De rol van de huisarts binnen een veranderende, meer maatschappelijk georiënteerde geestelijke gezondheidszorg: kwalitatief onderzoek in arrondissement Leuven-Tervuren
1. De rol van de huisarts binnen een
veranderende, meer maatschappelijk
georiënteerde geestelijke
gezondheidszorg: kwalitatief onderzoek in
arrondissement Leuven-Tervuren
Nys Charlie
Vander Linden Wouter
Van Doninck Jo
Promotoren:
Dr. Van Nuland Marc
Dr. Pint Geert
2. Presentatieverloop
• Inleiding
• Methodes
• Resultaten
o Algemeen
o Welke rollen ziet de huisarts voor zichzelf?
o Welke knelpunten ervaren huisartsen hierbij?
o Ideeën ter verbetering
• Discussie
• Antwoord op de onderzoeksvraag
4. ‘Maatschappelijk georiënteerde GGZ’
• Vermaatschappelijking
• De-institutionalisering
• Wereldwijde tendens (WHO advies, 2003)
• België: lange aanloop
- Rapport Groot (1990): afbouw 6000 bedden
- Meer doelgroepgericht beleid, preventie en integratie
centraal (2000)
- Verschillende pilootprojecten (2003-2004)
- ECHTER, de verschillende instanties werkten nog
naast elkaar
Meer nood aan continuïteit van zorg + zorg op maat
5. Hervorming GGZ 2010
• Zorgcircuits en zorgnetwerken voor specifieke
doelgroepen
• Aanbieden van mobiele zorg
• Herstelgerichte visie
• Wettelijke verankering: artikel 11 en 107 KB voor de
coördinatie van de wet betreffende de ziekenhuizen en andere
verzorgingsinstellingen
• Artikel 107: de-institutionalisering moet op een budget-
neutrale manier gebeuren.
7. Onderzoeksvraag: functie 2
• Welke rollen zien huisartsen voor zichzelf in de
samenwerking met mobiele (crisis)teams?
• Wat zijn de knelpunten die zij hierbij ondervinden?
• Wat kan mogelijks verbeterd worden binnen deze
samenwerking?
9. Methodes
• Kwalitatief onderzoek: focusgroepen
• Open onderzoeksvragen
o Wat verstaan huisartsen onder artikel 107?
o Hoe ziet de huisarts zelf zijn/haar rol in deze
veraderende GGZ?
o Wat loopt er momenteel goed in deze omschakeling?
o Wat zijn momenteel de knelpunten nog?
• Enquête + auditieve registratie
• Codering
• Naar een bruikbare tekst
• Kern: SAMENWERKEN/COMMUNICATIE
10. Kwalitatief onderzoek
• Verkrijgen van inzichten
• Brede, open onderzoeksvraag
• Belang objectivering
o Structuur en labeling: ‘deductivisme’
o Interpretatie door meerdere personen
o Interpretatie ‘afleiders’ en ‘verzadiging’
• Types
o Interview
o Observatiestudies
o Enquêtes
o Focusgroepen
o ...
12. Focusgroepen
• 2 LOK-groepen, 14 huisartsen per LOK
• Moderator: onze promotoren
o Kennis over onderwerp, geen band met aanwezigen
o Interviewer, leider
o Facilitator, psycholoog
o Geen eigen inbreng
• Verschillende persoonlijkheden
• ‘gemeenschappelijke achtergrond’
• Auditieve registratie + enquête
13. Codering en verwerking
• Principes ‘Grounded theory’
• Eerst iedereen apart
• Open - axiaal - selectief
• Onafhankelijk werk
• Naar ‘theoretische verzadiging’: voldoende nuances?
14. Definitieve codering
Nr Algemene rol/visie (A) Knelpunten (KP) Verbetering (V)
Beschrijving # Beschrijving # Beschrijving #
1 A frequentie/aard contact 42 KP onbekendheid/intransparantie 77 V transparantie/bekendheid ha 2
2 A begeleiding/steun 72 KP belastingsaspect 27 V tijdsmanagement 2
3 (A begeleiding/steun) - KP onvoldoende steun 35 V ondersteuning 3
4 (A begeleiding/steun) - KP samenwerken 9 V expertise delen 18
5 A systeemvorming 11 KP versnippering 32 V systematiek/structuur 1
6 A continuïteit 18 KP discontinuïteit 44 V reïntegratiebeleid 3
7 A bevoegdheid/expertise 43 KP onbevoegdheid/moeilijk 27 V specialisaties 8
8 A communicatie 85 KP communicatie 53 V communicatie 33
9 A laagdrempeligheid 20 KP aanspreekbaarheid/wachttijd 35 V aanspreekpunt 23
10 A financieel 16 KP onvoldoende middelen/personeel 45 V middelen/overheidssteun 18
11 A doel/planning/vervolg 9 KP planning/vervolg/uitzichtloos 32 V vangnet/planning 2
12 A persoonspecifiek/betrokken 34 KP onbetrokkenheid 44 V betrokkenheid 6
13 A rol partners 69 KP ongeloofwaardigheid ha 50 V positie partners 9
14 A attractiviteit 13 KP gevoelsmatig/frustratie 27 V reflectie 10
15 A doelgroep/definitie 80 KP inflexibiliteit 36 V uitbreiding systeem 4
16 A verschil met ZH psych 9 KP verschil theorie 18 - -
17 A verschil vroeger 54 KP verschil verwachting 25 - -
15. Voorbeeldje
Dus als ik het goed begrijp hoor ik jullie
zeggen: de crisisteams verlopen vaak te
stroef terwijl de chronische teams beter
lopen?
