De Eerste Wereldoorlog in 2018 en daarna!? Workshop 4: Identiteit en Nationalisme | Moderatoren: Myrthel Van Etterbeeck (KULeuven) en Sophie Gysselinck en Andreas Stynen (ADVN)
De eerste grote herdenkingsgolf van 100 jaar Eerste Wereldoorlog ligt achter ons. Heel wat mensen uit de erfgoedsector en het onderwijs kijken vooruit en stellen zich de vraag: wat kunnen we de komende twee jaar nog doen rond de Eerste Wereldoorlog? Zijn er nieuwe thema’s die we kunnen aansnijden of invalshoeken die we kunnen hanteren en vooral: wat na 2018? En hoe zorgen we ervoor dat alle inzet na 2018 ook duurzaam wordt verankerd? Op 26 april 2016 brachten we een stand van het laatste onderzoek naar de Eerste Wereldoorlog in België, reflecteerden we samen over de samenwerking tussen onderwijs, erfgoed en academisch onderzoek en de pertinente vraag hoe deze resultaten na 2018 gevaloriseerd gaan worden.
Similaire à De Eerste Wereldoorlog in 2018 en daarna!? Workshop 4: Identiteit en Nationalisme | Moderatoren: Myrthel Van Etterbeeck (KULeuven) en Sophie Gysselinck en Andreas Stynen (ADVN)
Similaire à De Eerste Wereldoorlog in 2018 en daarna!? Workshop 4: Identiteit en Nationalisme | Moderatoren: Myrthel Van Etterbeeck (KULeuven) en Sophie Gysselinck en Andreas Stynen (ADVN) (12)
De Eerste Wereldoorlog in 2018 en daarna!? Workshop 4: Identiteit en Nationalisme | Moderatoren: Myrthel Van Etterbeeck (KULeuven) en Sophie Gysselinck en Andreas Stynen (ADVN)
1. De Eerste Wereldoorlog in 2018 en daarna!?
Studiedag FARO, 26 april 2016
Myrthel Van Etterbeeck (KULeuven)
Sophie Gyselinck & Andreas Stynen (ADVN)
Workshop 4
Identiteit en nationalisme
3. Concepten
• Identiteit: een gelaagde constructie
Vroeger voelden wij ons verwant met Duitsland en mochten erop rekenen aldaar een
krachtige steun te vinden. Het was een jong en gezond volk, sterk en rechtschapen,
wat brutaal in zijn optreden, maar vatbaar voor verfijning. Van Frankrijk kwam het
verderf - de overbeschaving, de rotheid van het hogere bestuur, (en) de
goddeloosheid […]. De Engelsen had men ons afgebeeld met hun egoïsme, hun
verwaandheid, vol bedriegelijke streken en sluwheid […] Nu echter heeft onze
Germaanse grootbroer ons kleine volk verwaten aangevallen omdat ons vaderland
hem in de weg ligt; Frankrijk en Engeland schieten ons ter hulp - nu ook moet de
zienswijze en het gevoel voor de buur-volkeren gewijzigd worden, en onze sympathie
gaan naar onze vrienden, de haat naar de vijand. Frankrijk heet weer het oude, loyale
volk, met zijn spontane opwelling van edelmoedigheid! Engeland het ras met de oud-
adellijke eigenschappen en het brede gebaar dat onrecht wreekt tot het uiterste.
Stijn Streuvels, 16 augustus 1914
4. Concepten
• Identiteit: een gelaagde constructie
…had hij dadelijk gevat, dat de Duitschers zich van de Vlaamsche beweging hadden
meester gemaakt en ze misbruikten om hunne vuile politiek te bevorderen. Sinjoor tot
in merg en been, was hij uit geboorte dan ook Vlaming uit één stuk, want de echte
Antwerpenaar is Vlaamsch tot in de ziel en heeft zijn taal boven alles lief. Tijl had zich
nooit met den Vlaamschen strijd ingelaten, wijl de gelegenheid hem er niet toe
gegeven was geworden, maar de handelwijze der Duitsche overheid[…] had dadelijk
den flamingant in hem ontpopt... En de strijder voor het Vaderland was ook een
strijder voor Vlaanderen geworden...
