Hoeveel procent van de Vlaamse jongeren heeft een smartphone? Is Facebook nog populair? Of neemt Snapchat het helemaal over?
Sinds 2008 stellen we op Apestaartjaren ook telkens een eigen onderzoek voor over mediabezit en -gebruik bij Vlaamse jongeren. En dat is voor deze jubileumeditie niet anders.
Deze keer namen we een vragenlijst af bij 1250 kinderen (9-12 jaar) en 3150 jongeren (12-18 jaar). Deze onderzoeken verliepen in samenwerking met respectievelijk UCLL en iMinds-MICT-UGent.
2. METHODOLOGIE
JONGEREN
● 11 middelbare scholen
(ASO-BSO-TSO)
● 3291 jongeren
● Online enquête in de klas
● Resultaten verwerkt door iMinds-
MICT-UGent
● UCLL: Apestaartjaren 4 Specials
3. METHODOLOGIE
KINDEREN
● 9 lagere scholen
● 330 kinderen uit 4e, 5e en 6e leerjaar
● Papieren enquête in de klas
● Uitgevoerd en verwerkt door Jade
Dewyn, studente Meertalige
Communicatie aan de KU Leuven
4.
5. PERSOONLIJKE
MOBIELE MEDIA
SCOREN
92% heeft eigen smartphone
60% van de jongeren heeft eigen laptop
MP3-speler en gameconsoles
dalen in populariteit
In 87% van de
huishoudens is een
tablet aanwezig
41% van de jongeren
heeft eigen tablet
57% van de
huishoudens heeft
een smart TV
13. ● 87% van alle Vlaamse jongeren heeft profiel
● 88% van de gebruikers logt dagelijks in
● 57% van de gebruikers liket dagelijks een post
● 27% van de gebruikers reageert elke dag
● 17% van de gebruikers doet elke week een
statusupdate
● 33% van de gebruikers doet nooit een statusupdate
FACEBOOK
14. ● 70% van alle Vlaamse jongeren heeft profiel
● 86% van de gebruikers stuurt minstens 1 foto/week
● 50% van de gebruikers deelt elke week minstens 1
foto in een story
● Meisjes (79%) vaker dan jongens (61%) elke dag
● 47% van de gebruikers neemt elke week screenshots
SNAPCHAT
15. ● 60% van alle Vlaamse jongeren
● 43% van de gebruikers post elke week een foto
● 10% van de gebruikers post elke dag een foto
● Meisjes (71%) vaker dan jongens (49%) elke dag
● 27% van wie dagelijks post, zit in 1e jaar
INSTAGRAM
16. ● 98% bekeek afgelopen jaar filmpjes op YouTube
● 62% heeft een actief profiel
● 30% liket of reageerde op filmpje
● 13% voegde afgelopen jaar zelf filmpje toe
● Gamevideo’s (45%) en grappige filmpjes (21%)
