dan verwisselt voor d'
eeuwigheidskroon.

32. Samenzang:
464 – 1, 2, 3 Wees stil

33. allen:
Wees stil voor het aangezicht van God (EL 241) t. & m. D.J. Evans; v. P. van Essen

34. Wees stil voor het aangezicht van God (EL 241) t. & m. D.J. Evans; v. P. van Essen

35. Wees stil voor het aangezicht van God (EL 241) t. & m. D.J. Evans; v. P. van Essen

36. Wees stil voor het aangezicht van God (EL 241) t. & m. D.J. Evans; v. P. van Essen

37. Wees stil voor het aangezicht van God (EL 241) t. & m. D.J. Evans; v. P. van Essen

38. Wees stil voor het aangezicht van God (EL 241) t. & m. D.J. Evans; v. P. van Essen

39. Laten we een ogenblik stil zijn!
Daarna zingen we “Kom in mijn
hart”, ELB 209 – 1, 2, 3

40. 1
Kom in mijn hart, kom in mijn hart,
kom iedere macht onttronen.
Aan U de kroon! Kom, Vader, Zoon,
mijn hart door uw Geest bewonen.

41. 2
Reinig mijn hart, reinig mijn hart
in bronnen van uw genade:
Uw Woord geneest; uw bloed, uw
Geest
zij stuiten de stroom van 't kwade.

42. 3
Heer van mijn hart, Heer van mijn
hart,
blijf eeuwig daar resideren.
Houd Gij er hof. Laat liefde-en lof
en vrede vandaar regeren.

43. Durk en Anneke zingen
De Heilige stad
Laatste couplet met de gemeente

44. Terwijl k eens lag te slapen
kreeg ik een schone droom.
Ik was in t oud Jeruzalem
k stond aan de tempelzoom.
ik hoorde kind ren zingen
een lied vol blijde klank;
en t was als paarden Engelen
zich juichend aan hun zang:
en t was als paarden Engelen
zich juichend aan hun zang.

45. Jeruzalem, Jeruzalem,
zing uwen Vorst ter eer!
t Hosanna in de Hoge,
t Hosanna voor uw Heer!

46. Doch eensklaps werd het alles
zo donker om mij heen.
Het kinderkoor verstomde,
en de eng lenschaar verdween.
Ik zag een kruis verrijzen;
toen werd het plots ling nacht.
En klonk van gindse heuveltop
een stem; Het is volbracht.
En klonk van gindse heuveltop
een stem; Het is volbracht.

47. Jeruzalem, Jeruzalem!
Gij die uw Vorst veracht
Hosanna in de Hoge,
Hosanna „t is volbracht!

48. En weder zag k een ander beeld,
Doch nu vol heerlijkheid;
Een stad, die, als een bruid versierd,
Haar koning wachtend beidt.
k zag straten van het zuiverst goud,
door d open paarlen poort.

49. Miljoenen gingen uit en in;
geen wanklank werd gehoord.
Maar onder harp en cymbeltoon
juicht mens en Eng len stem.
Tot eer van God en van het Lam,
in t nieuw Jeruzalem.
Tot eer van God en van het Lam,
in t nieuw Jeruzalem.

50. Allen
Jeruzalem, Jeruzalem,
nu is voorbij uw strijd!
Hosanna in de hoge,
Hosanna in eeuwigheid.
Hosanna in de hoge,
Hosanna in eeuwigheid.

51. Klazien leest met ons Rom. 8 :
28a, aansluitend het gedicht
“Ik blijf geloven”

52. 28 En wij weten dat voor hen die
God liefhebben, alle dingen
meewerken ten goede,

53. Ik blijf geloven,
o Heer mijn God,
Dat U daarboven,
Bestuurt mijn lot.
Is 't leven donker,
De weg soms ruw,
Geen ster geflonker,
Ik steun op U!
Gij zult mij leiden
Mijn God en Heer.

54. Ik blijf U verwachten
En buig mij neer.
Want in mijn hart
Klinkt kalm en zacht,
Een lied van hoop,
Zelfs in de nacht.
En tot mijn ziel,
Spreekt troostend Gij,
Wanhoop niet,
Ik ben erbij!

55. Durk en Anneke zingen:
“Voetstappen in het zand”

56. Ik droomde eens en zie ik liep,
aan het strand bij lage tij.
Ik was daar niet alleen,
want ook de Heer liep aan mijn zij.
We liepen saam het leven door,
en lieten in het zand
een spoor van stappen, twee aan
twee,
de Heer liep aan mijn hand.

