SlideShare une entreprise Scribd logo
1  sur  28
Hoofdstuk 2
 Inleidende begrippen uit de kwantumchemie – deel 2




Nanotechnologie               2 Chemie                Tom Mortier

                                                           1
2.2 Het golfkarakter van de materie
2.2.1 Golffuncties en waarschijnlijkheden

In de interpretatie van het beschrijven van de materie en straling door de dualiteit van het golf-
deeltjes model, kan men een deeltje in de ruimte beschrijven door een golf in de ruimte met de
golflengte gerelateerd aan het impulsmoment van het deeltje met behulp van de vergelijking van
de Broglie (λ = h/p).

In de kwantumchemie zal een deeltje moeten beschreven worden door een golffunctie ψ. De
golffunctie beschrijft tegelijkertijd alle gebieden in de ruimte waar het deeltje kan worden
gevonden.

Dit introduceert de idee van onzekerheid in de kwantumchemie. De exacte positie van een
deeltje in een gegeven punt in de ruimte is niet gedefinieerd. Enkel het ruimtegebied van alle
mogelijke posities dat het deeltje kan innemen kan men berekenen.
De exacte vorm van de golffunctie is belangrijk omdat de waarschijnlijkheid om een deeltje te
vinden in de ruimte proportioneel is aan ψ2 in dat punt.




Nanotechnologie                               2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                               2
2.2.3 De Schrödingervergelijking

De Schrödingervergelijking is de fundamentele vergelijking van de kwantumchemie en heeft de
vorm




                    Hamiltoniaan     Golffunctie         Energieniveau
De Schrödingervergelijking kan worden geschreven voor elk mogelijk fysisch systeem. Voor
een deeltje met een massa m in één dimensie (langs de x-as) wordt de vergelijking:




waarbij -ħ/2m d2/dx2 en V(x) de operatoren zijn voor respectievelijk een kinetische en een
potentiële energie. Tezamen is dit de Hamiltoniaan operator.

  Merk op


 Nanotechnologie                              2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                              3
2.2.4 De Schrödingervergelijking voor een vrij bewegend deeltje

We schrijven de Schrödingervergelijking voor een vrij bewegend deeltje dat enkel kinetische energie bezit




Een oplossing van bovenstaande differentiaalvergelijking is




Dit kan worden gecontroleerd door deze functie tweemaal te differentiëren




Nanotechnologie                                   2 Chemie                                       Tom Mortier

                                                                                                      4
2.2.4 De Schrödingervergelijking voor een vrij bewegend deeltje

  De golflengte λ van een sinusfunctie met de vorm sin(kx) is


                                                                           golfgetal

 bijgevolg is de golflengte van de golffunctie van een vrij bewegend deeltje:




Deze bovenstaande uitdrukking wordt nu gesubstitueerd in de relatie tussen de kinetische energie
en het impulsmoment p




Herinner je bovendien dat ħ = h/2π




Dit finale resultaat is de vergelijking van de Broglie. De Schrödingervergelijking reproduceert de observatie
dat een vrij bewegend deeltje kan worden geschreven als een sinusfunctie waarbij de golflengte omgekeerd
evenredig is met het impulsmoment van het deeltje!
Nanotechnologie                                    2 Chemie                                        Tom Mortier

                                                                                                        5
2.2.5 Grensvoorwaarden

In principe zijn er 1 oplossingen voor de Schrödingervergelijking.
Als sin(kx) een oplossing is dan is asin(bkx) ook een oplossing voor alle waarden van a & b.
Nochtans zijn er maar sub-reeksen fysisch toegestaan die bepaald worden door grensvoorwaarden.die
opgelegd worden door het fysisch systeem die de Schrödingervergelijking zal beschrijven.
Voorbeelden
Deeltje in een doos (wij)
Uitwerking van de Schrödingervergelijking voor het elektron in een waterstofatoom (zie verder!)
                      s-orbitalen


                                                                                               Nodale vlakken
                                                              Nodaal vlak




Merk op!
Kwantisatie van de energie heeft zijn oorsprong in het feit dat er maar bepaalde waarden van E & ψ
toegestane oplossingen zijn van een specifieke Schrödingervergelijking.
Nanotechnologie                                    2 Chemie                                        Tom Mortier

                                                                                                        6
2.2.6 Het onzekerheidsbeginsel van Heisenberg

 Het is onmogelijk om tegelijkertijd het impulsmoment en de positie van een deeltje te kennen!
Stel een vrij bewegend deeltje met een impulsmoment p volgens de x-richting
                                 Gelijke waarschijnlijkheid om het deeltje te vinden bij om
                                 het even welk van een 1 aantal punten in de x-richting
                                                   1,5




                                                     1




                                                   0,5
                                      ψ = sin(x)


                                                     0
                                                          0   100     200   300   400   500   600   700       800



                                                   -0,5




                                                    -1




                                                   -1,5

                                                                                  x


Besluit: impulsmoment kan wel exact gekend zijn, maar de positie is onzeker!

Nanotechnologie                                                2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                                               7
2.2.6 Het onzekerheidsbeginsel van Heisenberg

 Het is onmogelijk om tegelijkertijd het impulsmoment en de positie van een deeltje te kennen!




 De golffunctie van een deeltje met een nauwkeurig          De superpositie van een aantal golffuncties met
 gedefinieerde positie.                                     verschillende golflengtes. De superpositie van een
                                                            oneindig aantal golffuncties van verschillende
                                                            golflengtes is vereist om een nauwkeurig gedefinieerde
                                                            positie van het deeltje te bepalen.