populairst om zelf te posten
YOUTUBE
19. SOCIALE MEDIA BELANGRIJKSTE
NIEUWSBRON
● Televisie: 61% => 55%
● Radio: 58% => 39%
● Krant: 25% => 11%
71% dagelijks via
sociale media op de
hoogte van het nieuws
21. ZOEK STRATEGISCH EN JE ZAL VINDEN
71% gebruikt meerdere
zoektermen
45-49% is vertrouwd
met aanhalingstekens,
geavanceerde
zoekopties,
afbeeldingen in
zoekopdrachten
Strategieën gekend,
maar daarom niet altijd
toegepast
22. RECLAME IS IRRITANT
66% probeert
reclame te ontwijken
● Toch verkiest 56% gratis
content met reclame
● Toch weet 56% niet wat
een adblocker is
● 68% denkt wel
gemakkelijk reclame te
herkennen
● Zelfinschatting: reclame
66% vindt reclame
irritant
23. STREAMEN IS KING
MUZIEK
● YouTube: 95%
● Spotify: 43%
● Apple Music: 24%
86% streamde de
afgelopen maand muziek
64% streamde de
afgelopen maand video
VIDEO
● YouTube: 71%
● Popcorntime: 60%
24. TV? HIER KOMEN SMARTPHONE EN TABLET!
73% bekijkt dagelijks
video op televisie
66% bekijkt dagelijks video op
smartphone
(41% zelf meerdere keren/dag)
4 op 5 kinderen met tablet
gebruiken deze voor ‘tv en
filmpjes kijken’
25. GAMES, SCHOOLDAG OF NIET...
4 op 5 jongeren gamet
op een vrije dag
68% van de jongeren
gamet op een schooldag
Jongens gamen meer
dan meisjes
26. SEXTING MINDER
WIJDVERSPREID DAN GEDACHT
● 8,1% van de bevraagde jongeren deed aan sexting
● 50% van hen stuurde foto in ondergoed of zwemkledij
● 41% van hen stuurde foto van naakt bovenlijf
● 21% stuurde foto waarop ze helemaal naakt zijn
(= 1,7% van alle jongeren)
27. SEXTING MINDER
WIJDVERSPREID DAN GEDACHT
● Populairste kanalen:
○ Snapchat (81%)
○ Facebook (19%)
○ WhatsApp (11%)
● 59% van de sexters maakt zichzelf
onherkenbaar
● 28% vertrouwt erop dat hun lief niets
doet met de doorgestuurde foto’s
29. PHUBBING?
NEE,
BEDANKT!
● 75% van de jongeren zegt zelden of nooit
smartphone te checken tijdens een
gesprek
● 75% verkiezen zelden tot nooit sociale
media op smartphone boven tijd
doorbrengen met anderen
● 32% vindt het (heel) vaak moeilijk om te
stoppen met sociale media op de
smartphone
● 25% geeft aan (heel) vaak slaap te kort
te komen door smartphonegebruik
‘s nachts.
30. CONCLUSIES
● Smartphone is toegang tot de
wereld
● Sociale media vullen ‘real life’
naadloos aan
● Bewuste nonchalance
31. AANBEVELINGEN
● Praat met jongeren...
● ...en met hun ouders
● Vertrouw jongeren
● Wees creatief met media
● Voor elke jeugdwerker een
smartphone
Notes de l'éditeur
Ook wij wensen jullie graag welkom op deze conferentie. Zoals jullie weten, of niet, wordt het Apestaartjarenonderzoek elke 2 jaar uitgevoerd.
Sommige vragen hebben we telkens opnieuw gesteld, wat ons in staat stelt vergelijkingen te doen met de voorgaande editie en trends op langere termijn te zien.
De grootste brok informatie halen we uit het onderzoek bij jongeren, 12 t.e.m. 18-jarigen.
In het najaar 2015 namen 11 middelbare scholen uit West- en Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en Limburg deel aan het onderzoek.
We geven hierbij mee dat we via verschillende kanalen een oproep hebben gelanceerd en dat deze scholen hierop hebben gereageerd. We hebben geen selectie gemaakt en zijn ook niet specifiek op zoek gegaan naar scholen uit een grootstedelijke of rurale context, met meer of minder migratie-achtergrond e.d.
We baseerden de verhouding tussen jaren en geslacht op basis van de cijfers van Vlaams Ministerie van Onderwijs. Van de 3291 ingevulde enquêtes konden we na weging 2663 respondenten meerekenen.
Deze online enquête werd in klasverband afgenomen.
De onderzoeksgroep iMinds-MICT-UGent verwerkte en analyseerde de resultaten.
Nieuw dit jaar is dat de UCLL aan de slag is gegaan met de vragenlijst en jongeren uit het BUSO heeft bevraagd. De resultaten van dit onderzoek worden toegelicht in de sessie 'Hoe gaan maatschappelijk kwetsbare jongeren met media om?’ morgennamiddag.
