De raid van de Bende van Nijvel op een supermarkt van Delhaize in Aalst vond plaats op 9 november. Tijdens de eerste vergaderingen van de regering-Martens VI werd niet eens gesproken over deze aanslag.

1. C O N S E I L DU G O U V E R N E M E N T DU V E N D R E D I 29 N O V E M B R E 1985
C O M P T E R E N D U N° 2
o
o o
La séance est ouverte à 12.20 heures, sous la présidence de M.
W. MARTENS, Premier Ministre.
Tous les Ministres et Secrétaires d'Etat sont présents.
o
o o
Regeringsverklaring.
De Raad bespreekt de Regeringsverklaring, die om 15 u. in de Kamer
van Volksvertegenwoordigers en om 16 u. in de Senaat zal worden
voorgelezen.
De volgende Regeringsverklaring wordt goedgekeurd :
"In net laatste kwart van de twintigste eeuw hebben de Westeuropese
landen af te rekenen met een dubbele uitdaging. Enerzijds wordt het
welzijn van hun bevolkingen ernstig in het gedrang gebracht door een
lange economische crisis, waar zij thans met moeite uitgeraken ;
anderzijds wordt hun veiligheid bedreigd door opeenvolgende
gewelddaden waartegen zij zich op doelmatige wijze moeten verweren.
Ook België wordt niet gespaard. Ons land is altijd rustig en
welvarend geweest, het was er steeds aangenaam leven en werken.
De eerbied voor de persoon en de goederen stond steeds centraal.
Het is onze plicht ailes in het werk te stellen om het klimaat van
vertrouwen en hoop te herstellen, inzonderheid voor de jongeren.
De economische crisis die Europa heeft geteisterd, heeft ons hard
en hevig getroffen, des te meer daar wij veel te lang hebben
gewacht om tegenmaatregelen te nemen. Pas vanaf 1982 werd
ingrijpend opgetreden. Het herstel is evenwel niet voltooid. De
werkloosheid, die weliswaar terugloopt, treft nog steeds een groot
aantal van onze medeburgers. Daarenboven heeft een vlaag van
terrorisme en banditisme ons kort geleden overvallen en verontrust
onze bevolking in haar dagelijks doen.
De Regering die zich aan u voorstelt is vastbesloten deze dubbele
uitdaging kalm maar vastberaden te beantwoorden. Zij zal verder
voorrang verlenen aan het sociaal-economisch herstelbeleid, met als
voornaamste oogmerk de werkgelegenheid. Zij zal hierbij voortbouwen
op de resultaten die door de vorige Regering werden bereikt.
De bekomen resultaten zijn belangrijk. Sommige economische oneven-
wichtigheden die de tweede helft van de zeventiger jaren ontstonden
en waardoor wij "de zieke man van Europa" werden, konden worden
weggewerkt : de concurrentiekracht van onze ondernemingen werd
hersteld ; het omvangrijk tekort op onze betalingsbalans werd omgezet
in een overschot ; het financieel evenwicht van de sociale zekerheid
werd hersteld en de gezondmaking van de financiën van de lokale
overheden is binnen bereik.

2. Een belangrijke aanvullende inspanning blijft nodig om het netto te
financieren saldo van de Schatkist verder terug te schroeven.
Alhoewel sedert twee jaar betekenisvolle successen werden geboekt
in de strijd tegen de werkloosheid, is ook deze opgave niet
beëindigd. Daarom blijft de werkgelegenheid, vooral voor onze
jongeren, de voornaamste bekommernis van de Regering.
De Regering wil de resultaten van vier jaar herstelbeleid veilig
stellen. Het concurrentievermogen van de ondernemingen zal onder
elke omstandigheid worden gehandhaafd. De strijd tegen de inflatie
zal worden voortgezet.
Een positief saldo op de lopende betalingsbalans blijft noodzakelijk,
onder meer om een aanvang te maken met de terugbetaling van de
schulden aangegaan in het buitenland. Daarom zal het regeringsbeleid
hierop afgestemd blijven, zonder evenwel te vervallen in een
deflatoire économie. Het herstelbeleid moet integendeel worden
doorgevoerd zonder teruggang van het gezamenlijk privé-verbruik. De
verlaging van de personenbelasting en de verhoging van de
kinderbijslagen die zullen volgen uit de toepassing van de wetten
van 1 augustus 1985, zullen daartoe bijdragen.
