Werk(plek) begeleiding - 'Wie heeft de lead'? - ROC van Twente
Handboek BPV
1. Handboek BPV
A Omschrijving begrippen
B Visie en beleid
C Organisatie bpv
D Van bedrijf naar leerbedrijf
E Inhoud bpv
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
2. A. Omschrijving begrippen 3 aan leerbedrijf 17 E Inhoud BPV 47
1. Beroepspraktijkvorming (bpv) 3 4. Rollen, taken en verantwoordelijkheden 1. Planning en voorbereiding 47
2. Student (BOL/BBL) 3 binnen de bpv 18 Matchen 47
3. Praktijkopleider 4 Rol management MBO College 18 Voorbereiding bpv voor leerbedrijven? 47
4. De werkbegeleider 4 Rol en taak bpv-docent 19 Voorbereiding bpv voor studenten? 48
5. Bpv-docent 4 Rol en taak bpv-coördinator 21 Veiligheid 48
6. Bpv-coördinator 4 Rol en taak praktijkopleider 22 Motivatie problemen 48
7. Bpv-bureau 5 Rol en taak werkbegeleider 23 2. Begeleiding tijdens de bpv 49
8. Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven 5 Rol en taak beoordelaar 24 Leerwerkplan 49
9. Bpv-portal 6 Rol en taak KBB / opleidingsadviseur 26 Coaching 49
0.
1 Proeve van Bekwaamheid 7 5. Communicatie en informatie 27 Beschikbaarheid begeleiding
11. Portfolio 7 Bereikbaarheid 27 op de werkplek 53
Voorlichting studenten 27 Begeleiding werkbegeleider
B. Visie en beleid 8 Voorlichting leerbedrijven 28 en praktijkopleider 54
1. Visie op bpv van ROC van Twente 8 Bpv-gids 28 Opbouw portfolio 54
Wat verstaat ROC van Twente onder ‘bpv’? 8 Bedrijfsbezoeken 29 Praktijkopdrachten 55
Organisatie 8 Tips voor goede communicatie Reflectie 56
Informatie & Communicatie 9 met leerbedrijven 29 3. Beoordeling 58
Faciliteiten 9 6. Faciliteiten 30 Praktijkopleider als beoordelaar 59
Inhoud 9 7. Begeleidingsuren BPV 32 4. Examinering in de praktijk 60
Begeleiding 9
Leerwerkplan 10 D. Van bedrijf naar leerbedrijf 35 F Kwaliteitszorg 61
Reflectie 10 1. Werving 35 1. Bereikbaarheid 61
Evaluatie 10 2. Accreditatie 36 2. Klankbordgroepen 62
Kwaliteitszorg 10 De keuring 36 Klankbordgroep leerbedrijven /
2. Bpv-beleidsplan 11 3. Inventarisatie leermogelijkheden 37 c.q. werkveldcommissie 62
4. Vergoedingen en verzekeringen 38 Studentenraad 62
C. Organisatie bpv 12 BBL 38 Tevredenheidsmeting 63
1. Omvang bpv in de opleiding 12 Afdrachtvermindering loonheffing 38 3. Scholing medewerkers 64
2. Het bpv-model 13 bij leerbedrijf 38 Docentstage 64
Blokstage 13 Stagevergoeding BOL student 38 Professionalisering praktijkopleider 65
Praktijkleren 14 Verzekering van de student 39 Docent als coach 66
Bijzondere activiteiten 14 5. Afspraken op beleidsniveau 40 4. PDCA-cyclus 68
Lintstage 15 6. Praktijkovereenkomst (POK) 41
Combinatie blok- en lintstage 16 7. Overlegstructuur 42 G Bijlagen 69
Roulerende stage 16 8. Onderwijsinhoudelijke afstemming 43 Bijlage 1: standaard praktijkovereenkomst 69
Estafettestage 16 9. Onderhouden van de relatie 44 Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel
3. Begeleidingsstructuur 17 0. Kenniscentrum Beroepsonderwijs
1 van de werkbegeleider 70
Model A : bpv-docent gekoppeld aan student 17 Bedrijfsleven (KBB) 46 Bijlage 3: statuskaart beroepspraktijkvorming 78
Model B: bpv-docent gekoppeld
2
3. A Omschrijving begrippen
1. Beroepspraktijkvorming (bpv)
Bpv is de afkorting van de Beroeps Praktijk Vorming. Vroeger werd dit stage genoemd. De term bpv is spe-
cifiek voor het MBO, in tegenstelling tot de term stage, die o.a. in het voortgezet onderwijs gebruikt wordt.
De bpv-periode is de nieuwe naam van de stageperiode. Het stagebureau heet tegenwoordig het bpv-bureau.
De bpv is een vorm van gepland en bewust leren van een student in een geaccrediteerd leerbedrijf en in een
A Omschrijving begrippen authentieke arbeidssituatie gericht op het verwerven van beroepsrelevante competenties. Het leren in de bpv
wordt, naarmate de opleiding vordert, in toenemende mate gestuurd door de student zelf maar ook het bedrijf
en de school sturen via keuzemogelijkheden en gestelde eisen mee. De ultieme kwaliteitsindicator van de bpv
B Visie en beleid
is de mate waarin studenten competenties verwerven.
2. Student (BOL/BBL)
C Organisatie bpv
De student is de persoon die de beroepsopleiding volgt, hetzij via de BOL leerweg hetzij via de BBL. De
BOL-student volgt een voltijd opleiding waarbij de omvang van de beroepspraktijkvorming tussen de twintig
D Van bedrijf naar leerbedrijf en zestig procent ligt. (zie voor recente info: Wet Educatie Beroepsonderwijs, hoofdstuk 7, Artikel 7.2.2.). De
BBL-student volgt een deeltijd opleiding, meestal in combinatie met een baan. Echter, in sommige gevallen is
een BBL-opleiding in combinatie met onbetaald werk of uitkering ook mogelijk. De BBL- student krijgt van zijn
E Inhoud bpv werkgever de gelegenheid de opdrachten voor de opleiding tijdens werktijd uit te voeren.
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
3
4. 3. Praktijkopleider
De werknemer die in het leerbedrijf verantwoordelijk is gesteld voor begeleiding en opleiding van de student
tijdens de beroepspraktijkvorming. Vaak is de praktijkopleider medebeoordelaar van de student bij de eind-
beoordeling.
4. Werkbegeleider
De werkbegeleider is de directe begeleider van de student op het werk. Dit wordt doorgaans gedaan naast het
A Omschrijving begrippen normale werk. De werkbegeleider is verantwoordelijk voor het dagelijkse leren, begeleiden en beoordelen van
de student en legt verantwoording af aan de praktijkopleider. (zie ook: Rol en taak werkbegeleider)
B Visie en beleid 5. Bpv-docent
De bpv-docent begeleidt de student tijdens de bpv vanuit de school. Hij onderhoudt hiertoe voortdurend con-
tact met het leerbedrijf, in het bijzonder met de praktijkopleider. Hij bezoekt regelmatig het leerbedrijf en is
C Organisatie bpv voor de praktijkopleider het aanspreekpunt bij vragen of problemen tijdens de beroepspraktijkvorming van de
student. De bpv-docent praat tijdens het bezoek zowel met de student als met de praktijkopleider. Bovendien
draagt hij mede zorg voor een vlotte en correcte afhandeling van praktijkovereenkomsten en beoordelingsfor-
D Van bedrijf naar leerbedrijf
mulieren (zie ook: Rol en taak bpv-docent).
E Inhoud bpv 6. Bpv-coördinator
De bpv-coördinator is de spin in het web binnen de opleiding voor wat betreft de organisatie van de bpv en
afstemming met het werkveld. Het bpv-bureau is de werkplek van de bpv-coördinator. (zie ook: Rol en taak
F Kwaliteitszorg bpv-coördinator)
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
4
5. 7. Bpv-bureau
Het bpv-bureau verwerkt de studentgegevens en de
gegevens van de leerbedrijven in een centraal regis-
tratiesysteem. Het bureau zorgt voor het plaatsen van
studenten in de bpv en het regelen van de praktijk-
overeenkomsten (POK). Medewerkers van het bpv-
bureau zoeken en werven leerbedrijven en onderhou-
A Omschrijving begrippen den contacten met leerbedrijven. De opleiding is in alle
gevallen verantwoordelijk voor het vinden van een ge-
schikte bpv-plek voor studenten. Men kan studenten
B Visie en beleid vragen zelf een plaats te zoeken, maar dat ontheft de
opleiding niet van haar verantwoordelijkheid. Vooral bij
grotere opleidingen is het handig om een bpv-bureau
C Organisatie bpv op te zetten.
8. Kenniscentra
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Beroepsonderwijs Bedrijfsleven
KBB staat voor Kenniscentra Beroepsonderwijs Be-
drijfsleven. Dit zijn overkoepelende organisaties van
E Inhoud bpv
verschillende bedrijfsbranches. Het bestuur van de
KBB bestaat uit vertegenwoordigers van werkgevers,
F Kwaliteitszorg werknemers en het beroepsonderwijs. KBB regelt de
accreditatie van leerbedrijven en zorgt voor een toe-
reikend aantal leerbedrijven van voldoende kwaliteit.
