SlideShare une entreprise Scribd logo
1  sur  20
Télécharger pour lire hors ligne
DeMorgen. WOENSDAG 14/06/2017
extra bijlage
De winnaars van de Ultimas,
de nieuwe Vlaamse cultuurprijzen
Raf Simons
WIELS
Jeroen Olyslaegers
Pieter-Jan De Pue
fABULEUS
Forumtheater radicalisering
Geelse psychiatrische gezinsverpleging
Collectif Malunés
Muziekpublique
Paola Viganò
Toestand
Timelab
©PHILIPAGUIRREYOTEGUI/FOTO:MIRJAMDEVRIENDT
woensdag 14/06/2017 3
oor wie daaraan zou
twijfelen: de Vlaamse
Cultuurprijzen zijn goede
dingen. Hoe we dat zo zeker
weten? Omdat er dit jaar een
einde aan komt.
Ja, dat leest u goed: vaar-
wel, Vlaamse Cultuurprijzen!
Maar ook: welkom, Ultimas!
Als de Vlaamse Cultuur-
prijzen de voorbije twee
decennia één probleem had-
den, dan was het dat ze in
gespreide slagorde werden uit-
gereikt, zodat het vorig jaar per-
fect mogelijk was dat u de zege
van STUFF.-drummer Lander
Gyselinck in de categorie
Muziek compleet hebt gemist.
Of die van het Red Star Line
Museum in de categorie
Cultureel Roerend Erfgoed.
En mogelijk ook die van
documentaireproducent
Emmy Oost in de categorie
Film – niet echt de
bekendste naam onder
de winnaars vorig jaar, maar wat een oeuvre!
Precies dat maakt de Vlaam… pardon, Ultimas
zo waardevol: dat ze de culturele verdienste
onderstrepen van iemand die in 2016 – vaak na
jaren ploeteren – een hoogtepunt heeft bereikt, en
dus niet gewoon van de flavour of the month. Met
dat laatste is overigens niets mis: van het menu
van de dag in een goed restaurant mag je in de
regel uitgaan dat de ingrediënten vers zijn (en
daarmee terecht #trending). Maar als de gerech-
ten op de kaart na enkele jaren nog altijd even-
zeer in trek zijn, dan weet je dat je goud in handen
hebt. Of in dit geval: de winnaar van een Ultima.
Als ik u hiermee nog niet heb doen hongeren
naar ‘de klas van 2016’ die op dinsdag 13 juni werd
bekendgemaakt tijdens een ceremonie in de
Gentse Vooruit, dan hoop ik dat deze special u op
zijn minst doet hongeren naar hun werk. Hij
werd in elk geval geschreven door mijn gepassio-
neerde cult.-ploeg, die zowat elke dag van het jaar
overleeft op een dieet van muziek, film, literatuur,
theater, opera, beeldende kunst, games, design en
– als er tussen twee bedrijven door even tijd is, en
afhankelijk van de plek – champagne of frieten.
Ben Van Alboom
cult.-chef De Morgen
Voorbij
de‘flavour
ofthemonth’
CoördinatieBenVanAlboom,EwoudCeulemansArtdirectorArneDepuydtVormgevingSarahBentein,OrestesLaurentEindredactie
RenévanMunster,FrederikDeBacker,JeroenDuvillier,BartNuël,EdwinvanOverveld.MetbijdragenvanKoenBauters,LotteBeckers,
RobinBroos,EvelyneCoussens,JorneDaems,JanDebackere,TimDirven,PieterDumon,JillEveraerdt,LilithGeeraerts,NikieProot,
Puzzelmedia,IliasTeirlinck,KimVandePerre,WouterVanVooren,YannickVerberckmoes,FrankyVerdickt,LulamaZenzile.
DezebijlagekwamtotstandinsamenwerkingmethetDepartementCultuur,JeugdenMediavandeVlaamseoverheid
Samen tegen de polarisering:
WIELS en Jeroen Olyslaegers
► p. 4-8
Pieter-Jan De Pue:
zeven jaar werken, één film
► p. 10-11
9 Culturofilippine 21 Kunstenmakerij Collectif Malunés 27 Duizendpoot Muziekpublique
Raf Simons zoekt
altijd de naden op
► p.12-15
Toestand en Timelab
kraken de stad
► p. 16-17
Met Sven Gatz
naar Zuid-Afrika
► p. 18-20
Een Italiaanse architecte
in Vlaanderen
► p. 22-23
Ongrijpbaar theater
in Leuven en Molenbeek
► p. 24-26
Het wonder der
pleeggezinnen in Geel
► p. 28-31
4 ultimas.
Jeroen Olyslaegers en WIELS Centrum voor Hedendaagse Kunst
Ultima Letteren en Ultima Beeldende Kunst
‘Doorde
ideologische
firewall
gaan,dat
isaltijd
deambitie’
woensdag 14/06/2017 5
► Jeroen Olyslaegers (links) en Dirk
Snauwaert op de expo Het afwezige
museum in WIELS. © FRANKY VERDICKT
6 ultimas.
tre et ne pas avoir, zo heet het film-
pje: een videokunstwerk waarin de
Marokkaans-Brusselse kunstenaar
Younes Baba-Ali de zwakheden van
het Belgische sociale systeem en het
‘sociaal toerisme’ aankaart. “Een
werk over de mankementen van het
OCMW, over de gaten in het sys-
teem”, legt WIELS-directeur Dirk
Snauwaert uit over dit hoofdstuk in
de door hem gecureerde expo Het
afwezige museum. “Dat is toevallig”,
lacht auteur Jeroen Olyslaegers.
“Daar heb ik net nog een hele tirade
over geschreven
op Facebook.”
Als er iets is wat Dirk Snauwaert en Jeroen
Olyslaegers bindt, is het wel hun bereidheid om
de problemen van onze samenleving bloot te
leggen. Dat vinden niet alleen wij, maar ook
de jury die de Ultimas uitreikt: het Brusselse
Centrum voor Hedendaagse Kunst WIELS, dat al
sinds zijn ontstaan, tien jaar geleden, wordt geleid
door Snauwaert, mag zich de laureaat voor
Beeldende Kunst noemen, terwijl Olyslaegers,
die onder prijzen en lof wordt bedolven voor zijn
recentste roman Wil, de Ultima voor Letteren in
ontvangst mag nemen.
Olyslaegers wordt in de motivatie van de jury
niet alleen geroemd omwille van Wil, de “Grote
Roman” waarmee hij zich “de literaire erfgenaam
van onder meer Hugo Claus en Louis Paul Boon”
toont, maar hij wordt ook omschreven als de
“primus inter pares” van de auteurs die “in woord
en daad hun engagement opnemen” en “hun
stem luid laten horen”.
In de motivatie voor de Beeldende Kunst-prijs
wordt WIELS dan weer geprezen omwille van
zijn “divers, gedurfd en kritisch onderbouwd
programma”, maar krijgt Snauwaert zelf ook
een speciale vermelding: hij is een directeur die
“zijn ploeg vertrouwen geeft, betrokken is bij
de werking en een doordachte mening weet te
formuleren als hij denkt dat dit nodig is.”
Intimidatie
Twee mensen met een mening dus, ook al uiten
ze die vaak op een andere manier. “Ik houd me
nogal gedeisd”, vindt de WIELS-directeur zelf.
“In vergelijking met mij, zeker!” antwoordt de
auteur van Wil, die bekend staat om zijn sterk
verwoorde meningen, lachend. Maar wanneer
we bij een kunstwerk van Guillaume Bijl komen,
E
Hun stijl is misschien anders, maar zowel auteur Jeroen
Olyslaegers (49) als WIELS-directeur Dirk Snauwaert (52)
heeft een uitgesproken mening, en ze zijn niet bang om die
te verkondigen. Wij gingen met Olyslaegers op rondleiding
in Snauwaerts expo Het afwezige museum. ‘Een klein beetje
openheid naar de wereld, dat zou de cultuursector mooi staan.’
EWOUD CEULEMANS
► Olyslaegers en Snauwaert vechten allebei tegen een discours
dat steeds sloganesker en minder genuanceerd wordt.
Olyslaegers: ‘Onderwerpen die iedereen aangaan zoeken,
vinden, en er iets zinnigs over schrijven, dat is…’
Snauwaert: ‘... wat ons mens maakt.’ © FRANKY VERDICKT
Jeroen
Olyslaegers
► geboren in
Mortsel (1967)
► schrijver en
theaterauteur
► bekend van de
romans Wij, Winst
en Wil en theater-
productie Mount
Olympus: To Glorify
the Cult of Tragedy
van Jan Fabre
► won in 2014
de Arkprijs van het
Vrije Woord en dit
jaar de Fintro Lite-
ratuurprijs voor Wil
woensdag 14/06/2017 7
zit Snauwaert toch niet verlegen om een sterk
statement. “De enige vorm van vrije menings-
uiting die we nog krijgen”, vertelt hij over
Sculpture trouvée, een stemhokje dat Bijl in 1980
maakte om aan te tonen dat vrije keuze en vrije
meningsuiting essentiële onderdelen van de
moderne democratie zijn. “Nadat we een bolletje
hebben gekleurd, is wat wij denken niet meer van
belang. En zes jaar later mogen we nog een keer.”
Ook Olyslaegers ziet ‘een visionair werk’ in
Bijls stemhokje. “Het doet mij denken aan een
interview met Hugo Claus, ook uit diezelfde
periode. Een interview van Johan Anthierens
en Mies Bouwman. Op een bepaald moment
zegt Claus: ‘Ik ga de volgende keer gewoon op
de communisten stemmen, want het maakt toch
geen bal meer uit.’ Dus dit lijkt mij een profetisch
werk: het kaart aan dat het stemhok een holle,
geritualiseerde vorm van democratische
inspraak is, en dat het met echte burgerdemo-
cratie niets te
maken heeft.”
Hoe bedoel je?
Olyslaegers: “De
Amerikaanse poli-
ticoloog Benjamin
Barber, die vorige
maand is over-
leden, zei ooit:
‘De laboratoria
van de democratie
zijn steden.’ Zeker
in de 21ste eeuw.
Democratische
inspraak, maat-
regelen tegen de
klimaatverandering, dat komt allemaal uit de
steden. Maar daarvoor moeten mensen meer
inspraak krijgen op stedelijk niveau. Die inspraak
mag zich niet enkel beperken tot het stemhokje.”
Kan de cultuursector die vrije meningsuiting
en die participatie vergroten? Is dat wat jullie
beogen, door jullie te mengen in het publieke
debat?
Olyslaegers: “Ik zal je één voorbeeld geven: vorig
jaar waren we in Antwerpen stemmen aan het
verzamelen voor het volksreferendum – kwestie
van de burgerparticipatie wat nieuw leven in te
blazen. Het was niet zo simpel om die handteke-
ningen te verzamelen, omdat er al eens een refe-
rendum was geweest. Ik had alle e-mailadressen
van de culturele instellingen in Antwerpen te
pakken gekregen, en ik had een e-mail gestuurd
met de eenvoudige vraag of we in het café of de
foyer de formulieren konden leggen, om mensen
op de hoogte te brengen van dat referendum. Zo’n
100, 120 instellingen in totaal. Op één instelling na
– mensen die ik persoonlijk ken – heeft niemand
gereageerd. Geen kat. Ik vroeg ze niet om stelling
te nemen, ik vroeg simpelweg om de mensen op
de hoogte te brengen van de mogelijkheid tot bur-
gerdemocratie. Dan denk ik: de meeste in-
stellingen in de culturele sector zijn nogal fucked
up. Een klein beetje openheid naar de wereld,
dat zou mooi zijn. Want ik voel dat de cultuur-
sector zich weer aan het afsluiten is.”
Hoe komt dat?
Snauwaert: “Dat komt door onze afhankelijk-
heden, natuurlijk. Men noemt ons subsidie-
slurpers, en daardoor zijn we geïntimideerd.
Het is geen plezant woord om naar je hoofd
geslingerd te krijgen.”
Olyslaegers: “Maar wie wordt hier ook gesub-
sidieerd? Politici zelf. Zij die vanuit de politieke
wereld graag kunstenaars beschimpen, zijn
meestal blind voor wie hen onderhoudt: de belas-
tingbetaler. Vanaf nu heb ik het dan ook graag
over ‘gesubsidieerde politici.’ Al spreek ik wel
op een andere manier dan Dirk: ik ben een
individuele kunstenaar.”
Hoe zit dat voor een instelling als WIELS?
Snauwaert: “Ik heb een aantal dingen gezegd,
meningen geuit, over het Citroën-museum en de
link met Pompidou.
Omdat ik toch wel
durf te zeggen dat
ik weet waarover
het gaat. Omdat ik
me afvraag hoeveel
subsidies van het
Brussels Gewest er
voor de instellingen
overblijven, wan-
neer er plots zo’n
speler zou bijko-
men. Dan krijg ik
van onze lokale
overheden wel te
horen dat, als ik
blijf aandringen,
we moeten oppassen dat het niet in het nadeel
van WIELS uitvalt. Dat noem ik intimidatie. Het
is een manier om ervoor te zorgen dat we in het
gareel blijven lopen, dat we geen ambetante
vragen stellen over onderwerpen die deel van het
publieke debat zijn, of toch zouden moeten zijn.”
Besmettingsgevaar
En dat laatste is net het idee achter Het afwezige
museum, de expo die Snauwaert heeft samenge-
steld naar aanleiding van de tiende verjaardag
van WIELS. Met deze ‘blauwdruk voor een
museum voor hedendaagse kunst’ wil
Snauwaert tonen wat zo’n museum kan beteke-
nen voor het maatschappelijk debat in ons land.
Moeilijke onderwerpen als migratie, dekolonisa-
tie en nationalisme worden bespreekbaar
gemaakt aan de hand van het werk van kunste-
naars als Marlene Dumas, Sammy Baloji en Luc
Tuymans.
Een ander centraal onderwerp in de expo is
het oorlogs- en collaboratieverleden in ons land,
een thema dat haast tastbaar wordt in het werk
van de joodse kunstenaar Felix Nussbaum,
“over wie Mark Schaevers die biografie heeft
geschreven”, zoals de curator verduidelijkt. “Dit
is de eerste keer dat ik een echte Nussbaum zie”,
antwoordt Olyslaegers verwonderd terwijl hij
Soir bestudeert, een zelfportret van Nussbaum
met zijn echtgenote Felka Platek uit 1942.
Dirk
Snauwaert
► geboren in Tielt
(1963)
► directeur WIELS
Centrum voor
Hedendaagse Kunst
► werd in juli 2004
in WIELS benoemd
en wijdt zich sinds
januari 2005 voltijds
aan de directie
ervan
► organiseert en
coördineert expo’s,
publiceert en geeft
lezingen over
hedendaagse kunst
en visuele cultuur
‘Ik voel dat
de cultuursector
zich weer aan het
afsluiten is’
JEROEN OLYSLAEGERS
8 ultimas. HHHH
“Dit is de Archimedesstraat in Etterbeek,
waar Nussbaum clandestien leefde tot 1944”,
gidst Snauwaert. “Hij is met de laatste trein naar
Auschwitz gedeporteerd, verraden door de man
op het schilderij, hier in de achtergrond. In juli
1944, een maand na de landing in Normandië.”
Olyslaegers: “Dat meen je niet?”
Snauwaert: “Jawel, Nussbaum is verraden door
een buur, een spion uit Etterbeek. Heel vervelend
voor de Belgische geschiedenis. Want het zijn dus
niet alleen de nazi’s die verantwoordelijk waren
voor de jodenvervolging.”
Het verbaast niet dat Olyslaegers zo gefasci-
neerd is: collaboratie is het centrale thema in
zijn roman Wil, die handelt over de gewetens-
wroeging van een Antwerpse agent die deel-
neemt aan de aanhouding en vervolging van
werkweigeraars, waaronder ook joodse gezinnen.
“Wil is een historische roman”, zegt de auteur
daarover, “maar voor mij is een goede historische
roman ook een hedendaagse roman. Iets dat op
de juiste knoppen drukt bij mensen die hem nu,
in 2017, lezen.”
Geef eens een voorbeeld.
Olyslaegers: “De Dossinkazerne stelde mij
onlangs de vraag wat ik ervan vond dat meer
en meer agenten de kazerne bezoeken, om zich
bewust te worden van het verleden van het
politiekorps. Ik antwoordde: ‘Het probleem
met moreel en ethisch besef is dat er een groot
verschil is tussen theorie en praktijk.’ Soms
moeten agenten dingen doen die indruisen
tegen hun geweten, en dat krachtveld verdwijnt
niet. Het moeten echt geen oorlogstijden zijn
om in dat soort situaties terecht te komen.”
Dreigen zulke genuanceerde en ambigue
standpunten, die zowel in Wil als in Het
afwezige museum centraal staan, niet te
verzuipen in een discours dat steeds
sloganesker en gepolariseerder wordt?
Olyslaegers: “Ik denk dat het de moeite is om
verder te kijken dan die polarisering. Er zijn
onderwerpen die iedereen aangaan, waarover
je kunt praten met zowel rechts als links.”
Snauwaert: “Dat is de crux.”
Olyslaegers: “Die onderwerpen zoeken,
vinden, en er iets zinnigs over schrijven, dat is…”
Snauwaert: “... wat ons mens maakt.”
Olyslaegers: “Ik kan me voorstellen, Dirk,
dat jij ook daarom tentoonstellingen opzet.”
Snauwaert: “Je zoekt altijd naar kunstenaars
die dat kunnen, die thema’s behandelen die voor
de hele beschaving gemeenschappelijk zijn. Het
zijn die thema’s die we moeten proberen te vin-
den – ik zit daar permanent over na te denken.”
Bestaat dat wel? Thema’s die iedereen kunnen
bereiken?
Olyslaegers: “Ik probeer verhalen te vertellen
voor iedereen, en met Wil is dat blijkbaar gelukt.
Want ik word langs de ene kant geprezen op de
website van de PVDA en langs de andere kant
duik ik op in Bart De Wevers lijstje van boeken
die zijn leven hebben veranderd. Binnen dat
spectrum beweegt mijn boek, terwijl mensen
op voorhand zullen hebben gezegd: ‘Dat boek
van Jeroen bedient enkel links, of extreemlinks.’
Maar dat is dus niet gebeurd. Het is altijd mijn
ambitie om door de ideologische firewall te gaan.
Want iedereen heeft zo’n firewall, en je laat niet
altijd alles door. Maar ik wil dingen maken die
door die firewall gaan, en hopelijk nog genoeg
besmettingsgevaar bevatten ook.”
Ligt het risico van simplificatie niet op de loer,
als je iedereen wilt bereiken? Verliest je werk
niet aan betekenis als het te mainstream
wordt?
Olyslaegers: “Ik geloof in mainstreamwerk dat
iets aanklaagt, mainstreamwerk dat doet na-
denken. Maar daarvoor moet je eerst de harten
van de mensen veroveren, en dat gebeurt heel
weinig.”
Snauwaert: “Vooral met moeilijke onder-
werpen. Als je iemand wilt uitnodigen om mee
te stappen in de ontdekking van complexe zaken,
heb je daar tijd voor nodig, en die persoon moet
dat ook willen. Je kunt moeilijk te verteren onder-
werpen ook heel pamflettair verpakken, maar
meestal kom je dan bij cartoons uit. Dat vind ik
minder interessant. Iemand vroeg me ooit of wij,
als instelling in wat bekend staat als ‘een
Arabische buurt’, de cartoons van Charlie Hebdo
zouden hebben gepubliceerd. Ik heb geantwoord:
nee. Omdat dat voor mij geen interessante kunst-
werken zijn. En ik vond de humor ook wat ver-
zuurd. Als je nodeloos provoceert, haakt de helft
van je publiek af. Mensen willen geen opschud-
ding, geen zorgen, geen miserie.”
Maar dat houdt jullie kennelijk niet tegen
om zwaarbeladen issues aan te kaarten.
Snauwaert: “Dat komt omdat wij dat als instelling
voor hedendaagse kunst belangrijk vinden.
Wij vragen ons af hoe het mogelijk is dat zulke
vraagstukken in een rationele, argumentatieve
maatschappij niet worden behandeld, en nog
niet volledig zijn uitgedacht. Wij stellen een
aantal vragen die eigenlijk kinderlijk naïef zijn.”
Olyslaegers: “Misschien is een vraag stellen
in deze wereld sowieso naïef. We zijn blijkbaar
omgeven door antwoorden, of door mensen
die beweren dat ze de antwoorden hebben.
Terwijl het overduidelijk is dat niemand weet
waar de wereld naartoe gaat. Maar ik geloof
nog altijd in die kleine die zegt dat de keizer geen
kleren aanheeft.”
‘Je kunt moeilijke
onderwerpen heel
pamflettair verpakken,
maar meestal kom je dan
uit bij cartoons. Dat vind
ik minder interessant’
DIRK SNAUWAERT
► De ploeg achter WIELS. Directeur Dirk Snauwaert: ‘Wij vragen ons af hoe het mogelijk is dat
zwaarbeladen vraagstukken in een rationele, argumentatieve maatschappij niet worden behandeld,
en nog niet volledig zijn uitgedacht.’ © KOEN BAUTERS
Welke Belg met Ethiopische roots scoorde een radiohit met 'Habibi'?
Welke Antwerpse band heeft na tien jaar stilte weer een album
opgenomen en is nu volop aan het toeren?
Welke jeugdauteur viert nu 30 jaar schrijverschap en verkocht
1,6 miljoen boeken? (4,2,3)
Hoe heet de aankomende derde film van Adil El Arbi en Bilall Fallah?
Hoe heet het televisieprogramma waarvoor Sofie Lemaire en
Bent van Looy zich elke week onderdompelen in de culturele
wereld? (7,4)
Door welk Vlaams festival wordt het Zuid-Afrikaanse muziekfestival
Oppikoppi georganiseerd?
In maart mocht Coely om onduidelijke redenen het vliegtuig niet op.
Naar welk festival was ze onderweg? (5,2,9)
In maart mocht Coely om onduidelijke redenen het vliegtuig niet op.
Naar welk festival was ze onderweg? (5,2,9)
Welk dEUS-lid verliet afgelopen jaar de band? (5,9)
In welke stad speelt het boek 'Wil' van Jeroen Olyslaegers zich af?
Welke Hollywood-acteur speelt de hoofdrol in de nieuwste
voorstelling van Ivo van Hove? (4,3)
Welk Antwerps museum is onlangs gerenoveerd en heeft
verhuisplannen?
Theatermaker Stef Lernous van Abattoir Fermé maakte vorig jaar
in het Kasteel van Gaasbeek een goed bezochte expositie.
Over wat ging die tentoonstelling?
Op welk voorwerp maakte Keith Haring een mural die vorige maand
voor 1 miljoen euro onder de hamer ging?
In Oostende is voor de tweede keer al The Crystal Ship aangemeerd.
Wat gebruiken de deelnemende kunstenaars doorgaans als canvas?
Welke Belgische choreograaf riep Beyoncé
in voor haar act op de Grammy's? (4,5,9)
Welk Belgisch kunstencentrum waant zich
tijdelijk een afwezig museum?
Met 'Home' won deze filmmaakster op het Filmfestival van Gent
de publieksprijs. (4,5)
Melania Trump bezocht in Brussel de tentoonstelling
van een van 's lands bekendste kunstenaars. Wie?
Welke Vlaamse zangeres was een tijdje uit de spotlight,
maar doet dit jaar mee aan 'Liefde voor muziek'? (8,1)
Van welk theaterhuis is Michael De Cock de baas?