Onze économie moet zich verder aanpassen aan de revolutionaire
technologische ontwikkeling en aan de hevige internationale
mededinging. Naast een stratégie gericht op het handhaven van hun
concurrentiekracht moet men de ondernemingen aansporen om zich
naar nieuwe activiteiten te richten. Het fundamenteel en toegepast
wetenschappelijk onderzoek liggen aan de basis van deze
vernieuwing. De investeringen moeten deze modernisering belichamen,
zowel in de klassieke als in de nieuwe sectoren en bedrijvigheden.
De vernieuwing van de bedrijven en het aantrekken van nieuwe
investeringen, zowel Belgische als vreemde, zullen aangemoedigd
worden, onder meer door het scheppen van een gunstiger fiscaal
klimaat. Het industrieel beleid en de reconversie van streken met
hoge werkloosheid zullen worden voortgezet. De ontwikkelingsmogelijk-
heden van de K.M.O.'s zullen worden versterkt. Er zal rekening
worden gehouden met hun specifieke eigenschappen. Nieuwe vormen
van sparen ter aanmoediging van het risicodragend kapitaal zullen
worden ingevoerd.
Het netto te financieren saldo van de Schatkist dat werd teruggeschroefd
van 13 % van het B.N.P. tôt minder dan 11 % in 1985, zal verder
worden verminderd tôt 7 % van het B.N.P. op het einde van deze
legislatuur. Het grootste deel van de inspanning zal worden geleverd
tijdens de begrotingsjaren 1986 en 1987, zodat, voor de begroting 1987,
het netto te financieren saldo teruggebracht wordt tôt 8 % van het
B.N.P.
Het geheel van de beslissingen die nodig zijn voor de begrotingssanering
van de jaren 1986 en 1987 zullen aan het Parlement worden medegedeeld
in de Algemene Toelichting bij de begroting van ontvangsten en
uitgaven voor het begrotingsjaar 1986. Zij zullen technisch uitgewerkt
worden vôôr einde juli 1986.

3. De snelle en cohérente uitvoering van deze beslissingen, hun
opvolging en hun aanpassing verantwoorden de vraag van de
Regering aan het Parlement om aan de Koning de nodige bijzondere
machten toe te kennen tôt op het einde van de werkzaamheden van
de budgetcontrole van 1987, d.w.z. tôt op 31 maart 1987.
Bij de voortzetting van die inspanning tôt sanering van de openbare
financiën, zal de Regering niet naar gemakkelijkheidsoplossingen
grijpen. Inderdaad noch de fiscale, noch de parafiscale druk zullen
onder deze legislatuur worden verhoogd. Evenmin zullen nieuwe
overheidsheffingen worden ingevoerd of bestaande verhoogd.
Integendeel zal het meerjarenplan tôt vermindering van de
belastingen worden uitgevoerd.
Tevens zal de Regering haar inspanningen voortzetten om de
fiscaliteit te harmoniseren en te vereenvoudigen en te komen tôt
een correcte inning van de belastingen en de andere
overheidsheffingen ; terzelfdertijd zal zij de rechtszekerheid van de
belastingplichtigen vergroten. Analoge maatregelen zullen worden
genomen voor de sociaal verzekerden en de debiteuren van de
sociale zekerheid.
De sociale zekerheid moet de bevolking tegen de bestaansrisico's
verzekeren en aan iedereen een minimum inkomen waarborgen. De
vrijwaring van het stelsel van sociale zekerheid is voor de Regering
een prioritaire doelstelling. Het stelsel moet echter worden hervormd
om beter te beantwoorden aan de veranderende noden en aan de
financiële mogelijkheden van de économie en van de overheidsfinanciën.
Dit zal gebeuren met inachtneming van de fundamentele beginselen
en doelstellingen van een solidair verzekeringsstelsel dat voorrang
verleent aan de minstbedeelden. De minima van de bestaanszekerheid
zullen opgetrokken worden boven de normale indexering.