We doen telkens ook een onderzoek bij kinderen, 9 tot 12 jaar.
6 lagere scholen uit West- en Oost-Vlaanderen namen deel aan het onderzoek en opnieuw geldt: we hebben een oproep gelanceerd en deze scholen hebben gereageerd.
De papieren enquête werd in klasverband afgenomen onder begeleiding van Jade.
Resultaten van de ‘kinderen’ en ‘jongeren’ worden niet gemengd, maar komen wel in dezelfde hoofdstukken van het rapport aan bod. In deze voorstelling komen de jongeren steeds eerst aan bod en vermelden we daarna, waar beschikbaar, de resultaten bij de kinderen.
Video :-)
Onze Vlaamse jongeren (en dan hebben we het over de 12-18 jarigen) groeien op in een mediarijke omgeving. In bijna elk Vlaams gezin is een televisie en computer of laptop aanwezig.
Belangrijker is de vaststelling dat de smartphone bij jongeren zich nog duidelijker profileert als het persoonlijke toestel bij uitstek om te gebruiken als toegangspoort naar de wereld. 92% van de jongeren heeft er intussen een. Bijna 60% van de Vlaamse jongeren heeft bovendien een eigen laptop. En dat heeft een grote invloed op het bezit van toestellen die maar 1 uitgesproken functie hebben, zoals de mp3-speler en de gameconsole. Beide toestellen dalen in populariteit.
. In 87% van de huishoudens is een tablet aanwezig. Bij 41% is dat zelfs een persoonlijke tablet.
Ook opmerkelijk is dat er intussen in bijna 57% van de Vlaamse gezinnen een smart TV aanwezig is.
De overgang van de lagere naar de middelbare school is nog altijd een scharniermoment. Kinderen in de lagere school bezitten minder vaak eigen mediatoestellen. 41% heeft een eigen smartphone. 10% doet het met een klassieke gsm. Dat is opgeteld iets minder dan in 2014, toen we nog geen onderscheid maakten tussen beide.
In bijna 90% van de gezinnen is er een tablet aanwezig. In 29% van de gezinnen zijn zelfs 3 of meer tablets aanwezig. 18% van de kinderen heeft een eigen tablet.
Laat ons de smartphone, tablet en computer eens wat beter onder loep nemen. De smartphone is bij kinderen voor de meeste activiteiten het populairste toestel: foto’s en filmpjes maken, muziek luisteren, chatten, ...
Maar om spelletjes te spelen en filmpjes te kijken verkiezen kinderen toch de tablet. Enkel om websites te bekijken, scoort de computer of de laptop beter dan de smartphone of tablet.
We zien deze keer de doorbraak van het mobiele internet. Steeds meer jongeren kunnen altijd en overal online met hun smartphone. In 2014 was dat nog een bescheiden 37%, maar in 2016 stijgt het aantal jongeren met een data-abonnement (3G/4G) naar 63% van alle smartphonegebruikers. Ter vergelijking: de Digimeter (2015) leert ons dat 44% van de Vlamingen (15 jaar en ouder) een data-abonnement (3G/4G) heeft.
click
De ‘smartphone’ blijkt in veel gevallen een iPhone te zijn. 46% van de jongeren heeft een iPhone, 28% van de toestellen is een Samsung. Huawei (10%) staat op drie. Samen zijn deze drie merken goed voor driekwart van alle smartphones bij jongeren. 72% van de jongeren die een smartphone hebben, besliste bovendien zelf over het merk.
Criteria voor keuze:
Click
batterijduur,
Click
goeie camera en
Click
snelle mobiele data (merk minder belangrijk, prijs minst belangrijk).
Wanneer we de jongeren vragen naar de apps die ze vaak gebruiken, merken we op dat jongeren niet altijd beseffen dat ze apps aan het gebruiken zijn… foto’s nemen, sms’en,... hiervoor gebruiken ze eigenlijk ook een app, maar dit ervaren ze niet zo. Dat 89% van de jongeren aangeeft de voorbije week minder dan 20 apps te hebben gebruikt, is dan niet zo heel erg verrassend.