Hoe heet de documentaire waaraan Robbe De Hert al dertig jaar
werkt? (9,3,2,7)
Lize Spits debuutroman 'Het smelt' werd een groot succes. Welke
jonge uitgeverij scoorde met dit boek meteen een voltreffer? (3,3)
In 'Everybody Happy' speelt Peter Van den Begin een ...
'Meug nie weggoan nie' is Wouter Deprez' versie van ... (2,2,6,3)
Over welke controversiële figuur maakte Milo Rau, de nieuwe
artistiek directeur van NTGent, een voorstelling met kinderen? (4,7)
Welke Brusselaar schreef de televisiereeks 'Generatie B'? (5,13)
De iconische personages van ‘Suske & Wiske’ hebben een opfrisbeurt
gekregen, maar bij Wiske is daarover nogal wat controverse.
Welk lichaamsdeel is bij haar nogal geprononceerd?
Hoe heet het café waarop de film 'Belgica' is gebaseerd?
C
1 2 3 4 5 6 7 8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22
1 2
3 4 5
6 7
8
9
10 11 12
13 14
15
16 17 18
19 20
21
22 23 24
25
26
27 28
12 13 16 13 7 19 16 17 22
8 9 10 22 6 12 10 21
5 21 22 9 21 21 10 3 1
1 12 2 11 21 2 22 11 13 21
1 4 7 1 11 19 16 12 10 22
16 21 10 14 13 2 8 22 6
10 12 22 9 16 4 16 10 21
22 16 17 19 14 17 9 10 8 21
19 5 11 18 22 12 1 2 13
15 17 12 11 6 10 3 4 11
2 7 5 1 1 14 16 22 9 2 3
10 8 13 15 1 19 22 16 13
20 17 12 10 6 13 4 9 21 12 1
21 1 11 12 14 16 22 9 11 10 7
1 11 12 16 9 8 5 6 4
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
woensdag 14/06/2017 9
Culturofilippine
De oplossing vindt u donderdag 15 juni op de cult.-pagina’s van De Morgen.
10 ultimas.
De Gentse regisseur Pieter-Jan
De Pue (35) werkte liefst zeven
jaar aan zijn indrukwekkende
debuutfilm. The Land of the
Enlightened werd gelauwerd van
Utah tot Tel Aviv, maar kon in
eigen land geen prijzen winnen.
Tot nu, met deze Ultima.
ROBIN BROOS
he Land of the Enlightened
vertelt het verhaal van
Afghaanse kinderen en
‘hun’ oorlog. Een nood-
gedwongen mix van fictie
en non-fictie, omdat een
groot deel van het mate-
riaal verloren ging na een
brutale overval en de film
ook een andere aanpak kon
verdragen. Begin vorig jaar ging
de film in wereldpremière op het
Sundance Film Festival, het
T
Vandebergen
inAfghanistannaar
parkeerboeteshier
Pieter-Jan De Pue
volledig afgekeurd door ARTE (een
van de geldschieters, RB). Er is toen
teruggekeerd naar het basisscript
en opnieuw gemonteerd, daarna
volgde de postproductie. Ik haatte
die periode. Ik ben veel liever op het
terrein, tussen de mensen, met een
camera in mijn handen.
“Maar goed, ineens was de film
dus af, maar ik was weer gaan foto-
graferen en reportages draaien als
basis voor mijn volgende film. Ik
was nog maar net in Oekraïne toen
ik telefoon kreeg dat The Land was
geselecteerd voor Sundance.
“In die lange productieperiode
heb ik zo veel twijfel gekend. Hoe
vaak kreeg ik niet de vraag of het dat
allemaal wel waard was, zeven jaar
voor één film. Met financiële en rela-
tionele opofferingen, met grote risi-
co’s. Niemand wist of het zou aan-
slaan. Daarom was dat nieuws van
Sundance een geruststelling. Dat
was voor mij het tweede loslaten.”
Was het een opluchting dat
The Land of the Enlightened
uiteindelijk een ’visuele triomf’
werd genoemd en de prijs voor
Best Cinematography binnen-
haalde?
“Voor mij was het vooral de gerust-
stelling dat de film daardoor een
goed leven kon gaan leiden. Want
het blijft een arthousefilm met
een moeilijke structuur, die zich
niet overal makkelijk laat program-
meren.”
De bijzondere vertelvorm – een
mix van fictie en docu – kreeg
ook kritiek. Op het filmfestival
van Rotterdam noemde de jury
het ‘een absolute kutfilm’. Raakt
dat u?
“Absoluut, maar ik heb er geen
problemen mee. Die kritiek lijkt
misschien hard, maar ik beschouw
dat als iets positiefs. De film raakt
mensen op een uitgesproken
manier: ofwel vinden ze het goed,
ofwel rotslecht. Ik zou me veel gro-
tere vragen stellen mocht iedereen
het gewoon maar oké vinden.”
Ondanks de grote prijzenkast was
er ook het onbegrijpelijke verlies
op de Ensors, de belangrijkste
filmprijzen in Vlaanderen. Steekt
dat niet, dat gebrek aan erkenning
in eigen land?
“Op het moment van die uitreiking
was ik terug in Afghanistan, om
de film te tonen aan de kinderen
die erin meespeelden. Daar kreeg
ik een berichtje: ‘D’Ardennen negen
Ensors, The Land of the Enlightened
niets.’ Ik zat daar in zo’n andere
sfeer, dat ik het gewoon naast me
heb neergelegd.
grootste Amerikaanse festival voor
de onafhankelijke film.
Hoe moeilijk was het om uw kindje
– na er zeven jaar aan te hebben
gewerkt – uit handen te geven?
Pieter-Jan De Pue: “Het grootste
loslaten kwam al veel eerder, na het
draaien in Afghanistan. Er heerst
daar anarchie, er is amper struc-
tuur. Dat is een reden waarom
het draaien zo lang heeft geduurd,
we moesten het land eerst leren
begrijpen.
“Eens terug in België moest ik
door allerhande deadlines meteen
gaan monteren. Ik kwam vanuit de
bergen – 5.000 meter hoog, het
grote niets – rechtstreeks in
een donkere montagecel terecht.
Nooit had ik zo veel parkeerboetes
als toen, ik kon gewoon niet meer
wennen aan de structuur en regels
in een westerse setting.
“De eerste versie van de film werd
Ultima Film
► Pieter-Jan De Pue:
‘In dit tempo zou ik in
mijn hele leven vier
films kunnen maken.
Maar waarom acht
films maken waarvan
de helft tijdverspilling
is?’ © KOEN BAUTERS
woensdag 14/06/2017 11
“Ik heb dat verlies ook nooit per-
soonlijk genomen, maar stelde me
wel vragen. Waarom doen we zo veel
festivals in het buitenland, hebben
we al zo veel prijzen gewonnen,
en slaat de film hier niet aan? Willen
Vlamingen dan een ander soort film
zien? Boeit het hen gewoon niet? Ik
vind dat merkwaardig, meer niet.”
HoepastdeUltima-filmprijsnuin
datplaatje?
“Die kwam zeer onverwacht, maar
het is een grote eer. Ik weet niet wie
er in de commissie zat, maar ik heb
wel het juryverslag mogen inkijken.
Daaraan merk ik dat zij mijn levens-
loop vrij goed kennen.”
Dejurylooftuw‘passie,doorzet-
tingsvermogenencompromisloze
standvastigheid,engagementen
generositeit’.Watishetmooiste
compliment?
“Dat is moeilijk, hè. (lacht) Als ik
door iets ben gebeten, dan kan ik
daar erg gepassioneerd voor gaan.
Ook al heeft dat zijn consequenties
voor alles rondom mij. Die passie is
dus zeker een mooi compliment.
“Ik vind: hoe meer je dingen kunt
delen met anderen, hoe meer je
terugkrijgt. Vaak stel ik me de vraag:
als ik 80 jaar ben, als ik dan nog leef,
hoe zal ik dan terugkijken op mijn
leven? Wat heb ik gedaan, wat laat ik
achter? Dat vind ik belangrijk.
“Onlangs heb ik daar een goed
gesprek over gehad met mijn
producent Bart Van Langendonck.
Hij wilde weten hoe ik mijn carrière
als filmmaker zag. In dit tempo zou
ik in mijn hele leven vier films kun-
nen maken. Maar waarom acht films
maken waarvan de helft tijdverspil-
ling is? Die energie steek ik liever in
een ervaring die anderen en mij kan
verrijken.”
HetmakenvanTheLandofthe
Enlightenedheeftunaastzeven
jaartijdookeenrelatie,veelgeld
enbijnauwlevengekost.Washet
datwaard?
“Achteraf bekeken zijn we in gevaar-
lijke situaties terechtgekomen die
‘erover’ waren. Maar het geloof en de
doorzetting moeten er zijn, dat zal in
mijn volgende film niet anders
wezen. Mijn familie waarschuwt me
weleens dat ik op die manier nooit
een standvastige relatie zal hebben,
maar dat is dan maar zo. Het zal
altijd een grote uitdaging zijn om die
balans te maken. En op financieel
vlak: de producent en ik hebben er
zelf geld ingestoken. Ik vermoed dat
de hele film een nuloperatie zal
worden.”
Watwordtuwvolgendeproject?
“Een mix van een waargebeurd
verhaal in de Ardennen over twee
broers, twee stropers, dat we willen
projecteren in een Slavische setting.
Plots worden beide broers ingezet als
sluipschutters in een conflict, moge-
lijk is dat in Oekraïne, maar dat wil ik
suggestief benaderen. Daar komen
de twee lijnrecht tegenover elkaar te
staan. Het is een waargebeurd
verhaal en tegelijk een reflectie van
een bestaand verhaal uit de Eerste
Wereldoorlog over twee aboriginal-
broers die naar het Europese front
trekken. History repeats itself. Een
modern Kaïn en Abel-verhaal,
natuur versus de destructie van
oorlog.
“Volgens mij komt de Ultima
daarom op het juiste moment. In
mijn leven zijn er een aantal momen-
ten geweest die mij motiveerden
om te doen wat ik nu doe. De speciale
vermelding van het Vlaams
Audiovisueel Fonds voor mijn eind-
werk, bijvoorbeeld. Er werd me toen
gezegd dat ik gegarandeerd op steun
kon rekenen, als ik ooit een project
zou indienen. Die belofte is toen
ingelost voor het hoogst mogelijke
bedrag voor The Land of the
Enlightened. Toen wist ik: het moet
nu wel goed zijn.
“Deze Ultima is opnieuw zoiets.
Het doet deugd om te merken dat
mensen in mij geloven. Dat is een
grote stimulans. Maar de druk ligt
nu nóg hoger. (lacht) Want eerlijk,
dat houdt me heel erg bezig.”
The Land of the Enlightened is
uitgegeven op dvd bij Dalton
Distribution
‘Hoe vaak kreeg ik
niet de vraag of het
dat allemaal wel
waard was, zeven
jaar voor één film’
► Ruiters in de
Afghaanse sneeuw,
een beeld uit
The Land of the
Enlightened.
© RV
12 ultimas.
Raf Simons
Ultima Algemene Culturele Verdienste
‘Alsjeeenstem
hebt,moetje
dielatenhoren’
Mode vond hij aanvankelijk maar oppervlakkig. Vandaag staat
Raf Simons (49) aan de top van de modewereld. Door een mix
van talent en verbetenheid. ‘Als Raf iets in zijn hoofd heeft
moet het gebeuren’, vertellen vrienden. Hoe waanzinnig ook.
KIM VAN DE PERRE
woensdag 14/06/2017 13
©GAMMA-RAPHOVIAGETTYIMAGES
kleur wit hadden. En voor zijn eerste haute-
couturedefilé bij Dior, in 2012, wilde hij alle
muren van het Parijse huis waar het spekta-
kel plaatsvond met duizenden bloemen
bekleden. Velen verklaarden hem voor gek.
Maar uiteindelijk bleef er geen hoekje onbe-
dekt. “Dat is Raf: zo vooruitstrevend dat
hij altijd de grenzen van het
mogelijke opzoekt”, vertelt flo-
rist en vriend Mark Colle, die
voor het huzarenstukje werd
ingeschakeld.
Simons ontwerpt niet
gewoon kleren, zegt Colle,
het draait om het totaalcon-
cept. “Hij weet wat hij wil.
Zo mochten de orchideeën
niet gewoon aan de muur
hangen, nee, ze moesten
over de muur kruipen.
En het resultaat was
subliem.”
Bij zijn eerste collec-
tie voor Dior kreeg zijn
team ei zo na een
zenuwinzinking:
Simons wilde dat het
patroon van schilder
Sterling Ruby niet ach-
teraf op de stof werd
geverfd, wél op de dra-
den waarmee de stof
werd geweven. Om
het gevoel van pen-
seelstreken op te roe-
pen. “Als het écht
niet lukt, dan is het
zo”, was het antwoord
van Simons. “Maar we
blijven proberen tot het
eerste model de catwalk oploopt.”
Vrienden omschrijven Simons als rustig
maar vastberaden, als discreet, bescheiden
en loyaal. “Al heeft hij zoals iedereen op dat
niveau in de modewereld ook al eens zijn
tantrums als de dingen niet volgens afspraak
verlopen”, zegt make-upartiest Peter Philips.
Philips kent Simons al jaren, en werkt al bijna
even lang met hem samen. De ontwerper staat
er dan ook om bekend dat hij zich lange perio-
des met dezelfde vaste kern omringt, zoals
rechterhand Pieter Mulier, die hem na elke
overstap volgt.
Meteen naar Milaan
Simons vond mode aanvankelijk maar opper-
vlakkig, bekende hij ooit in een interview. De
Antwerpse Zes volgde hij wel met bewonde-
14 ultimas.
ier had eigenlijk een interview met
Raf Simons moeten staan. Maar zijn
assistente is duidelijk: aandringen
heeft geen zin. Sinds zijn aanstelling
als creatief directeur bij het
Amerikaanse modehuis Calvin
Klein, telt Simons’ agenda geen gaat-
jes meer.
Zijn die er toch, dan gebruikt de
ontwerper zijn schaarse vrije momenten liever om
met zijn Franse partner en hun herdershond Luca
te gaan wandelen. Bij voorkeur in de bossen van de
Berkshires, op een boogscheut van zijn nieuwe
woonplaats New York. Praten met de pers is, op z’n
zachtst gezegd, niet zijn favoriete bezigheid.
Erger vindt Simons dat hij ook verstek moest
laten gaan voor zijn eigen prijsuitreiking. Hij kreeg
de Ultima voor Algemene Culturele Verdienste. Als
eerste modeontwerper ooit. “Bijzonder”, zegt Kaat
Debo, directrice van het Antwerpse ModeMuseum,
die Simons al meermaals ontmoette. “Het bewijs
dat mode eindelijk voor vol wordt aangezien in de
kunst- en cultuurwereld. Een kentering waar Raf
Simons absoluut toe heeft bijgedragen.”
Zeker sinds zijn passage als hoofdontwerper bij
het Franse couturehuis Dior is Simons absolute
wereldtop. Vorige week schreef hij op de CFDA
Awards, zeg maar de Oscars voor de mode, nog
geschiedenis met de hoofdprijs voor zowel zijn
mannen- als vrouwencollectie bij Calvin Klein.
Time Magazine riep de Belg zelfs uit tot een van de
honderd invloedrijkste personen ter wereld. Niet
slecht voor iemand die nooit mode studeerde.
Totaalconcept
Simons, zoon van een beroepsmilitair en poets-
vrouw, groeide op in Neerpelt. Het Limburgse dorp
bleek al snel te klein voor iemand die al van jongs af
aan bezeten was door muziek, film en kunst. “Er
was geen bioscoop, geen museum, geen kunstgale-
rie. Ik had geen toegang tot dingen waartoe ik me
aangetrokken voelde”, zei Simons daarover in The
New York Times.
Zijn ouders dachten lang dat hij dierenarts zou
worden, omdat hij constant beesten – van marmot-
ten tot wandelende takken – het huis binnenbracht.
Maar Simons koos als jonge student voor industri-
ële vormgeving in Genk. Tijdens groepsprojecten
kwam toen al zijn verbeten kantje boven. “Als Raf
iets in zijn hoofd had, was hij niet te stoppen”, zegt
medestudent Jan Boelen, die later ook Simons’ expo
Guided by Heroes in de Hasseltse Z33 cureerde. “Hij
stond open voor de inbreng van anderen, maar wist
ons op het einde toch altijd te overtuigen van zijn
eigen idee. Ideeën die dan ook prijzen wonnen.”
Een werkwijze die de ontwerper nog steeds han-
teert. In Z33 moesten alle muren én vloeren voor de
expo herschilderd worden omdat ze niet de juiste
► Drie keer ‘Raf Simons’:
rechts zijn eerste ‘bloemendefilé’
voor Dior (2012/13),
links zijn eigen Raf Simons-merk (2016)
en midden de ‘Any way out of this nightmare?’-
blazer voor Calvin Klein (2017).
© GETTY, AFP
H
woensdag 14/06/2017 15
Bowie en techno, koopt Picasso en tweedehands,
houdt van cultfilms als Under the Skin maar gaf in
het verleden ook al toe dat hij Expeditie Robinson
volgde. Shows in de jaren 90 waren mee geïnspi-
reerd op gabbers, streetart en Kraftwerk, later
gebruikte hij werken van Sterling Ruby en de over-
leden fotograaf Robert Mapplethorpe als prints.
Als student sprong Raf er al uit, zegt Boelen. “We
waren allemaal ambitieuze ego’s die de wereld wil-
den veroveren. Maar Raf vertrok toch altijd vanuit
de vraag: hoe kan ik iets wezenlijk veranderen?”
Andere jonge ontwerpers zouden niet twijfelen
als hen een topjob bij een internationaal gerenom-
meerd modehuis werd aangeboden. De immer
bedachtzame Simons wel. “Hij was vereerd toen Jil
Sander hem in 2005 als
hoofdontwerper vroeg,
maar heeft er toch eerst
lang en goed over nage-
dacht: moet ik die stap
wel nemen? Kan ik daar
van betekenis zijn?”
Eigen DNA
Simons wil kleren
maken die nog nooit
eerder gemaakt zijn, de
mode openbreken, wars
van conservatieve hok-
jes en conventies. Ook
zijn atypische defilés,
waarbij hij het publiek
recht laat staan of net
hele labyrinten bouwt,
gaan over de tongen.
In zijn eigen lijn is zijn frustratie over mannen-
mode, die lang vooral functioneel moest zijn, een
belangrijke drijfveer. “Toen hij begon met een veel
androgyner, ‘slanker’ silhouet, zag je anderen plots
volgen”, zegt Debo.
Zijn grootste troef? “Zelfs als ontwerper bij grote
modehuizen bewaart hij zijn eigen DNA, zonder het
DNA van het huis uit het oog te verliezen. Hij kijkt
hoe hij labels die al zo lang meegaan, zoals Dior en
Calvin Klein, vandaag relevant kan maken.”
Het resultaat: haute-coutureavondjurken krijgen
zakken mee, of worden gecombineerd met een
broek. Bij zijn eerste show voor Calvin Klein voegt
hij mannen en vrouwen gewoon samen, en schuwt
hij, in de nasleep van Trumps immigratieban, de
politieke statements niet. Een blazer met het
opschrift 'Any way out of this nightmare?’, een T-
shirt met ‘New dawn fades’.
Simons had net bij Calvin Klein getekend toen
Trump de verkiezingen won. “Je verhuist je leven, je
partner, je hond naar een nieuwe stad. En dan
gebeurt datgene wat je nooit had verwacht”, zegt
Simons daarover in het blad GQ. “Dan denk je wel:
wat heb ik beslist? Maar vervolgens heb je de keuze:
of je blijft bij de pakken neerzitten, of je doet
gewoon je ding. Ik heb niet alleen een verantwoor-
delijkheid, maar ook een uitdaging.”
In een ander interview na de bewuste show geeft
Simons aan dat hij met zijn ontwerpen jongeren
hoopt te inspireren om hun stem te laten horen. “Ik
voel dat ik iets moet doen. Het maakt zelfs niet uit of
je tien of miljoenen mensen bereikt. Als je een stem
hebt, is het tijd om die te gebruiken.”
Into New York
Media reageerden verbaasd toen Simons in 2016 bij
Calvin Klein tekende. Had de Belg niet net Dior ver-
laten omdat hij het gruwelijke tempo bij een groot
modehuis beu was?
Omdat hij meer tijd
voor zijn eigen lijn
wilde? “Het hele sys-
teem is fucked up”, zei
hij in De Tijd, niet lang
na zijn gemediatiseerde
vertrek bij Dior. Het
merk en de mensen
draagt hij nog altijd een
warm hart toe, maar de
snelheid en de giganti-
sche machine werden
hem te veel. “Mode
wordt te populair. Als
we niet opletten, verliest
ze haar magie. Het sys-
teem valt zichzelf aan
doordat er te veel expo-
sure is. Nu ik wat in between zit, denk ik over zulke
dingen na. Over hoe een systeem zichzelf kan ver-
nietigen.”
Vrienden en nauwe collega’s waren minder ver-
rast over het Calvin Klein-nieuws. Raf heeft die uit-
daging nodig, klinkt het. “Calvin Klein is een merk
dat heel nauw aanleunt bij jongerencultuur, iets
dat Raf al sinds ik hem ken bezighoudt”, vertelt
Peter Philips. “Die kans kon en wilde hij niet laten
liggen. Bovendien is hij altijd al into New York
geweest: de sfeer van die stad, de mensen, de kunst-
scene.”
En Calvin Klein mag dan een grote machine zijn,
zegt Philips, het tempo verbleekt bij de zes shows
die Simons jaarlijks bij Dior in elkaar moest bok-
sen. “Het houdt me alert”, zegt Simons zelf over het
combineren van zijn nieuwe rol met zijn eigen lijn.
“Het voorkomt dat je lui wordt in je denkproces.”
Ook Boelen was niet verbaasd dat zijn ex-klasge-
noot weer aan het roer staat van een toplabel: “Als
je de modeindustrie mee wilt veranderen, lukt dat
nog altijd het beste van binnenuit. Raf mag dan
geen luidruchtige tafelspringer zijn, het is niet zijn
stijl om aan de zijlijn te blijven staan.”
ring, maar kleren ontwerpen was niet zijn eerste
liefde. Pas toen hij, als stagiair van Walter Van
Beirendonck, naar de Parijse modeweek trok en
daar een show van die andere grote Belgische ont-
werper, Martin Margiela, zag, was hij verkocht. In
The New York Times: “Het was een fractie van een
seconde, een plots inzicht: dit is helemaal niet
oppervlakkig, dit draait niet alleen om glamour en
feestjes. Het was anders.”
Toen hij met zijn eerste ontwerpen bij Linda
Loppa, destijds directrice van het Antwerpse
ModeMuseum aanklopte, gaf die hem het advies
om de opleiding te skippen, en meteen naar de buy-
ers in Milaan te trekken.
Sketchen is niet aan de ontwerper besteed. “Hij
maakt dossiers met concepten”, vertelt Pieter
Mulier in de documentaire Dior & I. Net als
Margiela creëert Simons een eigen universum. Vol
referenties naar de honderd-en-een subculturen,
stromingen en fenomenen die hem fascineren. En
dat mag je letterlijk nemen: hij luistert naar David