Het herstelbeleid blijft afgestemd op de groei van de werkgelegenheid
en de indijking van de werkloosheid in het algemeen en van de
jongerenwerkloosheid in het bijzonder. Bij gelijkblijvende internationale
economische activiteit zal de Regering streven naar een vermindering
van de jongerenwerkloosheid met tenminste 50.000 eenheden tijdens
de komende vier jaar, onder meer door een specifieke vermindering
van de arbeidskosten en de verdere verbetering van de vormings-
mogelijkheden.
Er kan niet voldoende worden onderstreept dat de werkloosheid
enkel zal blijven dalen indien het herstelbeleid wordt voortgezet.
Derhalve moet het concurrentievermogen worden gehandhaafd en
dient het economisch beleid te worden afgestemd op een maximale,
toekomstgerichte en arbeidsscheppende groei. Dit zal echter op
zichzelf niet volstaan om de nodige arbeidsplaatsen te scheppen.
Vandaar de noodzaak van een specifiek werkgelegenheidsbeleid voor
werknemers en voor zelfstandigen.
Om dit beleid waar te maken rekent de Regering op de voile
medewerking van de sociale gesprekspartners. Daarom zal zij, tussen
maart en juli 1986, met hen overleg plegen over de maatregelen om
de concurrentiekracht van de ondernemingen te handhaven, de
werkgelegenheid en de soepele werking van de arbeidsmarkt te
bevorderen, alsook over de inkomensvorming en de koopkracht.

4. De Regering zal de crisis bestrijden ook door in te werken op de
structuren zelf van ons sociaal-economisch leven. In een wereld
gekenmerkt door technologische revolutie en door hevige internationale
mededinging, moeten zowel de wetgeving als de gedragingen soepeler
worden gemaakt.
De individuele personen en de sociale groepen, evenals de privé- of
openbare bedrijven, de administraties, de scholen en aile andere
instellingen moeten over een grotere vrijheid beschikken en derhalve
een grotere verantwoordelijkheid kunnen opnemen. Men heeft al te
veel de gewoonte aangenomen de problemen af te wentelen op de
overheid. Het onderwijs en de vorming moeten zo goed mogelijk
voorbereiden op de behoeften van de toekomst ; kennis en karakter-
eigenschappen zijn van even groot belang.
De harde wet van de internationale concurrentie en de realiteit van
de mutaties doen de burgers van ons land ook beter het belang van
de stabiliteit onder haar verschillende aspecten begrijpen. De drang
naar fysische veiligheid en rechtszekerheid, de herwaardering van de
roi van het gezin en de gehechtheid aan de grondbeginselen van het
stelsel van sociale zekerheid, maken deel uit van die behoefte aan
stabiliteit.
Dit samengaan van de economische noodwendigheden en van sociale
gerechtigheid, van doelmatigheid en solidariteit, van de drang naar
verandering en van de behoefte aan stabiliteit zijn de wettige
verzuchtingen van de bevolking. Derhalve zullen de stabiliteit van de
politieke macht, de zin voor réalisme in het economisch leven en
de menselijke dimensie van het sociaal beleid tijdens de komende
vier jaar worden versterkt.
+
+ +
Le Gouvernement agira aussi de façon plus intense pour améliorer
la qualité de la vie. La santé et l'environnement feront l'objet
d'une attention particulière. Notre pays doit pouvoir réagir rapidement
à l'adversité, ici comme ailleurs, et entreprendre les actions qui
s'imposent pour adoucir la souffrance et témoigner de la solidarité
humaine.
Notre société doit aussi renforcer son ouverture et sa tolérance,
non seulement dans l'enseignement, la culture et la politique des
médias, mais aussi vis-à-vis des comportements individuels. Pour
favoriser l'objectivité de l'information, le Gouvernement garantira,
dans le secteur de l'audiovisuel, un système de concurrence et
créera, entre autres, grâce à la publicité commerciale, des
possibilités en faveur de l'initiative privée.
Les citoyens ont le droit d'être bien gouvernés. Dans une démocratie
politique, la confiance dans les institutions est une valeur importante.
