1. INFORMATIEGELETTERDHEID
VISUELE GELETTERDHEID
MEDIACOACHOPLEIDING
VLAANDEREN
Door: Saskia Dellevoet – Creatief educatieve concepten interactief leren | MediaCoach
Deze presentatie is gestript van niet copyrightvrije
afbeeldingen. De links verwijzen naar de gebruikte of
soortgelijke afbeeldingen.
2. INFORMATIEVAARDIGHEDEN (1)
Puberbrein
Virtuele opvoeding
Informatie?
Het proces van informatievaardigheden
Bespreking van de 6 stappen o.b.v. vragenlijst
Aan de slag met de praktijk
3. PUBERBREIN
Waarom kennis van het
puberbrein?
Video interview Eveline
Crone
Samenvatting Puberbrein
(oude druk)
Bibliotheek.be
4. VIRTUELE ONTWIKKELING IN FASEN
Fase Leeftijd
6 10 -12/13 Bescherming ►begeleiding.
Moeilijkheden: groepsdruk en grooming.
7 11-13 / 14- Omvang ontdekken. Begeleiding nodig om
15 zichzelf te kunnen begrenzen.
8 14-16 Exploiratie : toetsen informatie uit vorige fasen
op waarheid via opdoen van ervaringen
Broadcast Yourself, peergroup. VOOR deze fase
moet er media-educatie zijn geweest!
9 16-18 Ontwikkeling psychologische identiteit; toename
intellectuele mogelijkheden, zelfonderzoek
schijnidentiteiten
10 18-25 Wederzijdsheid relaties; begrip diepere relaties
Bron: In 80 dagen de virtuele wereld rond - Martine Delfos Zie ook: YouTube HS Edith Stein- Lezing Martine Delfos
5. WAT IS INFORMATIE?
Met 22 definities geen eenduidigheid
Ook veel benaderingen over wat informatievaardigheden
zijn
7. INFORMATIEVAARDIGHEDENCIRKEL
Ideale verhouding:
alle aspecten krijgen evenveel aandacht
Starten
Vragen
Zoeken
Vinden
Kiezen
Evalueren
Afbeelding: Saskia Dellevoet- variatie op mediawijsheidcirkel Mijn Kind Online
8. VERKLARING LETTERS OP VOLGENDE DIA’S
Fysiek niveau:
A = aanpak
O = organisatie
T = tools
Mentale fase (smileys):
A= affectie
C = cognitief
F = fysiek (actie, wat voert leerling uit)
9. 1. STARTEN: BEPALEN VAN LEERTAAK
Onderdelen
A: probleemdefinitie,
behoefte bepalen,
doelstelling
O: Plan van Aanpak
opstellen
T: de opdracht,
tekstverwerker
Bron Pixabay/Hans
Doel & Resultaat :
Planning; PvA
(A) onzekerheid, (C) vaag, (F) zoekend. Bewust van kennishiaat
11. 2. VRAGEN: BEPALEN VAN INFORMATIEBEHOEFTE
Onderdelen
A: welke kennis is er?
welke moet worden
opgezocht?
O: hoofd- en bijzaken
T: overzicht soorten vragen,
tekstverwerken
Doel & Resultaat: vragen
formuleren, vragen
waarvan antwoorden
infobehoefte vervullen
(A) onzekerheid, ( C) vaag, (F) zoeken
12. BIJVOORBEELD
(Individuele) Mindmap maken van (voor)kennis
op papier of digitaal (iMindmap, Mindmeister)
Oriënterende brainstorm in groepjes
Vragen en antwoorden categoriseren
Zoeken in verschillende zoekmachines
Rol begeleider: vragen stellen over onduidelijke
vragen
14. BIJVOORBEELD
Maak een verslagje van zoektermen op
verschillende zoekmachines met printscreens
Bedenk zoektermen voor het onderwerp
informatievaardigheden
15. VINDEN: LOCALISEREN VAN DE INFORMATIE
Onderdelen
A: kritische inschatting
bruikbaarheid informatie
O: koppeling van
informatie aan de vragen
T: bronnen
Doel en Resultaat:
informatie ontsluiten uit
bronnen: a) informatie die
globaal antwoord geeft op
de vragen b)informatie
verwarring en frustratie
16. BIJVOORBEELD
Beschrijf wat voor type bronnen je vindt?
Primair, secundair.