‘Deze prijs bewijst dat
mode eindelijk voor vol
wordt aangezien in
de cultuurwereld.
Daar heeft Raf Simons
zeker toe bijgedragen’
KAAT DEBO
DIRECTRICE ANTWERPS MODEMUSEUM
16 ultimas.
Timelab en Toestand
Ultima Cultureel Ondernemerschap en Ultima Sociaal-
Bij Timelab toverden ze de oude
Gentse bibliotheek om tot een
creatief nest. Toestand doet met
Allee du Kaai zowat hetzelfde in
de Brusselse Maritiemwijk. Het
tijdelijk inpalmen van ruimte
binnen de stad zit in de lift.
PIETER DUMON
EN LILITH GEERAERTS
oestuintjes, kunste-
naarsateliers, een
skatepark, picknick-
banken en sinds kort
ook een klimmuur.
Een opsomming die
meteen duidelijk
maakt dat Allee du
Kaai, een tijdelijk pro-
ject langs de Havenlaan in Brussel,
een plek is waar (bijna) alles kan en
iedereen welkom is. Een mission-
statement vergelijkbaar met dat van
NEST, het project dat van de oude
bibliotheek aan het Gentse Zuid
de komende maanden een pleister-
plaats moet maken voor creatieve
pop-ups, startende bedrijfjes en
allerhande evenementen.
Evi Swinnen, coördinator van het
Gentse Timelab, is relatief nieuw in
de wereld van de tijdelijke invulling,
zoals dit soort projecten in vakter-
men heet. Voor Pepijn Kennis van
de Brusselse vzw Toestand is het
zoeken naar een manier om iets
meer te doen met onderbenutte
ruimte in de stad al een aantal jaar
een fulltime bezigheid. Maar ze
denken over veel zaken hetzelfde.
Succesformule
Kennis: “Op Allee du Kaai hebben
we artiesten, buurtbewoners die de
moestuintjes onderhouden, sans-
papiers die komen koken, maar
project als de Gentse bibliotheek
niet kunt zeggen: ‘Dit is ons ideaal-
plaatje. Zo gaan we het doen.’ Ook al
zou je proberen er bepaalde dingen
door te drukken, dan nog draait het
altijd anders uit.”
De moeilijkste weg
Kennis: “Toen we hier in 2014 zijn
gestart, pakten we Allee du Kaai aan
zoals onze eerdere projecten: met
een paar vrienden die net als wij
vooral tot de blanke, jonge midden-
klasse van Brussel behoren. We zijn
begonnen met het uitzenden van de
matchen van het WK voetbal op een
groot scherm. De eerste keer kwam
daar 300 man op af, de tweede keer
400 en algauw waren dat er 600.
Waren we dat blijven doen, dan
was de Kaai heel snel een hippe plek
geworden, maar dat was niet wat
ze in deze buurt nodig hadden. Het
moest een plek worden waar alle
initiatieven uit de Maritiem- en de
M
Noordwijk een plaats konden vin-
den. En dus zijn we gaan inspelen op
hun behoeften. Ook al was het van-
uit economisch oogpunt verstandi-
ger – en vanuit beheersstandpunt
veel makkelijker – om die gegoede
blanke Brusselaars binnen te halen.
Net daarom is het belangrijk dat een
overheid in dit soort projecten inves-
teert. Zo kunnen we het ons permit-
teren om te zeggen: ‘We hebben die
blanke middenklasse niet nodig’.
Swinnen: “Die middelen geven je
ook de tijd om uit te zoeken hoe je
die verschillende doelgroepen kunt
bereiken. Dat is in tijden als deze
belangrijker dan ooit. Van een
steeds groter deel van onze samen-
leving weten we vaak niet meer wat
hen bezighoudt en hoe we connectie
kunnen maken. Om daar verande-
ring in te brengen, heb je tijd en
speelruimte nodig.”
Resultaten
Swinnen: “Tijdelijke invulling wordt
nu nog vaak gezien als een zandbak
voor volwassen. De creatievelingen
mogen er even in spelen, waarna de
projectontwikkelaars overnemen
voor het serieuze werk. Dat is een
zware misvatting. Een brede groep
van mensen die zonder hiërar-
chie met elkaar moeten zien samen
te werken, daar komt heel wat ken-
nis en structuur bij kijken. Dit soort
projecten levert een schat aan ken-
nis en ervaring op die we kunnen
meenemen naar een volgend project
en delen met andere organisaties.”
Kennis: “Ook op netwerkniveau
hebben projecten als de onze een
impact. Binnen Allee du Kaai is een
veertigtal organisaties actief. Ze zien
elkaar dagelijks, leren elkaar
kennen en bouwen op die manier
hun eigen netwerk uit. Elk van die
ook skaters, mensen met een verle-
den in de psychiatrie en jongeren uit
Molenbeek. Dit is een van de wei-
nige projecten in Brussel die erin
slagen om zo veel verschillende
doelgroepen samen te brengen. Tot
een aantal jaar geleden dachten
overheden dat ze daar via culturele
centra en buurthuizen ook in zou-
den slagen. Maar waar zij niet in zijn
geslaagd, lukt hier wel. ”
Swinnen: “Het is een kwestie van
luisteren naar de noden van de men-
sen in de buurt. Wij geven ruimte en
zien achteraf wel wat daar van
komt. Voor een overheid is dat
anders. Er wordt gewerkt met belas-
tinggeld en dus moet er een bepaald
doel worden bereikt. Bij ons NEST
zit er veel minder druk op het resul-
taat. Die manier van werken was
wel even aanpassen.
“Afwachten en zien wat er op je
afkomt klinkt makkelijker dan het
is. En het betekent ook dat je bij een
Krakenvoor
gevorderden
‘Waar culturele
centra niet
in geslaagd zijn,
lukt ons wel’
PEPIJN KENNIS
TOESTAND
‘Wij geven mensen
in de buurt ruimte
en zien achteraf wel
wat daar van komt’
EVI SWINNEN
TIMELAB
Toestand
toestand stelt
onderbenutte
ruimte ter beschik-
king van sociaal-
culturele initiatie-
ven. In 2014 sloeg
toestand zijn tenten
op aan de Brusselse
Havenlaan. Daar
runt het allee du
Kaai, een ontmoe-
tingsplaats voor
organisaties uit de
Brusselse Maritiem-
en noordwijk. 
In Anderlecht loopt
een soortgelijk
project in de oude
gebouwen van
PIAS, en in sint-
Gillis in de openbare
ruimte. 
woensdag 14/06/2017 17
Cultureel Volwassenenwerk
organisaties heeft hier ook de kans
gekregen dingen uit te testen, hun
werking te evalueren en scherp te
stellen. De hoop is dat, als het hier
ophoudt, ze een andere plek kunnen
vinden om door te gaan. Zelf bieden
we hen trouwens die kans door
nieuwe projecten op te starten.”
Werkpunten
Kennis: “Er is nog altijd veel werk
aan het overtuigen van lokale over-
heden en het hen doen inzien dat
zo’n tijdelijke plek echt wel een
meerwaarde heeft. Al is er verbete-
ring merkbaar. Steden hebben
gezien dat dit soort projecten een
positieve invloed kunnen hebben
op het imago van een stad, terwijl
ze vroeger liever ver weg bleven van
een half kraakpand zoals het onze.
Al houdt dat ook een gevaar in. Als
je, zoals in Gent, een bibliotheek
mag bezetten, dan verwacht de stad
ook iets terug. Zo kom je via een
achterpoortje toch weer in de strate-
gieën van zo’n stadsbestuur terecht.”
Swinnen: “Daar ligt voor ons als
organisatoren een belangrijke rol.
We moeten kritisch en autonoom
wen en die dan ook nog gaat delen
via lezingen of een boek, dan kom je
er niet met die ene voltijdse kracht.”
Swinnen: “De kennis die je tijdens
dit soort projecten opbouwt, wordt
echt ondergewaardeerd. Veel orga-
nisaties binnen het tijdelijke circuit
zijn noodgedwongen vooral bezig
met het blussen van brandjes en het
garanderen van de veiligheid. Ze
hebben niet de middelen om
expertise op te bouwen en te delen.
Zonder extra investeringen gaat al
die kennis verloren. Daar laten we
vandaag heel wat kansen liggen.”
Timelab
een open stadslab
in Gent waar
kunstenaars en een
lokale gemeen-
schap van makers
samen aan nieuwe
producten werken.
Dat leverde onder
andere een gin op
basis van onkruid
op, paté van
Canadese ganzen
en een nieuw
bouwmateriaal,
gemaakt van
invasieve planten-
soorten. timelab
zette ook de
organisatiestructuur
voor nest, het
tijdelijke project in
de oude Gentse
stadsbibliotheek,
op poten.
blijven. Dat betekent niet dat je zo’n
stadsbestuur tegen elke prijs buiten
moet houden, maar je moet je wel
bewust zijn van dat gevaar.”
Kennis: “We zijn ook nog steeds
op zoek naar een manier om tijde-
lijke invulling echt op de kaart te zet-
ten als methodiek. We hebben door
de jaren heen heel wat expertise
opgebouwd en willen die ook delen,
maar daar is amper tijd en geld voor.
We hebben wel wat middelen gekre-
gen in het kader van experimenteel
jeugdwerk, maar als je hier de boel
moet runnen, expertise wilt opbou-
© Koen Bauters
18 ultimas. HH
interview.
Vlaams minister van Cultuur Sven Gatz (Open Vld)
In 2014 werd Sven Gatz (Open Vld) vanuit het
niets minister van Cultuur. Tijdens een trip naar
Zuid-Afrika blikt hij terug op zijn cultuurbeleid
en zoekt hij inspiratie voor de toekomst.
‘Als men ons hier kan tonen hoe wij beter
met diversiteit kunnen omgaan: graag!’
JAN DEBACKERE
hayelitsa, een sloppenwijk even buiten Kaapstad. Een half
miljoen mensen leeft er in vaak extreme armoede op elkaars
lip. Een van hen is Phinias Chiubvu, een letterbeeldhouwer
die werd opgepikt door de Brugse beeldhouwster Maud
Bekaert, toen die er tien jaar geleden workshops letterbeeld-
houwen gaf. Chiubvu maakte er zijn beroep van en verkoopt
nu stenen waar hij spreuken of afbeeldingen in kapt.
Ook voor minister van Cultuur Sven Gatz heeft hij enkele
cadeautjes klaarliggen. Een steentje met de gestileerde
leeuw van de Vlaamse overheid op – “Dat geef ik cadeau
aan Bourgeois” – en eentje met een passende boodschap
voor een cultuurminister: ‘Art Matters’.
De ontmoeting maakt indruk, en niet alleen door de
kwaliteit van Chiubvu’s werk. “Als je op maandag tegen je
zin opstaat, moet je hier maar eens aan denken. Die man is
zijn geboorteland Zimbabwe ontvlucht, omdat het leven er
te hard was. Maar hij heeft wel een plan. Misschien zijn ze
niet allemaal als hij, maar het toont hoe, naast middelen,
vooral je dynamiek en drive belangrijk zijn.”
Tijdens zijn trip naar Zuid-Afrika bezocht Gatz naast
Khayelitsa nog verschillende andere cultuur- en jeugd-
‘Respect
vertaalt
zich niet
alleen in
extra geld’
woensdag 14/06/2017 19
projecten. “In deze tijden van politiek reispuritanisme wil ik
een pleidooi houden om niet te snel kritiek te geven op zulke
reizen. Je moet blijven reizen om te leren. Hier zijn opent
de ogen.”
Ver van alle Wetstraat-gewoel en de vele politieke opstoot-
jes is het ook het moment om terug te blikken op drie jaar
ministerschap. “Een perfecte omgeving”, vindt Gatz. “Want
na enkele dagen hier in Zuid-Afrika ben je toch ontheemd.”
Maar ontheemd of niet, Gatz zegt tevreden te zijn over het
parcours dat hij heeft afgelegd.
“Men heeft me na een jaar al eens een rapport gevraagd, en
toen gaf ik me 11, 12 of 13 op 20. Ik zal er nu geen cijfer op plak-
ken, maar ik zou me toch iets meer durven te geven. Het zal
me nooit lukken om iedereen tevreden te stellen, maar ik
denk dat ik de zaken voor een stuk heb kunnen heropbouwen
na de besparingen in het begin. In de kunstensector hebben
we 10 miljoen kunnen inbrengen, er is 2 miljoen euro meer in
de projectenpot, de tax shift – weliswaar een federale
bevoegdheid – geeft meer ademruimte, er is de kunst-
aankoopregeling… Als je alles optelt, kom je aan een situatie
die vergelijkbaar is met 2014.”
Maar veel organisaties vielen wel uit de boot bij de
subsidieverdeling en hebben het nu erg moeilijk of zijn
al gestopt.
“De middelen zijn niet op dezelfde manier verdeeld, nee,
maar dat is nu eenmaal de beleidskeuze. Dat was voor een
stuk gevraagd door de sector, maar ik begrijp dat het moeilijk
is als je aan de verkeerde kant van de medaille valt.
“Iedereen mag zelf oordelen, maar ik denk dat mijn par-
cours best aardig is. Ik heb ook veel gesprekken met kunste-
naars op mijn kantoor en op het terrein. Ik wil weten wat ze
doen, hoe we sommige dingen beter kunnen maken. Dat is
even belangrijk als de middelen.”
Gaat het debat over cultuur volgens u te vaak over geld?
“Dat vind ik wel. Een sector die vaak heel kritisch staat tegen-
over het kapitalisme mag het maatschappelijk respect van
de overheid niet alleen vertalen in het krijgen van meer
middelen. Natuurlijk zal ik meer geven als dat kan, maar het
gaat niet alleen daarover. De discussie over de verspreiding
van de kunstensector over de culturele centra is voor mij even
belangrijk als meer middelen voor de huizen.”
Was u geschrokken van de reacties tijdens uw eerste jaar?
De kritiek was vaak keihard.
“De kritiek viel al bij al mee. Een deel van de kritiek is voor de
galerij, een deel is echt. We zijn allemaal pr-mensen geworden.
Politici, maar ook mensen uit de kunstensector. Ik probeer dan
te kijken wat het obligate zinnetje is en waar ze op een open
zenuw zitten en me in mijn ziel treffen. Dat kan gebeuren, en
dat moet ook.”
Tijdens de week in Zuid-Afrika kreeg Gatz onder andere een
rondleiding in het Market Theatre in Johannesburg. Opgericht
in 1976 in volle apartheid was het een van de eerste plaatsen
waar blank en zwart zonder onderscheid samen konden spe-
len en werken. Vandaag is het een creatief broeinest met een
eigen theater- en fotografieopleiding in een modern gebouw.
Het werkt ook intensief samen met theaterhuizen elders in de
stad en lonkt naar Vlaanderen om hier iets te kunnen doen.
► Sven Gatz
waagt zich
tijdens zijn
bezoek aan
Zuid-Afrika
aan een
streepje
muziek.
© LULAMA
ZENZILE
Bovendien haalt het Market Theatre flink wat middelen uit
de markt: een derde van de inkomsten zamelt het zelf in, twee
derde komt van de overheid.
Een inspirerend voorbeeld, vindt Gatz, dat ook toont dat wij
nog veel van niet-westerse landen kunnen leren. “Zij betrekken
het publiek veel meer bij hun werking. Met het Hillbrow
Theatre hebben ze bijvoorbeeld pan-Afrikaans theater waar ze
alle nationaliteiten samenbrengen om producties te maken.
Als zij ons kunnen tonen hoe we beter met diversiteit moeten
omgaan: hoe sneller, hoe liever. In een Vlaanderen dat zich
net als veel andere landen dreigt terug te plooien op de eigen
identiteit, vind ik het goed dat wij zulke ervaringen kunnen
opdoen.”
Blijft diversiteit het probleem van veel cultuurorganisaties?
“Dat blijft moeilijk, ja. Maar onlangs kreeg ik een interessante
suggestie tijdens het burgerkabinet van Brussel. Ik geloof niet
in een burgerkabinet waar je de burgers 2 miljoen geeft om te
besteden. Ik zou het eerder op microniveau willen doen in de
huizen. Een burgerbudget voor cultuur dus.
“Je kunt dan cultuurhuizen vragen of zij jaarlijks een deel
van hun budget willen vrijmaken waarover hun publiek mag
beslissen. Zouden zij bijvoorbeeld 30.000 of 40.000 euro willen
reserveren voor een participatief traject waar jongeren uit de
buurt iets mee mogen doen?”
Veel huizen hebben toch al dergelijke projecten gelanceerd
om een meer divers publiek te bereiken.
“Bronks doet dat bijvoorbeeld al. Toen mijn zoon achttien
was heeft hij met Bronks een productie gemaakt. De vijfdes en
zesdes van het college in Jette deden dat samen met het KTA,
een school die in dezelfde straat ligt, maar waarmee ze geen
contact hadden. Dat was heel plezant. Ook de KVS en Michael
De Cock doen al dingen in die richting, maar er kan en er
moet nog meer gebeuren. Dit gaat over draagvlak, publiek,
participatie en diversiteit. Welke legitimiteit hebben die huizen
en heeft mijn cultuurbeleid?
“Ik besef dat zo’n burgerbudget oncomfortabel klinkt. Ik
wil hen niets aanpraten waarmee ze ongelukkig zijn, maar
ik denk dat het hier belangrijk is uit je comfortzone te treden.
Daarom zou ik er met een paar huizen toch eens over willen
doorbomen.”
Moeten de cultuurhuizen ook niet hun aanbod aanpassen
om een diverser publiek te bereiken?
“Een huis kan hoogstaande en moeilijk toegankelijke dingen
brengen, maar tegelijkertijd moet het ook andere zaken doen.
Bij KVS brengen ze zowel Malcolm X als Brussels Volkstejoêter,
dat in het dialect speelt. Dat moet kunnen. Laat de verschil-
lende publieken in het slechtste geval apart naar de voorstel-
lingen komen, maar op een gegeven moment zul je interactie
krijgen.
“Ik geef toe dat het dan moeilijk is om je theaterhuis een
duidelijke smoel te geven, maar je moet ook de maatschap-
pelijke meerwaarde ervan durven zien. Als je als maker
schotten tussen disciplines wegwerkt, moet je ook durven
de schotten tussen de publieken durven weg te werken.”
U haalt de cultuurhuizen ook uit hun comfortzone als
het over financiering gaat. Hebt u het gevoel dat de
cultuursector meegaat met u als u inzet op nieuwe
inkomstenbronnen, zoals bijvoorbeeld de tax shelter
voor podiumkunsten?
“Je hebt believers en non-believers. Ik heb nooit beweerd
dat dat alleen zaligmakend zal zijn, maar als ik zie dat er in
twee maanden tijd de ambitie is om zo 4 miljoen euro op te
halen, vind ik dat veel. Ik was ook aangenaam verrast dat
er een aantal kleinere gezelschappen tussenzaten.
“Ik weet dat het niet voor iedereen evenveel zal kunnen
helpen, maar als sector is men moreel verplicht om te onder-
zoeken wat dat kan betekenen. Samen met de tax shift en
de nieuwe middelen zou het een serieus verschil kunnen
maken. Daarom ben ik ook van plan om voor beeldende
kunst en musea dat soort kanalen te creëren, al ben ik daar-
voor ook afhankelijk van de federale overheid.”
U vreest niet dat cultuurhuizen hun aanbod zullen aanpas-
sen omdat ze op de privémarkt middelen moeten zoeken?
“Een aantal mensen gelooft te snel dat ze hun ziel aan de dui-
vel verkopen. Maar met de tax shelter kunnen ze ook anoniem
certificaten uitschrijven aan derden die ze niet hoeven te
kennen, maar wel geld binnenbrengen. Hopelijk kunnen de
believers van nu hen tonen dat ze veel middelen laten liggen.
“Het zou mooi zijn als we uiteindelijk tot een verhouding
kunnen komen waarbij de klassieke kunstensector de helft
van de overheid krijgt – en bedrag dat even hoog ligt als van-
daag – een kwart via ticketing en een kwart via aanvullende
financiering. Dat zou betekenen dat je 25 procent meer
budget hebt dan vandaag.”
Terwijl Gatz in Zuid-Afrika verschillende projecten bezoekt,
blijft de politieke situatie op het thuisfront aanwezig. Of beter:
de politieke relletjes. Nu is het de cartoon van Kifkif, waarbij
Theo Francken en Gwendolyn Rutten bijna worden onthoofd
door IS die de telefoons doet rinkelen. “Wansmakelijk, zowel
deze cartoon als die van Jong N-VA, die eerder verscheen,
met een verkrachtingsscène”, zegt Gatz daar later over, maar
de dag zelf weigert hij commentaar te geven. “Het is niet de
moeite dat ik meespeel in het spel van de anderen.”
Alleen: kun je het als politicus nog maken om steeds ‘geen
commentaar’ te zeggen? “Ik merk dat er grenzen aan zijn.
Soms moet je positie innemen, zeker vandaag. Het korte-
termijnaspect wordt steeds korter en je kunt niet steeds stil
vanop de zijlijn toekijken en vakminister zijn. Na drie jaar
kom ik in een fase waarbij ik af en toe uit het bos moet
komen. Alleen is de vraag hoe je dat op een gedoseerde
manier doet zonder je te verliezen in eindeloze onbeduidend-
heden.”
Over de subnationaliteit in Brussel, een voorstel van de
N-VA, deed hij het wel. Over de misgelopen investering in
Apache deed hij het niet. “Omdat het niet mijn bevoegdheid is,
maar ook omdat ik weet dat Apache het redelijk goed doet.
De lening zou het hen iets makkelijker hebben gemaakt,
maar ze zullen er ook zonder komen. Als er een interventie is
om die lening niet toe te kennen, ben ik daar niet noodzakelijk
gelukkig mee, maar dan is dat de verantwoordelijkheid van
een andere collega. En dan gaat het over het businessplan van
Apache, niet over de vrijheid van media.
“Als politicus moet je je veldslagen kiezen en je eigen sporen
hebben. De aanvullende financiering, de burgerkabinetten,
daar wil ik op inzetten. Het interesseert me niet om de rege-
ringsdiscussies op Twitter te beslechten. Dat heeft niets met
burgerparticipatie te maken, maar alles met verloren tijd.”
20 ultimas.
‘Als je als maker schotten
tussen disciplines wegwerkt,
moet je dat ook durven
tussen de publieken’
SVEN GATZ
VLAAMS MINISTER VAN CULTUUR (OPEN VLD)