Auctor, Tijl Uilenspiegel aan het front en onder de Duitschers, 1921, 217
5. Concepten
• Identiteit: een gelaagde constructie
Volgens de Walen zijn Waal en Vlaming maar voornamen en België is de familienaam
maar in waarheid betekent het: de Waal is de groote broer, die altijd voorgetrokken
wordt […] Broeder Vlaming om zijn dapperheid werd maar een keer vooruitgestoken
en dat was binst den oorlog, toen hij altijd en eeuwig in de eerste linie stond en
broeder Waal vooral in de bureelen zat […] En als ge het zegt, dan wordt broeder Waal
nog kwaad en roept hij dat tooverwoord: “er zijn geen Vlamingen en Walen, er zijn
alleen Belgen”.
Abraham Hans, De dood in Vlaanderen, 1921, 162
9. Concepten
• Conflicten > propaganda
Voeux de nouvel an à l’armée allemande
Je souhaite que chaque heure - Vous meurtrisse le cœur. - Je souhaite que chaque pas
que vous ferez- Vous brûle les pieds. - Je souhaite que vous deveniez aveugles et
sourds - A la beauté des choses, - Et que vous marchiez, nuit et jour,- Sous un ciel
morose, - Sans voir les fleurs écloses au coin des haies, - Sans entendre un mot, sans
surprendre un chant - Qui vous rappelle les femmes et les enfants - Laissés dans vos
foyers. - Je souhaite que la terre, notre terre, - Se creuse de fondrières
Sous vos canons, - Et que les rivières du pays, de notre pays, - Sortent de leur lit - Pour
submerger vos bataillons. - Je souhaite que les spectres de nos martyrs -
Empoisonnent vos nuits, - Et que vous ne puissiez plus ni veiller, ni dormir, - Sans
respirer l’odeur du sang - De nos Saints Innocents.
…
10. Concepten
• Conflicten > propaganda
Voeux de nouvel an à l’armée allemande
…
Je souhaite que les ruines de nos maisons - S‘écroulent sur vos têtes, - Et que
l’angoisse trouble votre raison, - Et que le doute confonde votre rage, - Et que vous
erriez éperdus comme des bêtes
Poursuivies par l’orage. . . . - Je souhaite que vous viviez assez longtemps - Pour
éprouver toutes nos souffrances - Afin que Dieu vous épargne le suprême châtiment-
De Son éternelle vengeance.
Emile Cammaerts, Chants Patriotiques, 1915
11. Concepten
• Conflicten > propaganda
Le drapeau belge
Rouge pour le sang des soldats — Noir, jaune et rouge — Noir pour les larmes des
mères — Noir, jaune et rouge — Et jaune pour la lumière Et Tardeur des prochains
combats. Au drapeau, mes enfants, La patrie vous appelle, Au drapeau, serrons les
rangs, Ceux qui meurent, vivent pour elle! Rouge pour la pourpre héroique — Noir,
jaune et rouge — Noir pour le voile des veuves — Noir, jaune et rouge — Et jaune
pour Torgueil épique Et le triomphe après Tepreuve. Au drapeau, au drapeau. La patrie
vous appelle, II n’a jamais flotté si haut, Elle n'a jamais été si belle !
Emile Cammaerts, Chants Patriotiques, 1915
13. België in de Groote Oorlog
1. Belgen / Vlamingen in eigen land
2. Vlamingen in kampen of op de vlucht
3. Vlaamse migrantengroepen
4. Buitenlandse strijdmachten
14. 1. Belgen / Vlamingen in eigen land
Belgisch nationalisme aangewakkerd
« — Valeureux Liégeois... » scanda une voix, puis dix voix, puis mille voix... Les
premiers, les Wallons chantaient leur hymne... […] Leur hymne disait la fierté
et la gloire des six cents Franchimontois qui étaient tous morts en combattant
un contre cent. Quand ils eurent fini, des voix plus graves, plus basses, aussi
ardentes, entonnèrent le Lion de Flandre qui parle aussi d'un passé lumineux
où les communiers flamands se battaient, un contre cent. Les Wallons
reprirent leur hymne, les Flamands développèrent le leur, et quand nous
arrivâmes au bord de la forêt de Soignes, ces chansons aux rythmes
différents, aux évocations différentes, aux langues différentes, s'étaient
fondues en une grande chanson, la Chanson nouvelle de tout notre sol vers
tout notre ciel...
Fernand-Hubert Grimauty, Six mois de guerre en Belgique, 1915, 21-22
15. Belgisch nationalisme aangewakkerd
Als bij toverslag is een nieuwe nationale deugd bij ons ontstaan - de
vaderlandsliefde was vroeger iets dat ons officieel werd opgelegd en 't geen
gister nog enkel als een gewaagde theorie werd verkondigd - de ‘Ame Belge’ is
een wezenlijkheid geworden!’
