Poster van Hans Oude Groeninger, Martijn Dietze en Rolf Klein over hun thesis (profielwerkstuk) op het JCU. Voor de Docentenconferentie Blink uit in bèta.
1. De zwembroek van een bacterie
JCU-thesis over de aanpassing van Bacillus subtilis aan veranderende
JCU-
temperaturen
Hans Oude Groeniger, Martijn Dietze, Rolf Klein
JCU 2011
Achtergrond Opzet onderzoek
Net zoals jij en ik, hebben bacteriën last van kou en hitte. Ook Aan de hand van onze onderzoeksvraag konden wij beginnen met ons
bacteriën passen zich aan aan deze veranderende onderzoek:
omstandigheden. Anders zou eten in de koelkast ook bijna niet
bederven. Wat is het verschil tussen de fosfolipidensamenstelling van de B.s. van
20⁰C en 40⁰C?
Kou is voor veel bacteriën niet gunstig, zoals voor de door ons
onderzochte Bacillus subtilis, een veroorzaker van Ons onderzoek vereiste veel voorbereiding: eerst moesten geschikte
voedselvergifiting. Dat komt doordat het celmembraan door de (steriele) groeimedia worden gemaakt om de bacteriën in te kweken.
kou hard en star wordt, het gaat naar de ‘vaste’ fase. Hierdoor
kunnen verschillende eiwitten in het celmembraan niet goed
Tijdens het groeien van de bacteriën konden de eerste onderzoeken
functioneren.
beginnen: er moest een groeicurve worden opgesteld.
Om dit probleem op te lossen
Nadat de bacteriën volgroeid waren, konden we de membranen oogsten,
heeft de B.s. een mechanisme:
en de fosfolipiden isloreren. Dit deden we met een twee-fasen systeem
het bouwt d.m.v. een eiwit van chloroform en methanol (Bligh & Dyer, ’59). Daarna volgde nog een
onverzadigde vetzuren, reeks chemische bewerkingen, tot we de lipiden zo bewerkt hadden, dat
die de plek innemen van verzadigde ze klaar waren voor analyse.
vetzuren in de fosfolipiden in
het celmembraan. Met de lipiden konden we met verschillende analyse-methoden aan de
slag, op een rijtje:
‒ Gaschromatografie (GC)
‒ Differential Scanning Calorimetrie (DSC)
‒ 2D-Thin Layer Chromatography (2D-TLC)
‒ Fluorescentie
Hier zijn de plaatjes van respectievelijk de GC en de DSC (die gaven de
mooiste resultaten):
Met ons onderzoek hebben wij onder leiding van onze
begeleiders Martijn en Joost van de Universiteit Utrecht
geprobeerd aan te tonen dat deze veranderingen in het
celmembraan daadwerkelijk plaatsvinden.
Thesis op het JCU
Een van de belangrijkste ervaringen die we hebben gedaan bij
onze thesis was het meedraaien in een laboratorium, met alles
wat er bij komt: veiligheidsvoorschriften, maar ook het gebruik
van professioneel materiaal.
De resultaten zijn voor onszelf direct van minder belang, maar
wel meer voor onze begeleiders. Tijdens onze thesis hebben wij
veel ervaring opgedaan met onderzoek doen en alles wat daar De meting van de GC berust op verschillen in affiniteit van de ‘mobiele
bij komt kijken. Daarnaast hebben we ook vakinhoudelijke fase’ voor de ‘stationaire fase’. Elke piek is een andere stof, en ook
kennis opgedaan. verschillen tussen verzadigde bindingen en onverzadigde bindingen
Voordelen en meerwaarde van het doen van je thesis op het worden weergegeven.
JCU zijn bijvoorbeeld: de mogelijkheid om onderzoeken bij een
vakgroep van de UU te doen; een kritische blik van docenten op
je werk; veel kennis van de begeleider over jouw specifieke
onderwerp; meewerken aan relevant onderzoek.
Waarom je onderzoek zou doen bij de universiteit? Omdat je
dan iets hebt gedaan wat mogelijk aansluit bij je vervolgstudie.
Onderzoek doen bij de universiteit biedt meer uitdaging voor je
profielwerkstuk en prikkelt je denkvermogen.
Met dank aan De meting van de DSC berust op een piek in warmte-toevoer: dit geeft
Martijn Koorengevel (UU) een fase-overgang weer, in dit geval van ‘vloeibaar’ naar ‘vast’
Joost Ballering (UU) membraan.
Frans Teeuw (JCU)
Aan de hand van deze metingen hebben wij kunnen concluderen dat er
wel degelijk verschillen zijn tussen de membranen van de B.s. van 20⁰C
en de B.s. van 40⁰C. De B.s. heeft zich aan de kou aangepast
Contactgegevens
Stuur voor vragen een mailtje naar: - Uit de GC-meting kunnen wij concluderen dat de B.s. 20⁰C meer
m.dietze@students.uu.nl onverzadigde bindingen heeft dan de B.s. 40⁰C.
r.klein@students.uu.nl - Uit de DSC-meting kunnen wij concluderen dat het membraan van de
B.s. 20⁰C aangepast is aan de lagere temperatuur.
h.oudegroeniger@students.uu.nl
- Uit de 2D-TLC kunnen wij concluderen dat de fosfolipiden in het
Deze poster is gemaakt voor de JCU-Docentenconferentie 2011.
membraan van de B.s. 20⁰C anders zijn dan bij de B.s. 40⁰C.