Contenu connexe

Similaire à Ultimas

Interview, reportage en verslag voor Voxweb
Interview, reportage en verslag voor VoxwebInterview, reportage en verslag voor Voxweb
Interview, reportage en verslag voor VoxwebLigtenbergK
 
Gits
GitsGits
GitsGits
 
Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...
Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...
Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...Thunnis van Oort
 
Hc 44 avondland presentatie-1
Hc 44 avondland presentatie-1Hc 44 avondland presentatie-1
Hc 44 avondland presentatie-1Adri Martens
 
Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)
Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)
Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)Eric Van 't Hoff
 
Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016
Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016
Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016Hans van Duijnhoven
 
29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap
29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap
29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschapThomas Vaessens
 
kunstenisraelmagazine2013
kunstenisraelmagazine2013kunstenisraelmagazine2013
kunstenisraelmagazine2013Ken Gould
 
Jaarprogramma 2021 2022
Jaarprogramma 2021 2022Jaarprogramma 2021 2022
Jaarprogramma 2021 2022VVPAssen
 
CBK_1401_binnenwerk_16_LR
CBK_1401_binnenwerk_16_LRCBK_1401_binnenwerk_16_LR
CBK_1401_binnenwerk_16_LRMiska Aksular
 
De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012
De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012
De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012Promotie Podiumkunsten
 
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijdEen permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijdHans van Duijnhoven
 

Similaire à Ultimas (20)

Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes november 2014
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes november 2014Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes november 2014
Nieuwsbrief creative counseling sjoukje drenth bruintjes november 2014
 
Magazine TwentseWelle mei 2014
Magazine TwentseWelle mei 2014Magazine TwentseWelle mei 2014
Magazine TwentseWelle mei 2014
 
Interview, reportage en verslag voor Voxweb
Interview, reportage en verslag voor VoxwebInterview, reportage en verslag voor Voxweb
Interview, reportage en verslag voor Voxweb
 
FVV presentatie 1975-2013
FVV presentatie 1975-2013FVV presentatie 1975-2013
FVV presentatie 1975-2013
 
Gits
GitsGits
Gits
 
Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...
Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...
Film en het moderne leven in Limburg. Het bioscoopwezen tussen commercie en k...
 