G Bijlagen Ook regelt het kenniscentrum de totstandkoming van
de kwalificatiedossiers en zorgt zij ervoor dat het be-
drijfleven voldoende inbreng heeft in de totstandko-
H Inhoudsopgave ming ervan.
5
6. 9. Bpv-portal
De bpv-portal van het ROC van Twente is een web-based faciliteit voor de beroepspraktijkvorming (bpv).
Hierbij wordt gebruik gemaakt van een beveiligde en besloten internettoegang voor het drietal betrokkenen
bij de bpv (de student, de bpv-docent op school en de praktijkopleider in het leerbedrijf). De portal biedt mo-
gelijkheden voor
communicatie
informatievoorziening
A Omschrijving begrippen kennisdeling en samenwerken
begeleiding
B Visie en beleid De bpv-portal is vooral bedoeld ter bevordering van het logistieke proces van de beroepspraktijkvorming.
Denk hierbij aan:
het verschaffen van informatie die uniform en up-to-date is;
C Organisatie bpv de vastlegging van resultaten, zoals verslagen en beoordelingsformulieren;
het plannen van de persoonlijke contacten;
het onderhouden van mailcontact;
D Van bedrijf naar leerbedrijf
overdracht van resultaten bij meerdere bpv-periodes of bij wisseling van docent.
Als basis voor de portal wordt gebruik gemaakt van een elektronische leeromgeving
E Inhoud bpv
(ELO). Het ROC van Twente heeft als standaard ELO: N@Tschool.
Ten behoeve van de bpv-portal kan N@tschool op maat gemaakt worden. De opleiding kan zelf aangeven
F Kwaliteitszorg aan welke functies men behoefte heeft en tot welke informatie (proeven, gemaakte opdrachten van student,
leermiddelen, roosters etc.) de leerbedrijven toegang zouden moeten krijgen.
Het ligt in de bedoeling om op termijn een bpv-portal in Plaza in te richten, maar tot op heden (december 2010)
G Bijlagen zijn daarvoor geen mensen en middelen beschikbaar gesteld.
H Inhoudsopgave
6
7. 10. Proeve van Bekwaamheid
Een beoordelingsvorm waarbij de student de op-
dracht krijgt in een afgebakende vooraf afgesproken
periode in een contextrijke situatie een set van sa-
menhangende beroepsactiviteiten uit te voeren. In
de contextrijke situatie doen zich de dilemma’s van
het beroep voor.
A Omschrijving begrippen
11. Portfolio
Een portfolio kan verschillende functies en vormen
B Visie en beleid hebben. Het is niet handig om meerdere functies in
een portfolio samen te brengen omdat de functies
lastig te verenigen zijn. Een portfolio kan in papie-
C Organisatie bpv ren of digitale vorm (bijvoorbeeld binnen N@tschool)
worden opgebouwd en is altijd eigendom van de stu-
dent. Een portfolio kan de volgende functies hebben:
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Ontwikkelingsgericht portfolio welk voornemens
(plannen) en de reflectie daarop (evaluatie en ver-
antwoording) bevat.
E Inhoud bpv
Beoordelingsportfolio waarmee de student aan-
toont te beschikken over een bepaald competen-
F Kwaliteitszorg tieniveau. De student wordt op basis van de aan-
geleverde stukken in het portfolio beoordeeld.
Een derde functie, die van Archief / Showcase
G Bijlagen wordt veel minder in het onderwijs gebruikt, maar
wel door bijv. kunstenaars en artiesten. Hierin
worden alle documenten die betrekking hebben
H Inhoudsopgave op de competentieontwikkeling bewaard. De port-
folio heeft dan een functie als archief en kan te-
vens als showcase dienen.
7
8. B Visie en beleid
De bpv is bedoeld om leerervaringen in de praktijk op te doen. Het is bedoeld voor alle mbo studenten die
voor hun diploma werkervaring moeten opdoen en willen leren in, en werken aan de voor de arbeidsmarkt
vereiste vaardigheden.
1. Visie op bpv van het ROC van Twente
A Omschrijving begrippen
Wat verstaat het ROC van Twente onder ‘bpv’?
De bpv (beroepspraktijkvorming) is een vorm van gepland en bewust leren van een student
B Visie en beleid in een authentieke arbeidssituatie gericht op het verwerven van beroepsrelevante com-
petenties. Het leren wordt, naarmate de opleiding vordert, in toenemende mate gestuurd
door de student zelf maar ook het bedrijf en de school sturen via keuzemogelijkheden en
C Organisatie bpv
gestelde eisen mee. Een kwalitatief hoogwaardige bpv is gericht op het leren handelen van
studenten in situaties zoals die zich op de werkplek voordoen.
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Organisatie
Een voorwaarde om bewust te leren op een werkplek is het verweven van opleiding en prak-
E Inhoud bpv tijk. De vanuit de opleiding aangestuurde inhoud moet worden verweven met de aangeboden
leermogelijkheden op de werkplek. Het aan de bpv voorafgaande of begeleidende onderwijs is
een factor die van invloed is op het leren in de bpv. Daarom dient het onderwijs erop gericht te zijn
F Kwaliteitszorg om de beroepspraktijkvorming zo goed mogelijk te ondersteunen. Dit geldt voor de aangeleerde
kennis, houding en vaardigheden van de student, zowel kwantitatief als kwalitatief. Het ROC
zorgt voor afstemming van de inhoud van de bpv en houdt daarbij de wederzijdse belangen van
G Bijlagen de student en het leerbedrijf in het oog.
H Inhoudsopgave
8
9. Informatie & Communicatie
Het succes van de bpv is afhankelijk
van de communicatie en samenwerking
tussen student, praktijkopleider (bedrijf)
en bpv-docent (ROC). Het ROC van
Twente streeft naar een intensieve com-
municatie tussen deze drie pijlers.
A Omschrijving begrippen
Faciliteiten
Om een succesvolle bpv te kunnen rea-
B Visie en beleid liseren, dienen zowel opleiding als leer-
bedrijf voldoende faciliteiten te bieden.
C Organisatie bpv Inhoud
Het ROC van Twente ziet de beroeps-
praktijkvorming als integraal onderdeel
D Van bedrijf naar leerbedrijf van de opleiding van elke beroepsbe-
oefenaar. Binnen de opleiding is de be-
roepspraktijk leidend. Het kwalificatie-
E Inhoud bpv
dossier vormt het kader voor de inhoud
van het leerproces in de beroepsprak-
F Kwaliteitszorg tijkvorming.
Begeleiding
G Bijlagen De student heeft gedurende de gehele
opleiding en daarmee ook tijdens de
bpv recht op kwalitatief goede bege-
H Inhoudsopgave leiding. De voortgang in leerprocessen
van de student wordt vastgelegd door
zowel praktijkopleiders (bedrijf) als bpv-
docenten (ROC) zodat alle betrokken
partijen hiervan op de hoogte zijn. De
resultaten die de student binnen de bpv
behaald, worden vastgelegd door de
beoordelaars. Deze resultaten maken
deel uit van de examinering.
9
10. Leerwerkplan Evaluatie
Studenten, praktijkopleiders en bpv-docenten heb- Binnen het ROC vindt evaluatie plaats op de vol-
ben ieder hun eigen verwachting van een bpv- gende niveaus
periode. Voor een succesvolle bpv is een goede individuele student
introductie en het benoemen van duidelijke leer- bpv / leerbedrijf
doelen in de bpv van groot belang. De taken in de opleiding
bpv worden afgeleid van de leerdoelen en door de
A Omschrijving begrippen opleiding, in overleg met de student en het leerbe- Kwaliteitszorg
drijf, vastgesteld. Er vindt jaarlijks een terugkoppeling plaats tussen
praktijk, onderwijs en student, met de intentie om
B Visie en beleid Reflectie meetbare verbeterpunten voor de bpv te formu-
Reflectie op het eigen functioneren van de student leren. De geformuleerde verbeterpunten worden
is een belangrijk onderdeel van de bpv en wordt opgenomen in de PDCA-cyclus van de opleiding.
C Organisatie bpv door zowel bpv-docent als praktijkopleider voortdu-
rend gestimuleerd.
D Van bedrijf naar leerbedrijf
E Inhoud bpv
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
10
11. 2. Bpv-beleidsplan
In een bpv-beleidsplan wordt de vorm van opleiden binnen het leer-
bedrijf in beeld gebracht. Hoe is het opleiden ingebed in de totale
organisatie? Waaraan moet de organisatie voldoen om studenten
en medewerkers op te kunnen leiden? In dit beleidsplan worden
de doelen, randvoorwaarden en beschikbare middelen vastgelegd.