Nanotechnologie                                      2 Chemie                                             Tom Mortier

                                                                                                               8
2.2.6 Het onzekerheidsbeginsel van Heisenberg

 Het is onmogelijk om tegelijkertijd het impulsmoment en de positie van een deeltje te kennen!


 Grootte van de onzekerheid wordt kwantitatief gegeven door:


                                                                              zeer klein


                                   Niet observeerbaar bij alledaagse macroscopische lichamen
 Voorbeeld – de onzekerheid in positie
  mlichaam = 1,00 kg en vlichaam = 1,0 ×10-3 ms-1




  melektron= 9,11×10-31 kg en vlichaam = 1,0×10-3 ms-1




Nanotechnologie                                          2 Chemie                              Tom Mortier

                                                                                                    9
2.2.7 Een deeltje in een doos

De toepassing van de Schrödingervergelijking op een deeltje dat een ééndimensionale
translatiebeweging ondergaat tussen beperkte limietwaarden, demonstreert hoe deze
grenscondities leiden tot het begrip kwantisatie.

De twee “wanden” van de doos zijn op de
posities x = 0 en x = L langs de x-as                    V=1         V=0              V=1

weergegeven. In de doos beweegt het deeltje
(massa m) vrij in de x-richting waarbij de
potentiële energie V = 0.
De potentiële energie stijgt naar oneindig aan
de muren.
                                                         ψ=0                          ψ=0


De Schrödingervergelijking voor een deeltje
in een doos is
                                                                      ψ


                                                               0               L             x




Nanotechnologie                               2 Chemie                                Tom Mortier

                                                                                            10
2.2.7 Een deeltje in een doos


De Schrödingervergelijking voor een deeltje in een doos is
                                                                 V=1          V=0           V=1




Een oplossing voor deze vergelijking is                          ψ=0                        ψ=0




                                                                               ψ

De algemene oplossing voor deze Schrödingervergelijking is             0              L           x




waarbij elke waarde van E en a geschikte golffuncties vormen.

 Het deeltje is echter gedefinieerd in een doos met een beperkte lengte. De wanden leggen
 grenscondities op tussen dewelke de golffuncties fysisch zijn toegestaan.



Nanotechnologie                              2 Chemie                                 Tom Mortier

                                                                                            11
2.2.7 Een deeltje in een doos

Omdat de potentiële energie buiten de wanden stijgt naar oneindig is de waarschijnlijkheid om
een deeltje te vinden buiten de doos gelijk aan nul. Daarom moeten alle toegestane golffuncties
exact beschreven zijn in de doos (vergelijk dit met de vibraties van een snaar die aan beide
uiteinden vastzitten).
Om aan deze voorwaarde tegemoet te komen, zal de golflengte λ van alle toegestane
golffuncties één van de volgende waarden moeten bezitten

                                       ofwel




De relatie tussen λ en de mathematische beschrijving van een sinusgolf is sin(2πx/λ)

De golflengte van de golffunctie                          is bijgevolg




Nanotechnologie                                2 Chemie                                Tom Mortier

                                                                                            12
2.2.7 Een deeltje in een doos

   De toegestane golffuncties van een deeltje in een doos, moeten dus voldoen aan




    Na herschikking vinden we




            Het deeltje kan enkel discrete energiewaarden bezitten (kwanta)
            Het getal n is een voorbeeld van een kwantumgetal
            De toegestane energieën van het systeem worden de energieniveaus genoemd.




Nanotechnologie                              2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                             13
Opmerking

 De constante a wordt zodanig gekozen dat de totale waarschijnlijkheid om het deeltje te
 vinden = 1 tussen x = 0 en x= L.

 Normalizatie




                               Standaard integraal




                                                                     Normalizatiefactor

De totale oplossing van de Schrödingervergelijking wordt dus



Nanotechnologie                             2 Chemie                                      Tom Mortier

                                                                                               14
2.2.7 Een deeltje in een doos
 De toegestane energieniveaus en de corresponderende golffuncties voor een deeltje in een doos
   ~ n2




                                                                                   knoop




                  Energieniveaus                       Golffuncties
Nanotechnologie                             2 Chemie                                 Tom Mortier

                                                                                           15
2.2.7 Een deeltje in een doos

     Knoop: de waarschijnlijkheid om een deeltje op deze posities te vinden is gelijk aan nul

         Merk op!

  De waarschijnlijkheid om een deeltje met één energiekwantum te vinden is juist in het
  midden van de twee wanden. De waarschijnlijkheid om een deeltje met twee energiekwanta
  terug te vinden op deze positie is nul.

    Het verschil van aangrenzende energieniveaus met kwantumgetallen n en n+1 is




Nanotechnologie                              2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                             16
2.2.7 Een deeltje in een doos

   Twee algemene kenmerken van de kwantumchemische beschrijving van fysische systemen




i. De energieniveaus liggen dichter bij elkaar als de afmeting van het systeem (L) groter wordt
                     Energie                                        Energie



                  Wand          Wand                    Wand                             Wand



                     smalle doos                                   brede doos

ii. De energieniveaus liggen dichter bij elkaar als de massa van het deeltje (m) groter wordt

 Opmerking! Voor alledaagse objecten liggen de toegestane energieniveaus zo dicht bij
 elkaar zodat het systeem kan beschreven worden als niet-gekwantiseerd!