In de top 20 van de meest gebruikte apps op de smartphone domineren de communicatie-apps, bij de tablet zien we vooral sociale media en iets vaker spelletjes dan bij de smartphone.
Click
Zoals jullie kunnen zien, wordt de top 5 voor beide toestellen wel gevormd door dezelfde apps, met Facebook stevig op de eerste plaats.
De doorbraak van mobiel internet heeft gevolgen voor het gebruik van de mobiele berichtendiensten. In vergelijking met 2014 zien we dan ook een stijging in het gebruik van verschillende diensten.
Click
Facebook Messenger is nog altijd met voorsprong de vaakst gebruikte dienst (87%),
Click
maar de kloof met Snapchat (66%) wordt kleiner.
Toch is sms nog niet dood:
Click
90% van de Vlaamse jongeren verstuurt nog minstens één keer per week een sms. Daarmee is het zelfs populairder dan Facebook. Bovendien blijkt sms nog steeds het populairste kanaal om te overleggen over huiswerk!
Op welke sociale netwerken moeten we als jeugdwerkers de komende jaren inzetten? Blijft Facebook heer en meester? Of nemen nieuwe netwerken het stilaan over? In de volgende grafiek zetten we de populairste netwerken bij jongeren in de middelbare school op een rijtje. Het gaat hier om actieve gebruikers, die minstens 1 keer per maand inloggen.
(click)
Het mag duidelijk zijn: anno 2016 kom je er niet met alleen maar Facebook. Waar Facebook de voorbije 5 jaar eenzaam aan de top stond in Vlaanderen, krijgt het stilaan heel stevige concurrentie van Snapchat, dat intussen 70% van de jongeren weet te bekoren. Het aantal jongeren met een actieve account op Instagram verdubbelde zelfs van 30% naar 60% in twee jaar tijd.
Jongeren gaan dus meerdere sociale netwerken gebruiken, elk voor verschillende doeleinden. Dat zal ook blijken in onze analyse van de rest van de cijfers in deze voorstelling.
87% van alle jongeren heeft een actief profiel op Facebook, dat zagen we eerder al. 88% daarvan gebruikt het zelfs dagelijks. Maar het gaat hier vooral om chatten met vrienden en rondkijken. 57% van de gebruikers liket maar elke dag een post, en slechts 27% reageert elke dag op een post van anderen. Maar 17% doet minstens 1 keer per week een statusupdate. 1 op de 3 doet dat zelfs nooit.
De interactie bij Snapchat ligt dan duidelijk een pak hoger. Dat ligt uiteraard aan de aard van dit sociale netwerk. Snaps zijn immers in het beste geval maar 24 uur te bekijken. 86% stuurt minstens 1 foto per week naar andere gebruikers. Voor de leken onder jullie: die ‘snaps’ zijn privéfoto’s die maximum 10 seconden zichtbaar zijn. De helft van de snappende jongeren deelt minstens 1 keer per week een foto in een snapstory, die foto’s zijn voor alle volgers te herbekijken tot 24 uur na het posten. Meisjes zijn opvallend actiever dan jongens op Snapchat.
Bovendien is die tijdslimiet die op snaps zit wel heel relatief. 47% van de Vlaamse jongeren geeft immers toe minstens 1 maal per week een screenshot te nemen van een snap.
Instagram bevindt zich qua interactie tussen Facebook en Snapchat. 43% van de gebruikers post minstens 1 foto per week. 10% doet dat zelfs elke dag.
Net als bij Snapchat zien we dat ook op Instagram meisjes een pak vaker Instagram gebruiken dan jongens. Jongeren in de eerste graad gebruiken het ook opvallend vaker dan jongeren in de derde graad. 27% van alle jongeren die dagelijks posten op Instagram, zit bijvoorbeeld in het eerste jaar middelbaar.