Sessie 10 Urban culture- Michael De Cock
Sessie 10 Urban culture- Michael De CockSessie 10 Urban culture- Michael De Cock
Sessie 10 Urban culture- Michael De Cock
 
Hc 44 avondland presentatie-1
Hc 44 avondland presentatie-1Hc 44 avondland presentatie-1
Hc 44 avondland presentatie-1
 
Programma 2013/2014
Programma 2013/2014Programma 2013/2014
Programma 2013/2014
 
Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)
Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)
Hedendaagse kunst lezing (Eindhoven 14-11-2013)
 
Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016
Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016
Lezers van Stavast Meet Up 11, donderdag 23 juni 2016
 
29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap
29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap
29 liberal humanism en de moderne literatuurwetenschap
 
kunstenisraelmagazine2013
kunstenisraelmagazine2013kunstenisraelmagazine2013
kunstenisraelmagazine2013
 
Art in the Dark
Art in the DarkArt in the Dark
Art in the Dark
 
Jaarprogramma 2021 2022
Jaarprogramma 2021 2022Jaarprogramma 2021 2022
Jaarprogramma 2021 2022
 
CBK_1401_binnenwerk_16_LR
CBK_1401_binnenwerk_16_LRCBK_1401_binnenwerk_16_LR
CBK_1401_binnenwerk_16_LR
 
Verslag kinderparlement 8 januari 2015
Verslag kinderparlement 8 januari 2015Verslag kinderparlement 8 januari 2015
Verslag kinderparlement 8 januari 2015
 
De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012
De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012
De vrienden van Museum Boerhaave | congres podiumkunsten 2012
 
REMAINS Of TODAY - vol 02
REMAINS Of TODAY - vol 02REMAINS Of TODAY - vol 02
REMAINS Of TODAY - vol 02
 
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijdEen permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
Een permanente beta status - Oefenen in een andere tijd
 

Plus de Sven Gatz

Presentation of the vision text on Multilingualism in Brussels
Presentation of the vision text on Multilingualism in BrusselsPresentation of the vision text on Multilingualism in Brussels
Presentation of the vision text on Multilingualism in BrusselsSven Gatz
 
Note de politique Promotion du Multilinguisme
Note de politique Promotion du MultilinguismeNote de politique Promotion du Multilinguisme
Note de politique Promotion du MultilinguismeSven Gatz
 
Presentatie Meertaligheid
Presentatie MeertaligheidPresentatie Meertaligheid
Presentatie MeertaligheidSven Gatz
 
100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR
100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR
100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MRSven Gatz
 
MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018
MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018
MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018Sven Gatz
 
Programma MR Jette 2018
Programma MR Jette 2018 Programma MR Jette 2018
Programma MR Jette 2018 Sven Gatz
 
Seb en Sven
Seb en Sven Seb en Sven
Seb en Sven Sven Gatz
 
MR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor Jette
MR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor JetteMR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor Jette
MR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor JetteSven Gatz
 
MR powered by Open Vld: Je suis pour!
MR powered by Open Vld: Je suis pour! MR powered by Open Vld: Je suis pour!
MR powered by Open Vld: Je suis pour! Sven Gatz
 
Persconferentie - Conférence de presse: MR powered by Open Vld Jette
Persconferentie -  Conférence de presse: MR powered by Open Vld JettePersconferentie -  Conférence de presse: MR powered by Open Vld Jette
Persconferentie - Conférence de presse: MR powered by Open Vld JetteSven Gatz
 
Citytrip à Jette
Citytrip à JetteCitytrip à Jette
Citytrip à JetteSven Gatz
 
Citytrip door Jette
Citytrip door JetteCitytrip door Jette
Citytrip door JetteSven Gatz
 
Nieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour Jette
Nieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour JetteNieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour Jette
Nieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour JetteSven Gatz
 
Sven Gatz, een minister voor Jette
Sven Gatz, een minister voor JetteSven Gatz, een minister voor Jette
Sven Gatz, een minister voor JetteSven Gatz
 
Sven Gatz, un ministre pour Jette
Sven Gatz, un ministre pour JetteSven Gatz, un ministre pour Jette
Sven Gatz, un ministre pour JetteSven Gatz
 
MR - Open Vld Jette
MR - Open Vld JetteMR - Open Vld Jette
MR - Open Vld JetteSven Gatz
 

Plus de Sven Gatz (16)

Presentation of the vision text on Multilingualism in Brussels
Presentation of the vision text on Multilingualism in BrusselsPresentation of the vision text on Multilingualism in Brussels
Presentation of the vision text on Multilingualism in Brussels
 
Note de politique Promotion du Multilinguisme
Note de politique Promotion du MultilinguismeNote de politique Promotion du Multilinguisme
Note de politique Promotion du Multilinguisme
 
Presentatie Meertaligheid
Presentatie MeertaligheidPresentatie Meertaligheid
Presentatie Meertaligheid
 
100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR
100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR
100% Jette - Kandidaten Open VLD lijst MR
 
MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018
MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018
MR Jette: Gemeenteraadsverkiezingen 2018
 
Programma MR Jette 2018
Programma MR Jette 2018 Programma MR Jette 2018
Programma MR Jette 2018
 
Seb en Sven
Seb en Sven Seb en Sven
Seb en Sven
 
MR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor Jette
MR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor JetteMR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor Jette
MR powered by Open Vld Jette: Onze ambitie voor Jette
 
MR powered by Open Vld: Je suis pour!
MR powered by Open Vld: Je suis pour! MR powered by Open Vld: Je suis pour!
MR powered by Open Vld: Je suis pour!
 
Persconferentie - Conférence de presse: MR powered by Open Vld Jette
Persconferentie -  Conférence de presse: MR powered by Open Vld JettePersconferentie -  Conférence de presse: MR powered by Open Vld Jette
Persconferentie - Conférence de presse: MR powered by Open Vld Jette
 
Citytrip à Jette
Citytrip à JetteCitytrip à Jette
Citytrip à Jette
 
Citytrip door Jette
Citytrip door JetteCitytrip door Jette
Citytrip door Jette
 
Nieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour Jette
Nieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour JetteNieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour Jette
Nieuwe ideeën voor Jette - De nouvelles idées pour Jette
 
Sven Gatz, een minister voor Jette
Sven Gatz, een minister voor JetteSven Gatz, een minister voor Jette
Sven Gatz, een minister voor Jette
 
Sven Gatz, un ministre pour Jette
Sven Gatz, un ministre pour JetteSven Gatz, un ministre pour Jette
Sven Gatz, un ministre pour Jette
 