Nanotechnologie                              2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                             17
2.2.8 De nulpuntsenergie

  Omdat het kwantumgetal n niet gelijk mag zijn aan nul, is de laagste energie dat een deeltje
  kan bezitten niet gelijk aan nul zoals in het geval van de klassieke mechanica.
  Voor een deeltje in een doos is dit n = 1
   De nulpuntsenergie voor een deeltje in een doos is




   Het bestaan van een nulpuntsenergie komt in principe uit het onzekerheidsbeginsel daar
   een deeltje kinetische energie moet hebben als het is beperkt tot een eindig gebied




Nanotechnologie                              2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                             18
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
 Het deeltje is beperkt tot translatiebewegingen binnenin de doos met dimensies Lx × Ly × Lz




                                                                     Binnenin de doos: V =0
                                                                     Buiten de doos: V = 1


 Lz
        z
            y


                  x                                       Ly


                                Lx

      Analoge uiteenzetting zoals bij een deeltje in een ééndimensionale doos.



Nanotechnologie                                2 Chemie                                 Tom Mortier

                                                                                              19
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
Buiten de doos:



Binnen de doos:




Met D een normalizatieconstante en




Het deeltje wordt nu beschreven door een reeks van gehele getallen (nx, ny, nz)

De energie van een deeltje met massa m is




Nanotechnologie                               2 Chemie                            Tom Mortier

                                                                                       20
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
Geval 1: Lx = Ly = Lz = L

De energie van een deeltje met massa m is dan




De kwantumtoestanden worden bepaald door elke unieke combinatie van een reeks
kwantumgetallen (nx, ny, nz)

Hieruit volgt dat een verschillende permutatie van de kwantumgetallen aanleiding geeft tot
toestanden met dezelfde energiewaarde = ontaarding

Voorbeeld
(nx, ny, nz) = (2, 1, 1), (1, 2, 1), (1, 1, 2) = 6E0       met




 Nanotechnologie                                       2 Chemie                        Tom Mortier

                                                                                             21
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
Geval 1: Lx = Ly = Lz = L
Schematische weergave


                                (1, 2, 3), (1, 3, 2), (2, 1, 3)
        14E0                    (2, 3, 1), (3, 1, 2), (3, 2, 1)


        12E0                    (2, 2, 2)
        11E0                    (3, 1, 1), (1, 3, 1), (1, 1, 3)




         9E0                    (2, 2, 1), (1, 2, 2), (2, 1, 2)




         6E0                    (2, 1, 1), (1, 2, 1), (1, 1, 2)




         3E0                    (1, 1, 1)




        Energieniveaus          Kwantumgetallen
                                  (nx, ny, nz)
Stel L zeer klein, dan is het potentiaalsysteem beperkt                 Stel L groot, dan liggen de energieniveaus zeer dicht
tot de potentiaalwanden in drie dimensies =                             tegen elkaar.
kwantumdots
Nanotechnologie                                                   2 Chemie                                        Tom Mortier

                                                                                                                       22
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
Geval 2: Lx = Ly = L en Lz >> Lx en Ly
De kwantisatieconditie volgens de z-richting verloopt essentieel continu
Klein verschil voor kz en de energie voor z en nz+1

De energie van een deeltje met massa m is dan




De gekwantiseerde band is nu gekarakteriseerd door nx en ny terwijl kz een essentieel continu
variabele is




Nanotechnologie                               2 Chemie                                  Tom Mortier

                                                                                             23
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
Geval 2: Lx = Ly = L en Lz >> Lx en Ly
Simulatie van de energiewaarden voor een dergelijk systeem in functie van kz
                                                  5,00
                                                   E
                                                                                       (1,3)

                                                                                       (2,2)

                            quantum wire                                               (1,2)




                                                                               (n x ,n y )= (1,1)




                                                  0,00
    -6
                                                         k0z                                        6




Nanotechnologie                                   2 Chemie                                Tom Mortier

                                                                                                    24
2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos
Geval 3: Ly , Lz >> Lx = L
De kwantisatieconditie volgens de y- en z-richtingen verloopt essentieel continu

De energie van een deeltje met massa m is dan




De gekwantiseerde band is nu gekarakteriseerd door nx terwijl kz en kz een essentiële continu
variabelen zijn.

Wanneer het deeltje beperkt is door een potentiaalwand in één dimensie, maar vrij kan bewegen
in de twee andere dimensies staat dit gekend als een quantum well.




Nanotechnologie                              2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                             25
2.2.10 Kwantumtunneling
Wanneer een deeltje met energie E beperkt is tot een niet-oneindige potentiële energiebarrière
V, toont de kwantumchemie dat er nog steeds een waarschijnlijkheid bestaat om het deeltje terug
te vinden aan de andere kant van de barrière, zelfs al is V > E.

In de klassieke mechanische beschrijving heeft
het deeltje te weinig energie om de barrière te
overbruggen en bezit het deeltje nul
waarschijnlijkheid om zich te bevinden aan de
andere kant.

De waarschijnlijkheid van deze
kwantumtunneling verlaagt als de hoogte en
de breedte van de potentiaalbarrière
verhoogt.


 Kwantumtunneling ontstaat omdat de golffunctie niet abrupt naar nul zakt bij de wanden
 (behalve als de potentiële energie oneindig is!). De maximum amplitude van de golffunctie zal
 exponentieel afnemen in de ruimtezone van de potentiaalbarrière en na deze barrière ontstaat
 er een golffunctie verschillend van nul waardoor er een kans is om het deeltje hier te vinden.