-
Wij moeten precies de laatste tijd veel meer
moeite doen. Ik zit voor iemand al heel lang
te bellen en zij vinden dat niet crisis genoeg
terwijl die ongelooflijk de eerste lijn
misbruikt en dat dit niet meer lukt, maar
toch wordt hij hier niet toegelaten.
Meer werk voor
huisartsen,
crisisteams te
beperkt
KP ongeloofwaardig-
heid ha
KP onvoldoende
steun
Ja, dat ken ik en dat was een paar jaar
geleden veel minder.
Vroeger minder
beperkt
KP ongeloofwaardig-
heid ha
A verschil vroeger
Ja, toen hadden ze precies nog wat ruimte
en nu zitten ze zelf te vol en krijgen wij
niemand meer binnen als het nodig is. Ze
zijn overbevraagd waardoor ze zwaar gaan
selecteren.
Vroeger nog
ruimte, nu
crisisteams te
vol, te zware
selectie
A verschil vroeger
KP onvoldoende
middelen/
personeel
KP inflexibiliteit
Als er geen suicide gevaar is, is het geen
crisis voor hen en wordt het afgeketst.
Niet
geïncludeerd als
geen
suïcidegevaar
KP inflexibiliteit
A doelgroep/
definitie
Tekst Codering 1 Codering 2 (CB) Codering 3 (CB) Codering 4 (CB)
17. Resultaten: algemeen
• Voor 167 minuten aan audiomateriaal
• 595 gecodeerde teksten
• 1334 codes
o Rol: 43%
o Knelpunten: 46%
o Punten ter verbetering: 11%
19. Welke rollen ziet de huisarts voor
zichzelf?
• Complementaire, gelijkwaardige partner in de zorg
- Informeren over de context
laagdrempelig bereikbaar zijn voor mobiele equipes
- Op de hoogte gehouden worden door de teams bij
starten/ problemen/ stopzetten van de begeleiding
- Inspraak bij stopzetten
- Signaleren van crisissituatie
20. • Rol van coördinator?
- Verdeeldheid
- Tegenargumenten: te tijdsintensief, rol geschikter voor
sociaal assistent/ zorgverlener met meeste voeling
- Vergoeding?
• Ondersteuning vanuit mobiele (crisis)teams
- Leren van hun expertise
- Weg wijzen in het GGZ landschap
“Ik denk dat dat overleg het belangrijkste is [...], zo kom je nog is op
een ander spoor, een andere invalshoek, het komt niet meer van u
alleen, het is meer gedeeld.”
21. Welke knelpunten ervaren HA hierbij?
Mobiel crisisteam
• Beperkte telefonische bereikbaarheid
• (Te) strenge inclusiecriteria
• Onvoldoende gehoor voor oproep huisarts (ander begrip
van ‘crisis’)
“Meestal heb je als huisarts wel al een weg afgegaan, al veel
geprobeerd en dat zit je vast, terwijl als zij dat de eerste keer horen is
dat misschien voor hen geen crisis maar je zit als huisarts wel vast
want anders roep je hun hulp niet in.”
22. • Tijdsspanne van 24u te lang
• Te veel zorgverleners afwisselend aan huis
<-> vertrouwensband patiënt
<-> communicatie HA
• Dubbele aanbod aan urgente psychiatrie: verwarrend
• Stopzetten: stappenplan?
• + huisartsen niet altijd op de hoogte
<-> zorgcontinuïteit
“Je denkt dat je patiënt in goede handen is maar hij is ondertussen
twee maanden terug op de dool”
23. Mobiel team
• (Te) strenge inclusiecriteria
• Gebrekkige communicatie over inclusiecriteria
“... ik heb een moeder en een dochter aangemeld en dat heeft dan
enkele dagen geduurd eer ze konden aangeven of dit in aanmerking
kwam en dan hebben ze na enkele dagen gewoon gebeld, ‘jullie
komen niet in aanmerking, neem maar terug contact op met jullie
huisarts’ en dat was het, verder niets”
• Lange wachttijden (> 6 weken)
24. Ideeën ter verbetering
• Huisarts meer inspraak in al dan niet inclusie
• Bijstand voor huisarts indien toch non-inclusie
• Betere communicatie omtrent samenwerking en
verwachtingen tov elkaar
“Als je elkaar eens gezien hebt ga je
ook eens sneller je telefoon pakken om
wat advies in te winnen of iets te
vragen ofzo.”
