Module 2 gaat diep in op zaken zoals:
1) Wie is je doelgroep?
2) Welke andere communicatiemiddelen passen bij deze doelgroep?
3) Wat wil je bereiken, bij wie, wanneer en in welke mate?
4) Hoe organiseer je je online monitoring?
4) Wat doe je met de resultaten?
5) Je eigen stappenplan voor de inzet van sociale media.
6) Hoe maak je het meetbaar?
7) Synergie tussen fysiek en virtueel.
8) Maak je eigen middelenmatrix.
9) Hoe combineer je social media met andere communicatiemiddelen?
10) Doelstellingen SMART maken
11) Zorgen dat je de kritische succesfactoren – wat het maakt of breekt - in de gaten houdt en tijdig bijstelt.
12) Wat is er anders bij special events?
Deze training is gericht op communicatieprofessionals bij gemeenten, die op een strategische manier met social media werken of willen gaan werken. Ze hebben basiskennis over social media en zijn er zelf in meer of mindere mate actief op. Ze willen meer kennis en ervaring opdoen om binnen de afdeling communicatie social media op een goede en strategische manier in te zetten. Ook willen zij de gemeentelijke organisatie stimuleren en ondersteunen om uit social media te halen wat erin zit.
8. 1.2 Opdracht
Formuleer zo helder en beknopt mogelijk:
1. Wie wil je bereiken? eten
eer w r
il je m g voo
rmat ion’. W trainin
2. Welke kenmerken ikun je aan deze groept me.
d nfo deze
la ssifie n van ontact me
toedichten? gelijkhede
So rry, ‘c o an c
em oek d
over d ganisatie, z
3. Welke uw or
interessegebieden zijn hieruit te destilleren?
jo
4. Bedenk minimaal 5 relevante zoekwoorden.
10. 1.3 Voorbeeld
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, z oek d
o
w org anisa
jou
11. 1.3 Voorbeeld
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, z oek d
o
w org anisa
jou
12. 1.3 Voorbeeld
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, z oek d
o
w org anisa
jou
13. 1.3 Voorbeeld
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, z oek d
o
w org anisa
jou
14. 1.3 Voorbeeld
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, z oek d
o
w org anisa
jou
15. 1.3 Voorbeeld
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, z oek d
o
w org anisa
jou
16. 1.4 Social media mediaplan
eer weten
il je m g voor
rmation’. W trainin
fi ed info n deze t me.
lassi
rry, ‘c ogelijkhed en va contact me
So k dan
ove r de m isatie, zoe
rgan
j ouw o
18. 1.5 Opdracht [voor thuis]
1. Welke (lokale) printed media ontvangt je
eigen doelgroep?
2. Welke (lokale) websites bezoeken zij?
3. Wat levert het intypen van de zoekwoorden
op in de ‘G6’: Google, Youtube, Facebook,
Linkedin, Twitter & Hyves?
19. 2. Doelstellingen
1. Maak het SMART! Specifiek: De doelstelling moet
eenduidig zijn.
Meetbaar: Onder welke (meetbare/
2. Opdracht. observeerbare) voorwaarden of vorm is
het doel bereikt.
Acceptabel: Is deze acceptabel genoeg
voor de doelgroep en/of management.
Realistisch: De doelstelling moet
haalbaar zijn.
Tijdgebonden: Wanneer (in de tijd) moet
het doel bereikt zijn.
20. 2.2 Opdracht
Kies binnen je groepje één van de projecten en
ondervraag elkaar kritisch over:
1. Je doelstelling.
2. Wanneer het doel bereikt is.
3. Wanneer jij en/of je leidinggevende tevreden is.
4. Wanneer je je doelstelling bereikt wilt hebben.
21. 2.2 Opdracht [voor thuis]
Formuleer volgens het SMART principe zo helder en
beknopt mogelijk:
1. Je doelstelling.
2. Wanneer het doel bereikt is.
3. Wanneer jij en/of je leidinggevende tevreden is.
4. Wanneer je je doelstelling bereikt wilt hebben.
25. 4.1 Welke tools zet je in?
meer weten
’. Wil je voor
ation ining
inform an deze tra et me.
