Tijdens de studiedagen Toets Digitaal (16 april voor PO en 17 april voor VO) kunt u zich bekwamen in de belangrijkste thema’s rond digitaal toetsen door in gesprek te gaan met experts op dit onderwerp. Gezaghebbende partijen wordt gevraagd toelichting te geven over hun toekomstvisie op digitaal toetsen en een internationale keynote zal u inspireren met een presentatie over de zin (en onzin) van digitaal toetsen. Deze studiedag wilt u niet missen!
6. In 40 minuten…
Wat zijn de ontwikkelingen rondom toetsing waar het basisonderwijs mee te maken krijgt?
Wat verandert er door de verplichte eindtoets in het basisonderwijs?
Van achter naar voren: wat toetst u en hoe & wanneer toetst u?
Wat kunt u met het geven van feedback?
8. Toetsen: welke ontwikkelingen zijn er?
Vanaf 2014/2015 is een eindtoets voor groep 8 leerlingen verplicht
Vanaf 2015/2016 geldt een opbrengstverplichting voor de referentieniveaus taal en rekenen
Voor het schooladvies mogen toetsen als hulpmiddel/onderbouwing gebruikt worden, de
eindtoets is alleen nog een second opinion
Een leerling volgen is verplicht, een leerling ‘toetsen’ niet
En dan nog: methodetoetsen, toetsen als controle op resultaten door inspectie / toetsen om
landelijke trends in beeld te brengen (ppon) / persoonlijke leerroutes / adaptieve methodes
en toetsen / het geven van feedback, et cetera
9. Toetsen met visie: hoe doet u dat?
Waarom toetsen we?
Wat toetsen we?
Hoe toetsen we dat?
Voor al onze toetsmomenten?
Ja!
“niet meer toetsen, maar beter toetsen”
10. Verplichte eindtoets, waarom?
Voorheen een toets als hulpmiddel bij de toelating tot het vervolgonderwijs
Nu een meting van de referentieniveaus taal en rekenen
Referentieniveaus anders dan kerndoelen: opbrengstverplichting!
De eindtoets als eindpunt van het volgen van uw leerlingen
hulpmiddel om resultaten van uw klas of school te bekijken (eigen gebruik)
als controle op resultaten van uw klas of school en landelijke trends in kaart te brengen
(inspectie)
als second opinion voor het schooladvies van de leerkracht
12. Uitgangspunt: alle scholen moeten ernaar streven de reken- en taalvaardigheid
van alle leerlingen op een hoger plan brengen.
75 procent van de leerlingen van groep 8 moet 1F halen
(ambitie Meijerink: 85%)
50 procent van de leerlingen van groep 8 moet 1S/2F halen
(ambitie Meijerink: 65%)
Kennismaken met de referentieniveaus
13. Verplichte eindtoets, wat?
Referentieniveaus taal en rekenen: de basiskennis en -vaardigheden die leerlingen moeten
beheersen voor taal en rekenen
F-niveau: fundamenteel niveau & S-niveau: streefniveau
Tussen de niveaus zijn overgangen: de drempels tussen po - vo – mbo naar hoger onderwijs
Te behalen niveaus in het basisonderwijs
eerste streefniveau (1S voor rekenen/2F voor taal) = doel voor het grootste deel van de kinderen
(doorstroom naar vmbo-gt/vmbo-t/havo/vwo)
eerste fundamenteel niveau1F = doel voor de kinderen die 1S/2F niet kunnen halen
(doorstroom naar vmbo-kb of vmbo-bb)
Onder 1F: speciale doelen en leerroutes (www.taalenrekenen.nl)
14. Verplichte eindtoets: hoe?
Wat past bij uw onderwijsvisie? Een keuze voor uw team!
Hoe wilt u dat de toets meet?
Vorm (op papier of digitaal), bruikbaarheid, tijd, ruimte
voor adaptiviteit, passend bij de belevingswereld, …
Welke uitslag geeft de toets? En hoe wilt u daarmee
kunnen communiceren naar de leerling, de ouders en de
vo-school?