A Omschrijving begrippen Probeer als opleiding of in samenwerking met het leerbedrijf een
bpv-beleidsplan op te stellen. Bij het vaststellen van het bpv-be-
leidsplan kunt u gebruik maken van de ‘Statuskaart BPV’ om de
B Visie en beleid actiepunten, die deel uitmaken van het op te stellen beleid, in kaart
te brengen (zie bijlage: 3).
Het beleidsplan is ook van belang met betrekking tot de erkenning
C Organisatie bpv en kwaliteitseisen ten aanzien van opleidingsplaatsen bij het leerbe-
drijf. Deze erkenning wordt afgegeven door de het kenniscentrum.
De meeste kenniscentra hebben criteria ontwikkeld waaraan het
D Van bedrijf naar leerbedrijf
bpv-beleidsplan dient te voldoen.
Aan de hand van het bpv-beleid moet voor management en me-
dewerkers duidelijk worden hoe de beroepspraktijkvorming binnen
E Inhoud bpv
de leerbedrijven georganiseerd wordt en hoe de kwaliteit van de
beroepspraktijkvorming wordt bevorderd en bewaakt.
F Kwaliteitszorg
Vaak zullen leerbedrijven hun eigen opleidingsbeleid al geformu-
leerd hebben. Dan kan het bpv-beleid hier deel van gaan uitmaken
G Bijlagen of hierop aansluiten. Als opleiding is het streven te komen tot een
gezamenlijke visie en een gezamenlijk bpv-beleid, van leerbedrijf
én opleiding.
H Inhoudsopgave
Wanneer er bij de formulering van bpv-beleid sprake is van afstem-
ming op strategisch niveau zal er, zeker als het om grotere werkge-
vers gaat, meer zekerheid en continuïteit gewaarborgd zijn bij het
creëren van leerwerkplekken.
Door samenwerkingsverbanden tussen werkgevers te creëren, zo-
als in de bouwsector veelal gebeurt, kan worden voorkomen dat er
met talloze kleinere leerbedrijven moet worden overlegd. Afstem-
ming met afgevaardigden van dit samenwerkingsverband is dan
voldoende.
11
12. C Organisatie bpv
De inhoud en organisatie van de bpv wordt in samenspraak tussen school en bedrijf vorm gegeven op basis
van het onderliggende kwalificatiedossier. De BPV Toolbox www.bpvtoolbox.nl) bevat een groot aantal bron-
nen over het onderwerp werkplekleren, die bij de organisatie van de bpv ingezet kunnen worden.
1. Omvang bpv in de opleiding
A Omschrijving begrippen
Bij het organiseren van de bpv in de opleiding moet allereerst rekening worden gehouden met de wettelijke
bepalingen. Als de hogere leerjaren van niveau 3 en 4 opleidingen voornamelijk gevuld worden met bpv-uren,
B Visie en beleid is het van belang daar voldoende onderwijstijd in de lagere leerjaren tegenover te zetten. Volgens de inspectie
gaat het daar nogal eens verkeerd. Hoe vindt de berekening plaats van het in te zetten aantal uur bpv in de
opleiding?
C Organisatie bpv
De bpv hoort tussen de 20% en 60% van de (gehele) BOL-opleiding uit te maken.
D Van bedrijf naar leerbedrijf In een BOL-opleiding dient men studenten jaarlijks minimaal 850 uur ‘begeleid werken’ (IIVIO: In Instellingstijd
Verzorgd Onderwijsprogramma) aan te bieden. De bpv maakt deel uit van de uren ‘begeleid werken’. De maxi-
male omvang van de bpv (over de gehele BOL-opleiding) wordt als volgt berekend: 59% van de uren begeleid
E Inhoud bpv werken (= minimaal 850 per jaar) x aantal jaar opleiding = maximale omvang bpv. Dit aantal uren kan naar
eigen inzicht verdeeld worden over de gehele opleiding. Voorbeeld: Blok bpv - 4 jarige opleiding:
Leerjaar Aantal uur begeleid werken (IIVIO) per jaar BPV = Totaal
F Kwaliteitszorg
jaar 1 850 10 x 32 uur = 320
jaar 2 900 10 x 32 uur = 320
G Bijlagen jaar 3 1000 20 x 32 uur = 640
jaar 4 1060 30 x 32 uur = 960
H Inhoudsopgave
totaal: 3810 uur (lessen én bvp) 2240 (bpv)
59% van de bpv 2240 = minder
over de hele op- 59 % van 3810 = 2247,9 dan 2247,9
leiding dus: OK
De BBL-opleiding bestaat uit minimaal 60% praktijk en kent wettelijk geen maximum. Binnen dit ROC is echter
als norm vastgelegd dat de praktijk maximaal 80% van de gehele opleiding mag omvatten. De omvang van
het onderwijs (incl. bpv) moet wettelijk bij de BBL minimaal 300 uur per jaar bedragen, om voor bekostiging
in aanmerking te komen.
12
13. De onderwijs inspectie controleert het aantal bpv-uren streng. Zij let er bijvoorbeeld op dat bij de berekening
van het aantal uren bpv uitgegaan is van het werkelijke aantal uren per week en níet van werkweken van
standaard 40 uur. De inspectie let er ook op of sommige stagiaires bijvoorbeeld een voltijd bpv-overeenkomst
hebben, terwijl zij slechts in deeltijd bpv-activiteiten uitvoeren. Ook wanneer de bpv-periode in werkelijkheid
korter duurt dan de periode waar de berekening vanuit gaat, kunt u problemen met de inspectie krijgen.
2. Het bpv-model
A Omschrijving begrippen
De vorm van de bpv is sterk bepalend voor de inrichting en het rooster van de gehele opleiding. Uiteraard
worden de periodes waarin de bpv plaatsvindt afgestemd op de mogelijkheden en wensen van leerbedrijven
B Visie en beleid en studenten. Er zijn verschillende bpv-modellen mogelijk, elk met zijn eigen voor- en nadelen. Door de voor-
en nadelen tegen elkaar af te wegen, wordt het meest geschikte model bepaald.
C Organisatie bpv Blokstage
Ongeveer de helft van de BOL-opleidingen kent blokstages. Een blokstage is een aaneengesloten periode
variërend van één of meer weken (doorgaans één periode) tot een jaar, waarin studenten naar een leerbedrijf
D Van bedrijf naar leerbedrijf gaan. Bij een blokstage is het handig om de bpv-blokken van verschillende opleidingsjaren tegen elkaar in te
laten lopen. Dus het eerste jaar krijgt bpv in het tweede blok, terwijl het tweede jaar in het eerste
blok bpv krijgt. Daarmee voorkomt u dat het meren- deel van het lesaanbod in hetzelfde
E Inhoud bpv
blok valt en maakt u optimaal gebruik van de bpv plaatsen.
F Kwaliteitszorg Het voordeel van de blokstage is dat studenten een goed beeld van de echte werk-
zaamheden krijgen. De student wordt als het ware onderdeel van de organisatie.
Een nadeel is dat studenten langere tijd niet op school zijn, wat roostertech-
G Bijlagen nisch lastig kan zijn en waardoor het veel lastiger is om tijdens de bpv het
contact met de student goed te onderhou- den.
H Inhoudsopgave
13
14. Praktijkleren
Er bestaat een vorm van praktijkleren welke niet als formele bpv wordt uitgevoerd. Dat betekent dat het leren
niet noodzakelijk gebeurt bij een erkend bpv-bedrijf en dat er geen praktijkovereenkomst (conform de WEB)
aan ten grondslag ligt. Voor deze vorm van praktijkleren, is accreditatie niet noodzakelijk.
Een andere naam voor deze vorm van praktijkleren is buitenschoolse beroeps oriëntatie (BBO).
Als elders in de opleiding aan de wettelijke vereisten met betrekking tot de bpv wordt voldaan (met name de
A Omschrijving begrippen minimale bpv-omvang in de opleiding), is dat formeel geen probleem. Praktijkleren moeten dan beschouwd
worden als begeleide onderwijstijd van de instelling, wil ze meetellen voor de bepaling van het aantal uren
daarvan. Praktijkleren vormt een bijzondere inrichting van de lessen. Belangrijk is vooral dat deze lessen
B Visie en beleid worden uitgevoerd onder toezicht/regie van de onderwijsinstelling. Daar gelden dan echter wel andere voor-
waarden voor dan voor de officiële bpv.
C Organisatie bpv De officiële bpv vindt plaats bij een geaccrediteerd bpv-bedrijf dat aan allerlei eisen moet voldoen. Daarbij
hoort dat het kan voldoen aan de opleidings- en vormingsdoelen van de opleiding en dat het in staat is ade-
quate begeleiding te geven op deze terreinen. Onder die conditie kan de begeleiding van de opleiding een
D Van bedrijf naar leerbedrijf stuk minder zijn, want deze wordt in wezen overgenomen door het bedrijf.