In Nederland zijn vloggers ware helden. We waren dus razend benieuwd of de hype intussen ook naar Vlaanderen is overgewaaid. Dat YouTube populair is, dat wisten we al lang. 98% van alle jongeren kijkt naar YouTube-filmpjes, maar slechts 62% heeft ook effectief een actief profiel op YouTube. Minder dan 1 op de 3 Vlaamse jongeren reageerde of likete het afgelopen jaar een filmpje.
13% van alle Vlaamse jongeren in het middelbaar postte het afgelopen jaar zelf een filmpje op YouTube. Dat klinkt weinig, maar is het eigenlijk niet. Wereldwijd gaan we bij alle internetgebruikers samen immers uit van 1% creatievelingen die zelf dingen online posten. De populairste types video om te posten zijn video’s waarin jongeren games spelen en grappige filmpjes.
Ook kinderen in de lagere school gebruiken sociale media. Net als in 2014 blijven YouTube en Ketnet de populairste sociale netwerken. Iets minder dan een kwart gebruikt Snapchat, 1 op de 5 zit op Instagram.
Om op de hoogte te blijven van het nieuws gebruikt 71% van de jongeren dagelijks sociale media. Dit is een stevige stijging in vergelijking met 2014. Toen volgde 55% van de jongeren dagelijks nieuws via sociale media.
Het succes van de sociale media gaat ten koste van de klassieke media. Televisie verliest wat terrein, maar voornamelijk radio en papieren kranten krijgen een flinke klap.
We stelden wel verschillen vast aangaande welke bronnen meer of minder worden geraadpleegd per graad. Meer jongeren in de derde graad raadplegen de verschillende bronnen om op de hoogte te blijven van het nieuws.
Elke keer vragen we de jongeren naar hun favoriete websites. En we zien, net zoals in 2014, veel vermeldingen van apps als Snapchat en Whatsapp. Het onderscheid tussen websites en apps blijft dus onduidelijk (of onbelangrijk?) voor jongeren.
En net zoals bij de apps, vermelden de jongeren veel communicatie-websites (sociale media, e-mail,...), aangevuld met de elektronische leeromgevingen (die we hebben samengenomen omdat het platform afhangt van de school en niet van persoonlijke voorkeur).
De kinderen
Het gebruik van zoekstrategieën is in de eerste graad nog niet helemaal ingebakken, maar de jongeren uit de derde graad zijn daar wel vertrouwder mee.
Maar er blijft werk aan de winkel. De jongeren zijn het meest vertrouwd met het gebruik van meerdere zoektermen, maar andere strategieën en trucs worden vaak nog door minder dan de helft van de jongeren toegepast. En technieken voor het controleren van de gevonden informatie zijn vaak wel gekend, maar worden niet altijd toegepast…
Slechts een minderheid geeft aan de technieken niet te kennen, maar vaak worden deze nooit, zelden of soms toegepast.
Wel een bedenking hierbij: scoren volwassenen hierin veel beter? Nemen we altijd wel de tijd om uitgebreid(er) te zoeken en de gevonden informatie te controleren?
Reclame is niet populair. De jongeren proberen reclame naar eigen zeggen zoveel mogelijk te vermijden, ook als ze er toch mee worden geconfronteerd.
Maar toch verkiest 56% wel gratis spelletjes, muziek en video ook al komen die mét reclame.
Als de jongeren reclame herkennen (68% denkt dit gemakkelijk te kunnen doen), geloven ze niet wat die reclame zegt of toont. Ook schatten ze het effect ervan op zichzelf laag in. Slechts een heel kleine minderheid (tussen 2% en 3%) zegt zich te laten overtuigen, meer info op te zoeken of de reclame door te sturen.
Jongeren zijn fan van streamen.
Click
86% streamde de afgelopen maand muziek.