 Nanotechnologie                             2 Chemie                                  Tom Mortier

                                                                                            26
2.2.10 Kwantumtunneling

   Als een deeltje van links inslaat op een potentiaalbarrière, bestaat de golffunctie uit een
   golf dat het lineaire impulsmoment naar rechts representeert en uit een gereflecteerde
   component dat het impulsmoment naar links representeert. In de potentiaalbarrière varieert
   de golf dan exponentieel (maar ze oscilleert niet) en uit de barrière bestaat de golffunctie
   uit een beweging naar rechts




Nanotechnologie                               2 Chemie                                   Tom Mortier

                                                                                              27
2.2.10 Kwantumtunneling

 Opmerking!

  De tunnelingwaarschijnlijkheid verlaagt snel
  - als de massa van een deeltje groter wordt
  - de breedte van de barrière vergroot




Nanotechnologie                             2 Chemie   Tom Mortier

                                                            28

Contenu connexe

Tendances

Moleculaire Architectuur - Groepen en Representaties
Moleculaire Architectuur - Groepen en RepresentatiesMoleculaire Architectuur - Groepen en Representaties
Moleculaire Architectuur - Groepen en RepresentatiesTom Mortier
 
Hoofdstuk 6 - Redoxtitraties
Hoofdstuk 6 - RedoxtitratiesHoofdstuk 6 - Redoxtitraties
Hoofdstuk 6 - RedoxtitratiesTom Mortier
 
Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag
Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag
Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag Tom Mortier
 
Hoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - PotentiometrieHoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - PotentiometrieTom Mortier
 
Analytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Analytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene InleidingAnalytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Analytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene InleidingTom Mortier
 
Hoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - PotentiometrieHoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - PotentiometrieTom Mortier
 
Wiskunde voor Chemici
Wiskunde voor ChemiciWiskunde voor Chemici
Wiskunde voor ChemiciTom Mortier
 
Analytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Analytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichtenAnalytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Analytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichtenTom Mortier
 
Hoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - Buffers
Hoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - BuffersHoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - Buffers
Hoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - BuffersTom Mortier
 
Hoofdstuk 3 - Conductometrie
Hoofdstuk 3 - ConductometrieHoofdstuk 3 - Conductometrie
Hoofdstuk 3 - ConductometrieTom Mortier
 
Hoofdstuk 1 - concentraties
Hoofdstuk 1 - concentratiesHoofdstuk 1 - concentraties
Hoofdstuk 1 - concentratiesTom Mortier
 
Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties Tom Mortier
 
Hoofdstuk 4 - Complexometrische titraties
Hoofdstuk 4 - Complexometrische titratiesHoofdstuk 4 - Complexometrische titraties
Hoofdstuk 4 - Complexometrische titratiesTom Mortier
 
De vibraties voor methaan
De vibraties voor methaanDe vibraties voor methaan
De vibraties voor methaanTom Mortier
 
Oefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproducten
Oefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproductenOefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproducten
Oefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproductenTom Mortier
 
Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties Tom Mortier
 
Hoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel i
Hoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel iHoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel i
Hoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel iTom Mortier
 
Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden
Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden
Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden Tom Mortier
 
Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen
Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen
Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen Tom Mortier
 
Hoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemie
Hoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemieHoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemie
Hoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemieTom Mortier
 

Tendances (20)

Moleculaire Architectuur - Groepen en Representaties
Moleculaire Architectuur - Groepen en RepresentatiesMoleculaire Architectuur - Groepen en Representaties
Moleculaire Architectuur - Groepen en Representaties
 
Hoofdstuk 6 - Redoxtitraties
Hoofdstuk 6 - RedoxtitratiesHoofdstuk 6 - Redoxtitraties
Hoofdstuk 6 - Redoxtitraties
 
Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag
Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag
Hoofdstuk 8 - Selectiviteit van de neerslag
 
Hoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - PotentiometrieHoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - Potentiometrie
 
Analytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Analytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene InleidingAnalytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Analytische chemie I - Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
 
Hoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - PotentiometrieHoofdstuk 5 - Potentiometrie
Hoofdstuk 5 - Potentiometrie
 
Wiskunde voor Chemici
Wiskunde voor ChemiciWiskunde voor Chemici
Wiskunde voor Chemici
 
Analytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Analytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichtenAnalytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Analytische chemie I - Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
 
Hoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - Buffers
Hoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - BuffersHoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - Buffers
Hoofdstuk 2. Zuur base-evenwichten - Buffers
 
Hoofdstuk 3 - Conductometrie
Hoofdstuk 3 - ConductometrieHoofdstuk 3 - Conductometrie
Hoofdstuk 3 - Conductometrie
 
Hoofdstuk 1 - concentraties
Hoofdstuk 1 - concentratiesHoofdstuk 1 - concentraties
Hoofdstuk 1 - concentraties
 
Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk 2 - Neerslagtitraties
 
Hoofdstuk 4 - Complexometrische titraties
Hoofdstuk 4 - Complexometrische titratiesHoofdstuk 4 - Complexometrische titraties
Hoofdstuk 4 - Complexometrische titraties
 
De vibraties voor methaan
De vibraties voor methaanDe vibraties voor methaan
De vibraties voor methaan
 
Oefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproducten
Oefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproductenOefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproducten
Oefeningen op oplosbaarheid en oplosbaarheidsproducten
 
Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties
Hoofdstuk11 - Neerslagtitraties
 
Hoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel i
Hoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel iHoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel i
Hoofdstuk 2 - zuur-base-evenwichten-deel i
 
Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden
Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden
Hoofdstuk 4 - Factoren die de oplosbaarheid beïnvloeden
 
Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen
Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen
Hoofdstuk 2 - Concentraties van oplossingen
 
Hoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemie
Hoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemieHoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemie
Hoofdstuk 2. Chemische reacties - redox - chemie
 

Similaire à Nanochemie - kwantumchemie deel 2

121210 quantumfysica
121210   quantumfysica121210   quantumfysica
121210 quantumfysicaMarcel Vonk
 
141007 quantumfysica
141007   quantumfysica141007   quantumfysica
141007 quantumfysicaMarcel Vonk
 
Oerknal - Lecture 2
Oerknal - Lecture 2Oerknal - Lecture 2
Oerknal - Lecture 2Marcel Vonk
 
130423 quantumfysica en elemtaire deeltjes
130423   quantumfysica en elemtaire deeltjes130423   quantumfysica en elemtaire deeltjes
130423 quantumfysica en elemtaire deeltjesMarcel Vonk
 
131127 van heisenberg naar quantumzwaartekracht
131127   van heisenberg naar quantumzwaartekracht131127   van heisenberg naar quantumzwaartekracht
131127 van heisenberg naar quantumzwaartekrachtMarcel Vonk
 
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2Marcel Vonk
 
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1Marcel Vonk
 

Similaire à Nanochemie - kwantumchemie deel 2 (8)

121210 quantumfysica
121210   quantumfysica121210   quantumfysica
121210 quantumfysica
 
141007 quantumfysica
141007   quantumfysica141007   quantumfysica
141007 quantumfysica
 
Kwantumfysica / prof. dr. em. D. Van Dyck, electron microscopy for material s...
Kwantumfysica / prof. dr. em. D. Van Dyck, electron microscopy for material s...Kwantumfysica / prof. dr. em. D. Van Dyck, electron microscopy for material s...
Kwantumfysica / prof. dr. em. D. Van Dyck, electron microscopy for material s...
 
Oerknal - Lecture 2
Oerknal - Lecture 2Oerknal - Lecture 2
Oerknal - Lecture 2
 
130423 quantumfysica en elemtaire deeltjes
130423   quantumfysica en elemtaire deeltjes130423   quantumfysica en elemtaire deeltjes
130423 quantumfysica en elemtaire deeltjes
 
131127 van heisenberg naar quantumzwaartekracht
131127   van heisenberg naar quantumzwaartekracht131127   van heisenberg naar quantumzwaartekracht
131127 van heisenberg naar quantumzwaartekracht
 
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 2
 
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1
Relativiteitstheorie 2014, hoorcollege 1
 

Plus de Tom Mortier

Chemische niet-redox reacties
Chemische niet-redox reactiesChemische niet-redox reacties
Chemische niet-redox reactiesTom Mortier
 
Nomenclatuur van de anorganische verbindingen
Nomenclatuur van de anorganische verbindingenNomenclatuur van de anorganische verbindingen
Nomenclatuur van de anorganische verbindingenTom Mortier
 
Oplosbaarheidsevenwichten
OplosbaarheidsevenwichtenOplosbaarheidsevenwichten
OplosbaarheidsevenwichtenTom Mortier
 
Hoofdstuk 4 - Elektrochemie
Hoofdstuk 4 - ElektrochemieHoofdstuk 4 - Elektrochemie
Hoofdstuk 4 - ElektrochemieTom Mortier
 
Hoofdstuk 2 - Zuur-base evenwichten - deel 1
Hoofdstuk 2  - Zuur-base evenwichten - deel 1Hoofdstuk 2  - Zuur-base evenwichten - deel 1
Hoofdstuk 2 - Zuur-base evenwichten - deel 1Tom Mortier
 
Hoofdstuk3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk3 - De zuur-base titratiesHoofdstuk3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk3 - De zuur-base titratiesTom Mortier
 
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2Tom Mortier
 
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1Tom Mortier
 
Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichtenHoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichtenTom Mortier
 
Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding Tom Mortier
 
Hoofdstuk 3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk 3 - De zuur-base titratiesHoofdstuk 3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk 3 - De zuur-base titratiesTom Mortier
 
Hoofdstuk4 - Elektrochemie
Hoofdstuk4 - ElektrochemieHoofdstuk4 - Elektrochemie
Hoofdstuk4 - ElektrochemieTom Mortier
 
Hoofdstuk 1 - concentraties - deel ii
Hoofdstuk 1 - concentraties - deel iiHoofdstuk 1 - concentraties - deel ii
Hoofdstuk 1 - concentraties - deel iiTom Mortier
 
Inleidende begrippen van de chemische thermodynamica
Inleidende begrippen van de chemische thermodynamicaInleidende begrippen van de chemische thermodynamica
Inleidende begrippen van de chemische thermodynamicaTom Mortier
 
De standaard additie methode
De standaard additie methodeDe standaard additie methode
De standaard additie methodeTom Mortier
 

Plus de Tom Mortier (16)

Chemische niet-redox reacties
Chemische niet-redox reactiesChemische niet-redox reacties
Chemische niet-redox reacties
 
Nomenclatuur van de anorganische verbindingen
Nomenclatuur van de anorganische verbindingenNomenclatuur van de anorganische verbindingen
Nomenclatuur van de anorganische verbindingen
 
Oplosbaarheidsevenwichten
OplosbaarheidsevenwichtenOplosbaarheidsevenwichten
Oplosbaarheidsevenwichten
 