Aan al die voorwaarden wordt niet voldaan bij praktijkleren buiten de officiële bpv. Daarbij is de kwaliteit van
E Inhoud bpv
de begeleiding immers niet getoetst. Daarmee ligt de verantwoordelijkheid voor die begeleiding volledig bij de
opleiding zelf en gelden dezelfde eisen als voor andere vormen van zelfstandig leren. Begeleiding vanuit de
F Kwaliteitszorg opleiding moet herkenbaar toegewezen zijn aan de onderwijsactiviteiten en beschikbaar zijn als de deelnemer
daar behoefte aan heeft. De inspectie heeft in de situatie waarin niet aan die voorwaarde werd voldaan, de
praktijkuren niet als begeleide onderwijstijd meegerekend.
G Bijlagen
Bijzondere activiteiten
Bijzondere activiteiten, zoals introductieweken, gastdocenten, praktijksimulaties binnen en buiten school,
H Inhoudsopgave werkweken en excursies tellen mee voor de onderwijstijd, mits deze voldoen aan de criteria, maar niet voor
de bpv.
Als met een programma inzichtelijk gemaakt wordt hoeveel uren feitelijk aan relevante activiteiten worden
besteed, kunnen die uren meegenomen worden in de berekening. Als inzichtelijk maken niet mogelijk is,
geldt een standaard lesweek als basis voor de berekening. Bij het ontbreken van een geschikt alternatief
programma voor de achterblijvers, worden de uren niet meegeteld.
Reis- en slaaptijden bij (buitenlandse) excursies/ bpv vallen buiten de berekening.
14
15. Lintstage
Een lintstage is een vast onderdeel van het weekprogramma
van de student (bijv. twee dagen per week) en betreft meestal
een relatief lange periode. Lintstages zorgen voor continuïteit.
Bij een lintstage kunt u uiteraard afwisselen in de dagen. Eer-
stejaars krijgen bpv op maandag en dinsdag en tweedejaars
op woensdag en donderdag. Ongeveer 30 procent van de
A Omschrijving begrippen BOL-opleidingen kent lintstages en 20 procent van de BOL-
opleidingen kent een combinatie van lint- en blokstages.
B Visie en beleid Het argument voor een blok- of een lintstage is meestal dat het
bedrijfsleven deze vorm van bpv op prijs stelt. Soms heeft men
het wel eens anders geprobeerd, maar is men daar weer van
C Organisatie bpv terug gekomen. Advies is om bij het vormgeven van de oplei-
ding vooraf bij de brancheorganisatie te informeren of er een
duidelijke voorkeur binnen de branche bestaat. Uit onderzoek
D Van bedrijf naar leerbedrijf is reeds gebleken dat de meeste bedrijven de studenten het
liefst 3 á 4 dagen in de week hebben en voor een iets langere
periode van een paar maanden. Verder willen ondernemers de
E Inhoud bpv
studenten graag het hele jaar beschikbaar hebben en niet al-
leen tussen september en mei. Misschien dat een bpv in de
F Kwaliteitszorg zomer iets kan oplossen, mits goede begeleiding (zowel vanuit
school als vanuit het leerbedrijf) gegarandeerd kan worden.
G Bijlagen Een opleiding op niveau 1 of 2 is doorgaans meer gebaat bij
een lintstage, omdat deze meer variatie biedt aan de studen-
ten. Voor hen is een volledige week op school vaak erg lang.
H Inhoudsopgave Daarnaast is het in een kortere opleiding handig als er niet te
lang gewacht wordt met het verkrijgen van een goed beroeps-
beeld. De student kan, door vroeg aan de bpv te beginnen, al
snel beoordelen of hij de juiste opleiding gekozen heeft. Na-
deel van een lintstage is dat het lastig te combineren is met
een buitenlandse bpv.
Naast blok- en lintstages zijn er nog een paar andere vormen.
15
16. Combinatie blok- en lintstage
De combinatievorm van blok- en lintstage (alternerende stage) komt vooral voor in opleidingen waar de stu-
denten in het hoogseizoen alle dagen en in de resterende tijd enkele dagen per week op bpv zijn.
Roulerende stage
Het hele jaar kunnen studenten bij tourbeurt gebruik maken van dezelfde (bpv)adressen. Het aantal studen-
ten dat in de klas aanwezig is, wordt hierdoor beperkt. Telkens is een groep studenten niet op school, maar
A Omschrijving begrippen uiteindelijk hebben alle studenten evenveel lessen genoten.
periode 1 periode 2 periode 3 periode 4 periode 5
B Visie en beleid
op stage groep 1 groep 2 groep 3 groep 4 groep 5
groep groep groep groep groep
lessen
C Organisatie bpv 2, 3, 4 en 5 1, 3, 4 en 5 1, 2, 4 en 5 1, 2, 3 en 5 1, 2, 3 en 4
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Estafettestage
E Inhoud bpv Een bijzondere vorm van blok- of lintstage
waarbij de ene student de andere aflost, zo-
dat een plek bij een organisatie vrijwel perma-
F Kwaliteitszorg
nent bezet is. Voorbeeld: verschillende studen-
ten van dezelfde school bemensen gedurende
G Bijlagen één jaar de wekelijkse filmmiddag in een clubhuis.
Verschil met roulerende stage is dat het hier
slechts om een of enkele dagdelen gaat.
H Inhoudsopgave
16
17. 3. Begeleidingsstructuur
De begeleiding vanuit het ROC tijdens de bpv kan op verschillende manieren worden georganiseerd. Aan de
onderwijsafdeling de keus om de bpv-docent te koppelen aan studenten óf aan leerbedrijven of voor een com-
binatie hiervan te kiezen.
Model A : bpv-docent gekoppeld aan student
A Omschrijving begrippen Een koppeling aan studenten, zoals meestal in de BOL gebeurt, heeft als voordeel dat de docent de student
goed kent, en specifiek kan inspelen op wensen, problemen en leerdoelen van de student. In deze structuur
gaat een grotere groep docenten op bpv-bezoek. Meestal heeft de bpv-coördinator geen begeleidende rol.
B Visie en beleid Wanneer een intensieve begeleiding gewenst is, kan deze structuur voordelen hebben. Nadeel is dat de
relatie tussen leerbedrijf en bpv-docent minder makkelijk tot stand komt en dat een leerbedrijf met meerdere
docenten van een opleiding te maken kan krijgen.
C Organisatie bpv
Model B: bpv-docent gekoppeld aan leerbedrijf
Wanneer bpv-docenten of bpv-coördinatoren voor een langere periode gekoppeld worden aan leerbedrijven
D Van bedrijf naar leerbedrijf
in plaats van aan studenten, heeft dat als voordeel dat de bpv-docent goed bekend is bij het leerbedrijf en de
bedrijfscultuur en de leermogelijkheden kent. In deze structuur is het aantal bpv-docenten beperkt. Dit model
heeft duidelijk voordelen voor het leerbedrijf. Het leerbedrijf heeft te maken met één begeleider, wat duidelijk-
E Inhoud bpv
heid schept en goed is voor de onderlinge relatie. Hierdoor is afstemming makkelijker en is het leerbedrijf
eerder bereid ook de wat moeilijker studenten op te nemen (om de bpv-docent tegemoet te komen). Wanneer
F Kwaliteitszorg er een tekort aan leerbedrijven is, of wanneer het leerbedrijf met meerdere opleidingen te maken heeft, kan dit
Model A: koppeling student aan docent Model B: koppeling docent aan leerbedrijf
G Bijlagen
Leerbedrijf 1 - student 1 Leerbedrijf 1
bpv-docent 1 Leerbedrijf 2 - student 2 student 1
bpv-docent 1
Leerbedrijf 3 - student 3 student 2
H Inhoudsopgave student 3
Leerbedrijf 4 - student 4 Leerbedrijf 2
bpv-docent 2 Leerbedrijf 5 - student 5 student 4
bpv-docent 2
Leerbedrijf 6 - student 6 student 5
student 6
Door slimme constructies te kiezen is het vaak mogelijk om met minder middelen meer te realiseren. Zo kan
een onderwijsinstelling bijvoorbeeld een docent ‘detacheren’ bij een leerbedrijf. Het voordeel hiervan is dat de
laatste wordt ontlast qua begeleiding van studenten . Een aanwezigheid van één dag per vier tot zes weken
blijkt in de praktijk al een behoorlijke winst op te leveren, mede doordat de docent zijn/ haar praktijkkennis up
to date houdt.
17
18. 4. Rollen, taken en verantwoordelijkheden binnen de bpv
Rol management MBO College
Wanneer een bedrijf meerdere studenten wil plaatsen is het raadzaam om daar op strategisch niveau afspra-
ken over te maken en een samenwerkingsverband aan te gaan. Wanneer het management niet in staat is
daadwerkelijk relaties met leerbedrijven te onderhouden, kan een staflid benoemd worden, die verantwoor-
delijk is voor het opbouwen en onderhouden van relaties met de grootste werkgevers. Regel tegelijkertijd dat
A Omschrijving begrippen contacten met kleinere bedrijven niet blijven liggen.