, ‘clas sified den v tact m
Sorry mog elijkhe ek dan con
v er de tie, zo
o
org anisa
jouw
26. 4.1 Welke tools zet je in?
eer weten
il je m g voor
rmation’. W trainin
fied info n deze t me.
lassi
rry, ‘c ogelijkhed en va contact me
So k dan
ove r de m isatie, zoe
rgan
j ouw o
27. 4.1 Welke tools zet je in?
eer weten
il je m g voor
rmation’. W trainin
fied info n deze t me.
lassi
rry, ‘c ogelijkhed en va contact me
So k dan
ove r de m isatie, zoe
rgan
j ouw o
29. 4.1 Welke tools zet je in?
eer weten
il je m g voor
rmation’. W trainin
fied info n deze t me.
lassi
rry, ‘c ogelijkhed en va contact me
So k dan
ove r de m isatie, zoe
rgan
j ouw o
33. 4.2 Hoe organiseer je dat?
eten
eer w r
il je m g voo
rmat ion’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘c lassifi kheden van ontact met
Sor gelij an c
e mo oek d
over d ganisatie, z
jou w or
36. 4.4 Opdracht 1 [voor thuis]
Voer de zoekwoorden van je eigen project in:
1. Bij Google Alerts: http://www.google.com/alerts/.
2. Selecteer uit de resultaten minimaal 5 bronnen die
een RSS feed hebben.
3. Voeg die toe aan Google Reader: http://
www.google.com/reader/.
4. Koppel dat aan je Flipboard account.
37. 4.4 Opdracht 2 [voor thuis]
Maak je eigen KPI-kaart aan de hand van
het voorbeeldschema dat je van ons krijgt.
39. 6. Communicatietactiek
1. Stappenplan.
2. Hoe maak je het meetbaar?
3. Wanneer is het de moeite waard?
4. Hoe maak je het beheersbaar?
5. Hoe hou je het levend?
6. Opdracht.
40. 6.1 t/m 6.5 Communicatietactiek
eten
eer w r
il je m g voo
rmati on’. W trainin
ed info deze me.
ry, ‘cl assifi hede n van ontact met
Sor gelijk an c
ver d e mo tie, zoek d
o
w org anisa
jou
41. 6.6 Opdracht
Maak voor je eigen project een eerste
opzet van je interactiekalender.
Discussiëren is toegestaan ;-)
42. 6.6 Opdracht [voor thuis]
Maak voor je eigen project een communicatie- en
een interactiekalender.
43. 7. Synergie tussen fysiek & virtueel
1. Verhouding print-online
2. Hoe werk je crossmediaal?
3. Hoe maken de middelen de mix?
4. Opdracht.
48. 7.3 Hoe maken de middelen de mix?
Communicatiemiddel Informeren Raadplegen Adviseren Coproduceren (Mee)beslissen
Website ** * ** * *
Website met forum ** ** ** ** **
E-zine *** ** *** ** **
Gemeentekrant *** * **
eer** weten
* *
*** je m
. Wil voor
Brief **** ** **
** ation
’ *** g
E-mail ****
inform an deze tr ainin** e. **
Lokale kranten (adv)
s sified
*** *
n v *
m*et m *
Persvoorlichting rr
So y, ‘cla ***gelijkhed*e an co* ntact * *
Bewonersbijeenkomstr d
ve
o
e m**** tie, z oek d ***
**** *** ****
Eigen community
o anisa
w org ** **** *** *** ****
jo u
Netquestionnaire ** **** ** ** **
Facebook ** *** * *** **
Twitter ** *** ** * *
Linkedin *** *** ** *** ***
Hyves ** *** * ** **
Youtube, Slideshare, enz ** * *** **** **
49. 7.4 Opdracht
1. Definieer in je eigen groepje de ideale
middelenmix.
2. Bepaal de reis die de doelgroep aflegt naar
het doel.
50. 7.4 Opdracht [voor thuis]
Bepaal aan de hand van de gedane
research je eigen middelenmix en definieer
je eigen ‘customer journey’.
52. 9. Communities & participatie
1. Participatie en “de vier c’s”
2. Wat is een community?
3. Wanneer zet je een community in?
4. Tips voor een goede community?
53. 9.1 Participatie & “de vier c’s”
eer weten
il je m g voor
rmation’. W trainin
fied info n deze t me.
lassi
rry, ‘c ogelijkhed en va contact me
So k dan
ove r de m isatie, zoe
rgan
j ouw o