MR - Open Vld Jette
MR - Open Vld JetteMR - Open Vld Jette
MR - Open Vld Jette
 

Ultimas

  • 1. DeMorgen. WOENSDAG 14/06/2017 extra bijlage De winnaars van de Ultimas, de nieuwe Vlaamse cultuurprijzen Raf Simons WIELS Jeroen Olyslaegers Pieter-Jan De Pue fABULEUS Forumtheater radicalisering Geelse psychiatrische gezinsverpleging Collectif Malunés Muziekpublique Paola Viganò Toestand Timelab ©PHILIPAGUIRREYOTEGUI/FOTO:MIRJAMDEVRIENDT
  • 2.
  • 3. woensdag 14/06/2017 3 oor wie daaraan zou twijfelen: de Vlaamse Cultuurprijzen zijn goede dingen. Hoe we dat zo zeker weten? Omdat er dit jaar een einde aan komt. Ja, dat leest u goed: vaar- wel, Vlaamse Cultuurprijzen! Maar ook: welkom, Ultimas! Als de Vlaamse Cultuur- prijzen de voorbije twee decennia één probleem had- den, dan was het dat ze in gespreide slagorde werden uit- gereikt, zodat het vorig jaar per- fect mogelijk was dat u de zege van STUFF.-drummer Lander Gyselinck in de categorie Muziek compleet hebt gemist. Of die van het Red Star Line Museum in de categorie Cultureel Roerend Erfgoed. En mogelijk ook die van documentaireproducent Emmy Oost in de categorie Film – niet echt de bekendste naam onder de winnaars vorig jaar, maar wat een oeuvre! Precies dat maakt de Vlaam… pardon, Ultimas zo waardevol: dat ze de culturele verdienste onderstrepen van iemand die in 2016 – vaak na jaren ploeteren – een hoogtepunt heeft bereikt, en dus niet gewoon van de flavour of the month. Met dat laatste is overigens niets mis: van het menu van de dag in een goed restaurant mag je in de regel uitgaan dat de ingrediënten vers zijn (en daarmee terecht #trending). Maar als de gerech- ten op de kaart na enkele jaren nog altijd even- zeer in trek zijn, dan weet je dat je goud in handen hebt. Of in dit geval: de winnaar van een Ultima. Als ik u hiermee nog niet heb doen hongeren naar ‘de klas van 2016’ die op dinsdag 13 juni werd bekendgemaakt tijdens een ceremonie in de Gentse Vooruit, dan hoop ik dat deze special u op zijn minst doet hongeren naar hun werk. Hij werd in elk geval geschreven door mijn gepassio- neerde cult.-ploeg, die zowat elke dag van het jaar overleeft op een dieet van muziek, film, literatuur, theater, opera, beeldende kunst, games, design en – als er tussen twee bedrijven door even tijd is, en afhankelijk van de plek – champagne of frieten. Ben Van Alboom cult.-chef De Morgen Voorbij de‘flavour ofthemonth’ CoördinatieBenVanAlboom,EwoudCeulemansArtdirectorArneDepuydtVormgevingSarahBentein,OrestesLaurentEindredactie RenévanMunster,FrederikDeBacker,JeroenDuvillier,BartNuël,EdwinvanOverveld.MetbijdragenvanKoenBauters,LotteBeckers, RobinBroos,EvelyneCoussens,JorneDaems,JanDebackere,TimDirven,PieterDumon,JillEveraerdt,LilithGeeraerts,NikieProot, Puzzelmedia,IliasTeirlinck,KimVandePerre,WouterVanVooren,YannickVerberckmoes,FrankyVerdickt,LulamaZenzile. DezebijlagekwamtotstandinsamenwerkingmethetDepartementCultuur,JeugdenMediavandeVlaamseoverheid Samen tegen de polarisering: WIELS en Jeroen Olyslaegers ► p. 4-8 Pieter-Jan De Pue: zeven jaar werken, één film ► p. 10-11 9 Culturofilippine 21 Kunstenmakerij Collectif Malunés 27 Duizendpoot Muziekpublique Raf Simons zoekt altijd de naden op ► p.12-15 Toestand en Timelab kraken de stad ► p. 16-17 Met Sven Gatz naar Zuid-Afrika ► p. 18-20 Een Italiaanse architecte in Vlaanderen ► p. 22-23 Ongrijpbaar theater in Leuven en Molenbeek ► p. 24-26 Het wonder der pleeggezinnen in Geel ► p. 28-31
  • 4. 4 ultimas. Jeroen Olyslaegers en WIELS Centrum voor Hedendaagse Kunst Ultima Letteren en Ultima Beeldende Kunst ‘Doorde ideologische firewall gaan,dat isaltijd deambitie’
  • 5. woensdag 14/06/2017 5 ► Jeroen Olyslaegers (links) en Dirk Snauwaert op de expo Het afwezige museum in WIELS. © FRANKY VERDICKT
  • 6. 6 ultimas. tre et ne pas avoir, zo heet het film- pje: een videokunstwerk waarin de Marokkaans-Brusselse kunstenaar Younes Baba-Ali de zwakheden van het Belgische sociale systeem en het ‘sociaal toerisme’ aankaart. “Een werk over de mankementen van het OCMW, over de gaten in het sys- teem”, legt WIELS-directeur Dirk Snauwaert uit over dit hoofdstuk in de door hem gecureerde expo Het afwezige museum. “Dat is toevallig”, lacht auteur Jeroen Olyslaegers. “Daar heb ik net nog een hele tirade over geschreven op Facebook.” Als er iets is wat Dirk Snauwaert en Jeroen Olyslaegers bindt, is het wel hun bereidheid om de problemen van onze samenleving bloot te leggen. Dat vinden niet alleen wij, maar ook de jury die de Ultimas uitreikt: het Brusselse Centrum voor Hedendaagse Kunst WIELS, dat al sinds zijn ontstaan, tien jaar geleden, wordt geleid door Snauwaert, mag zich de laureaat voor Beeldende Kunst noemen, terwijl Olyslaegers, die onder prijzen en lof wordt bedolven voor zijn recentste roman Wil, de Ultima voor Letteren in ontvangst mag nemen. Olyslaegers wordt in de motivatie van de jury niet alleen geroemd omwille van Wil, de “Grote Roman” waarmee hij zich “de literaire erfgenaam van onder meer Hugo Claus en Louis Paul Boon” toont, maar hij wordt ook omschreven als de “primus inter pares” van de auteurs die “in woord en daad hun engagement opnemen” en “hun stem luid laten horen”. In de motivatie voor de Beeldende Kunst-prijs wordt WIELS dan weer geprezen omwille van zijn “divers, gedurfd en kritisch onderbouwd programma”, maar krijgt Snauwaert zelf ook een speciale vermelding: hij is een directeur die “zijn ploeg vertrouwen geeft, betrokken is bij de werking en een doordachte mening weet te formuleren als hij denkt dat dit nodig is.” Intimidatie Twee mensen met een mening dus, ook al uiten ze die vaak op een andere manier. “Ik houd me nogal gedeisd”, vindt de WIELS-directeur zelf. “In vergelijking met mij, zeker!” antwoordt de auteur van Wil, die bekend staat om zijn sterk verwoorde meningen, lachend. Maar wanneer we bij een kunstwerk van Guillaume Bijl komen, E Hun stijl is misschien anders, maar zowel auteur Jeroen Olyslaegers (49) als WIELS-directeur Dirk Snauwaert (52) heeft een uitgesproken mening, en ze zijn niet bang om die te verkondigen. Wij gingen met Olyslaegers op rondleiding in Snauwaerts expo Het afwezige museum. ‘Een klein beetje openheid naar de wereld, dat zou de cultuursector mooi staan.’ EWOUD CEULEMANS ► Olyslaegers en Snauwaert vechten allebei tegen een discours dat steeds sloganesker en minder genuanceerd wordt. Olyslaegers: ‘Onderwerpen die iedereen aangaan zoeken, vinden, en er iets zinnigs over schrijven, dat is…’ Snauwaert: ‘... wat ons mens maakt.’ © FRANKY VERDICKT
  • 7. Jeroen Olyslaegers ► geboren in Mortsel (1967) ► schrijver en theaterauteur ► bekend van de romans Wij, Winst en Wil en theater- productie Mount Olympus: To Glorify the Cult of Tragedy van Jan Fabre ► won in 2014 de Arkprijs van het Vrije Woord en dit jaar de Fintro Lite- ratuurprijs voor Wil woensdag 14/06/2017 7 zit Snauwaert toch niet verlegen om een sterk statement. “De enige vorm van vrije menings- uiting die we nog krijgen”, vertelt hij over Sculpture trouvée, een stemhokje dat Bijl in 1980 maakte om aan te tonen dat vrije keuze en vrije meningsuiting essentiële onderdelen van de moderne democratie zijn. “Nadat we een bolletje hebben gekleurd, is wat wij denken niet meer van belang. En zes jaar later mogen we nog een keer.” Ook Olyslaegers ziet ‘een visionair werk’ in Bijls stemhokje. “Het doet mij denken aan een interview met Hugo Claus, ook uit diezelfde periode. Een interview van Johan Anthierens en Mies Bouwman. Op een bepaald moment zegt Claus: ‘Ik ga de volgende keer gewoon op de communisten stemmen, want het maakt toch geen bal meer uit.’ Dus dit lijkt mij een profetisch werk: het kaart aan dat het stemhok een holle, geritualiseerde vorm van democratische inspraak is, en dat het met echte burgerdemo- cratie niets te maken heeft.” Hoe bedoel je? Olyslaegers: “De Amerikaanse poli- ticoloog Benjamin Barber, die vorige maand is over- leden, zei ooit: ‘De laboratoria van de democratie zijn steden.’ Zeker in de 21ste eeuw. Democratische inspraak, maat- regelen tegen de klimaatverandering, dat komt allemaal uit de steden. Maar daarvoor moeten mensen meer inspraak krijgen op stedelijk niveau. Die inspraak mag zich niet enkel beperken tot het stemhokje.” Kan de cultuursector die vrije meningsuiting en die participatie vergroten? Is dat wat jullie beogen, door jullie te mengen in het publieke debat? Olyslaegers: “Ik zal je één voorbeeld geven: vorig jaar waren we in Antwerpen stemmen aan het verzamelen voor het volksreferendum – kwestie van de burgerparticipatie wat nieuw leven in te blazen. Het was niet zo simpel om die handteke- ningen te verzamelen, omdat er al eens een refe- rendum was geweest. Ik had alle e-mailadressen van de culturele instellingen in Antwerpen te pakken gekregen, en ik had een e-mail gestuurd met de eenvoudige vraag of we in het café of de foyer de formulieren konden leggen, om mensen op de hoogte te brengen van dat referendum. Zo’n 100, 120 instellingen in totaal. Op één instelling na – mensen die ik persoonlijk ken – heeft niemand gereageerd. Geen kat. Ik vroeg ze niet om stelling te nemen, ik vroeg simpelweg om de mensen op de hoogte te brengen van de mogelijkheid tot bur- gerdemocratie. Dan denk ik: de meeste in- stellingen in de culturele sector zijn nogal fucked up. Een klein beetje openheid naar de wereld, dat zou mooi zijn. Want ik voel dat de cultuur- sector zich weer aan het afsluiten is.” Hoe komt dat? Snauwaert: “Dat komt door onze afhankelijk- heden, natuurlijk. Men noemt ons subsidie- slurpers, en daardoor zijn we geïntimideerd. Het is geen plezant woord om naar je hoofd geslingerd te krijgen.” Olyslaegers: “Maar wie wordt hier ook gesub- sidieerd? Politici zelf. Zij die vanuit de politieke wereld graag kunstenaars beschimpen, zijn meestal blind voor wie hen onderhoudt: de belas- tingbetaler. Vanaf nu heb ik het dan ook graag over ‘gesubsidieerde politici.’ Al spreek ik wel op een andere manier dan Dirk: ik ben een individuele kunstenaar.” Hoe zit dat voor een instelling als WIELS? Snauwaert: “Ik heb een aantal dingen gezegd, meningen geuit, over het Citroën-museum en de link met Pompidou. Omdat ik toch wel durf te zeggen dat ik weet waarover het gaat. Omdat ik me afvraag hoeveel subsidies van het Brussels Gewest er voor de instellingen overblijven, wan- neer er plots zo’n speler zou bijko- men. Dan krijg ik van onze lokale overheden wel te horen dat, als ik blijf aandringen, we moeten oppassen dat het niet in het nadeel van WIELS uitvalt. Dat noem ik intimidatie. Het is een manier om ervoor te zorgen dat we in het gareel blijven lopen, dat we geen ambetante vragen stellen over onderwerpen die deel van het publieke debat zijn, of toch zouden moeten zijn.” Besmettingsgevaar En dat laatste is net het idee achter Het afwezige museum, de expo die Snauwaert heeft samenge- steld naar aanleiding van de tiende verjaardag van WIELS. Met deze ‘blauwdruk voor een museum voor hedendaagse kunst’ wil Snauwaert tonen wat zo’n museum kan beteke- nen voor het maatschappelijk debat in ons land. Moeilijke onderwerpen als migratie, dekolonisa- tie en nationalisme worden bespreekbaar gemaakt aan de hand van het werk van kunste- naars als Marlene Dumas, Sammy Baloji en Luc Tuymans. Een ander centraal onderwerp in de expo is het oorlogs- en collaboratieverleden in ons land, een thema dat haast tastbaar wordt in het werk van de joodse kunstenaar Felix Nussbaum, “over wie Mark Schaevers die biografie heeft geschreven”, zoals de curator verduidelijkt. “Dit is de eerste keer dat ik een echte Nussbaum zie”, antwoordt Olyslaegers verwonderd terwijl hij Soir bestudeert, een zelfportret van Nussbaum met zijn echtgenote Felka Platek uit 1942. Dirk Snauwaert ► geboren in Tielt (1963) ► directeur WIELS Centrum voor Hedendaagse Kunst ► werd in juli 2004 in WIELS benoemd en wijdt zich sinds januari 2005 voltijds aan de directie ervan ► organiseert en coördineert expo’s, publiceert en geeft lezingen over hedendaagse kunst en visuele cultuur ‘Ik voel dat de cultuursector zich weer aan het afsluiten is’ JEROEN OLYSLAEGERS
  • 8. 8 ultimas. HHHH “Dit is de Archimedesstraat in Etterbeek, waar Nussbaum clandestien leefde tot 1944”, gidst Snauwaert. “Hij is met de laatste trein naar Auschwitz gedeporteerd, verraden door de man op het schilderij, hier in de achtergrond. In juli 1944, een maand na de landing in Normandië.” Olyslaegers: “Dat meen je niet?” Snauwaert: “Jawel, Nussbaum is verraden door een buur, een spion uit Etterbeek. Heel vervelend voor de Belgische geschiedenis. Want het zijn dus niet alleen de nazi’s die verantwoordelijk waren voor de jodenvervolging.” Het verbaast niet dat Olyslaegers zo gefasci- neerd is: collaboratie is het centrale thema in zijn roman Wil, die handelt over de gewetens- wroeging van een Antwerpse agent die deel- neemt aan de aanhouding en vervolging van werkweigeraars, waaronder ook joodse gezinnen. “Wil is een historische roman”, zegt de auteur daarover, “maar voor mij is een goede historische roman ook een hedendaagse roman. Iets dat op de juiste knoppen drukt bij mensen die hem nu, in 2017, lezen.” Geef eens een voorbeeld. Olyslaegers: “De Dossinkazerne stelde mij onlangs de vraag wat ik ervan vond dat meer en meer agenten de kazerne bezoeken, om zich bewust te worden van het verleden van het politiekorps. Ik antwoordde: ‘Het probleem met moreel en ethisch besef is dat er een groot verschil is tussen theorie en praktijk.’ Soms moeten agenten dingen doen die indruisen tegen hun geweten, en dat krachtveld verdwijnt niet. Het moeten echt geen oorlogstijden zijn om in dat soort situaties terecht te komen.” Dreigen zulke genuanceerde en ambigue standpunten, die zowel in Wil als in Het afwezige museum centraal staan, niet te verzuipen in een discours dat steeds sloganesker en gepolariseerder wordt? Olyslaegers: “Ik denk dat het de moeite is om verder te kijken dan die polarisering. Er zijn onderwerpen die iedereen aangaan, waarover je kunt praten met zowel rechts als links.” Snauwaert: “Dat is de crux.” Olyslaegers: “Die onderwerpen zoeken, vinden, en er iets zinnigs over schrijven, dat is…” Snauwaert: “... wat ons mens maakt.” Olyslaegers: “Ik kan me voorstellen, Dirk, dat jij ook daarom tentoonstellingen opzet.” Snauwaert: “Je zoekt altijd naar kunstenaars die dat kunnen, die thema’s behandelen die voor de hele beschaving gemeenschappelijk zijn. Het zijn die thema’s die we moeten proberen te vin- den – ik zit daar permanent over na te denken.” Bestaat dat wel? Thema’s die iedereen kunnen bereiken? Olyslaegers: “Ik probeer verhalen te vertellen voor iedereen, en met Wil is dat blijkbaar gelukt. Want ik word langs de ene kant geprezen op de website van de PVDA en langs de andere kant duik ik op in Bart De Wevers lijstje van boeken die zijn leven hebben veranderd. Binnen dat spectrum beweegt mijn boek, terwijl mensen op voorhand zullen hebben gezegd: ‘Dat boek van Jeroen bedient enkel links, of extreemlinks.’ Maar dat is dus niet gebeurd. Het is altijd mijn ambitie om door de ideologische firewall te gaan. Want iedereen heeft zo’n firewall, en je laat niet altijd alles door. Maar ik wil dingen maken die door die firewall gaan, en hopelijk nog genoeg besmettingsgevaar bevatten ook.” Ligt het risico van simplificatie niet op de loer, als je iedereen wilt bereiken? Verliest je werk niet aan betekenis als het te mainstream wordt? Olyslaegers: “Ik geloof in mainstreamwerk dat iets aanklaagt, mainstreamwerk dat doet na- denken. Maar daarvoor moet je eerst de harten van de mensen veroveren, en dat gebeurt heel weinig.” Snauwaert: “Vooral met moeilijke onder- werpen. Als je iemand wilt uitnodigen om mee te stappen in de ontdekking van complexe zaken, heb je daar tijd voor nodig, en die persoon moet dat ook willen. Je kunt moeilijk te verteren onder- werpen ook heel pamflettair verpakken, maar meestal kom je dan bij cartoons uit. Dat vind ik minder interessant. Iemand vroeg me ooit of wij, als instelling in wat bekend staat als ‘een Arabische buurt’, de cartoons van Charlie Hebdo zouden hebben gepubliceerd. Ik heb geantwoord: nee. Omdat dat voor mij geen interessante kunst- werken zijn. En ik vond de humor ook wat ver- zuurd. Als je nodeloos provoceert, haakt de helft van je publiek af. Mensen willen geen opschud- ding, geen zorgen, geen miserie.” Maar dat houdt jullie kennelijk niet tegen om zwaarbeladen issues aan te kaarten. Snauwaert: “Dat komt omdat wij dat als instelling voor hedendaagse kunst belangrijk vinden. Wij vragen ons af hoe het mogelijk is dat zulke vraagstukken in een rationele, argumentatieve maatschappij niet worden behandeld, en nog niet volledig zijn uitgedacht. Wij stellen een aantal vragen die eigenlijk kinderlijk naïef zijn.” Olyslaegers: “Misschien is een vraag stellen in deze wereld sowieso naïef. We zijn blijkbaar omgeven door antwoorden, of door mensen die beweren dat ze de antwoorden hebben. Terwijl het overduidelijk is dat niemand weet waar de wereld naartoe gaat. Maar ik geloof nog altijd in die kleine die zegt dat de keizer geen kleren aanheeft.” ‘Je kunt moeilijke onderwerpen heel pamflettair verpakken, maar meestal kom je dan uit bij cartoons. Dat vind ik minder interessant’ DIRK SNAUWAERT ► De ploeg achter WIELS. Directeur Dirk Snauwaert: ‘Wij vragen ons af hoe het mogelijk is dat zwaarbeladen vraagstukken in een rationele, argumentatieve maatschappij niet worden behandeld, en nog niet volledig zijn uitgedacht.’ © KOEN BAUTERS
  • 9. Welke Belg met Ethiopische roots scoorde een radiohit met 'Habibi'? Welke Antwerpse band heeft na tien jaar stilte weer een album opgenomen en is nu volop aan het toeren? Welke jeugdauteur viert nu 30 jaar schrijverschap en verkocht 1,6 miljoen boeken? (4,2,3) Hoe heet de aankomende derde film van Adil El Arbi en Bilall Fallah? Hoe heet het televisieprogramma waarvoor Sofie Lemaire en Bent van Looy zich elke week onderdompelen in de culturele wereld? (7,4) Door welk Vlaams festival wordt het Zuid-Afrikaanse muziekfestival Oppikoppi georganiseerd? In maart mocht Coely om onduidelijke redenen het vliegtuig niet op. Naar welk festival was ze onderweg? (5,2,9) In maart mocht Coely om onduidelijke redenen het vliegtuig niet op. Naar welk festival was ze onderweg? (5,2,9) Welk dEUS-lid verliet afgelopen jaar de band? (5,9) In welke stad speelt het boek 'Wil' van Jeroen Olyslaegers zich af? Welke Hollywood-acteur speelt de hoofdrol in de nieuwste voorstelling van Ivo van Hove? (4,3) Welk Antwerps museum is onlangs gerenoveerd en heeft verhuisplannen? Theatermaker Stef Lernous van Abattoir Fermé maakte vorig jaar in het Kasteel van Gaasbeek een goed bezochte expositie. Over wat ging die tentoonstelling? Op welk voorwerp maakte Keith Haring een mural die vorige maand voor 1 miljoen euro onder de hamer ging? In Oostende is voor de tweede keer al The Crystal Ship aangemeerd. Wat gebruiken de deelnemende kunstenaars doorgaans als canvas? Welke Belgische choreograaf riep Beyoncé in voor haar act op de Grammy's? (4,5,9) Welk Belgisch kunstencentrum waant zich tijdelijk een afwezig museum? Met 'Home' won deze filmmaakster op het Filmfestival van Gent de publieksprijs. (4,5) Melania Trump bezocht in Brussel de tentoonstelling van een van 's lands bekendste kunstenaars. Wie? Welke Vlaamse zangeres was een tijdje uit de spotlight, maar doet dit jaar mee aan 'Liefde voor muziek'? (8,1) Van welk theaterhuis is Michael De Cock de baas? Hoe heet de documentaire waaraan Robbe De Hert al dertig jaar werkt? (9,3,2,7) Lize Spits debuutroman 'Het smelt' werd een groot succes. Welke jonge uitgeverij scoorde met dit boek meteen een voltreffer? (3,3) In 'Everybody Happy' speelt Peter Van den Begin een ... 'Meug nie weggoan nie' is Wouter Deprez' versie van ... (2,2,6,3) Over welke controversiële figuur maakte Milo Rau, de nieuwe artistiek directeur van NTGent, een voorstelling met kinderen? (4,7) Welke Brusselaar schreef de televisiereeks 'Generatie B'? (5,13) De iconische personages van ‘Suske & Wiske’ hebben een opfrisbeurt gekregen, maar bij Wiske is daarover nogal wat controverse. Welk lichaamsdeel is bij haar nogal geprononceerd? Hoe heet het café waarop de film 'Belgica' is gebaseerd? C 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 12 13 16 13 7 19 16 17 22 8 9 10 22 6 12 10 21 5 21 22 9 21 21 10 3 1 1 12 2 11 21 2 22 11 13 21 1 4 7 1 11 19 16 12 10 22 16 21 10 14 13 2 8 22 6 10 12 22 9 16 4 16 10 21 22 16 17 19 14 17 9 10 8 21 19 5 11 18 22 12 1 2 13 15 17 12 11 6 10 3 4 11 2 7 5 1 1 14 16 22 9 2 3 10 8 13 15 1 19 22 16 13 20 17 12 10 6 13 4 9 21 12 1 21 1 11 12 14 16 22 9 11 10 7 1 11 12 16 9 8 5 6 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 woensdag 14/06/2017 9 Culturofilippine De oplossing vindt u donderdag 15 juni op de cult.-pagina’s van De Morgen.