De rol van het management/het staflid richt zich vooral op:
B Visie en beleid het aanjagen/ stimuleren van de opleiding en daarmee van de bpv;
het zorgen voor voldoende competente en toegewijde bpv-docenten voor de begeleiding van de student op bpv;
het initiëren van evaluaties bpv door student, praktijkopleider en docent;
C Organisatie bpv het koppelen van functioneringsgesprekken aan functieprofielen (bpv) en evaluatieuitkomsten;
deelname aan regionale overlegstructuren (zoals: werkveldcommissies, regionaal platform, klankbord-
groepen, brancheoverleg);
D Van bedrijf naar leerbedrijf
het maken van afspraken met leerbedrijven op strategisch niveau;
het onderhouden van relaties met leerbedrijven op managementniveau;
het vaststellen van visie en beleidsdocumenten (zie ook pag. 9);
E Inhoud bpv
het maken van afspraken omtrent de juiste randvoorwaarden waaraan een leerbedrijf zou moeten voldoen
om tot een goed leerwerktraject te komen;
F Kwaliteitszorg het verkrijgen van juiste een recente informatie om tijdig actie te kunnen ondernemen.
Een leerwerkplek inrichten betekent, dat er duidelijke afspraken gemaakt worden omtrent inzet, variëteit van
G Bijlagen werk en begeleiding. Wanneer op strategisch niveau geen afspraken worden gemaakt, zijn de juiste randvoor-
waarden op de werkvloer niet gegarandeerd. Vraag daarom altijd of de gemaakte afspraken doorgespeeld
worden naar de werkvloer. Bij het maken van afspraken op strategisch niveau over het plaatsen van een
H Inhoudsopgave student, zou het belang nog eens benadrukt kunnen worden van:
de feitelijke waardering van de kant van het management van het leerbedrijf voor wat de student heeft
geleerd (in de vorm van een materiële of immateriële beloning);
het scheppen van een bedrijfscultuur, waarin leren als leuk wordt gezien, het stellen van vragen wordt
gestimuleerd, waar ruimte bestaat voor zelf-experimenten en waar fouten gemaakt mogen worden en be-
spreekbaar zijn;
het beschikbaar stellen van een opleidingsaanbod op de werkplek;
het verruimen van verantwoordelijkheden en bevoegdheden van studenten (gericht op leren) op de werk-
plek;
Het stimuleren van goede feedback door de bereidheid bij medewerkers te stimuleren en door de aanwe-
zigheid van ervaren collega’s en chefs als coaches en begeleiders te organiseren.
18
19. Rol en taak bpv-docent
Een van de hoofdfiguren in de begeleiding van de student is de bpv-docent. Welke taken precies onder diens
verantwoordelijkheid vallen en wat de hierbij behorende competenties (profielschets) zijn, is hier beschreven.
Door de taken van de slb-docent en de bpv-docent te verenigen in een persoon, kunnen in de bpv opgedane
ervaringen meegenomen worden in de slb-gesprekken.
A. Taken gericht op de student
A Omschrijving begrippen Student voorbereiden op de bpv-periode
Het organiseren van en feedback geven op reflectie
bewaken van de voortgang
B Visie en beleid bewaken van de aansluiting van de leerdoelen van de student op de leermogelijkheden in het leerbedrijf
Ondersteunen bij het uitvoeren van het leerwerkplan, proeven, opdrachten
Begeleiden en volgen van het persoonlijk leerproces en het mogelijk verwijzen naar en informeren van
C Organisatie bpv andere partijen bv. servicecentrum, docenten
Voeren van begeleidingsgesprekken met de student op school en op de instelling
Student ondersteunen bij het maken van de portfolio
D Van bedrijf naar leerbedrijf Verslagleggen, documenteren en archiveren van relevante informatie
Student informeren gedurende de bpv
Contacten onderhouden met reïntegratiebedrijven (BBL)
E Inhoud bpv
Evalueren en beoordelen van de bpv
F Kwaliteitszorg B. Taken gericht op het leerbedrijf
Onderhouden van contact met de praktijkopleider/beoordelaar van de student en gezamenlijk voeren van
functionerings- en beoordelingsgesprekken
G Bijlagen Het leggen en onderhouden van contacten en het geven van relevante informatie aan de instelling
Vervullen van een PR functie als representant van het ROC.
H Inhoudsopgave
19
20. C. Taken gericht op het bpv-bureau
Op de hoogte stellen van bpv-coördinator over ervaringen en nieuwe ontwikkelingen binnen bpv-instellingen
Leveren van een actieve bijdrage aan beleid en ontwikkeling van de bpv.
Bijwonen van overleg
Op de hoogte stellen van bpv-resultaten en het aanleveren van relevante gegevens
Advisering bij plaatsing van studenten
A Omschrijving begrippen
Benodigde kennis en vaardigheden van de bpv-docent
Inzicht hebben in de kwalificatieprofielen en de daarbij behorende opleidingsstructuur
B Visie en beleid Behoeften van de student m.b.t. het leerproces en de daarbij behorende opleidingsstructuur kunnen
herkennen en invulling hieraan kunnen geven
Student kunnen ondersteunen in het beheren van het portfolio
C Organisatie bpv Kennis en inzicht hebben in de proeven van bekwaamheid
Kennis hebben van relevante werkvelden
Communicatieve vaardigheden bezitten
D Van bedrijf naar leerbedrijf Probleemoplossend vermogen bezitten
Diplomatiek kunnen handelen
Over empathisch vermogen beschikken
E Inhoud bpv
Over begeleidingsvaardigheden beschikken
Kennis hebben van methodisch handelen
F Kwaliteitszorg Besluitvaardig en representatief zijn
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
20
21. Rol en taak bpv-coördinator
De bpv-coördinator is speciaal belast met:
het werven en uitzetten van bpv-plaatsen (in overleg met de opleidingen);
het bijhouden van een bestand met bpv-contactpersonen en leerbedrijven;
het, in nauw overleg met leerbedrijven, management en opleidingen, vormgeven van het bpv-beleid.
de verantwoordelijkheid voor de voorlichting en het voorlichtingsmateriaal;
de deelname aan het overleg van het bpv-bureau;
A Omschrijving begrippen de beoordeling van de bpv-aanvraag van de student;
het toewijzen van studenten aan bpv-begeleiders;
het onderhouden van bestaande contacten met leerbedrijven;
B Visie en beleid het opbouwen van nieuwe contacten met bedrijven;
het probleemoplossend optreden indien zich tussen betrokkenen problemen voordoen;
het verzorgen van de administratie voortvloeiend uit de bpv-periode;
C Organisatie bpv het organiseren en plannen van de terugkomdagen en informeren van alle betrokkenen;
het archiveren van documenten met betrekking tot gegevens van het bedrijf, de aanvraag bpv-goedkeuring
en de bpv-overeenkomst;
D Van bedrijf naar leerbedrijf
het archiveren van bpv-verslagen en beoordelingen;
het archiveren van informatie over potentiële leerbedrijven;
het zorg dragen voor de praktijkovereenkomsten.
E Inhoud bpv
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
21
22. Rol en taak praktijkopleider
Van een praktijkopleider wordt verwacht dat hij/zij tijd heeft een medewerker of student te coachen en werk-
zaamheden aan te bieden die bij zijn of haar opleiding passen. De praktijkopleider onderhoudt contact met
de bpv-docent van het ROC over de vorderingen en prestaties. Daarnaast heeft de praktijkopleider aandacht
voor de opleidingseisen en een integere omgang met de medewerker of student.
Sommige kenniscentra hebben een kwalificatiedossier ontwikkeld voor de functie van praktijkopleider. Het
dossier van Calibris, geeft een voorbeeld hoe de functie inhoudelijk is vormgegeven.
A Omschrijving begrippen
De praktijkopleider:
coördineert de beroepspraktijkvorming van de studenten (BOL) of studenten in opleiding (BBL).
B Visie en beleid is verantwoordelijk voor de voortgang van de beroepspraktijkvorming van studenten.
verzorgt de activiteiten die te maken hebben met de introductie, begeleiding en de beoordeling.
beoordeelt en bespreekt de vorderingen die de studenten maken.
C Organisatie bpv schept voorwaarden voor de kwaliteit van de beroepspraktijkvorming in de organisatie: introductie op de
werkplek, de begeleiding van studenten door begeleidings- en beoordelingsgesprekken, het zorgdragen
voor de individuele bpv van de student en het overleg met de opleiding.
D Van bedrijf naar leerbedrijf organiseert en coördineert in samenwerking met collega’s en werkbegeleiders de route van de studenten
tijdens de beroepspraktijkvorming.
ontwikkelt werkplannen voor de bpv en begeleidt de uitvoering.
E Inhoud bpv
ondersteunt, adviseert, informeert en coacht de werkbegeleiders bij de uitvoering van de beroepspraktijk-
vorming die aansluit op het opleidingsniveau van de student en de te behalen competenties van de betref-
F Kwaliteitszorg fende bpv-periode.
verzorgt mede de selectie van studenten. De opleidingscoördinator van het leerbedrijf beslist over de aan-
name.
G Bijlagen signaleert relevante ontwikkelingen en rapporteert hierover aan de opleidingscoördinator.
ontwikkelt in samenwerking met de opleidingscoördinator en de werkbegeleider benaderingswijzen en
methodieken voor de bpv.