18. Uw toetsbeleid opnieuw bekeken
Welke vragen kunt u beantwoorden in uw team?
Hoe werken we naar de doelen toe?
Wat wil we bereiken met de toetsmomenten die we inzetten?
hulpmiddel om bij te sturen (eigen gebruik)
resultaten en opbrengsten laten zien
de juiste conclusies trekken: goede uitstroom
Welke vorm(en) van toetsen passen dan het beste bij uw school?
Goed toetsbeleid zorgt vaak voor minder en beter toetsen …
…. en daarmee voor meer ruimte om tussen de toetsmomenten
oms wordt er op scholen zoveel getoetst, dat het bijna een doel op zich lijkt. Maar toetsing is geen doel. Het is een middel om het ontwikkelingsproces van kinderen te monitoren en stimuleren.
Het doel van een toets moet helder zijn. Je toetst bijvoorbeeld om de ontwikkeling of voortgang in kaart te brengen (diagnostisch toetsen), om een niveau vast te stellen of om te kunnen evalueren.
Wanneer je weet wát je wilt toetsen, op welk moment en met welk doel, hou je zelf de regie. Ook over de toetslast.
Toetsen als basis voor opbrengstgericht werken
Een goed toetsplan vormt de basis voor opbrengstgericht werken. Op basis van toetsresultaten krijgen leerlingen dan passende leerstof aangeboden. Toetsen en leren hebben samenhang. Wanneer je weet welke leerdoelen je wilt toetsen, kun je ook je onderwijs daarnaartoe vormgeven.
Toetsen om te ontwikkelen
Wat doe je als leerkracht met de informatie die een toetsresultaat geeft? En hoe geef je op basis van een toetsresultaat feedback aan je leerling? Het verhaal achter het cijfer of de beoordeling moet uitgelegd kunnen worden. Ook aan het kind en zijn ouders.
Dat kinderen verschillen, vraagt om onderwijs en toetsing op maat. Het niveau van een toets moet zoveel mogelijk aansluiten bij wat de leerling kan laten zien.
Een kind is meer dan zijn cognitieve ontwikkeling
Het is belangrijk te weten hoe een kind zich ontwikkelt op het gebied van taal en rekenen en andere leervakken. Om een compleet beeld van het kind te krijgen en goede besluiten te kunnen nemen, is het van belang ook andere ontwikkelingsgebieden in kaart te brengen.
toetsen als hulpmiddel bij de toelating tot het vervolgonderwijs;
toetsen om resultaten van klas of school te bekijken, dus voor eigen gebruik;
toetsen om leerlingen te volgen in de ontwikkeling van hun rekenvaardigheid;
toetsen als controle op resultaten van klas of school;
toetsen om landelijke trends in beeld te brengen (PPON); .
Alle eindtoetsen moeten het behaalde referentieniveau aangeven.
Vanuit toetsen om te leren kun je ook meer informatie/feedback geven: welke onderdelen zijn getoetst en hoe heeft de leerling het in grote lijnen op die afzonderlijke onderdelen gedaan?
Alle eindtoetsen moeten het behaalde referentieniveau aangeven.
Vanuit toetsen om te leren kun je ook meer informatie/feedback geven: welke onderdelen zijn getoetst en hoe heeft de leerling het in grote lijnen op die afzonderlijke onderdelen gedaan?
Om de ontwikkeling op het gebied van taal en rekening per leerling goed te stimuleren heb je als school veel middelen tot je beschikking: methodes taal en rekenen, vaak met extra materiaal voor kinderen die meer hulp nodig hebben of meer aankunnen, toetsen bij de methode, toetsen van het leerlingvolgsysteem.
Om de leerlingen goed te kunnen volgen is toetsbeleid nodig. Als je daarmee aan de slag gaat met het hele team, zijn dit de vragen die je met elkaar bespreekt: zie dia.
Bij zelf regie nemen: vaak wordt gezegd dat we veel te veel toetsen. Goed toetsbeleid zorgt vaak voor minder toetsen.