  • 10. 10 ultimas. De Gentse regisseur Pieter-Jan De Pue (35) werkte liefst zeven jaar aan zijn indrukwekkende debuutfilm. The Land of the Enlightened werd gelauwerd van Utah tot Tel Aviv, maar kon in eigen land geen prijzen winnen. Tot nu, met deze Ultima. ROBIN BROOS he Land of the Enlightened vertelt het verhaal van Afghaanse kinderen en ‘hun’ oorlog. Een nood- gedwongen mix van fictie en non-fictie, omdat een groot deel van het mate- riaal verloren ging na een brutale overval en de film ook een andere aanpak kon verdragen. Begin vorig jaar ging de film in wereldpremière op het Sundance Film Festival, het T Vandebergen inAfghanistannaar parkeerboeteshier Pieter-Jan De Pue volledig afgekeurd door ARTE (een van de geldschieters, RB). Er is toen teruggekeerd naar het basisscript en opnieuw gemonteerd, daarna volgde de postproductie. Ik haatte die periode. Ik ben veel liever op het terrein, tussen de mensen, met een camera in mijn handen. “Maar goed, ineens was de film dus af, maar ik was weer gaan foto- graferen en reportages draaien als basis voor mijn volgende film. Ik was nog maar net in Oekraïne toen ik telefoon kreeg dat The Land was geselecteerd voor Sundance. “In die lange productieperiode heb ik zo veel twijfel gekend. Hoe vaak kreeg ik niet de vraag of het dat allemaal wel waard was, zeven jaar voor één film. Met financiële en rela- tionele opofferingen, met grote risi- co’s. Niemand wist of het zou aan- slaan. Daarom was dat nieuws van Sundance een geruststelling. Dat was voor mij het tweede loslaten.” Was het een opluchting dat The Land of the Enlightened uiteindelijk een ’visuele triomf’ werd genoemd en de prijs voor Best Cinematography binnen- haalde? “Voor mij was het vooral de gerust- stelling dat de film daardoor een goed leven kon gaan leiden. Want het blijft een arthousefilm met een moeilijke structuur, die zich niet overal makkelijk laat program- meren.” De bijzondere vertelvorm – een mix van fictie en docu – kreeg ook kritiek. Op het filmfestival van Rotterdam noemde de jury het ‘een absolute kutfilm’. Raakt dat u? “Absoluut, maar ik heb er geen problemen mee. Die kritiek lijkt misschien hard, maar ik beschouw dat als iets positiefs. De film raakt mensen op een uitgesproken manier: ofwel vinden ze het goed, ofwel rotslecht. Ik zou me veel gro- tere vragen stellen mocht iedereen het gewoon maar oké vinden.” Ondanks de grote prijzenkast was er ook het onbegrijpelijke verlies op de Ensors, de belangrijkste filmprijzen in Vlaanderen. Steekt dat niet, dat gebrek aan erkenning in eigen land? “Op het moment van die uitreiking was ik terug in Afghanistan, om de film te tonen aan de kinderen die erin meespeelden. Daar kreeg ik een berichtje: ‘D’Ardennen negen Ensors, The Land of the Enlightened niets.’ Ik zat daar in zo’n andere sfeer, dat ik het gewoon naast me heb neergelegd. grootste Amerikaanse festival voor de onafhankelijke film. Hoe moeilijk was het om uw kindje – na er zeven jaar aan te hebben gewerkt – uit handen te geven? Pieter-Jan De Pue: “Het grootste loslaten kwam al veel eerder, na het draaien in Afghanistan. Er heerst daar anarchie, er is amper struc- tuur. Dat is een reden waarom het draaien zo lang heeft geduurd, we moesten het land eerst leren begrijpen. “Eens terug in België moest ik door allerhande deadlines meteen gaan monteren. Ik kwam vanuit de bergen – 5.000 meter hoog, het grote niets – rechtstreeks in een donkere montagecel terecht. Nooit had ik zo veel parkeerboetes als toen, ik kon gewoon niet meer wennen aan de structuur en regels in een westerse setting. “De eerste versie van de film werd Ultima Film ► Pieter-Jan De Pue: ‘In dit tempo zou ik in mijn hele leven vier films kunnen maken. Maar waarom acht films maken waarvan de helft tijdverspilling is?’ © KOEN BAUTERS
  • 11. woensdag 14/06/2017 11 “Ik heb dat verlies ook nooit per- soonlijk genomen, maar stelde me wel vragen. Waarom doen we zo veel festivals in het buitenland, hebben we al zo veel prijzen gewonnen, en slaat de film hier niet aan? Willen Vlamingen dan een ander soort film zien? Boeit het hen gewoon niet? Ik vind dat merkwaardig, meer niet.” HoepastdeUltima-filmprijsnuin datplaatje? “Die kwam zeer onverwacht, maar het is een grote eer. Ik weet niet wie er in de commissie zat, maar ik heb wel het juryverslag mogen inkijken. Daaraan merk ik dat zij mijn levens- loop vrij goed kennen.” Dejurylooftuw‘passie,doorzet- tingsvermogenencompromisloze standvastigheid,engagementen generositeit’.Watishetmooiste compliment? “Dat is moeilijk, hè. (lacht) Als ik door iets ben gebeten, dan kan ik daar erg gepassioneerd voor gaan. Ook al heeft dat zijn consequenties voor alles rondom mij. Die passie is dus zeker een mooi compliment. “Ik vind: hoe meer je dingen kunt delen met anderen, hoe meer je terugkrijgt. Vaak stel ik me de vraag: als ik 80 jaar ben, als ik dan nog leef, hoe zal ik dan terugkijken op mijn leven? Wat heb ik gedaan, wat laat ik achter? Dat vind ik belangrijk. “Onlangs heb ik daar een goed gesprek over gehad met mijn producent Bart Van Langendonck. Hij wilde weten hoe ik mijn carrière als filmmaker zag. In dit tempo zou ik in mijn hele leven vier films kun- nen maken. Maar waarom acht films maken waarvan de helft tijdverspil- ling is? Die energie steek ik liever in een ervaring die anderen en mij kan verrijken.” HetmakenvanTheLandofthe Enlightenedheeftunaastzeven jaartijdookeenrelatie,veelgeld enbijnauwlevengekost.Washet datwaard? “Achteraf bekeken zijn we in gevaar- lijke situaties terechtgekomen die ‘erover’ waren. Maar het geloof en de doorzetting moeten er zijn, dat zal in mijn volgende film niet anders wezen. Mijn familie waarschuwt me weleens dat ik op die manier nooit een standvastige relatie zal hebben, maar dat is dan maar zo. Het zal altijd een grote uitdaging zijn om die balans te maken. En op financieel vlak: de producent en ik hebben er zelf geld ingestoken. Ik vermoed dat de hele film een nuloperatie zal worden.” Watwordtuwvolgendeproject? “Een mix van een waargebeurd verhaal in de Ardennen over twee broers, twee stropers, dat we willen projecteren in een Slavische setting. Plots worden beide broers ingezet als sluipschutters in een conflict, moge- lijk is dat in Oekraïne, maar dat wil ik suggestief benaderen. Daar komen de twee lijnrecht tegenover elkaar te staan. Het is een waargebeurd verhaal en tegelijk een reflectie van een bestaand verhaal uit de Eerste Wereldoorlog over twee aboriginal- broers die naar het Europese front trekken. History repeats itself. Een modern Kaïn en Abel-verhaal, natuur versus de destructie van oorlog. “Volgens mij komt de Ultima daarom op het juiste moment. In mijn leven zijn er een aantal momen- ten geweest die mij motiveerden om te doen wat ik nu doe. De speciale vermelding van het Vlaams Audiovisueel Fonds voor mijn eind- werk, bijvoorbeeld. Er werd me toen gezegd dat ik gegarandeerd op steun kon rekenen, als ik ooit een project zou indienen. Die belofte is toen ingelost voor het hoogst mogelijke bedrag voor The Land of the Enlightened. Toen wist ik: het moet nu wel goed zijn. “Deze Ultima is opnieuw zoiets. Het doet deugd om te merken dat mensen in mij geloven. Dat is een grote stimulans. Maar de druk ligt nu nóg hoger. (lacht) Want eerlijk, dat houdt me heel erg bezig.” The Land of the Enlightened is uitgegeven op dvd bij Dalton Distribution ‘Hoe vaak kreeg ik niet de vraag of het dat allemaal wel waard was, zeven jaar voor één film’ ► Ruiters in de Afghaanse sneeuw, een beeld uit The Land of the Enlightened. © RV
  • 12. 12 ultimas. Raf Simons Ultima Algemene Culturele Verdienste ‘Alsjeeenstem hebt,moetje dielatenhoren’ Mode vond hij aanvankelijk maar oppervlakkig. Vandaag staat Raf Simons (49) aan de top van de modewereld. Door een mix van talent en verbetenheid. ‘Als Raf iets in zijn hoofd heeft moet het gebeuren’, vertellen vrienden. Hoe waanzinnig ook. KIM VAN DE PERRE
  • 14. kleur wit hadden. En voor zijn eerste haute- couturedefilé bij Dior, in 2012, wilde hij alle muren van het Parijse huis waar het spekta- kel plaatsvond met duizenden bloemen bekleden. Velen verklaarden hem voor gek. Maar uiteindelijk bleef er geen hoekje onbe- dekt. “Dat is Raf: zo vooruitstrevend dat hij altijd de grenzen van het mogelijke opzoekt”, vertelt flo- rist en vriend Mark Colle, die voor het huzarenstukje werd ingeschakeld. Simons ontwerpt niet gewoon kleren, zegt Colle, het draait om het totaalcon- cept. “Hij weet wat hij wil. Zo mochten de orchideeën niet gewoon aan de muur hangen, nee, ze moesten over de muur kruipen. En het resultaat was subliem.” Bij zijn eerste collec- tie voor Dior kreeg zijn team ei zo na een zenuwinzinking: Simons wilde dat het patroon van schilder Sterling Ruby niet ach- teraf op de stof werd geverfd, wél op de dra- den waarmee de stof werd geweven. Om het gevoel van pen- seelstreken op te roe- pen. “Als het écht niet lukt, dan is het zo”, was het antwoord van Simons. “Maar we blijven proberen tot het eerste model de catwalk oploopt.” Vrienden omschrijven Simons als rustig maar vastberaden, als discreet, bescheiden en loyaal. “Al heeft hij zoals iedereen op dat niveau in de modewereld ook al eens zijn tantrums als de dingen niet volgens afspraak verlopen”, zegt make-upartiest Peter Philips. Philips kent Simons al jaren, en werkt al bijna even lang met hem samen. De ontwerper staat er dan ook om bekend dat hij zich lange perio- des met dezelfde vaste kern omringt, zoals rechterhand Pieter Mulier, die hem na elke overstap volgt. Meteen naar Milaan Simons vond mode aanvankelijk maar opper- vlakkig, bekende hij ooit in een interview. De Antwerpse Zes volgde hij wel met bewonde- 14 ultimas. ier had eigenlijk een interview met Raf Simons moeten staan. Maar zijn assistente is duidelijk: aandringen heeft geen zin. Sinds zijn aanstelling als creatief directeur bij het Amerikaanse modehuis Calvin Klein, telt Simons’ agenda geen gaat- jes meer. Zijn die er toch, dan gebruikt de ontwerper zijn schaarse vrije momenten liever om met zijn Franse partner en hun herdershond Luca te gaan wandelen. Bij voorkeur in de bossen van de Berkshires, op een boogscheut van zijn nieuwe woonplaats New York. Praten met de pers is, op z’n zachtst gezegd, niet zijn favoriete bezigheid. Erger vindt Simons dat hij ook verstek moest laten gaan voor zijn eigen prijsuitreiking. Hij kreeg de Ultima voor Algemene Culturele Verdienste. Als eerste modeontwerper ooit. “Bijzonder”, zegt Kaat Debo, directrice van het Antwerpse ModeMuseum, die Simons al meermaals ontmoette. “Het bewijs dat mode eindelijk voor vol wordt aangezien in de kunst- en cultuurwereld. Een kentering waar Raf Simons absoluut toe heeft bijgedragen.” Zeker sinds zijn passage als hoofdontwerper bij het Franse couturehuis Dior is Simons absolute wereldtop. Vorige week schreef hij op de CFDA Awards, zeg maar de Oscars voor de mode, nog geschiedenis met de hoofdprijs voor zowel zijn mannen- als vrouwencollectie bij Calvin Klein. Time Magazine riep de Belg zelfs uit tot een van de honderd invloedrijkste personen ter wereld. Niet slecht voor iemand die nooit mode studeerde. Totaalconcept Simons, zoon van een beroepsmilitair en poets- vrouw, groeide op in Neerpelt. Het Limburgse dorp bleek al snel te klein voor iemand die al van jongs af aan bezeten was door muziek, film en kunst. “Er was geen bioscoop, geen museum, geen kunstgale- rie. Ik had geen toegang tot dingen waartoe ik me aangetrokken voelde”, zei Simons daarover in The New York Times. Zijn ouders dachten lang dat hij dierenarts zou worden, omdat hij constant beesten – van marmot- ten tot wandelende takken – het huis binnenbracht. Maar Simons koos als jonge student voor industri- ële vormgeving in Genk. Tijdens groepsprojecten kwam toen al zijn verbeten kantje boven. “Als Raf iets in zijn hoofd had, was hij niet te stoppen”, zegt medestudent Jan Boelen, die later ook Simons’ expo Guided by Heroes in de Hasseltse Z33 cureerde. “Hij stond open voor de inbreng van anderen, maar wist ons op het einde toch altijd te overtuigen van zijn eigen idee. Ideeën die dan ook prijzen wonnen.” Een werkwijze die de ontwerper nog steeds han- teert. In Z33 moesten alle muren én vloeren voor de expo herschilderd worden omdat ze niet de juiste ► Drie keer ‘Raf Simons’: rechts zijn eerste ‘bloemendefilé’ voor Dior (2012/13), links zijn eigen Raf Simons-merk (2016) en midden de ‘Any way out of this nightmare?’- blazer voor Calvin Klein (2017). © GETTY, AFP H
  • 15. woensdag 14/06/2017 15 Bowie en techno, koopt Picasso en tweedehands, houdt van cultfilms als Under the Skin maar gaf in het verleden ook al toe dat hij Expeditie Robinson volgde. Shows in de jaren 90 waren mee geïnspi- reerd op gabbers, streetart en Kraftwerk, later gebruikte hij werken van Sterling Ruby en de over- leden fotograaf Robert Mapplethorpe als prints. Als student sprong Raf er al uit, zegt Boelen. “We waren allemaal ambitieuze ego’s die de wereld wil- den veroveren. Maar Raf vertrok toch altijd vanuit de vraag: hoe kan ik iets wezenlijk veranderen?” Andere jonge ontwerpers zouden niet twijfelen als hen een topjob bij een internationaal gerenom- meerd modehuis werd aangeboden. De immer bedachtzame Simons wel. “Hij was vereerd toen Jil Sander hem in 2005 als hoofdontwerper vroeg, maar heeft er toch eerst lang en goed over nage- dacht: moet ik die stap wel nemen? Kan ik daar van betekenis zijn?” Eigen DNA Simons wil kleren maken die nog nooit eerder gemaakt zijn, de mode openbreken, wars van conservatieve hok- jes en conventies. Ook zijn atypische defilés, waarbij hij het publiek recht laat staan of net hele labyrinten bouwt, gaan over de tongen. In zijn eigen lijn is zijn frustratie over mannen- mode, die lang vooral functioneel moest zijn, een belangrijke drijfveer. “Toen hij begon met een veel androgyner, ‘slanker’ silhouet, zag je anderen plots volgen”, zegt Debo. Zijn grootste troef? “Zelfs als ontwerper bij grote modehuizen bewaart hij zijn eigen DNA, zonder het DNA van het huis uit het oog te verliezen. Hij kijkt hoe hij labels die al zo lang meegaan, zoals Dior en Calvin Klein, vandaag relevant kan maken.” Het resultaat: haute-coutureavondjurken krijgen zakken mee, of worden gecombineerd met een broek. Bij zijn eerste show voor Calvin Klein voegt hij mannen en vrouwen gewoon samen, en schuwt hij, in de nasleep van Trumps immigratieban, de politieke statements niet. Een blazer met het opschrift 'Any way out of this nightmare?’, een T- shirt met ‘New dawn fades’. Simons had net bij Calvin Klein getekend toen Trump de verkiezingen won. “Je verhuist je leven, je partner, je hond naar een nieuwe stad. En dan gebeurt datgene wat je nooit had verwacht”, zegt Simons daarover in het blad GQ. “Dan denk je wel: wat heb ik beslist? Maar vervolgens heb je de keuze: of je blijft bij de pakken neerzitten, of je doet gewoon je ding. Ik heb niet alleen een verantwoor- delijkheid, maar ook een uitdaging.” In een ander interview na de bewuste show geeft Simons aan dat hij met zijn ontwerpen jongeren hoopt te inspireren om hun stem te laten horen. “Ik voel dat ik iets moet doen. Het maakt zelfs niet uit of je tien of miljoenen mensen bereikt. Als je een stem hebt, is het tijd om die te gebruiken.” Into New York Media reageerden verbaasd toen Simons in 2016 bij Calvin Klein tekende. Had de Belg niet net Dior ver- laten omdat hij het gruwelijke tempo bij een groot modehuis beu was? Omdat hij meer tijd voor zijn eigen lijn wilde? “Het hele sys- teem is fucked up”, zei hij in De Tijd, niet lang na zijn gemediatiseerde vertrek bij Dior. Het merk en de mensen draagt hij nog altijd een warm hart toe, maar de snelheid en de giganti- sche machine werden hem te veel. “Mode wordt te populair. Als we niet opletten, verliest ze haar magie. Het sys- teem valt zichzelf aan doordat er te veel expo- sure is. Nu ik wat in between zit, denk ik over zulke dingen na. Over hoe een systeem zichzelf kan ver- nietigen.” Vrienden en nauwe collega’s waren minder ver- rast over het Calvin Klein-nieuws. Raf heeft die uit- daging nodig, klinkt het. “Calvin Klein is een merk dat heel nauw aanleunt bij jongerencultuur, iets dat Raf al sinds ik hem ken bezighoudt”, vertelt Peter Philips. “Die kans kon en wilde hij niet laten liggen. Bovendien is hij altijd al into New York geweest: de sfeer van die stad, de mensen, de kunst- scene.” En Calvin Klein mag dan een grote machine zijn, zegt Philips, het tempo verbleekt bij de zes shows die Simons jaarlijks bij Dior in elkaar moest bok- sen. “Het houdt me alert”, zegt Simons zelf over het combineren van zijn nieuwe rol met zijn eigen lijn. “Het voorkomt dat je lui wordt in je denkproces.” Ook Boelen was niet verbaasd dat zijn ex-klasge- noot weer aan het roer staat van een toplabel: “Als je de modeindustrie mee wilt veranderen, lukt dat nog altijd het beste van binnenuit. Raf mag dan geen luidruchtige tafelspringer zijn, het is niet zijn stijl om aan de zijlijn te blijven staan.” ring, maar kleren ontwerpen was niet zijn eerste liefde. Pas toen hij, als stagiair van Walter Van Beirendonck, naar de Parijse modeweek trok en daar een show van die andere grote Belgische ont- werper, Martin Margiela, zag, was hij verkocht. In The New York Times: “Het was een fractie van een seconde, een plots inzicht: dit is helemaal niet oppervlakkig, dit draait niet alleen om glamour en feestjes. Het was anders.” Toen hij met zijn eerste ontwerpen bij Linda Loppa, destijds directrice van het Antwerpse ModeMuseum aanklopte, gaf die hem het advies om de opleiding te skippen, en meteen naar de buy- ers in Milaan te trekken. Sketchen is niet aan de ontwerper besteed. “Hij maakt dossiers met concepten”, vertelt Pieter Mulier in de documentaire Dior & I. Net als Margiela creëert Simons een eigen universum. Vol referenties naar de honderd-en-een subculturen, stromingen en fenomenen die hem fascineren. En dat mag je letterlijk nemen: hij luistert naar David ‘Deze prijs bewijst dat mode eindelijk voor vol wordt aangezien in de cultuurwereld. Daar heeft Raf Simons zeker toe bijgedragen’ KAAT DEBO DIRECTRICE ANTWERPS MODEMUSEUM