Hoofdstuk 4 - Elektrochemie
Hoofdstuk 4 - ElektrochemieHoofdstuk 4 - Elektrochemie
Hoofdstuk 4 - Elektrochemie
 
Hoofdstuk 2 - Zuur-base evenwichten - deel 1
Hoofdstuk 2  - Zuur-base evenwichten - deel 1Hoofdstuk 2  - Zuur-base evenwichten - deel 1
Hoofdstuk 2 - Zuur-base evenwichten - deel 1
 
Hoofdstuk3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk3 - De zuur-base titratiesHoofdstuk3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk3 - De zuur-base titraties
 
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 2
 
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1
Hoofdstuk 1 - Concentraties van Oplossingen - Deel 1
 
Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichtenHoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
Hoofdstuk 2 - De zuur-base evenwichten
 
Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
Hoofdstuk1 - Algemene Inleiding
 
Hoofdstuk 3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk 3 - De zuur-base titratiesHoofdstuk 3 - De zuur-base titraties
Hoofdstuk 3 - De zuur-base titraties
 
Hoofdstuk4 - Elektrochemie
Hoofdstuk4 - ElektrochemieHoofdstuk4 - Elektrochemie
Hoofdstuk4 - Elektrochemie
 
Hoofdstuk 1 - concentraties - deel ii
Hoofdstuk 1 - concentraties - deel iiHoofdstuk 1 - concentraties - deel ii
Hoofdstuk 1 - concentraties - deel ii
 
Inleidende begrippen van de chemische thermodynamica
Inleidende begrippen van de chemische thermodynamicaInleidende begrippen van de chemische thermodynamica
Inleidende begrippen van de chemische thermodynamica
 
De standaard additie methode
De standaard additie methodeDe standaard additie methode
De standaard additie methode
 