H Inhoudsopgave levert een bijdrage aan kwaliteitsbewaking en beleidsontwikkeling van de bpv op organisatieniveau.
bevordert de integratie tussen theorie en praktijk.
verricht de aan de functie verbonden administratieve taken.
22
23. Rol en taak werkbegeleider
Het taakgebied van de werkbegeleider omvat alle begeleidingsactiviteiten die plaatsvinden op de werkvloer.
De werkgebegeleider:
neemt bij problemen met de student of stagnatie van de bpv-opdracht, tijdig contact op met de praktijkop-
leider.
stimuleert de student in het opstellen van persoonlijke leerdoelen en het zoeken naar oplossingen
geeft instructies en controleert op vakinhoudelijke vaardigheden en werkindeling.
A Omschrijving begrippen adviseert de student op het gebied van werktempo, werkhouding, klantcontacten en sociale vaardigheden,
zonder hierbij dwingend of in een leidinggevende positie te treden.
wordt in het begeleiden van de student aangestuurd, gecoacht en ondersteund door de praktijkopleider.
B Visie en beleid
In bijlage 2 is een uitgebreid competentieprofiel van de werkbegeleider opgenomen.
C Organisatie bpv
D Van bedrijf naar leerbedrijf
E Inhoud bpv
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
23
24. Rol en taak beoordelaar
De beoordelaar beoordeelt de proeve van bekwaamheid.
Dit kunnen zijn:
vanuit leerbedrijf: praktijkopleider / werkbegeleider
vanuit het ROC: bpv-docent, vakdocent, bpv-coördinator.
Het verdient de voorkeur om de begeleiding en beoordeling door verschillende personen te laten uitvoeren.
A Omschrijving begrippen Dus liever niet de student laten beoordelen door de eigen SLB-er / coach/ mentor.
Rol
B Visie en beleid Docenten kunnen als beoordelaars worden aangewezen door de Examencommissie voor het beoordelen
van Proeven, zowel externe als interne. Het leerbedrijf is verantwoordelijk voor het benoemen van de eigen
beoordelaar.
C Organisatie bpv
Verantwoordelijkheden en bevoegdheden beoordelaar
De beoordelaar van het ROC is op aanwijzing van de Examencommissie verantwoordelijk voor een correcte
D Van bedrijf naar leerbedrijf afname en beoordeling van de examens in de beroepspraktijk.
De beoordelaar heeft de proeve voor beoordelaars met goed gevolg afgesloten.
E Inhoud bpv
Taken beoordelaar proeven van bekwaamheid
F Kwaliteitszorg Fase Taak
Bereidt de beoordeling voor.
Planning en afname Observeert de uitvoering van het examen / de proeveopdracht.
G Bijlagen Vult het beoordelingsformulier in.
Leidt de nabespreking en spreekt de beoordeling uit.
Beoordeling en uitslag
H Inhoudsopgave Levert gegevens beoordeling aan bij de bpv-docent van de opleiding.
24
25. Competenties van beoordelaars van proeven van bekwaamheid
Deskundig
- Beschikt over vakinhoudelijke deskundigheid, opgebouwde ervaring in het vak.
- Is in staat te beoordelen, op grond van de vakinhoudelijke kennis, met voldoende of onvoldoende.
Voorbeeldfunctie
- Is een voorbeeld voor de student.
- Is ontwikkelingsgericht.
A Omschrijving begrippen - Is in het werk wellevend en accuraat.
- Vertoont een beroepshouding zoals men die ook van de student verwacht.
Communicatieve vaardigheden
B Visie en beleid - Is sociaal en communicatief vaardig.
- Is in staat goede feedback te geven.
Creatief en initiatiefrijk
C Organisatie bpv - Denkt mee in mogelijkheden om een proeve af te leggen.
- Creëert situaties waarin de student de proeve kan afleggen.
- Ondersteunt bij het zoeken naar geschikte situaties.
D Van bedrijf naar leerbedrijf Interveniëren
- Ondersteunt de student gedurende een proeve.
- Kan ondersteunen zonder de werkzaamheden over te nemen.
E Inhoud bpv
- Kan passend onderbreken met het doel de student verder te helpen.
Betrouwbaar
F Kwaliteitszorg - Kan discreet en eerlijk omgaan met de beoordelingsresultaten.
- Kan beoordelingsresultaten vertrouwelijk behandelen.
Bewust van kans op fouten
G Bijlagen - Kan fouten herkennen en erkennen.
- Heeft een goed reflecterend vermogen.
- Is kritisch, ook naar zichzelf toe.
H Inhoudsopgave Besluitvaardig
- Kan met behulp van de eisen die aan de student gesteld worden, beslissingen nemen.
- Is standvastig in het nemen van een besluit over de beoordeling.
Zelfvertrouwen
- Kan duidelijk en standvastig de eigen standpunten en voorstellen formuleren en kan deze overdra-
gen aan anderen.
- Maakt een zelfverzekerde indruk in zijn optreden.
- Brengt standpunten en voorstellen met zelfvertrouwen naar voren.
- Handhaaft zijn zelfverzekerde indruk ook bij weerstand tegen zijn standpunten.
In het Handboek Examinering vindt u een uitgebreide omschrijving
25
van rollen en taken met betrekking tot het examenproces.
26. Rol en taak KBB / opleidingsadviseur
Ter ondersteuning van het ROC van Twente werft, erkent en registreert de opleidingsadviseur (ook wel
consulent genoemd) van het KBB leerbedrijven voor studenten. Aan de hand van algemene criteria
wordt de geschiktheid en bereidheid van bedrijven om studenten op te leiden geïnventariseerd en om-
gezet in erkende leerplaatsen. Een opleidingsadviseur van het KBB is niet alleen de schakel tussen on-
derwijsinstellingen en bedrijfsleven, maar ondersteunt hen ook. Met name bij ‘specifieke doelgroepen’,
zoals moeilijk plaatsbare studenten, kan nauwe betrokkenheid van de opleidingsadviseur van een ken-
A Omschrijving begrippen niscentrum gewenst zijn. De opleidingsadviseur kan helpen bij het vinden van een geschikt leerbedrijf
dat ervaring heeft met het opleiden van betreffende studenten, een veilige leeromgeving vormt en een
competente praktijkopleider heeft. Het uitgangspunt is dat het kenniscentrum uitsluitend op verzoek van
B Visie en beleid het leerbedrijf en/of de onderwijsinstelling betrokken is.
C Organisatie bpv
D Van bedrijf naar leerbedrijf
E Inhoud bpv
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
26
27. 5. Communicatie en informatie
Om een goede communicatie te kunnen waarborgen liggen er bij leerbedrijf en opleiding schriftelijke
afspraken waarin minimaal staat wie welke informatie wanneer moet hebben ten aanzien van:
a) het leerwerkplan
b) de studievoortgang van de student
c) de beoordeling en de begeleiding
A Omschrijving begrippen d) de taken en verantwoordelijkheden van medewerkers en
e) de evaluaties
Daarnaast worden er bij leerbedrijf en opleiding jaarlijks door medewerkers evaluatieformulieren inge-
B Visie en beleid vuld over de kwaliteit van de communicatie en de informatievoorziening.
Bereikbaarheid
C Organisatie bpv Zorg ervoor dat medewerkers van de opleiding altijd goed bereikbaar zijn voor student en leerbedrijf.
Stel procedures op waarmee een snelle en adequate reactie van bpv-docenten op telefoontjes of e-mail
gegarandeerd wordt. Bereikbaarheid van de opleiding kan geregeld worden middels een portal, middels
D Van bedrijf naar leerbedrijf
e-mail, (mobiele) telefoon en/of middels vaste aanspreekpunten. De onderwijsinstelling dient te zorgen
voor de inrichting van een meldpunt, waar leerbedrijf of student terecht kan in geval van een klacht over
de bpv. In de communicatie wordt dit meldpunt bekend gemaakt en wordt voor alle partijen aangegeven
E Inhoud bpv
wat het meldpunt doet.
F Kwaliteitszorg Voorlichting studenten
Zorg voor goede voorlichting en voorbereiding voordat studenten op bpv gaan, of aan het begin van
een BBL-opleiding. Zorg dat studenten weten wat ze te wachten staat, zodat valse verwachtingen en
G Bijlagen teleurstellingen worden voorkomen. IIn de voorlichting komen de volgende onderwerpen in ieder geval
aan de orde:
Voldoende informatie, passend bij de fase van de opleiding, om een keus te kunnen maken uit de
H Inhoudsopgave verschillende leerbedrijven (soort bedrijf, bedrijfscultuur, leermogelijkheden, benodigde kwalificaties,
eisen aan zelfstandigheid, wensen van het bedrijf t.a.v. de student)
Rechten en plichten tijdens de bpv (tijd om aan opdrachten te werken, werktijden, overwerk, vakan-
ties, stagevergoeding, verzekeringen, bij ziekte wat te doen, reistijd/-kostenvergoeding, etc.)
