1. Consument &
Maatschappij
GEDRAGS- EN ATTITUDEVERANDERING D.M.V
ONLINE TOOLS &
SOCIAL MEDIA
Jaar 4, blok
3, 2013-2014
W ERKCOLLEGE 1, S UMIT M EHRA ( S . MEHRA @ HVA . NL )
To e g e pa st e
Psyc h ol og ie
H o g e sc h ool va n
A m s t e rd a m

2. C URSUSOPZET
 Opzet: 3 gastcolleges & 3 werkcolleges
 Verplichte aanwezigheid
 Toetsing
 schriftelijke opdracht (individueel). Deadline: 7 maart.
 eindpresentatie Social Media Plan (groep)

3. P ROGRAMMA
 Theorie: hoe kunnen online tools gedrag
beïnvloeden?
 Praktijk: hoe wordt social media gebruikt?
 Opdracht & beoordelingscriteria

4. G EDRAG & T ECHNOLOGIE
Kunnen computers het gedrag beïnvloeden?
http://bcove.me/ub9t0yfv (tot 2.30)

5. Vraag:
WAAROM NEEM JE SOMS JE
MOBIELE TELEFOON NIET OP ?

6. D RIE
COMPONENTEN
Er zijn drie componenten nodig om gedrag te
veroorzaken:
1. Motivatie
2. Capaciteit
3. Triggers

7. G=M
X
C
X
T

8. O NLINE
TOOLS
Online tools & social media kunnen elk van de drie
componenten beïnvloedden
 Het kan mensen motiveren
 Het kan gedrag makkelijker maken
 Het kan gedrag op het juiste moment triggeren

9. O PDRACHT: L INKED I N
Bedenk in tweetallen:
Hoe motiveert LinkedIn bepaald gedrag en
hoe wordt dit gedrag gefaciliteerd? Welke
triggers worden daarbij gebruikt?
Je hebt 5 min de tijd. Tip: bedenk eerst welk gedrag
LinkedIn promoot.

10. B EINVLOEDEN
Om mensen te stimuleren om bepaald gedrag te vertonen
moet je inspelen op een of meer van de drie componenten:?
G=MxCxT
Let op: betreft het aan- of afleren van bestaand gedrag?

11. M OTIVEREN (M↑)
Door mensen met elkaar in verbinding te brengen
kunnen personen gemotiveerd worden door:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Sociale facilitatie
Sociale vergelijkingen
Normatieve invloed
Sociaal leren
Competitie
Samenwerken
Erkenning

12. DE
PRAKTIJK
 Wanneer is Social Media echt ‘social’?
 De Social Media Monitor oordeelt op:
1.
2.
3.
4.
5.
Aanwezigheid
Authenticiteit
Content (informatie / onderwerp)
Activiteit (freq. en kwaliteit van content)
Interactiviteit
 Toppers zijn: KLM, ING, Vodafone, bol.com, etc.

13. C ASUS WNF
 Ook ideële organisaties zijn actief, zoals
Unicef, Greenpeace en de topper volgens SMM:
Wereld Natuur Fonds (WNF)
 Binden door weten wat er speelt
 Eerst weten hoe je netwerk er uit ziet →
netwerkanalyse maken

14. O PDRACHT: N ETWERKANALYSE
Maak een netwerkanalyse voor het “WNF – Open
Amazone” initiatief. Hierbij tracht het WNF haar
achterban te betrekken bij het beschermen van het
Amazone gebied. Breng in kaart
1. Wat de kern is
2. Wat de betrokkenheid is
3. En wat de posities zijn
Gebruik de handouts en kijk evt. op WNF.nl!

15. SCHRIFTELIJKE OPDRACHT

16. S CHRIFTELIJKE
OPDRACHT
Schrijf een paper waarin je beschrijft hoe
het Wereld Natuur Fonds (WNF) leden
aan zich bindt via Social Media

17. B EOORDELINGSCRITERIA
1. Beschrijf het doel
(lange-termijn gedrag en korte termijn gedrag)
2. Onderbouw de keuze van het kanaal
(doelgroep en mogelijkheden van kanaal)
3. Beschrijf de ‘engagement’ die aangegaan wordt
(activiteiten en interactie)
4. Beschrijf door welke principes het beoogde gedrag
wordt bereikt

18. E ISEN
 1250 woorden (marge +/- 250)
 voor elk criterium zijn 5 punten te verdienen.
 Cijfer = punten / 2. Er moeten minimaal 11 punten
gehaald worden! Anders herkansen.
 Structuur, opmaak en taalgebruik zijn een
voorwaarde om beoordeeld worden.
 Deadline: vrijdag 7 maart bij aanvang gastcollege

19. V OORUITBLIK
 Vrijdag 7 maart gastsprekers van een
communicatiebureau
 Succes met de opdracht!