Micropipetten
MicropipettenMicropipetten
Micropipetten
 

Nanochemie - kwantumchemie deel 2

  • 1. Hoofdstuk 2 Inleidende begrippen uit de kwantumchemie – deel 2 Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 1
  • 2. 2.2 Het golfkarakter van de materie 2.2.1 Golffuncties en waarschijnlijkheden In de interpretatie van het beschrijven van de materie en straling door de dualiteit van het golf- deeltjes model, kan men een deeltje in de ruimte beschrijven door een golf in de ruimte met de golflengte gerelateerd aan het impulsmoment van het deeltje met behulp van de vergelijking van de Broglie (λ = h/p). In de kwantumchemie zal een deeltje moeten beschreven worden door een golffunctie ψ. De golffunctie beschrijft tegelijkertijd alle gebieden in de ruimte waar het deeltje kan worden gevonden. Dit introduceert de idee van onzekerheid in de kwantumchemie. De exacte positie van een deeltje in een gegeven punt in de ruimte is niet gedefinieerd. Enkel het ruimtegebied van alle mogelijke posities dat het deeltje kan innemen kan men berekenen. De exacte vorm van de golffunctie is belangrijk omdat de waarschijnlijkheid om een deeltje te vinden in de ruimte proportioneel is aan ψ2 in dat punt. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 2
  • 3. 2.2.3 De Schrödingervergelijking De Schrödingervergelijking is de fundamentele vergelijking van de kwantumchemie en heeft de vorm Hamiltoniaan Golffunctie Energieniveau De Schrödingervergelijking kan worden geschreven voor elk mogelijk fysisch systeem. Voor een deeltje met een massa m in één dimensie (langs de x-as) wordt de vergelijking: waarbij -ħ/2m d2/dx2 en V(x) de operatoren zijn voor respectievelijk een kinetische en een potentiële energie. Tezamen is dit de Hamiltoniaan operator. Merk op Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 3
  • 4. 2.2.4 De Schrödingervergelijking voor een vrij bewegend deeltje We schrijven de Schrödingervergelijking voor een vrij bewegend deeltje dat enkel kinetische energie bezit Een oplossing van bovenstaande differentiaalvergelijking is Dit kan worden gecontroleerd door deze functie tweemaal te differentiëren Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 4
  • 5. 2.2.4 De Schrödingervergelijking voor een vrij bewegend deeltje De golflengte λ van een sinusfunctie met de vorm sin(kx) is golfgetal bijgevolg is de golflengte van de golffunctie van een vrij bewegend deeltje: Deze bovenstaande uitdrukking wordt nu gesubstitueerd in de relatie tussen de kinetische energie en het impulsmoment p Herinner je bovendien dat ħ = h/2π Dit finale resultaat is de vergelijking van de Broglie. De Schrödingervergelijking reproduceert de observatie dat een vrij bewegend deeltje kan worden geschreven als een sinusfunctie waarbij de golflengte omgekeerd evenredig is met het impulsmoment van het deeltje! Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 5
  • 6. 2.2.5 Grensvoorwaarden In principe zijn er 1 oplossingen voor de Schrödingervergelijking. Als sin(kx) een oplossing is dan is asin(bkx) ook een oplossing voor alle waarden van a & b. Nochtans zijn er maar sub-reeksen fysisch toegestaan die bepaald worden door grensvoorwaarden.die opgelegd worden door het fysisch systeem die de Schrödingervergelijking zal beschrijven. Voorbeelden Deeltje in een doos (wij) Uitwerking van de Schrödingervergelijking voor het elektron in een waterstofatoom (zie verder!) s-orbitalen Nodale vlakken Nodaal vlak Merk op! Kwantisatie van de energie heeft zijn oorsprong in het feit dat er maar bepaalde waarden van E & ψ toegestane oplossingen zijn van een specifieke Schrödingervergelijking. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 6
  • 7. 2.2.6 Het onzekerheidsbeginsel van Heisenberg Het is onmogelijk om tegelijkertijd het impulsmoment en de positie van een deeltje te kennen! Stel een vrij bewegend deeltje met een impulsmoment p volgens de x-richting Gelijke waarschijnlijkheid om het deeltje te vinden bij om het even welk van een 1 aantal punten in de x-richting 1,5 1 0,5 ψ = sin(x) 0 0 100 200 300 400 500 600 700 800 -0,5 -1 -1,5 x Besluit: impulsmoment kan wel exact gekend zijn, maar de positie is onzeker! Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 7
  • 8. 2.2.6 Het onzekerheidsbeginsel van Heisenberg Het is onmogelijk om tegelijkertijd het impulsmoment en de positie van een deeltje te kennen! De golffunctie van een deeltje met een nauwkeurig De superpositie van een aantal golffuncties met gedefinieerde positie. verschillende golflengtes. De superpositie van een oneindig aantal golffuncties van verschillende golflengtes is vereist om een nauwkeurig gedefinieerde positie van het deeltje te bepalen. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 8
  • 9. 2.2.6 Het onzekerheidsbeginsel van Heisenberg Het is onmogelijk om tegelijkertijd het impulsmoment en de positie van een deeltje te kennen! Grootte van de onzekerheid wordt kwantitatief gegeven door: zeer klein Niet observeerbaar bij alledaagse macroscopische lichamen Voorbeeld – de onzekerheid in positie mlichaam = 1,00 kg en vlichaam = 1,0 ×10-3 ms-1 melektron= 9,11×10-31 kg en vlichaam = 1,0×10-3 ms-1 Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 9
  • 10. 2.2.7 Een deeltje in een doos De toepassing van de Schrödingervergelijking op een deeltje dat een ééndimensionale translatiebeweging ondergaat tussen beperkte limietwaarden, demonstreert hoe deze grenscondities leiden tot het begrip kwantisatie. De twee “wanden” van de doos zijn op de posities x = 0 en x = L langs de x-as V=1 V=0 V=1 weergegeven. In de doos beweegt het deeltje (massa m) vrij in de x-richting waarbij de potentiële energie V = 0. De potentiële energie stijgt naar oneindig aan de muren. ψ=0 ψ=0 De Schrödingervergelijking voor een deeltje in een doos is ψ 0 L x Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 10
  • 11. 2.2.7 Een deeltje in een doos De Schrödingervergelijking voor een deeltje in een doos is V=1 V=0 V=1 Een oplossing voor deze vergelijking is ψ=0 ψ=0 ψ De algemene oplossing voor deze Schrödingervergelijking is 0 L x waarbij elke waarde van E en a geschikte golffuncties vormen. Het deeltje is echter gedefinieerd in een doos met een beperkte lengte. De wanden leggen grenscondities op tussen dewelke de golffuncties fysisch zijn toegestaan. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 11
  • 12. 2.2.7 Een deeltje in een doos Omdat de potentiële energie buiten de wanden stijgt naar oneindig is de waarschijnlijkheid om een deeltje te vinden buiten de doos gelijk aan nul. Daarom moeten alle toegestane golffuncties exact beschreven zijn in de doos (vergelijk dit met de vibraties van een snaar die aan beide uiteinden vastzitten). Om aan deze voorwaarde tegemoet te komen, zal de golflengte λ van alle toegestane golffuncties één van de volgende waarden moeten bezitten ofwel De relatie tussen λ en de mathematische beschrijving van een sinusgolf is sin(2πx/λ) De golflengte van de golffunctie is bijgevolg Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 12