  • 16. 16 ultimas. Timelab en Toestand Ultima Cultureel Ondernemerschap en Ultima Sociaal- Bij Timelab toverden ze de oude Gentse bibliotheek om tot een creatief nest. Toestand doet met Allee du Kaai zowat hetzelfde in de Brusselse Maritiemwijk. Het tijdelijk inpalmen van ruimte binnen de stad zit in de lift. PIETER DUMON EN LILITH GEERAERTS oestuintjes, kunste- naarsateliers, een skatepark, picknick- banken en sinds kort ook een klimmuur. Een opsomming die meteen duidelijk maakt dat Allee du Kaai, een tijdelijk pro- ject langs de Havenlaan in Brussel, een plek is waar (bijna) alles kan en iedereen welkom is. Een mission- statement vergelijkbaar met dat van NEST, het project dat van de oude bibliotheek aan het Gentse Zuid de komende maanden een pleister- plaats moet maken voor creatieve pop-ups, startende bedrijfjes en allerhande evenementen. Evi Swinnen, coördinator van het Gentse Timelab, is relatief nieuw in de wereld van de tijdelijke invulling, zoals dit soort projecten in vakter- men heet. Voor Pepijn Kennis van de Brusselse vzw Toestand is het zoeken naar een manier om iets meer te doen met onderbenutte ruimte in de stad al een aantal jaar een fulltime bezigheid. Maar ze denken over veel zaken hetzelfde. Succesformule Kennis: “Op Allee du Kaai hebben we artiesten, buurtbewoners die de moestuintjes onderhouden, sans- papiers die komen koken, maar project als de Gentse bibliotheek niet kunt zeggen: ‘Dit is ons ideaal- plaatje. Zo gaan we het doen.’ Ook al zou je proberen er bepaalde dingen door te drukken, dan nog draait het altijd anders uit.” De moeilijkste weg Kennis: “Toen we hier in 2014 zijn gestart, pakten we Allee du Kaai aan zoals onze eerdere projecten: met een paar vrienden die net als wij vooral tot de blanke, jonge midden- klasse van Brussel behoren. We zijn begonnen met het uitzenden van de matchen van het WK voetbal op een groot scherm. De eerste keer kwam daar 300 man op af, de tweede keer 400 en algauw waren dat er 600. Waren we dat blijven doen, dan was de Kaai heel snel een hippe plek geworden, maar dat was niet wat ze in deze buurt nodig hadden. Het moest een plek worden waar alle initiatieven uit de Maritiem- en de M Noordwijk een plaats konden vin- den. En dus zijn we gaan inspelen op hun behoeften. Ook al was het van- uit economisch oogpunt verstandi- ger – en vanuit beheersstandpunt veel makkelijker – om die gegoede blanke Brusselaars binnen te halen. Net daarom is het belangrijk dat een overheid in dit soort projecten inves- teert. Zo kunnen we het ons permit- teren om te zeggen: ‘We hebben die blanke middenklasse niet nodig’. Swinnen: “Die middelen geven je ook de tijd om uit te zoeken hoe je die verschillende doelgroepen kunt bereiken. Dat is in tijden als deze belangrijker dan ooit. Van een steeds groter deel van onze samen- leving weten we vaak niet meer wat hen bezighoudt en hoe we connectie kunnen maken. Om daar verande- ring in te brengen, heb je tijd en speelruimte nodig.” Resultaten Swinnen: “Tijdelijke invulling wordt nu nog vaak gezien als een zandbak voor volwassen. De creatievelingen mogen er even in spelen, waarna de projectontwikkelaars overnemen voor het serieuze werk. Dat is een zware misvatting. Een brede groep van mensen die zonder hiërar- chie met elkaar moeten zien samen te werken, daar komt heel wat ken- nis en structuur bij kijken. Dit soort projecten levert een schat aan ken- nis en ervaring op die we kunnen meenemen naar een volgend project en delen met andere organisaties.” Kennis: “Ook op netwerkniveau hebben projecten als de onze een impact. Binnen Allee du Kaai is een veertigtal organisaties actief. Ze zien elkaar dagelijks, leren elkaar kennen en bouwen op die manier hun eigen netwerk uit. Elk van die ook skaters, mensen met een verle- den in de psychiatrie en jongeren uit Molenbeek. Dit is een van de wei- nige projecten in Brussel die erin slagen om zo veel verschillende doelgroepen samen te brengen. Tot een aantal jaar geleden dachten overheden dat ze daar via culturele centra en buurthuizen ook in zou- den slagen. Maar waar zij niet in zijn geslaagd, lukt hier wel. ” Swinnen: “Het is een kwestie van luisteren naar de noden van de men- sen in de buurt. Wij geven ruimte en zien achteraf wel wat daar van komt. Voor een overheid is dat anders. Er wordt gewerkt met belas- tinggeld en dus moet er een bepaald doel worden bereikt. Bij ons NEST zit er veel minder druk op het resul- taat. Die manier van werken was wel even aanpassen. “Afwachten en zien wat er op je afkomt klinkt makkelijker dan het is. En het betekent ook dat je bij een Krakenvoor gevorderden ‘Waar culturele centra niet in geslaagd zijn, lukt ons wel’ PEPIJN KENNIS TOESTAND ‘Wij geven mensen in de buurt ruimte en zien achteraf wel wat daar van komt’ EVI SWINNEN TIMELAB
  • 17. Toestand toestand stelt onderbenutte ruimte ter beschik- king van sociaal- culturele initiatie- ven. In 2014 sloeg toestand zijn tenten op aan de Brusselse Havenlaan. Daar runt het allee du Kaai, een ontmoe- tingsplaats voor organisaties uit de Brusselse Maritiem- en noordwijk.  In Anderlecht loopt een soortgelijk project in de oude gebouwen van PIAS, en in sint- Gillis in de openbare ruimte.  woensdag 14/06/2017 17 Cultureel Volwassenenwerk organisaties heeft hier ook de kans gekregen dingen uit te testen, hun werking te evalueren en scherp te stellen. De hoop is dat, als het hier ophoudt, ze een andere plek kunnen vinden om door te gaan. Zelf bieden we hen trouwens die kans door nieuwe projecten op te starten.” Werkpunten Kennis: “Er is nog altijd veel werk aan het overtuigen van lokale over- heden en het hen doen inzien dat zo’n tijdelijke plek echt wel een meerwaarde heeft. Al is er verbete- ring merkbaar. Steden hebben gezien dat dit soort projecten een positieve invloed kunnen hebben op het imago van een stad, terwijl ze vroeger liever ver weg bleven van een half kraakpand zoals het onze. Al houdt dat ook een gevaar in. Als je, zoals in Gent, een bibliotheek mag bezetten, dan verwacht de stad ook iets terug. Zo kom je via een achterpoortje toch weer in de strate- gieën van zo’n stadsbestuur terecht.” Swinnen: “Daar ligt voor ons als organisatoren een belangrijke rol. We moeten kritisch en autonoom wen en die dan ook nog gaat delen via lezingen of een boek, dan kom je er niet met die ene voltijdse kracht.” Swinnen: “De kennis die je tijdens dit soort projecten opbouwt, wordt echt ondergewaardeerd. Veel orga- nisaties binnen het tijdelijke circuit zijn noodgedwongen vooral bezig met het blussen van brandjes en het garanderen van de veiligheid. Ze hebben niet de middelen om expertise op te bouwen en te delen. Zonder extra investeringen gaat al die kennis verloren. Daar laten we vandaag heel wat kansen liggen.” Timelab een open stadslab in Gent waar kunstenaars en een lokale gemeen- schap van makers samen aan nieuwe producten werken. Dat leverde onder andere een gin op basis van onkruid op, paté van Canadese ganzen en een nieuw bouwmateriaal, gemaakt van invasieve planten- soorten. timelab zette ook de organisatiestructuur voor nest, het tijdelijke project in de oude Gentse stadsbibliotheek, op poten. blijven. Dat betekent niet dat je zo’n stadsbestuur tegen elke prijs buiten moet houden, maar je moet je wel bewust zijn van dat gevaar.” Kennis: “We zijn ook nog steeds op zoek naar een manier om tijde- lijke invulling echt op de kaart te zet- ten als methodiek. We hebben door de jaren heen heel wat expertise opgebouwd en willen die ook delen, maar daar is amper tijd en geld voor. We hebben wel wat middelen gekre- gen in het kader van experimenteel jeugdwerk, maar als je hier de boel moet runnen, expertise wilt opbou- © Koen Bauters
  • 18. 18 ultimas. HH interview. Vlaams minister van Cultuur Sven Gatz (Open Vld) In 2014 werd Sven Gatz (Open Vld) vanuit het niets minister van Cultuur. Tijdens een trip naar Zuid-Afrika blikt hij terug op zijn cultuurbeleid en zoekt hij inspiratie voor de toekomst. ‘Als men ons hier kan tonen hoe wij beter met diversiteit kunnen omgaan: graag!’ JAN DEBACKERE hayelitsa, een sloppenwijk even buiten Kaapstad. Een half miljoen mensen leeft er in vaak extreme armoede op elkaars lip. Een van hen is Phinias Chiubvu, een letterbeeldhouwer die werd opgepikt door de Brugse beeldhouwster Maud Bekaert, toen die er tien jaar geleden workshops letterbeeld- houwen gaf. Chiubvu maakte er zijn beroep van en verkoopt nu stenen waar hij spreuken of afbeeldingen in kapt. Ook voor minister van Cultuur Sven Gatz heeft hij enkele cadeautjes klaarliggen. Een steentje met de gestileerde leeuw van de Vlaamse overheid op – “Dat geef ik cadeau aan Bourgeois” – en eentje met een passende boodschap voor een cultuurminister: ‘Art Matters’. De ontmoeting maakt indruk, en niet alleen door de kwaliteit van Chiubvu’s werk. “Als je op maandag tegen je zin opstaat, moet je hier maar eens aan denken. Die man is zijn geboorteland Zimbabwe ontvlucht, omdat het leven er te hard was. Maar hij heeft wel een plan. Misschien zijn ze niet allemaal als hij, maar het toont hoe, naast middelen, vooral je dynamiek en drive belangrijk zijn.” Tijdens zijn trip naar Zuid-Afrika bezocht Gatz naast Khayelitsa nog verschillende andere cultuur- en jeugd- ‘Respect vertaalt zich niet alleen in extra geld’
  • 19. woensdag 14/06/2017 19 projecten. “In deze tijden van politiek reispuritanisme wil ik een pleidooi houden om niet te snel kritiek te geven op zulke reizen. Je moet blijven reizen om te leren. Hier zijn opent de ogen.” Ver van alle Wetstraat-gewoel en de vele politieke opstoot- jes is het ook het moment om terug te blikken op drie jaar ministerschap. “Een perfecte omgeving”, vindt Gatz. “Want na enkele dagen hier in Zuid-Afrika ben je toch ontheemd.” Maar ontheemd of niet, Gatz zegt tevreden te zijn over het parcours dat hij heeft afgelegd. “Men heeft me na een jaar al eens een rapport gevraagd, en toen gaf ik me 11, 12 of 13 op 20. Ik zal er nu geen cijfer op plak- ken, maar ik zou me toch iets meer durven te geven. Het zal me nooit lukken om iedereen tevreden te stellen, maar ik denk dat ik de zaken voor een stuk heb kunnen heropbouwen na de besparingen in het begin. In de kunstensector hebben we 10 miljoen kunnen inbrengen, er is 2 miljoen euro meer in de projectenpot, de tax shift – weliswaar een federale bevoegdheid – geeft meer ademruimte, er is de kunst- aankoopregeling… Als je alles optelt, kom je aan een situatie die vergelijkbaar is met 2014.” Maar veel organisaties vielen wel uit de boot bij de subsidieverdeling en hebben het nu erg moeilijk of zijn al gestopt. “De middelen zijn niet op dezelfde manier verdeeld, nee, maar dat is nu eenmaal de beleidskeuze. Dat was voor een stuk gevraagd door de sector, maar ik begrijp dat het moeilijk is als je aan de verkeerde kant van de medaille valt. “Iedereen mag zelf oordelen, maar ik denk dat mijn par- cours best aardig is. Ik heb ook veel gesprekken met kunste- naars op mijn kantoor en op het terrein. Ik wil weten wat ze doen, hoe we sommige dingen beter kunnen maken. Dat is even belangrijk als de middelen.” Gaat het debat over cultuur volgens u te vaak over geld? “Dat vind ik wel. Een sector die vaak heel kritisch staat tegen- over het kapitalisme mag het maatschappelijk respect van de overheid niet alleen vertalen in het krijgen van meer middelen. Natuurlijk zal ik meer geven als dat kan, maar het gaat niet alleen daarover. De discussie over de verspreiding van de kunstensector over de culturele centra is voor mij even belangrijk als meer middelen voor de huizen.” Was u geschrokken van de reacties tijdens uw eerste jaar? De kritiek was vaak keihard. “De kritiek viel al bij al mee. Een deel van de kritiek is voor de galerij, een deel is echt. We zijn allemaal pr-mensen geworden. Politici, maar ook mensen uit de kunstensector. Ik probeer dan te kijken wat het obligate zinnetje is en waar ze op een open zenuw zitten en me in mijn ziel treffen. Dat kan gebeuren, en dat moet ook.” Tijdens de week in Zuid-Afrika kreeg Gatz onder andere een rondleiding in het Market Theatre in Johannesburg. Opgericht in 1976 in volle apartheid was het een van de eerste plaatsen waar blank en zwart zonder onderscheid samen konden spe- len en werken. Vandaag is het een creatief broeinest met een eigen theater- en fotografieopleiding in een modern gebouw. Het werkt ook intensief samen met theaterhuizen elders in de stad en lonkt naar Vlaanderen om hier iets te kunnen doen. ► Sven Gatz waagt zich tijdens zijn bezoek aan Zuid-Afrika aan een streepje muziek. © LULAMA ZENZILE
  • 20. Bovendien haalt het Market Theatre flink wat middelen uit de markt: een derde van de inkomsten zamelt het zelf in, twee derde komt van de overheid. Een inspirerend voorbeeld, vindt Gatz, dat ook toont dat wij nog veel van niet-westerse landen kunnen leren. “Zij betrekken het publiek veel meer bij hun werking. Met het Hillbrow Theatre hebben ze bijvoorbeeld pan-Afrikaans theater waar ze alle nationaliteiten samenbrengen om producties te maken. Als zij ons kunnen tonen hoe we beter met diversiteit moeten omgaan: hoe sneller, hoe liever. In een Vlaanderen dat zich net als veel andere landen dreigt terug te plooien op de eigen identiteit, vind ik het goed dat wij zulke ervaringen kunnen opdoen.” Blijft diversiteit het probleem van veel cultuurorganisaties? “Dat blijft moeilijk, ja. Maar onlangs kreeg ik een interessante suggestie tijdens het burgerkabinet van Brussel. Ik geloof niet in een burgerkabinet waar je de burgers 2 miljoen geeft om te besteden. Ik zou het eerder op microniveau willen doen in de huizen. Een burgerbudget voor cultuur dus. “Je kunt dan cultuurhuizen vragen of zij jaarlijks een deel van hun budget willen vrijmaken waarover hun publiek mag beslissen. Zouden zij bijvoorbeeld 30.000 of 40.000 euro willen reserveren voor een participatief traject waar jongeren uit de buurt iets mee mogen doen?” Veel huizen hebben toch al dergelijke projecten gelanceerd om een meer divers publiek te bereiken. “Bronks doet dat bijvoorbeeld al. Toen mijn zoon achttien was heeft hij met Bronks een productie gemaakt. De vijfdes en zesdes van het college in Jette deden dat samen met het KTA, een school die in dezelfde straat ligt, maar waarmee ze geen contact hadden. Dat was heel plezant. Ook de KVS en Michael De Cock doen al dingen in die richting, maar er kan en er moet nog meer gebeuren. Dit gaat over draagvlak, publiek, participatie en diversiteit. Welke legitimiteit hebben die huizen en heeft mijn cultuurbeleid? “Ik besef dat zo’n burgerbudget oncomfortabel klinkt. Ik wil hen niets aanpraten waarmee ze ongelukkig zijn, maar ik denk dat het hier belangrijk is uit je comfortzone te treden. Daarom zou ik er met een paar huizen toch eens over willen doorbomen.” Moeten de cultuurhuizen ook niet hun aanbod aanpassen om een diverser publiek te bereiken? “Een huis kan hoogstaande en moeilijk toegankelijke dingen brengen, maar tegelijkertijd moet het ook andere zaken doen. Bij KVS brengen ze zowel Malcolm X als Brussels Volkstejoêter, dat in het dialect speelt. Dat moet kunnen. Laat de verschil- lende publieken in het slechtste geval apart naar de voorstel- lingen komen, maar op een gegeven moment zul je interactie krijgen. “Ik geef toe dat het dan moeilijk is om je theaterhuis een duidelijke smoel te geven, maar je moet ook de maatschap- pelijke meerwaarde ervan durven zien. Als je als maker schotten tussen disciplines wegwerkt, moet je ook durven de schotten tussen de publieken durven weg te werken.” U haalt de cultuurhuizen ook uit hun comfortzone als het over financiering gaat. Hebt u het gevoel dat de cultuursector meegaat met u als u inzet op nieuwe inkomstenbronnen, zoals bijvoorbeeld de tax shelter voor podiumkunsten? “Je hebt believers en non-believers. Ik heb nooit beweerd dat dat alleen zaligmakend zal zijn, maar als ik zie dat er in twee maanden tijd de ambitie is om zo 4 miljoen euro op te halen, vind ik dat veel. Ik was ook aangenaam verrast dat er een aantal kleinere gezelschappen tussenzaten. “Ik weet dat het niet voor iedereen evenveel zal kunnen helpen, maar als sector is men moreel verplicht om te onder- zoeken wat dat kan betekenen. Samen met de tax shift en de nieuwe middelen zou het een serieus verschil kunnen maken. Daarom ben ik ook van plan om voor beeldende kunst en musea dat soort kanalen te creëren, al ben ik daar- voor ook afhankelijk van de federale overheid.” U vreest niet dat cultuurhuizen hun aanbod zullen aanpas- sen omdat ze op de privémarkt middelen moeten zoeken? “Een aantal mensen gelooft te snel dat ze hun ziel aan de dui- vel verkopen. Maar met de tax shelter kunnen ze ook anoniem certificaten uitschrijven aan derden die ze niet hoeven te kennen, maar wel geld binnenbrengen. Hopelijk kunnen de believers van nu hen tonen dat ze veel middelen laten liggen. “Het zou mooi zijn als we uiteindelijk tot een verhouding kunnen komen waarbij de klassieke kunstensector de helft van de overheid krijgt – en bedrag dat even hoog ligt als van- daag – een kwart via ticketing en een kwart via aanvullende financiering. Dat zou betekenen dat je 25 procent meer budget hebt dan vandaag.” Terwijl Gatz in Zuid-Afrika verschillende projecten bezoekt, blijft de politieke situatie op het thuisfront aanwezig. Of beter: de politieke relletjes. Nu is het de cartoon van Kifkif, waarbij Theo Francken en Gwendolyn Rutten bijna worden onthoofd door IS die de telefoons doet rinkelen. “Wansmakelijk, zowel deze cartoon als die van Jong N-VA, die eerder verscheen, met een verkrachtingsscène”, zegt Gatz daar later over, maar de dag zelf weigert hij commentaar te geven. “Het is niet de moeite dat ik meespeel in het spel van de anderen.” Alleen: kun je het als politicus nog maken om steeds ‘geen commentaar’ te zeggen? “Ik merk dat er grenzen aan zijn. Soms moet je positie innemen, zeker vandaag. Het korte- termijnaspect wordt steeds korter en je kunt niet steeds stil vanop de zijlijn toekijken en vakminister zijn. Na drie jaar kom ik in een fase waarbij ik af en toe uit het bos moet komen. Alleen is de vraag hoe je dat op een gedoseerde manier doet zonder je te verliezen in eindeloze onbeduidend- heden.” Over de subnationaliteit in Brussel, een voorstel van de N-VA, deed hij het wel. Over de misgelopen investering in Apache deed hij het niet. “Omdat het niet mijn bevoegdheid is, maar ook omdat ik weet dat Apache het redelijk goed doet. De lening zou het hen iets makkelijker hebben gemaakt, maar ze zullen er ook zonder komen. Als er een interventie is om die lening niet toe te kennen, ben ik daar niet noodzakelijk gelukkig mee, maar dan is dat de verantwoordelijkheid van een andere collega. En dan gaat het over het businessplan van Apache, niet over de vrijheid van media. “Als politicus moet je je veldslagen kiezen en je eigen sporen hebben. De aanvullende financiering, de burgerkabinetten, daar wil ik op inzetten. Het interesseert me niet om de rege- ringsdiscussies op Twitter te beslechten. Dat heeft niets met burgerparticipatie te maken, maar alles met verloren tijd.” 20 ultimas. ‘Als je als maker schotten tussen disciplines wegwerkt, moet je dat ook durven tussen de publieken’ SVEN GATZ VLAAMS MINISTER VAN CULTUUR (OPEN VLD)