Wat er van de studenten verwacht wordt
Hoe de dagelijkse praktijk eruit ziet; wat de student gaat doen
Wat de student mag verwachten van de praktijkopleider/ docent
Informatie over de bpv-opdrachten/ proeven van bekwaamheid en de beoordelingsprocedures,
Hoe de begeleiding vanuit school en het contact geregeld wordt
Hoe (indien relevant) de examinering in de praktijk plaats vindt.
27
28. Voorlichting leerbedrijven
De bpv-coördinator is verantwoordelijk voor de voorlichting en het voorlichtingsmateriaal voor studenten
én leerbedrijven. Uit onderzoek blijkt dat leerbedrijven zeer veel waardering hechten aan heldere infor-
matie over de opleiding, over wat competentiegericht onderwijs inhoudt en over de vormgeving van het
onderwijs. Het voorlichtingsmateriaal bedoeld voor leerbedrijven geeft daarom antwoord op vragen als:
wat is competentiegericht onderwijs?
wat wordt van een leerbedrijf verwacht?
A Omschrijving begrippen de beoogde samenwerking: hoe zijn de rollen en taken verdeeld?
wat is de inhoud van de opleiding en de bpv?
hoe ziet de methodiek van opleiden, leren in de bpv, toetsen en examineren eruit?
B Visie en beleid wat is de beoogde inzet van het leerbedrijf? en
wat is de inzet van de opleiding tijdens de bpv?
C Organisatie bpv Het verstrekken van de juiste informatie voorkomt dat er onjuiste denkbeelden en valse verwachtingen
ontstaan. Zorg altijd dat een leerbedrijf juist én tijdig wordt geïnformeerd. Tijdig wil meestal zeggen als
het bedrijf benaderd wordt om als leerbedrijf te fungeren.
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Bpv-gids ROC-deel
Doel van de bpv-gids is om informatie over de bpv te verstrekken aan leerbedrijf en student. Deze infor-
E Inhoud bpv
matie is bedoeld om de dagelijkse gang van zaken goed te laten verlopen. De bpv-gids bestaat uit een
ROC-deel deel, waarin informatie staat die voor het gehele ROC geldt, en een opleidingsdeel, wat door
F Kwaliteitszorg de opleiding wordt ingevuld. Naast informatie kunnen ook de bpv-opdrachten worden opgenomen in de
bpv-gids. In de bpv-gids ROC-deel worden de volgende onderwerpen behandeld:
1 Verplichte documenten
G Bijlagen 2 Informatie met betrekking tot specifieke doelgroepen (asielzoekers, gehandicapten)
3 Een aantal aspecten in de beroepspraktijkvorming
4 Kenniscentra
H Inhoudsopgave 5 Internationale bpv
In het algemene deel worden vragen beantwoord als:
Waarom in de praktijk leren?
Hoe komt de student aan een bpv-plaats?
Student als student, of student als werknemer?
Welke eisen stelt de school?
Welke eisen stelt de praktijkbiedende organisatie?
Wat zijn de rechten van de student?
Aan welke regels moet de student zich houden?
Wie is waarvoor verantwoordelijk?
Hoe kan ik de opleiding/ bpv-docent bereiken?
28
29. Bedrijfsbezoeken
Een bedrijfsbezoek is een uitstekend middel om de relatie te onderhouden en om persoonlijke aandacht te
geven aan de student. Een intensief contact tijdens de bpv toont betrokkenheid met student, die daardoor
meer gemotiveerd zal zijn voor de studie. Daarom is het regelmatig afleggen van bedrijfsbezoeken zeker
wenselijk. Om regelmatig bij alle studenten op bedrijfsbezoek te gaan is zeer arbeids- en tijdsintensief.
Maak daarom gebruik van alternatieven. Hoewel een bedrijfsbezoek zeer op prijs gesteld wordt, zijn stu-
denten vooral gebaat bij regelmatig contact en aandacht. Contact kan in levende lijve worden onderhou-
A Omschrijving begrippen den, maar ook telefonisch, via e-mail, sms, msn of Hyves. Onderzoek wijst uit dat studenten ook deze
laatste drie methodes zeer waarderen
B Visie en beleid Tips voor goede communicatie met leerbedrijven
Werk structureel aan wederzijdse bekendheid, kennis en begrip tussen bpv-docenten en onderwijs-
instellingen enerzijds en praktijkopleiders en bedrijven anderzijds.
C Organisatie bpv Streef naar persoonlijke contacten, zodat knelpunten snel kunnen worden opgelost.
Stimuleer ook belangstelling voor elkaars werkprocessen, zodat ze beter op elkaar kunnen worden
afgestemd. De inhoud en vorm van het onderwijs blijven zo dicht bij de ontwikkelende beroepsprak-
D Van bedrijf naar leerbedrijf tijk.
Verstrek regelmatig kort en bondig informatie, vermijd daarbij wollig taalgebruik.
Voor kader/algemeen overleg over samenwerking verdient één aanspreekpunt de voorkeur.
E Inhoud bpv
Zorg dat kaderafspraken bekend zijn bij praktijkopleider/ werkbegeleiders en bpv-docent / bpv-coör-
dinator zodat zij op eigen niveau hierbinnen afspraken kunnen concretiseren.
F Kwaliteitszorg Zorg dat de inhoud van communicatie en verantwoordelijkheid van de partners in overeenstemming
zijn met elkaar.
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
29
30. 6. Faciliteiten
Een van de hete hangijzers in het organiseren
van de bpv is het beschikbaar stellen van vol-
doende faciliteiten voor bpv-docenten. Een veel
gehoord probleem van docenten is dat de tijd
ontbreekt om bedrijven regelmatig te kunnen be-
A Omschrijving begrippen zoeken. Ook ruimte om gesprekken te kunnen
voeren op school is soms een probleem.
Breng als organisator van de bpv vooraf in kaart
B Visie en beleid wat precies nodig is aan faciliteiten om verras-
singen achteraf te voorkomen. Wat aan middelen
en mankracht nodig is, is sterk afhankelijk van de
C Organisatie bpv opleidingsvisie op de bpv, van de geografische
ligging van de opleiding t.o.v. de leerbedrijven en
van de branche.
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Het in kaart brengen gaat eenvoudiger als er
een koppeling gemaakt wordt tussen formuleren,
communiceren, naleven en bijstellen enerzijds,
E Inhoud bpv
en de visie, organisatie, inhoud en evaluatie an-
derzijds. Het schema op de volgende pagina kan
F Kwaliteitszorg gebruikt worden om de benodigde faciliteiten in
kaart te brengen.
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
30
31. Schema benodigde faciliteiten
(tijd, deskundigheid, mankracht, middelen/apparatuur, ondersteuning, materiaal, software, feedback vergoedingen)
Visie Organisatie Inhoud Evaluatie
formuleren visie op bpv formuleren functieprofielen bpv bpv-opdrachten evalueren functieprofielen
overzicht beleidsdoelen gekoppeld begeleiders examenopdrachten evalueren rol en taakverdeling
Formuleren
aan bpv rol- en taakverdeling formuleren bpv-gids evalueren klachtenprocedures
klachtenprocedures opstellen beoordelingssystematiek
leidraad functioneringsgesprek begeleidingsmodel
Omschrijving begrippen functioneringsgesprek bpv-docent beschrijving leerdoelen bpv
a.d.h.v. functieprofielen (per student vastleggen)
formuleren meetbare verbeterpunten opbrengst reflectieverslagen
Visie en beleid voor de bpv op basis van evaluaties
doel en functie bpv-bureau vastleggen
afstemmen bpv-visie van opleiding
Organisatie bpv opstellen communicatieplan: voorlichting leerbedrijven evalueren communicatie
Communiceren
met visie leerbedrijf of wie moet welke informatie, voorlichting aan studenten met student
komen tot een gezamenlijke visie wanneer hebben (intern en extern) opstellen leerwerkplannen evalueren communicatie
Van bedrijfbpv metleerbedrijf
op de naar leerbedrijven inrichten bpv-portal: POK (invullen en verwerken) met leerbedrijven
visie uitdragen aan docenten, digitale ruimte om informatie contact onderhouden student evalueren communicatie intern
leerbedrijven en studenten (omtrent opleiding en student) te bedrijfsbezoeken afleggen
delen met student en leerbedrijf reageren op vragen/
Inhoud bpv
opmerkingen leerbedrijven
reageren op wekelijkse reflectie-
verslagen
Kwaliteitszorg reflectie uitkomsten bespreken
vastleggen in hoeverre docenten inventariseren en vastleggen van ondersteuning student bij sollicitatie PDCA cyclus bpv opstellen
Bijlagen visie onderschrijven
de namen medewerkers die aan func- / sollicitatieprocedure en inroosteren
opleiding (materiaal, werkwijze, tieprofielen bpv voldoen voorbereiden op bpv evalueren leertraject met studenten
Naleven
begeleidingsmodel) toetsen aan afstemming met leerbedrijf over bij start bpv inventariseren actuele evalueren naleven procedures
Inhoudsopgave visie
coherentie met kwaliteitseisen inhoud en begelei- en feitelijke voorkennis en ervaring evalueren begeleiding door student
ding leertraject student evalueren naleven visie
jaarlijkse functioneringsgesprekken beoordelen opdrachten een gezamenlijke jaarlijkse evaluatie
bpv-medewerkers vastleggen studievoortgang van de bpv door leerbedrijf en opleiding
examineren in de praktijk
opleiding herzien/ aanpassen aan scholing medewerkers (begeleiding, Aan de hand van evaluaties: ROC-spiegel enquête maken en
Bijstellen
vastgesteld beleid en geformuleerde examinering) bijstellen bpv-opdrachten gegevens analyseren
visie in overleg met leerbedrijf bijstellen bijstellen voorlichting bijstellen evaluatieformulieren
jaarlijks bijstellen visiedocument en functieprofielen bijstellen methodieken voor ni-veau evalueren scholing docenten
opleidingsmateriaal bijstellen klachtenprocedures meting
jaarlijks bijstellen gezamenlijke visie
(opleiding-leerbedrijven)
32. 7. Begeleidingsuren BPV
Het is lastig om een eenduidig advies te geven over het aantal in te zetten docenturen voor bpv-bege-
leiding. Het aantal uren is sterk afhankelijk van de inhoud van de bpv en de taken van de bpv-docent.