25. Ideeën ter verbetering
• Huisarts meer betrokken tijdens mobiel traject en bij
beslissing tot stopzetten
• Vast aanspreekpunt per patiënt voor efficiënte
communicatie met de huisarts
• Meer budget voorzien grotere capaciteit mindere
lange wachttijden en minder strenge inclusie
27. Onbekendheid omtrent artikel 107
• Grote onbekendheid bij huisartsen omtrent artikel 107
• Te veel/Te chaotische informatie-instroom voor
huisartsen
• Instinctief zekere achterdocht bij huisartsen blijkt
uitsluitend te wijten aan onbekendheid
Nood aan overzichtelijke informatie
voor huisartsen over artikel 107
28. Evaluatie methodologie
• Derde focusgroep had betrouwbaarheid resultaten nog
verhoogd
• Ervaringen ondervraagde huisartsen allemaal uit Leuven-
Tervuren zijn deze regio-afhankelijk?
• Veel gemeenschappelijke elementen in beide
focusgroepen toch bepaalde conclusies reeds te
trekken
30. Antwoord onderzoeksvraag:
Rol van de huisarts
• Absoluut bereid tot laagdrempelige samenwerking met
mobiele teams
• Huisarts heeft reeds bestaande arts-patiënt relatie
Ideaal voor detectie, alarmering en context
• Geen unanimiteit omtrent rol als centrale coördinator en
vertrouwenspersoon
32. Referenties
• Van Audenhove, C. (2017). Eindwerk GGZ: een nieuwe mindset. Tijdschrift Voor Klinische Psychologie, 18p.
• World Health Organization. (2003). Mental Health Policy and Service Guidance Package: Organization of services
for Mental Health. Mental Health Policy and Service Guidance Package, 1–76.
http://www.who.int/mental_health/policy/services/4_organisation services_WEB_07.pdf
• Van Audenhove, C., Pieters, G. (2013). Artikel 107: België op weg naar een betere GGZ?. Tijdschrift voor
Rehabilitatie, 22(4), 16-29.
• Dienst Psychosociale Gezondheidszorg Vlaanderen. (2011). Gids naar een betere geestelijke gezondheidszorg
door de realisatie van zorgcircuits en zorgnetwerken.
www.psy107.be/index.php/nl/2015-01-15-08-16-13/78-gids
• IRSS, OPIH, K.U.Leuven LUCAS. (2014). Programme de réforme fédérale "vers de meilleurs soins en santé
mentale". Haalbaarheidsstudie: wetenschappelijke opvolging en evaluatie van het hervormingsprogramma "naar
een betere geestelijke gezondheidszorg". 207p.
• www.kuleuven.be/lucas/nl/Publicaties/publi_upload/2014_01_Eindrapport_Haalbaarheidsstudie_Artikel107.pdf
• Helmer E., Vanderhaegen J., Coppens E. et al. K.U.Leuven LUCAS. (2016). Betere GGZ 107: de ervaringen van
mantelzorgers, hulpverleners en patiënten.
www.kuleuven.be/lucas/nl/Publicaties/publi_upload/2015_BetereGGZ
• Haghedooren, D., Van Audenhove, C., Decloedt, P. (2015). De Eerste Mobiele Stappen Geestelijke
Gezondheidszorg In Onze Regio: een samenwerking met de huisarts. 39p.
file:///C:/Users/charl/OneDrive/Documenten/eindwerk%20masterproef%20mobiele%20GGZ.pdf
• Fleury M., Imboua A., Aubé D., et al. (2012). General practitioners’ management of mental disorders: a
rewarding practice with considerable obstacles. BMC Fam Pract., 13-19.
• Dienst Psychosociale Gezondheidszorg Vlaanderen. (2011). 5 sleutelfuncties.
http://www.psy107.be/index.php/nl/2014-09-28-21-32-42/5-sleutelfuncties
• Van Doninck C., Schoenmakers B., Geens C. (2013). Psychiatrische thuiszorg in onze regio: een haalbare kaart?.
31p.
http://www.icho-info.be/masterproefpdf/thesis/%7B848b5ebb-9e7c-2f2e-e5ed-4b6302642078%7D_VanDoninck-
Carolien-scriptie.pdf
• Lamb H., Bachrach L. (2001). Some Perspectives on Deinstitutionalization. Psychiatr Serv. American Psychiatric
Publishing, 52(8):1039–45. http://psychiatryonline.org/doi/abs/10.1176/appi.ps.52.8.1039