La transparence de la gestion, la continuité du service public, la
modernisation et la facilité d'accès à l'administration, la motivation
des agents, l'objectivité dans les recrutements et les promotions,
sont à cet égard essentielles.

5. Le Gouvernement protégera davantage la vie privée et la liberté
des citoyens. Il poursuivra la modernisation de l'appareil judiciaire
et veillera à ce que soit rendue une justice plus humaine et plus
efficace. La responsabilité des Ministres et des Secrétaires d'Etat
sera légalement organisée. Le citoyen sera mieux protégé vis-à-vis
de l'administration, par une plus grande publicité et motivation des
actes administratifs et par une réforme du contentieux administratif.
Le Gouvernement prendra les initiatives nécessaires pour améliorer
la transparence et la démocratisation de la vie économique et
sociale, notamment par la participation de chacun, employeurs,
ouvriers, employés et cadres.
+
+ +
La sécurité des citoyens est essentielle dans un Etat de droit. Le
Gouvernement appliquera intégralement les mesures qui ont été
prises par le Gouvernement précédent. Il veillera à ce que toutes
les instances concernées disposent des effectifs, de moyens
institutionnels et budgétaires nécessaires. Dans ce but, le
Gouvernement prendra des mesures complémentaires. La collaboration
et la coordination des services de police, une meilleure répartition
de leurs missions, la centralisation des poursuites et de l'enquête
judiciaires en matière de grande criminalité et l'amélioration de la
prévention, de la formation et de l'équipement recevront la priorité.
Le Gouvernement encouragera une action coordonnée au niveau
européen et international dans la lutte contre la violence et le
terrorisme.
+
+ +
Le Gouvernement poursuivra une politique active d'amélioration
qualitative de l'enseignement. Par ailleurs, une série de mesures
structurelles de rationalisation seront prises.
Le Gouvernement s'emploiera à exécuter intégralement les lois et
engagements du Pacte scolaire et à réactiver la Commission du
Pacte scolaire, à laquelle seront soumises toutes les mesures qui
requièrent son intervention.
Le Gouvernement prendra les mesures nécessaires en ce qui
concerne le statut du personnel de l'enseignement subventionné et la
rationalisation et programmation de l'enseignement spécial. Il créera
un cadre par lequel, dans chaque département de l'Education
nationale qui le souhaite, la gestion pédagogique et administrative
de l'enseignement de l'Etat pourra être transféré à un Conseil
autonome qui ne pourra être dominé par aucune tendance.
+
t +

6. La famille est un des fondements de notre société. Il sera tenu
compte, chaque fois que cela se justifie, du nombre de personnes à
charge. Le Gouvernement proposera un aménagement du droit des
personnes en vue de son adaptation à l'évolution de la société et
aux progrès de la science.
+
+ +
Le Gouvernement entend donner une exécution intégrale et correcte
aux lois de réformes institutionnelles. Il poursuivra ses efforts pour
favoriser une collaboration fructueuse entre le pouvoir central, et
les Communautés et Régions. Dans ce but, le Comité de concertation
doit être revalorisé et son fonctionnement amélioré.
La poursuite, la correction et l'amélioration de la réforme de l'Etat
seront préparées par le Centre d'études pour la réforme de l'Etat.
Le Gouvernement invite tous les groupes politiques à collaborer
activement aux travaux du Centre. Le Gouvernement y jouera un
rôle actif.
Le Centre d'études devra réserver une attention particulière à la
problématique bruxelloise. Tous les engagements financiers convenus
seront maintenus. Les communes et l'agglomération auront accès au
Fonds d'aide pour le redressement financier des communes aux
mêmes conditions que les autres communes du Royaume. Le produit
des droits de succession est dû, dès 1986, à la Région bruxelloise.
Il sera libéré dès que l'Exécutif aura approuvé des plans
d'assainissement financier rigoureux par commune et un plan de
restructuration. Le Gouvernement déposera également un projet de
loi modifiant la loi organisant les agglomérations et les fédérations
de communes. Le rôle de Bruxelles comme capitale de l'Europe et
centre international financier et de services, sera développé.