Aan de hand van een in 2005 verricht onderzoek kan een indicatie gegeven worden voor wat redelijk is.
Er is namelijk op grote schaal onderzoek gedaan naar de hoeveelheid uren die bpv-docenten en bpv-
coördinatoren inzetten om studenten in de bpv te begeleiden.
A Omschrijving begrippen Gemiddeld besteedden de bpv-docenten en bpv-coördinatoren per week 4 uur (239 minuten) aan het
begeleiden van studenten tijdens hun bpv. Alle stagebegeleiders gaven aan studenten te bezoeken op
het leerbedrijf. Daarnaast had 88% telefonisch contact met de praktijkopleider, zo’n 80% had mail- en
B Visie en beleid telefonisch contact, 66% had persoonlijk contact met de student op school en 49% had mailcontact met
de praktijkopleider.
De helft van de docenten in het onderzoek gaf aan dat men niet voldoende tijd had om goed te kunnen
C Organisatie bpv begeleiden. Een reële caseload zou 20 tot 25 minuten per student per week zijn. Dit is vergelijkbaar met
andere begeleidingsfuncties zoals trajectbegeleiding in reïntegratiebedrijven.
D Van bedrijf naar leerbedrijf
Voor de bpv-coördinator zou het aantal minuten per student hoger moeten zijn aangezien deze zich niet
alleen bezig zou moeten houden met het begeleiden van de studenten maar ook met het werven van
bedrijven, het maken van afspraken met bedrijven een instellingen en het organiseren van bijeenkom-
E Inhoud bpv
sten en contacten. Daarvoor zou per week vier uur extra beschikbaar moeten zijn, los van het aantal
studenten.
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
32
33. In het schema hieronder wordt (voorbeeldmatig) aangegeven hoe de begeleidingstijd van een bpv-docent ingezet kan worden.
Taken bpv-docent tijdens blokstage Benodigde tijd per 3 maanden/per student
Het ondersteunen van studenten bij het zoeken naar een bpv-plek 15 minuten
De procesmatige begeleiding van de student 10 minuten
Het tekenen van de praktijkovereenkomst (POK) namens de opleiding (5 minuten) tijdens bedrijfsbezoek
Het geven of uitleggen van opdrachten aan de student en/of helpen kiezen van een project 10 minuten
Het verzorgen van interne voorlichting over mogelijkheden en regelingen (klassikaal) 5 minuten
Het bewaken van de doelstellingen van de bpv (10 minuten) tijdens bedrijfsbezoek
Het afleggen van 2 bedrijfsbezoeken (midden, eind) incl. reistijd 150 minuten
Het onderhouden van contact met de student en de praktijkopleider 10 minuten
Het onderhouden van de relatie met bedrijven 10 minuten
Het optreden als intermediair bij gerezen problemen tussen student en bpv-bedrijf (gemiddeld) 5 minuten
Het toetsen van vorderingen van de student aan de individuele doelstellingen zoals geformuleerd
tijdens bedrijfsbezoek
in het leerwerkplan van de student (10 minuten)
Het stimuleren van reflectie/reageren op werkverslagen en opdrachten 20 minuten
Het schriftelijk bijhouden van gemaakte afspraken en van problemen die zich voordoen in de
tijdens bedrijfsbezoek
samenwerking tussen leerbedrijf, student en onderwijsorganisatie
Het beoordelen van de student na afloop van de bpv (eindbeoordeling) het overleg daarover met
5 minuten
de praktijkopleider en de terugkoppeling daarvan naar het leerbedrijf. (30 minuten)
Het terugkoppelen van suggesties van het bedrijfsleven voor aanpassing aan het opleidingstraject
5 minuten
naar het management
Totaal 245 minuten per drie maand
Is ongeveer 80 minuten per maand per student 245 minuten
80 : 4 = ong. 20 minuten per student.
33
34. Het bovenstaande model is gebaseerd op een blokstage. Bij een lintstage zal de begeleidingstijd niet
veel afwijken. De begeleidingstijd bij een lintstage kan enerzijds wat minder zijn om het contact met de
student te handhaven, omdat de docent de student iedere week op school ziet. Daarentegen wordt de
behoefte aan begeleidingstijd weer groter per student, doordat de docent (bij een lintstage) vaker op
bedrijfsbezoek gaat per bpv-periode omdat deze doorgaans het gehele jaar bestrijkt.
Het aantal benodigde minuten per student is groter als de behoefte aan begeleiding toeneemt, zoals
bijvoorbeeld in opleidingen op niveau 1 of 2. De taken van de bpv-docent zijn uiteindelijk bepalend voor
A Omschrijving begrippen de toe te kennen begeleidingsuren.
B Visie en beleid
C Organisatie bpv
D Van bedrijf naar leerbedrijf
E Inhoud bpv
F Kwaliteitszorg
G Bijlagen
H Inhoudsopgave
34
35. D
1. Werving
Van bedrijf naar leerbedrijf
De eisen aan een leerbedrijf zijn stevig. Er wordt verwacht dat leerbedrijven een duidelijke bijdrage leveren
aan het stellen van leerdoelen, het werken aan de leerdoelen, het beoordelen van opdrachten en examens en
het informeren van en onderhouden van contacten met de opleiding. Daarom is het zaak om niet zozeer op
A Omschrijving begrippen zoek te gaan naar een groot aantal leerbedrijven, dan wel naar een aantal kwalitatief goede leerbedrijven. De
contacten en de persoonlijk relatie met het leerbedrijf zijn daarbij van groot belang.
B Visie en beleid
Bij het werven van leerbedrijven gaat het erom de voordelen voor het leerbedrijf duidelijk op een rij te zetten.
Hier worden enkele voordelen opgesomd, die ingezet kunnen worden bij het werven van een leerbedrijf.
U helpt de opleiding bij het opleiden van aankomende vakkrachten.
C Organisatie bpv
U biedt studenten de mogelijkheid een mooi beroep te leren door uw kennis en kunde beschikbaar te stel-
len.
D Van bedrijf naar leerbedrijf U krijgt een helpende hand erbij (gratis of tegen onkostenvergoeding) die vaak zeer bereidwillige is om van
alles en nog wat aan te pakken
Leerbedrijven van BBL-studenten en van studenten met een handicap kunnen onder bepaalde voorwaar-
E Inhoud bpv den belastingvoordeel verkrijgen.
De leidinggevende rol van werkbegeleiders is meestal motiverend en stimulerend voor de begeleider zelf.
het onderwerp ‘opleiding’ gaat leven in de organisatie en zet medewerkers aan tot verdere ontplooiing en
F Kwaliteitszorg kennisdeling.
Er waait een frisse wind in het bedrijf; studenten kunnen met nieuwe onconventionele ideeën komen.
De bpv biedt de mogelijkheid om nieuw personeel te leren kennen en te selecteren. Leerbedrijf zijn bete-
G Bijlagen kent over een effectieve en goedkope manier beschikken om aan goed personeel te komen.
Een vergroting van de diversiteit van het personeel, wat positief uitpakt op de creativiteit en activiteit.
Door de relatie met de opleiding en de andere leerbedrijven krijgt u toegang tot nieuwe technologische
H Inhoudsopgave kennis en methodieken.
Een tevreden student is een lopend reclamebod onder mede studenten, vrienden en collega’s.
Door leerdoelen te stellen en uw student te ondersteunen bij het bereiken van deze doelen, wordt uw bedrijf
een lerende organisatie, waarmee uw bedrijf succesvoller zal zijn in de kenniseconomie.
U levert een bijdrage aan de ontwikkeling van talenten in de regio, die de gehele economie ten goede komt.
Een mogelijkheid om een geweldige bijdrage aan de maatschappij te leveren.
35