Click
Dit doen ze voornamelijk via YouTube. Spotify stijgt wel van 30% in 2014 naar 43% in 2016, maar heeft dus een ruime achterstand tegenover YouTube. Opvallend is dat nieuwkomer Apple Music, dat pas in de zomer van 2015 startte, zich meteen al op de 3de plaats nestelt met 24%.
Ook voor video is streamen populair:
Click
64% van de jongeren vinkte ‘streamen via internet’ aan. Opvallend is dat minder dan 1 jongere op 5 aangeeft het afgelopen maand te hebben gekeken naar een film of serie die hij/zij heeft gedownload.
Click
YouTube rules the streaming waves, want ook voor video staat deze dienst op 1 bij de jongeren. Popcorn Time, vaak ‘de gratis Netflix’ genoemd, met 60% veel populairder is dan zijn betalende concurrent. Netflix haalt met 32% wel nog de top 3. 1 op de 5 streamende jongeren geeft toe dit via illegale streams te hebben gedaan.
Televisie is nog steeds het meest gebruikte scherm om videocontent te bekijken,
Click
met net iets minder dan 3 op 4 jongeren die dit scherm dagelijks gebruiken.
Click
Maar de hete adem van de smartphone is voelbaar, want 66% van de jongeren gebruikt dit scherm dagelijks en maar liefst 41% zelfs meerdere keren per dag.
Aan de kinderen hebben we per toestel (tablet, smartphone en computer) gevraagd welke activiteiten ze hierop doen. ‘Spelletjes spelen’ was steeds het meest voorkomende antwoord, maar voor tablet en computer staat ‘tv en filmpjes kijken’ op de 2de plaats. Op de smartphone is video kijken pas de 6de meest voorkomende activiteit, voorafgegaan door spelletjes, foto’s nemen, sms’n, muziek beluisteren en bellen.
68% van de jongeren geeft aan de afgelopen week op een schooldag spelletjes te hebben gespeeld en maar liefst 4 op de 5 jongeren speelde spelletjes op een vrije dag.
Maar voor we ons gameverslaafde jongeren gaan voorstellen: het gaat hier niet alleen om de grote consolegames, maar ook kleine spelletjes zoals Candy Crush. Op een schooldag gamen jongeren bovendien voornamelijk minder dan een uur. Op een vrije dag gamet de helft van de jongeren wel meer dan 2 uur.
Ook neemt het gamegedrag af naarmate de jongeren ouder worden. We zagen significante verschillen tussen jongeren in de eerste graad en jongeren in de derde graad.
Click
Niet alleen leeftijd, maar ook geslacht heeft invloed op het gamegedrag.
Opmerkelijk meer jongens geven aan spelletjes te spelen (82% op een schooldag en 92% op een vrije dag) dan meisjes (53% op een schooldag en 69% op een vrije dag).
Click
Ook wanneer we naar de meest gespeelde games van de afgelopen maand vragen, zien we verschillen tussen de jongens en de meisjes. Maar deze keer komen 2 games ook in de top 5 van de meisjes voor: Minecraft en GTA.
Jongeren gebruiken hun smartphone voor een hele resem toepassing: huiswerk, ontspanning, communicatie, maar ook om aan sexting te doen. MAar hoe wijdverspreid is het gegeven van ‘seksueel getinte foto’s doorsturen eigenlijk? We stelden voor het eerst in de geschiedenis van Apestaartjaren ook vragen aan de jongeren over sexting. Nu, van ‘sexting’ bestaan veel definities. Wij omschreven het als “met je mobiele telefoon een foto van jezelf nemen die seksueel uitdagend is: bijvoorbeeld in je blootje of in ondergoed/zwemkledij terwijl je een sexy houding aanneemt”. Pikante tekstberichtjes zitten voor een goed begrip niet in deze studie. De jongeren waren ook niet verplicht om deze vragen in te vullen. Dat deden we om sociaalwenselijke antwoorden te voorkomen.