Stijn Streuvels, 16 augustus 1914
16. Belgisch nationalisme aangewakkerd
La guerre ! La guerre sur les villes de Belgique I
C'est donc vrai, mon Dieu !... […] Éclaire-moi, ô
ma Lumière, montre-moi ce qu'il faut
faire...[…] Comme une réponse, une Voix parle
en mon âme : « Ils veulent me crucifier de
nouveau... Défends-moi, venge-moi, toi qui
m'aimes : le second commandement est
semblable au premier. »
Martial Lekeux, Mes cloîtres dans la tempête, 1922, 18
32. Het zijn curieuze gasten en hunne manieren zijn zeer kinderachtig. Ze zijn geel van
kleur, met platten neus en scheve ogen. Ze hebben bijna enen dwazen glimlach
over zich en kijken bijna gedurig rond zodat het eigenlijk nog te verwonderen is dat
er nog geen een verongelukt is op onze drukke wegen. […] Zij worden meestal
gebruikt om wegen te herstellen en grachten te graven […] Zij zijn niet lui en werken
op zijn minst even goed als onze burgers en Engelse soldaten. Doch wat een lawaai
als die mannen in groep naast u passeren. Ze schreeuwen allen dooreen en allen
om het luidst.
[…]
Deze dagen kwam ik een Chinees tegen die aan iedere arm een horlogetje droeg.
Wat was hij trots toen hij zag dat ik naar zijn horloges keek. In Reningelst zijn er
verscheidene duizenden van die mannen aan het werk en in Poperinge nog meer.
Het zijn grote kinderen en men moet ze ook behandelen als kinderen. Daarom
moet men, om er orde in te houden, slaande argumenten gebruiken en zo hebben
hun serganten een dunne ijzeren roede, die nu en dan eens op het vel van de
mannen neervalt. Dat zet bij hun geen kwaad bloed ze lachen eens en zijn weer
braaf.
Van Walleghem, 6 augustus 1917
33. Dat zijn de tomben der gevallen Marokkanen en Senegaleezen. Hoe diep-
heimweeïg en vereenzaamd liggen ze daar tusschen al die Vlaamsche jongens!
Welk tragisch noodlot bracht hen hier, zooverre van hunzonne-land, in deze meestal
grijze, kille, natte streken! Uit welk „douar" kwarnen zij, ginds verre, in de
brandende woestijn of in de frissche oase, die bruinen, die zwarten, om hier, naast
de blanke en blonde strijdmakkers, die ze niet kenden en waarvan ze de taal niet
verstünden, te eindigen? Later, als alles zal voorbij zijn, zullen de Belgische en
Fransche vrouwen op de met frissche bloemen getooide grafsteden hunner
gevallen mannen en zonen komen bidden; maar wie zal er wel ooit neerknielen bij
het verlaten graf van Mohammed of van Ibrahim in Vlaamsche aarde?
Cyriel Buysse, Van een Verloren Zomer, 1917, 117-18
34. Verschuiving na Wapenstilstand
“Britse kolonialen half wilde kaffers uit Zuid Afrika, wier vernis beschaving door den
oorlog ver afgeschuurd was … […] begeerig lonkend met hun donkere woeste oogen,
omringden ze de weerloze vrouwen […] “ ze gevoelden het, hoe bij die kerels de
hartstocht opmaaide, de begeerte naar de vrouw. Het wilde oorlogsleven, de haat
dien zij zagen, de reuk van bloed, had het beestachtige reeds lang ontketend. Onder
elkaar leefden ze als dieren slechts getemd nu en dan door een woord een blik of een
bevel van den meester… […] ja het beest huilde in die kolonialen. […] Ze begeerden
deze buit in hun hol te slepen, als wilde dieren weleer in hun Afrikaanse wouden…
Abraham Hans, De Dood in Vlaanderen, 1921, 8-9
36. Erfgoedwerking rond WO I voor
minderheden
• Voorbeelden:
– Congolezen en de Eerste Wereldoorlog (Bana-
Leuven, 2014)
– Selectief geheugen? (KifKif, 2014)
– De zwarte schande (2012)
– Platform Allochtone Jeugdwerkingen (2014)
• Projectuitwerking