  • 13. 2.2.7 Een deeltje in een doos De toegestane golffuncties van een deeltje in een doos, moeten dus voldoen aan Na herschikking vinden we Het deeltje kan enkel discrete energiewaarden bezitten (kwanta) Het getal n is een voorbeeld van een kwantumgetal De toegestane energieën van het systeem worden de energieniveaus genoemd. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 13
  • 14. Opmerking De constante a wordt zodanig gekozen dat de totale waarschijnlijkheid om het deeltje te vinden = 1 tussen x = 0 en x= L. Normalizatie Standaard integraal Normalizatiefactor De totale oplossing van de Schrödingervergelijking wordt dus Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 14
  • 15. 2.2.7 Een deeltje in een doos De toegestane energieniveaus en de corresponderende golffuncties voor een deeltje in een doos ~ n2 knoop Energieniveaus Golffuncties Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 15
  • 16. 2.2.7 Een deeltje in een doos Knoop: de waarschijnlijkheid om een deeltje op deze posities te vinden is gelijk aan nul Merk op! De waarschijnlijkheid om een deeltje met één energiekwantum te vinden is juist in het midden van de twee wanden. De waarschijnlijkheid om een deeltje met twee energiekwanta terug te vinden op deze positie is nul. Het verschil van aangrenzende energieniveaus met kwantumgetallen n en n+1 is Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 16
  • 17. 2.2.7 Een deeltje in een doos Twee algemene kenmerken van de kwantumchemische beschrijving van fysische systemen i. De energieniveaus liggen dichter bij elkaar als de afmeting van het systeem (L) groter wordt Energie Energie Wand Wand Wand Wand smalle doos brede doos ii. De energieniveaus liggen dichter bij elkaar als de massa van het deeltje (m) groter wordt Opmerking! Voor alledaagse objecten liggen de toegestane energieniveaus zo dicht bij elkaar zodat het systeem kan beschreven worden als niet-gekwantiseerd! Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 17
  • 18. 2.2.8 De nulpuntsenergie Omdat het kwantumgetal n niet gelijk mag zijn aan nul, is de laagste energie dat een deeltje kan bezitten niet gelijk aan nul zoals in het geval van de klassieke mechanica. Voor een deeltje in een doos is dit n = 1 De nulpuntsenergie voor een deeltje in een doos is Het bestaan van een nulpuntsenergie komt in principe uit het onzekerheidsbeginsel daar een deeltje kinetische energie moet hebben als het is beperkt tot een eindig gebied Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 18
  • 19. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Het deeltje is beperkt tot translatiebewegingen binnenin de doos met dimensies Lx × Ly × Lz Binnenin de doos: V =0 Buiten de doos: V = 1 Lz z y x Ly Lx Analoge uiteenzetting zoals bij een deeltje in een ééndimensionale doos. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 19
  • 20. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Buiten de doos: Binnen de doos: Met D een normalizatieconstante en Het deeltje wordt nu beschreven door een reeks van gehele getallen (nx, ny, nz) De energie van een deeltje met massa m is Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 20
  • 21. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Geval 1: Lx = Ly = Lz = L De energie van een deeltje met massa m is dan De kwantumtoestanden worden bepaald door elke unieke combinatie van een reeks kwantumgetallen (nx, ny, nz) Hieruit volgt dat een verschillende permutatie van de kwantumgetallen aanleiding geeft tot toestanden met dezelfde energiewaarde = ontaarding Voorbeeld (nx, ny, nz) = (2, 1, 1), (1, 2, 1), (1, 1, 2) = 6E0 met Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 21
  • 22. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Geval 1: Lx = Ly = Lz = L Schematische weergave (1, 2, 3), (1, 3, 2), (2, 1, 3) 14E0 (2, 3, 1), (3, 1, 2), (3, 2, 1) 12E0 (2, 2, 2) 11E0 (3, 1, 1), (1, 3, 1), (1, 1, 3) 9E0 (2, 2, 1), (1, 2, 2), (2, 1, 2) 6E0 (2, 1, 1), (1, 2, 1), (1, 1, 2) 3E0 (1, 1, 1) Energieniveaus Kwantumgetallen (nx, ny, nz) Stel L zeer klein, dan is het potentiaalsysteem beperkt Stel L groot, dan liggen de energieniveaus zeer dicht tot de potentiaalwanden in drie dimensies = tegen elkaar. kwantumdots Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 22
  • 23. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Geval 2: Lx = Ly = L en Lz >> Lx en Ly De kwantisatieconditie volgens de z-richting verloopt essentieel continu Klein verschil voor kz en de energie voor z en nz+1 De energie van een deeltje met massa m is dan De gekwantiseerde band is nu gekarakteriseerd door nx en ny terwijl kz een essentieel continu variabele is Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 23
  • 24. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Geval 2: Lx = Ly = L en Lz >> Lx en Ly Simulatie van de energiewaarden voor een dergelijk systeem in functie van kz 5,00 E (1,3) (2,2) quantum wire (1,2) (n x ,n y )= (1,1) 0,00 -6 k0z 6 Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 24
  • 25. 2.2.9 Uitbreiding naar een driedimensionale doos Geval 3: Ly , Lz >> Lx = L De kwantisatieconditie volgens de y- en z-richtingen verloopt essentieel continu De energie van een deeltje met massa m is dan De gekwantiseerde band is nu gekarakteriseerd door nx terwijl kz en kz een essentiële continu variabelen zijn. Wanneer het deeltje beperkt is door een potentiaalwand in één dimensie, maar vrij kan bewegen in de twee andere dimensies staat dit gekend als een quantum well. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 25
  • 26. 2.2.10 Kwantumtunneling Wanneer een deeltje met energie E beperkt is tot een niet-oneindige potentiële energiebarrière V, toont de kwantumchemie dat er nog steeds een waarschijnlijkheid bestaat om het deeltje terug te vinden aan de andere kant van de barrière, zelfs al is V > E. In de klassieke mechanische beschrijving heeft het deeltje te weinig energie om de barrière te overbruggen en bezit het deeltje nul waarschijnlijkheid om zich te bevinden aan de andere kant. De waarschijnlijkheid van deze kwantumtunneling verlaagt als de hoogte en de breedte van de potentiaalbarrière verhoogt. Kwantumtunneling ontstaat omdat de golffunctie niet abrupt naar nul zakt bij de wanden (behalve als de potentiële energie oneindig is!). De maximum amplitude van de golffunctie zal exponentieel afnemen in de ruimtezone van de potentiaalbarrière en na deze barrière ontstaat er een golffunctie verschillend van nul waardoor er een kans is om het deeltje hier te vinden. Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 26
  • 27. 2.2.10 Kwantumtunneling Als een deeltje van links inslaat op een potentiaalbarrière, bestaat de golffunctie uit een golf dat het lineaire impulsmoment naar rechts representeert en uit een gereflecteerde component dat het impulsmoment naar links representeert. In de potentiaalbarrière varieert de golf dan exponentieel (maar ze oscilleert niet) en uit de barrière bestaat de golffunctie uit een beweging naar rechts Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 27
  • 28. 2.2.10 Kwantumtunneling Opmerking! De tunnelingwaarschijnlijkheid verlaagt snel - als de massa van een deeltje groter wordt - de breedte van de barrière vergroot Nanotechnologie 2 Chemie Tom Mortier 28