(click)
8,1% van de jongeren die de vragen invulden, gaf toe de voorbije 2 maanden aan sexting gedaan te hebben, maar dat ging gelukkig niet altijd om naaktfoto’s. In de helft van de gevallen ging het om een foto van zichzelf in ondergoed of zwemkledij. 41% stuurde een foto in naakt bovenlijf. Slechts bij 21% ging het om volledig naakt foto’s. Dat komt neer op 1,7% van de volledige steekproef.
Snapchat is het populairste medium om sexts te sturen: 81% van de jongeren die sext gebruikte het de afgelopen 2 maanden. Foto’s daar verdwijnen immers na een aantal seconden. In theorie toch. We zagen immers eerder dat 47% van de gebruikers van Snapchat elke week een screenshot neemt. Facebook en WhatsApp volgen op ruime afstand.
Dat verklaart misschien meteen ook waarom 59% van de sexters zegt zichzelf onherkenbaar te maken als ze een sext versturen. Ook opmerkelijk: slechts 28% vertrouwt erop dat hun lief niets doet met de doorgestuurde foto’s.
Weet er iemand hier in de zaal wat ‘phubbing’ is? Nee… Wees gerust. Jongeren kennen deze technische term ook niet. Het is een hip woord voor ‘herhaaldelijk je smartphone gebruiken in het bijzijn van je vrienden’, bijvoorbeeld op café of op restaurant.
(click)
Maar wat blijkt? Phubbing is not done onder jongeren. 75% geeft aan dat ze dat zelden of nooit doen. 75% geeft ook aan dat ze zelden of nooit sociale media verkiezen boven tijd doorbrengen met anderen in real life.
Anderzijds geeft 32% aan dat ze het vaak tot heel vaak moeilijk hebben om te stoppen met sociale media, en 25% geeft aan vaak tot heel vaak slaap te kort te komen doordat ze ook ‘s nachts hun mobiele telefoon gebruiken.
Deze cijfers wijzen in eerste instantie op de ervaring van jongeren van hun mediagebruik. Of veel sociale media gebruiken effectief de oorzaak is van slaaptekort of minder grondig huiswerk kunnen we niet causaal afleiden uit deze
cijfers. Wat we wel kunnen concluderen is dat een goed kwart van de bevraagde jongeren het zo ervaart.
Meer onderzoek is hiervoor nodig. Maar dat is dan misschien iets voor Apestaartjaren 7 in 2018.
Bekijken we het volledige onderzoek, dan zien wij 3 elementen naar voor komen:
Click
De smartphone is voor jongeren het belangrijkste toestel voor jongeren om kennis over de realiteit rondom zich te vergaren en te interpreteren.
Click
Sociale media vormen een verlengde van de wereld van kinderen en jongeren, waarin ze verder kunnen experimenteren, met elkaar communiceren, maar waarin ze ook soms overdrijven.
Click
Jongeren zijn op de hoogte van technieken, risico’s en aandachtspunten, maar ze maken toch keuzes die hier tegen in lijken te gaan.
Op basis van deze conclusies, willen we ook enkele aanbevelingen meegeven:
Click
Praat met jongeren. Gebruik sociale media niet alleen om promo te voeren, maar om echt in dialoog te gaan met deze doelgroep.
Maar maak ook afspraken met hen over mediagebruik, thuis, op school, op kamp,...
Click
Maar vergeet niet ook met hun ouders te praten.
Click
Geef jongeren de kans om media en sociale media te ontdekken en hiermee te experimenteren. Geef hen hiervoor de ruimte, zonder hen aan hun lot over te laten. De reeds vermeldde dialoog blijft hiertoe de sleutel.
Click
Daag jongeren (en jezelf) uit om media creatief te gebruiken en stimuleer hen zo om nieuwe vaardigheden aan te leren en nieuwe werelden te ontdekken.
Click
We pleiten er tenslotte voor om al wie met jongeren werkt, uit te rusten met de de juiste communicatiemiddelen.