Kritisch kijken: krijg ik antwoord op mijn
vragen uit het PvA?
Site (on)betrouwbaar? Webdetective
Concreet voorbeeld:
via zoekterm ‘informatievaardigheden’ in
Google blogartikel ►link naar kennisbank ►
terug naar blog ► link naar delicious account
►, etc.
20. 5. KIEZEN: INFORMATIE VERWERKEN IN
PRESENTATIE
Opzet
A: openstaan nieuwe inzichten;
zelfstandig kunnen verwerven
informatie, info integreren aan
hand van probleemstelling /
opdracht
O: systematiseren en organiseren
info
T: tekstverwerker ;
presentatiesoftware
Doel en Resultaat: gevonden info
kunnen koppelen en vragen en
deze kunnen presenteren;
presentatie waarin de antwoorden
(A) duidelijkheid, tevredenheid of
teleurstelling; (C) alert; (F) concentreren
21. VOORBEELD
Presentaties laten maken over zelfde onderwerp
en vergelijken. Op basis daarvan bepalen wat een
onderwerp goed uitgewerkt maakt en wat niet.
Voorbeeld … delicious, pinterest, rss, bijvoorbeeld
via Netvbibes
22. 6. EVALUEREN: TERUGKIJKEN NAAR HET
PROCES EN RESULTAAT BEOORDELEN
Onderdelen
A: kritische houding t.o.
eigen werk
O: teruglezen PvA,
corrigeren
T: beoordelingscriteria
Bewust worden van
infovaardighedenproces
inzicht in hoe leerling aan
kennis is gekomen
gevoel van voltooiing, zelfbewustzijn,
opluchting
25. PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN
Filterbubble video Tedtalk van Eli Pariser,
auteur van het boek The Filterbubble
Infobesitas; overload, overconsumtion
Crapdetection Crap detection door Howard
Rheingold, auteur van het boek Netsmart
Any.do
Lifehacking
26. VISUELE GELETTERDHEID
Lezen moet men
leren maar naar
iets kijken
denkt iedereen
te kunnen.
Uit: Gerrit Komrij, Kijken is
bekeken worden, A’dam 1996, p27
27. VISUELE GELETTERDHEID (1)
Definities
Grammatica van visuele geletterdheid
Functies van beelden
Puberbrein: emoties
Proces van betekenisgeving
Inforgrafic en periodic table
28. BEELDGELETTERDHEID
Visual literacy: Visual literacy refers to the ability
to communicate and understand through visual
means (Riesland, 2005)
… het vermogen om de gedachtegang en bedoeling
van de makers en gebruikers van beelden te
volgen. (Conceptnota mediawijsheid Vlaanderen)
29. HET PROCES WAARIN INDIVIDUEN OF GROEPEN
BETEKENIS AAN BEELDEN TOEKENNEN
Afbeelding logo’s Afbeelding Disney
Afbeelding serie
30. “Visual Literacy refers to a group of vision-competencies
a human being can develop by seeing and at the same
time having and integrating other sensory experiences.
The development of these competencies is fundamental to
normal human learning.
When developed, they enable a visually literate person to
discriminate and interpret the visible actions,
objects, symbols, natural or man-made, that he
encounters in his environment.
Through the creative use of these competencies, he is able
to communicate with others.
Through the appreciative use of these competencies, he is
able to comprehend and enjoy the masterworks of
visual communication.”
Bron: International Visual Literacy Association (VS opgericht in 1969)
31. DE GRAMMATICA VAN VISUELE
GELETTERDHEID
als je met aandacht kijkt kan je het zien,
als je het ziet kan je het beschrijven,
als je het beschrijft, kan je het analyseren
als je het analyseert kan je het interpreteren
als je het interpreteert kan je het beoordelen
Bron: Brian Kennedy (directeur van Hood museum), in TedX talk
33. PROCES VAN BETEKENISGEVING
BIJ EEN BEELD
Wat is het?
Wie is de afzender?
Waarmee is het gemaakt?
(welke technieken)
Voor wie is het gemaakt
(toeschouwer)?
Waarom is het gemaakt?
(doel, boodschap,
impliciete waarden en
standpunten)
Online leren?
34. WAT ZIE JE?
VAN VAGE FOTO TOT AFBEELDING TOT LOGO
TOT ADBUSTING
Foto’s niet opgenomen i.v.m. copyright: zie hier