2. Hoeven (+ te + infinitief)
Jennifer hoeft geen briefje van 500 euro.
Dat hoeft niet.
Ze hoeft niet achteraan te zitten.
Ik hoef toch geen Italiaans te leren.
Voor mij hoef je niet op te houden.
ATTENTIE!
1. hoeven enkel in negatieve of restrictieve zin
Ik hoef vandaag niets te doen. negatief
Ik hoef maar 2 artikels te lezen. restrictief
2. scheidbare werkwoorden met te
Je hoefde me niet op te bellen.
3. Het imperfectum
ONREGELMATIG
Infinitief Imperfectum EV Imperfectum MV
hebben had hadden Speciale vormen
staan stond stonden
MV = vaak EV + -en
blijven bleef bleven
trekken trok trokken
hangen hing hingen
Infinitief Imperfectum EV Imperfectum MV
zeggen zei zeiden Speciale vormen
kunnen kon konden
1. speciaal MV
zijn was waren
stelen stal stalen 2. lange a in MV
komen kwam kwamen