57. Ik stopte en keek achter mij
En zag mijn levensloop,
In tijden van geluk en vreugd,
Van diepe smart en hoop.
Maar als ik goed het spoor bekeek,
Zag ik langs heel de baan,
Daar waar het juist het moeilijkst
was,
Maar één paar stappen staan.

58. Ik zei toen: 'Heer waarom dan toch?
Juist toen 'k U nodig had,
Juist toen ik zelf geen uitkomst zag
Op het zwaarste deel van het pad.'
De Heer keek me toen vol liefde aan
En antwoordde op mijn vragen:
'Mijn lieve kind, toen 't moeilijkst
was
Toen heb Ik jou gedragen.'

59. Samenzang
Opw 215 – 1, 3, 5
De Heer is mijn Herder

60. De Heer is mijn herder en geen
ding
ontbreekt mij naar zijn wil;
Hij schenkt mij rust in grazig land,
aan waat'ren klaar en stil

61. Al ga ik door een duister dal,
ik vrees geen kwaad, want Gij
zijt altijd met mij en uw stok
en staf vertroosten mij.

62. Zo zullen heil en goedheid groot
mij volgen dag aan dag,
en ik verkeer in 's Heren huis,
waar 'k eeuwig wonen mag.

63. Samenzang
G 14 – 1, 5
De Heer is mijn Herder

64. allen:
De Heer is mijn Herder (LvdK 14) t. J.J.L. ten Kate; m. J.G. Bastiaans

65. De Heer is mijn Herder (LvdK 14) t. J.J.L. ten Kate; m. J.G. Bastiaans

66. De Heer is mijn Herder (LvdK 14) t. J.J.L. ten Kate; m. J.G. Bastiaans

67. De Heer is mijn Herder (LvdK 14) t. J.J.L. ten Kate; m. J.G. Bastiaans

68. Durk en Anneke zingen als
geloofsbelijdenis
“Ik geloof, dat God mij….”
Refrein allen.

69. Ik geloof, dat God mij nooit
alleen zal laten gaan.
Want Hij is mijn Vader,
die mij altijd bij zal staan
zo zal Hij ons leiden in
de strijd van het bestaan.
Dit is mijn geloof in God.

70. Glorie, glorie halleluja,
glorie, glorie halleluja,
glorie, glorie halleluja.
Dit is mijn geloof in God.

71. Ik geloof in Christus als
de een‟ge Zoon van God.
Die door God de Vader onder
ons gezonden werd
en die door de Geest toen
uit een maagd geboren werd.
Dit is mijn geloof in God.

72. Glorie, glorie halleluja,
glorie, glorie halleluja,
glorie, glorie halleluja.
Dit is mijn geloof in God.

73. Ik geloof dat Christus ons
Zijn Heilge Geest toen gaf,
dat de Geest mij zeggen wil
wat „k doen en laten mag,
dat ik daarom leven kan,
vandaag en alle dag.
Dit is mijn geloof in God.

74. 2x
Glorie, glorie halleluja,
glorie, glorie halleluja,
glorie, glorie halleluja.
Dit is mijn geloof in God.

75. Dankgebed.

76. Durk en Anneke zingen
“Het onze Vader”
één keer voor, daarna met de
gemeente

77. Durk en Anneke
Onze Vader (-) t. Matteüs 6:9-13 (NBG ‟51); m. anoniem

78. Onze Vader (-) t. Matteüs 6:9-13 (NBG ‟51); m. anoniem

79. Onze Vader (-) t. Matteüs 6:9-13 (NBG ‟51); m. anoniem

80. Allen
Onze Vader (-) t. Matteüs 6:9-13 (NBG ‟51); m. anoniem

81. Onze Vader (-) t. Matteüs 6:9-13 (NBG ‟51); m. anoniem

82. Onze Vader (-) t. Matteüs 6:9-13 (NBG ‟51); m. anoniem

83. Collecte
1ste Wycliffe (bijbelvertalers)
2de onkosten

84. Durk en Anneke zingen
ELB 406 Eens zal op die grote
morgen……

85. Slotlied ELB 125 – 1, 2, 3
“Geprezen zij de Heer die
eeuwig leeft”

86. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

87. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

88. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

89. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

90. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

91. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

92. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

93. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

94. Geprezen zij de Heer (EL 125) t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

95. Fijn dat u er was.
Op 19 februari om 19.00 is de
volgende Noordwolde zingt met….
dan komt het koor Jubilate uit
Wolvega.
Voor nu wel thuis en een
gezegende week.