En outre, le Gouvernement mettra au point des garanties pour un
traitement équitable de tous les réseaux d'enseignement, qui doivent
être préalables à tout transfert de la compétence de l'enseignement
aux Communautés. Sur la base de l'accord réalisé en son sein, il
déposera un projet de déclaration de révision de la Constitution
pour rendre possible la réalisation de ces réformes.
Enfin, le Gouvernement continuera à accorder la priorité au
renforcement de l'autonomie et de la responsabilité financière des
provinces et des pouvoirs locaux et développera une action de
décentralisation vers ces pouvoirs.
+
+ +
Un Gouvernement stable et une politique efficace rehausseront l'image
internationale de notre pays. La Belgique s'en trouvera plus crédible
pour donner de nouvelles impulsions à l'unification européenne, à
l'Alliance atlantique, à l'amélioration du climat des négociations
entre l'Est et l'Ouest, à la défense des droits de l'homme dans le
monde et à la solution des problèmes urgents d'un grand nombre de
pays en voie de développement. Elle continuera à promouvoir
activement la paix par la sécurité, le désarmement et la
coopération internationale.

7. La sécurité de notre pays se fonde sur la solidarité de l'Alliance
atlantique. Dans cette Alliance, la Belgique prendra sa part de
l'effort nécessaire pour assurer l'équilibre des forces. Le
Gouvernement s'efforcera, par une politique de négociation active,
de ramener les armements au niveau le plus bas possible. Il reste
fidèle à ses engagements dans le cadre de l ' O T A N et confirme la
Communication du Gouvernement du 15 mars 1985 concernant le
déploiement de missiles de croisière sur le territoire belge. Dans sa
recherche constante d'une solution négociée, le Gouvernement
réaffirme avec force que cette décision est réversible : le
déploiement peut être arrêté, ou même les missiles pourront être
totalement ou partiellement démantelés si les accords issus des
négociations de Genève le prévoient.
Le Gouvernement souhaite également activer le dialogue avec les
pays de l'Europe de l'Est.
Le Gouvernement poursuivra ses efforts en vue de promouvoir la
coopération au développement et d'augmenter progressivement l'aide
publique jusqu'à 0,7 % du PNB. La solidarité avec les populations
indigentes dans le Tiers Monde reste une mission très importante.
Les projets de développement resteront surtout axés sur les besoins
de base de la population. L'agriculture, ainsi que le développement
rural auront la priorité.
Dans ses relations internationales, la Belgique continuera à défendre
l'application des principes de la Charte des Nations Unies et mettra
tout en oeuvre pour que l'Acte final d'Helsinki soit intégralement
respecté.
Une attention spéciale sera accordée à nos relations traditionnelles
avec les pays voisins. Une politique dynamique d'exportation sera
menée.
+
+ +
La confiance de la population dans notre démocratie politique doit
être renforcée. Pour cela, la stabilité politique est indispensable. Il
est donc essentiel que le nouveau Gouvernement puisse accomplir sa
mission jusqu'à la fin de cette législature. La difficulté des tâches
auxquelles le Gouvernement est confronté, principalement en ce qui
concerne l'emploi et l'assainissement des finances publiques, est
telle qu'elles ne pourront être menées à bien sans l'engagement et
le concours actif du Parlement. Le Gouvernement s'efforcera aussi
d'atteindre avec les interlocuteurs sociaux un consensus aussi large
que possible sur les grandes options économiques et sociales de la
nouvelle législature. Il exercera pleinement en toute circonstance ses
responsabilités.

8. Le nouveau Gouvernement, par son comportement et ses actions,
doit aussi promouvoir les valeurs qui sont essentielles pour que nos
concitoyens puissent affronter les nécessités de notre temps dans la
liberté, la responsabilité et la solidarité. Le Gouvernement veut
qu'à la fin de cette législature notre pays puisse, dans la confiance
retrouvée, entrer résolument dans la dernière décennie du vingtième
siècle."
o
0 o
La séance est levée à 13.15 heures.
o
0 0
Le Secrétaire du Conseil,
A. A L E N .