8. Hij kende succes over heel de lijn.
Hij beleefde zijn priesterambt als springplank:
naar geld
promotie
een goede positie
hoge relaties…
misschien wel een bisschopszetel.
28. Ik had honger
en jij hebt Mij
te eten gegeven.
Ik had dorst
en jij hebt Mij
te drinken gegeven.
Ik was vreemdeling
en jij hebt Mij
opgenomen.
Ik was naakt
en jij hebt Mij
gekleed.
Mt. 25,35-36
30. Je hebt geen twee harten
één voor de mensen
en één voor God.
Je hebt maar één mensenhart.
Vincentius
31. Ik hoop
dat jij je bij deze voorstelling goed voelde
in aanwezigheid van Vincentius.
Want weet,
dat je bij het zoeken
naar “de heilige” in hem
gewoon “een mens” gaat vinden.